Wet van 18 juni 1998 tot wijziging van de Algemene nabestaandenwet in verband met
gebleken onbillijkheden
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, met het oog op het voorkomen
van onbillijkheden en teneinde enige correcties aan te brengen in de Algemene nabestaandenwet, de Algemene nabestaandenwet en de Wet financiering volksverzekeringen te wijzigen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: