Besluit van 10 november 1998, houdende regels ter uitvoering van de artikelen 7.1,
7.7 en 16.1 van de Telecommunicatiewet (Besluit ONP-geschillenbeslechting)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 4 juni 1998, nr HDTP/1631/MD,
Hoofddirectie Telecommunicatie en Post;
Gelet op richtlijn nr. 92/44/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 5 juni 1992 betreffende de toepassing
van Open Network Provision (ONP) op huurlijnen (PbEG L165), richtlijn nr. 98/10/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 26 februari 1998 inzake
de toepassing van Open Network Provision (ONP) op spraaktelefonie en inzake de universele
telecommunicatiedienst in een door concurrentie gekenmerkt klimaat (PbEG L 101) en
op de artikelen 7.1, 7.7 en 16.1 van de Telecommunicatiewet;
De Raad van State gehoord (advies van 13 augustus 1998, no. W09.98.0233);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van 3 november
1998, nr HDTP/98/3222/MD, Hoofddirectie Telecommunicatie en Post;
Hebben goedgevonden en verstaan: