Warenwetbesluit Verpakte waters

Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 1998. Zie het overzicht van wijzigingen.
Geraadpleegd op 21-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2019 en zichtdatum 01-01-2019.
Geldend van 06-10-2016 t/m heden

Besluit van 31 juli 1998, houdende regels voor bronwater, natuurlijk mineraalwater en andere verpakte waters (Warenwetbesluit Verpakte waters)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 4 juli 1997, GZB/VVB/973729 gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken;

Gelet op richtlijn nr. 96/70/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 oktober 1996 tot wijziging van richtlijn nr. 80/777/EEG van de Raad van 15 juli 1980 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lid-staten inzake de exploitatie en het in de handel brengen van natuurlijk mineraalwater (PbEG L 299);

op artikel II, eerste lid, van de Wijzigingswet 1988 Warenwet;

alsmede op artikel 4, eerste lid, artikel 5, eerste lid, artikel 6, artikel 8, onder a en c, artikel 9, onder b, artikel 12, artikel 13, en artikel 14 van de Warenwet;

De Raad van State gehoord (advies van 3 november 1997, no. W13.97.0417);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 27 juli 1998 met nummer GZB/VVB/983597, uitgebracht in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

§ 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

  • 1 In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    • a. richtlijn 2009/54/EG: Richtlijn 2009/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 betreffende de exploitatie en het in de handel brengen van natuurlijk mineraalwater (Herschikking) (PbEU 2009, L 164);

    • b. richtlijn 98/83/EG: richtlijn nr. 98/83/EG van de Raad van de Europese Unie van 3 november 1998 betreffende de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water (PbEG L 330);

    • c. natuurlijk mineraalwater: bacteriologisch gezond water met als oorsprong een watervlak of een onderaardse laag, dat afkomstig is van een bron geëxploiteerd door een of meer natuurlijke of kunstmatige ontspringingspunten, met als kenmerken:

      • een natuurlijke samenstelling die gekenmerkt wordt door het gehalte aan mineralen, sporenelementen of andere bestanddelen en, in voorkomend geval, door bepaalde uitwerkingen; en

      • een natuurlijke zuiverheid;

    • d. bronwater: in zijn natuurlijke staat voor consumptie door de mens bestemd water;

    • e. water: al het andere water dan natuurlijk mineraalwater en bronwater, dat onbehandeld of na behandeling bestemd is voor drinken, koken of voedselbereiding, ongeacht de herkomst, en dat is voorverpakt in de zin van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten (PbEU 2011, L 304);

    • f. richtlijn 2003/40/EG: richtlijn nr. 2003/40/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 mei 2003 tot vaststelling van de lijst, de grenswaarden voor de concentratie en de vermelding op het etiket van bestanddelen van natuurlijk mineraalwater en van de voorwaarden voor het gebruik van met ozon verrijkte lucht bij de behandeling van natuurlijk mineraalwater en bronwater (PbEU L 126);

    • g. verordening (EU) 115/2010: verordening (EU) nr. 115/2010 van de Commissie van de Europese Unie van 9 februari 2010 tot vaststelling van de voorwaarden voor het gebruik van geactiveerd aluminiumoxide om fluoride uit natuurlijk mineraalwater en bronwater te verwijderen (PbEU L 37);

    • h. richtlijn 2013/51/Euratom: Richtlijn 2013/51/Euratom van de Raad van 22 oktober 2013 tot vaststelling van voorschriften voor de bescherming van de volksgezondheid tegen radioactieve stoffen in voor menselijke consumptie bestemd water (PbEU 2013, L 296).

Artikel 2

  • 1 Het is verboden de in dit besluit bedoelde drinkwaren te verhandelen die niet voldoen aan de bij dit besluit gestelde eisen met betrekking tot hun samenstelling.

  • 2 Het is verboden natuurlijk mineraalwater of bronwater te behandelen, te verwerken, te verpakken, te bewaren of te vervoeren, dat niet is erkend.

  • 3 Het is verboden de in dit besluit bedoelde drinkwaren te verhandelen in een verpakking die niet voldoet aan de daaromtrent bij dit besluit gestelde eisen.

  • 4 Het is verboden de in dit besluit bedoelde drinkwaren te verhandelen anders dan met inachtneming van de voorschriften bij dit besluit gesteld, met betrekking tot hun aanduiding.

  • 5 Het is verboden natuurlijk mineraalwater of bronwater te verhandelen anders dan met inachtneming van de voorschriften bij dit besluit gesteld, met betrekking tot het bezigen van vermeldingen of voorstellingen betreffende de aard of samenstelling van de waar, de wijze waarop de waar is behandeld, de herkomst van de waar, en de uitwerking die de waar bij gebruik kan hebben op de gezondheid van de mens.

  • 6 Het is verboden natuurlijk mineraalwater of bronwater binnen Nederlands grondgebied te brengen anders dan met inachtneming van de bij dit besluit gestelde voorschriften.

  • 7 Het is verboden natuurlijk mineraalwater of bronwater te behandelen anders dan met inachtneming van de bij dit besluit gestelde voorschriften.

  • 8 Het is verboden natuurlijk mineraalwater of bronwater te verhandelen met betrekking tot welk in afwijking van dit besluit is gehandeld.

  • 9 Het is verboden te handelen in strijd met de artikelen 1, tweede lid, 2, 3 en 4, van verordening (EU) 115/2010.

§ 2. In de Europese Unie gewonnen natuurlijk mineraalwater

Artikel 3

  • 1 Onze Minister erkent op verzoek natuurlijk mineraalwater dat voldoet aan:

    • a. bijlage I bij richtlijn 2009/54/EG; en

    • b. artikel 8, derde lid; doch niet dan nadat hij, voor zover het een in Nederland gelegen bron betreft, op de voet van bijlage II van richtlijn 2009/54/EG een vergunning heeft gegeven voor de exploitatie van de desbetreffende bron.

  • 2 Een in het eerste lid bedoelde erkenning wordt ingetrokken indien het desbetreffende mineraalwater niet meer voldoet aan bijlage I bij richtlijn 2009/54/EG.

  • 3 Van de in dit artikel bedoelde erkenning en de intrekking daarvan wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

  • 4 In afwijking van het eerste lid, onder b, kan Onze Minister bij het verlenen van een in dat lid bedoelde erkenning lagere richtwaarden hanteren dan ten hoogste 50 mg/l nitraat en ten hoogste 0,1 mg/l nitriet, voor zover die lagere richtwaarden worden gehanteerd voor alle bij hem ingediende verzoeken tot erkenning van natuurlijk mineraalwater.

Artikel 4

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 1998. Zie het overzicht van wijzigingen]

  • 1 Een natuurlijk mineraalwater zoals dat bij het ontspringen voorkomt, wordt aan geen andere behandeling onderworpen dan:

    • a. de afscheiding van labiele elementen zoals ijzer- en zwavelverbindingen, door filtreren of decanteren, eventueel na beluchten;

    • b. de afscheiding van ijzer-, mangaan- en zwavelverbindingen en arseen van bepaalde soorten natuurlijk mineraalwater door behandeling met lucht die met ozon is verrijkt;

    • c. [Red: dit onderdeel is nog niet in werking getreden;]

    • d. de totale of gedeeltelijke verwijdering van vrij koolzuurgas via uitsluitend natuurkundige procédés; voor zover de onder a, b en c bedoelde behandeling geen invloed heeft op de samenstelling van het behandelde mineraalwater, wat betreft de essentiële bestanddelen waaraan dat water zijn eigenschappen te danken heeft.

  • 2 Een in het eerste lid, onder b en c, bedoelde behandeling wordt door de exploitant van de desbetreffende bron gemeld aan de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

  • 3 Onverminderd het eerste lid, onder b, en in afwijking van het tweede lid wordt een behandeling van natuurlijk mineraalwater met lucht die met ozon is verrijkt, vooraf door de exploitant van de desbetreffende bron gemeld aan de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Deze behandeling is slechts toegestaan indien:

    • a. de toepassing van die behandeling gerechtvaardigd is gezien het gehalte aan ijzer-, mangaan-, zwavel- en arseenverbindingen in het water;

    • b. de exploitant ervoor zorgt dat de behandeling doeltreffend en onschadelijk is en door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit kan worden gecontroleerd;

    • c. de fysisch-chemische samenstelling van het natuurlijk mineraalwater wat betreft de kenmerkende bestanddelen door de behandeling niet wordt gewijzigd;

    • d. het natuurlijk mineraalwater vóór behandeling voldoet aan artikel 6 en artikel 7; en

    • e. de behandeling geen residuen achterlaat die schadelijk kunnen zijn voor de volksgezondheid of waarbij de in bijlage II bedoelde grenswaarden worden overschreden.

Artikel 5

Aan een natuurlijk mineraalwater zoals dat bij het ontspringen voorkomt, mag uitsluitend koolzuur worden toegevoegd of opnieuw worden toegevoegd.

Artikel 6

Het totale gehalte aan kweekbare micro-organismen van een natuurlijk mineraalwater:

  • a. komt bij het ontspringen overeen met de normale microflora daarvan, en duidt op een doeltreffende bescherming van de desbetreffende bron tegen iedere verontreiniging;

  • b. bedraagt na het bottelen niet meer dan:

    • 1°. 100/ml, na kweken gedurende 72 uur bij 20 à 22 °C op een agar-agar-voedingsbodem of een agar-agar-gelatinemengsel; en

    • 2°. 20/ml, na kweken gedurende 24 uur bij 37 °C op een agar-agar-voedingsbodem;

    • gemeten binnen 12 uur na het bottelen, waarbij het water gedurende deze periode van 12 uur op 4 °C ± 1 °C wordt gehouden; en

  • c. wordt tijdens de verhandeling uitsluitend bepaald door de normale ontwikkeling van het kiemgehalte van dat water bij het ontspringen.

Artikel 7

In natuurlijk mineraalwater zijn niet aantoonbaar:

  • a. Escherichia coli, andere coliforme bacteriën, en Streptococcus faecalis, in 250 ml onderzocht monster;

  • b. sulfietreducerende sporenvormende anaërobe bacteriën, in 50 ml onderzocht monster; en

  • c. Pseudomonas aeruginosa, in 250 ml onderzocht monster.

Artikel 8

  • 1 Natuurlijk mineraalwater is aan de bron gebotteld of geplaatst in een andere recipiënt die bestemd is voor levering aan de eindverbruiker.

  • 2 Recipiënten met natuurlijk mineraalwater zijn voorzien van een sluiting die erop berekend is iedere mogelijkheid van vervalsing of besmetting van de waar te voorkomen.

  • 3 Natuurlijk mineraalwater, bedoeld in het eerste lid, bevat ten hoogste de in bijlage I bedoelde hoeveelheden van de daar genoemde bestanddelen die van nature aanwezig zijn in mineraalwater.

  • 4 In afwijking van het eerste lid is natuurlijk mineraalwater, bestemd voor de bereiding van een als frisdrank of limonade aangeduide waar, aan de bron gebotteld of in een andere recipiënt geplaatst die niet bestemd is voor de eindverbruiker.

Artikel 9

  • 1 Natuurlijk mineraalwater mag uitsluitend en moet worden aangeduid met de aanduiding «natuurlijk mineraalwater» of, indien het gashoudend mineraalwater betreft en voor zover van toepassing, met een van de volgende aanduidingen:

    • a. «natuurlijk gashoudend mineraalwater», voor zover het gehalte aan koolzuurgas afkomstig van de bron, na eventueel decanteren en botteling, even groot is als bij het ontspringen, eventueel rekening houdend met het opnieuw inbrengen van een hoeveelheid van hetzelfde watervlak of dezelfde onderaardse laag afkomstig gas, equivalent met het gas dat tijdens die bewerking is vrijgekomen en onder voorbehoud van de gebruikelijke technische toleranties;

    • b. «met brongas versterkt natuurlijk mineraalwater», voor mineraalwater waarvan het gehalte aan van hetzelfde watervlak of dezelfde onderaardse laag afkomstig koolzuurgas, na eventueel decanteren en bottelen, hoger ligt dan bij het ontspringen is waargenomen; of

    • c. «natuurlijk mineraalwater met toegevoegd koolzuurgas», voor mineraalwater waaraan koolzuurgas is toegevoegd dat een andere oorsprong heeft dan het watervlak of de onderaardse laag waarvan dat mineraalwater afkomstig is.

  • 2 Voor zover het mineraalwater een in artikel 4, eerste lid, onder d, bedoelde behandeling heeft ondergaan, wordt de in het eerste lid bedoelde aanduiding aangevuld met: «volledig ontgast» of «gedeeltelijk ontgast».

Artikel 10

  • 1 Ten aanzien van natuurlijk mineraalwater worden vermeldingen gebezigd inzake:

    • a. de analytische samenstelling van het water met vermelding van de kenmerkende bestanddelen, met dien verstande dat het werkelijke fluorgehalte wordt vermeld indien dat hoger is 1,5 mg/l;

    • b. de plaats waar de bron wordt geëxploiteerd, en de naam van de bron;

    • c. informatie over eventuele behandelingen als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b en c.

  • 2 Onverminderd het eerste lid, onder c, wordt bij natuurlijk mineraalwater dat behandeld is met lucht die met ozon is verrijkt, in de nabijheid van de vermelding, bedoeld in het eerste lid, onder a, de vermelding gebezigd: «dit water heeft een toegelaten behandeling ondergaan door oxidatie met lucht die met ozon is verrijkt».

  • 3 Voor natuurlijk mineraalwater, afkomstig van een enkele bron, wordt ten hoogste één handelsbenaming gebezigd.

  • 4 De in het eerste lid, onder b, bedoelde plaats of naam wordt vermeld met lettertekens waarvan de hoogte en de breedte ten minste anderhalf maal zo groot zijn als het grootste letterteken dat is gebruikt voor de vermelding van de handelsbenaming, indien die handelsbenaming een andere is dan de plaats of naam van die bron.

  • 5 Onverminderd het eerste lid wordt bij natuurlijk mineraalwater met meer dan 1,5 mg/l fluor in de onmiddellijke nabijheid van de aanduiding de volgende vermelding gebezigd: «bevat meer dan 1,5 mg/l fluor; niet geschikt voor regelmatig gebruik door zuigelingen en kinderen jonger dan 7 jaar».

Artikel 11

Ten aanzien van natuurlijk mineraalwater mogen naast die van artikel 10 uitsluitend de volgende vermeldingen gebezigd worden, met inachtneming van de daarbij vermelde criteria:

vermelding

criteria

zwak mineraalhoudend

ten hoogste 500 mg/l minerale zouten, berekend als vast residu;

zeer zwak mineraalhoudend

ten hoogste 50 mg/l minerale zouten, berekend als vast residu;

rijk aan minerale zouten

meer dan 1500 mg/l minerale zouten, berekend als vast residu;

bicarbonaathoudend

meer dan 600 mg/l bicarbonaat;

sulfaathoudend

meer dan 200 mg/l sulfaten;

chloridehoudend

meer dan 200 mg/l chloride;

calciumhoudend

meer dan 150 mg/l calcium;

magnesiumhoudend

meer dan 50 mg/l magnesium;

fluorhoudend

meer dan 1 mg/l fluor;

ijzerhoudend

meer dan 1 mg/l tweewaardig ijzer;

zwak verzuurd

meer dan 250 mg/l vrij koolzuurgas;

natriumhoudend

meer dan 200 mg/l natrium;

geschikt voor de bereiding van babyvoeding

geschikt voor zoutarm dieet

het gehalte aan natrium bedraagt minder dan 20 mg/l;

van nature zoutarm

idem;

kan laxerend zijn

kan diuretisch zijn

Artikel 11a

Bij de vaststelling of al dan niet is voldaan aan artikel 8, derde lid, worden de prestatiekenmerken in acht genomen die zijn omschreven in bijlage II van richtlijn 2003/40/EG.

§ 3. In de Europese Unie gewonnen bronwater

Artikel 12

  • 2 Onverminderd het eerste lid voldoet bronwater aan de ter uitvoering van richtlijn 98/83/EG bij of krachtens de Drinkwaterwet aan drinkwater gestelde eisen.

  • 3 Bronwater dat rechtmatig in het verkeer is gebracht in een andere lid-staat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, wordt gelijkgesteld met bronwater dat is erkend op de voet van het eerste lid.

§ 4. Binnen Nederlands grondgebied brengen van natuurlijk mineraalwater en bronwater vanuit een derde land

Artikel 13

  • 1 Natuurlijk mineraalwater en bronwater, dat gewonnen is uit de bodem van een derde land, wordt door Onze Minister slechts erkend indien de desbetreffende bevoegde autoriteit in het land van winning heeft verklaard dat dit water voldoet aan bijlage I, deel I, van richtlijn 2009/54/EG, en dat permanent wordt gecontroleerd of bijlage II, punt 2, van richtlijn 2009/54/EG wordt nageleefd.

  • 2 De geldigheidsduur van een verklaring als bedoeld in het eerste lid, bedraagt ten hoogste vijf jaar. Indien deze verklaring voor het einde van die periode wordt vernieuwd, behoeft niet opnieuw tot erkenning van het desbetreffende natuurlijk mineraalwater of bronwater te worden overgegaan.

§ 5. Ander verpakt water dan natuurlijk mineraalwater en bronwater

Artikel 14

  • 1 Water voldoet op het punt waar flessen of verpakkingen worden gevuld ten minste aan de bij of krachtens de Drinkwaterwet aan voor drinkwater gestelde eisen.

  • 2 Onverminderd het eerste lid:

    a. voldoet water aan de volgende microbiologische parameters:

    parameter

    parameterwaarde

    Escherichia coli (E. Coli)

    afwezig in 250 ml

    Enterokokken

    afwezig in 250 ml

    Pseudomonas aeruginosa

    afwezig in 250 ml

    Telling kolonies bij 22° C

    100/ml

    Telling kolonies bij 37° C

    20/ml; en

    b. is de pH van niet-bruisend water ten minste 4,5 en ten hoogste 9,5, met dien verstande dat de minimumwaarde lager kan zijn voor water in flessen of verpakkingen dat van nature rijk is aan kooldioxide of kunstmatig verrijkt is met kooldioxide.

Artikel 14a

Bij de vaststelling of al dan niet is voldaan aan artikel 14, worden de specificaties in acht genomen die zijn omschreven in bijlage III van richtlijn 98/83/EG, met dien verstande dat:

  • a. andere dan in bijlage III, deel 1, van die richtlijn vermelde methoden gebruikt mogen worden voor zover kan worden aangetoond dat de daarmee verkregen resultaten ten minste even betrouwbaar zijn als die van de gespecificeerde methoden;

  • b. voor de in bijlage III, delen 2 en 3, van die richtlijn genoemde parameters elke methode van onderzoek mag worden gebruikt die aan de aldaar gestelde eisen voldoet.

Artikel 14b

Bij de vaststelling of al dan niet is voldaan aan artikel 14, voor zover het betrekking heeft op het voldoen aan de parameterwaarden voor radioactieve stoffen, wordt gecontroleerd volgens de in bijlage II en III bij richtlijn 2013/51/Euratom vastgestelde controlestrategieën en controlefrequenties.

§ 6:. slotbepalingen

Artikel 15

Het Natuurlijk mineraal- en bronwaterbesluit (Warenwet) wordt ingetrokken, met dien verstande dat een krachtens dat besluit verleende erkenning gelijk wordt gesteld met een erkenning krachtens dit besluit.

Artikel 17

  • 1 Dit besluit treedt in werking met ingang van 28 oktober 1998,

    • met uitzondering van artikel 4, eerste lid, onder b en c, en tweede lid, dat in werking treedt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip,

    • met dien verstande dat natuurlijk mineraalwater of bronwater dat voldoet aan het Natuurlijk mineraal- en bronwaterbesluit (Warenwet) zoals dat tot het in de aanhef genoemde tijdstip luidde, en dat voor dat tijdstip rechtmatig in het verkeer is gebracht of is geëtiketteerd, nog verhandeld mag worden zolang de voorraad strekt.

  • 2 Een wijziging van bijlage II en III van richtlijn 2013/51/Euratom gaat voor de toepassing van artikel 14b gelden met ingang van de dag waarop aan de betrokken wijzigingsrichtlijn uitvoering moet zijn gegeven.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 31 juli 1998

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. Borst-Eilers

Uitgegeven de derde september 1998

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Bijlage I

Deze bijlage behoort bij artikel 8, derde lid.

De van nature in mineraalwater aanwezige bestanddelen en hoeveelheden, bedoeld in artikel 8, derde lid, zijn:

Bestanddeel

Hoeveelheid (mg/l)

antimoon

0,0050

arseen

0,010 (As totaal)

barium

1,0

cadmium

0,003

chroom

0,050

koper

1,0

cyanide

0,070

fluoride

5,0

lood

0,010

mangaan

0,50

kwik

0,0010

nikkel

0,020

nitraat

50

nitriet

0,1

seleen

0,010

Bijlage II

Deze bijlage behoort bij artikel 4, derde lid, onder e.

De grenswaarden voor residuen van de behandeling van natuurlijk mineraalwater met lucht die met ozon is verrijkt, bedoeld in artikel 4, derde lid, onder e, zijn:

Behandelingsresidu

Grenswaarde* (μg/l)

opgelost ozon

50

bromaat

3

bromoform

1

* De naleving van de grenswaarde wordt door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit nagegaan bij de botteling of andere wijze van verpakking voor de eindverbruiker.