Wet van 1 juli 1998 tot wijziging van de Huisvestingswet, de Woningwet en enige andere
wetten in verband met de integratie van de woonwagen- en woonschepenregelgeving
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de integratie van de regeling
voor woonwagenbewoners in de reguliere wetgeving te voltooien, alsmede regels ten
aanzien van ligplaatsen voor woonschepen in de reguliere wetgeving op te nemen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: