Wet van 25 mei 1998, houdende regels inzake plannen op het terrein van het verkeer
en het vervoer (Planwet verkeer en vervoer)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is voor het voeren van een
samenhangend verkeers- en vervoerbeleid, waarbij de drie bestuurslagen zijn betrokken,
een planstructuur te introduceren;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: