Wet van 12 maart 1998, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies door
de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (Wet overige OCenW-subsidies)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de totstandkoming van de derde tranche
van de Algemene wet bestuursrecht het noodzakelijk maakt een wettelijk kader te scheppen voor de verstrekking van subsidies
op de beleidsterreinen van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
voorzover een dergelijk kader ontbreekt;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: