Besluit aftappen openbare telecommunicatienetwerken en -diensten

Geraadpleegd op 21-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-09-2004.
Geldend van 24-01-2003 t/m heden

Besluit van 10 november 1998, houdende regels met betrekking tot de technische aftapbaarheid van openbare telecommunicatienetwerken en -diensten en de, inzake aftappen, te nemen organisatorische en personele maatregelen en te treffen voorzieningen (Besluit aftappen openbare telecommunicatienetwerken en -diensten)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 20 mei 1998, nr. HDTP/98/1552/HW, Hoofddirectie Telecommunicatie en Post;

Gelet op de artikelen 13.1, tweede, en 13.2, derde lid, van de Telecommunicatiewet;

De Raad van State gehoord (advies van 13 augustus 1998, no. W09.98.0221);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van 3 november 1998, nr. HDTP/98/3284/LF, Hoofddirectie Telecommunicatie en Post;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a. wet: Telecommunicatiewet;

  • b. aanbieder: aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk of van een openbare telecommunicatiedienst;

  • c. bijzondere last: bevoegd gegeven last tot aftappen;

  • d. gebruiker: de natuurlijke of rechtspersoon die met de aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk of een openbare telecommunicatiedienst een overeenkomst is aangegaan met betrekking tot het gebruik van een netwerk of de levering van een openbare telecommunicatiedienst, alsmede degene die daadwerkelijk gebruik maakt van een openbaar telecommunicatienetwerk of een openbare telecommunicatiedienst;

  • e. bevoegde autoriteit:

    • 1°. de opsporingsambtenaar belast met de uitvoering van een bijzondere last,

    • 2°. het hoofd van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst,

    • 3°. het hoofd van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst.

Artikel 2

De aanbieder richt zijn openbare telecommunicatienetwerk of openbare telecommunicatiedienst zodanig in dat aan de volgende vereisten wordt voldaan:

  • a. een bijzondere last wordt uitgevoerd op basis van het daarin door de lastgever vermelde nummer van de af te tappen gebruiker;

  • b. een bijzondere last wordt onverwijld uitgevoerd op het tijdstip en gedurende de periode die in de bijzondere last is vastgelegd;

  • c. de uitvoering van een bijzondere last is niet waarneembaar voor gebruikers noch voor anderen die door middel van een openbaar telecommunicatienetwerk of openbare telecommunicatiedienst in verbinding staan met gebruikers;

  • d. telecommunicatie, verkregen door middel van aftappen, wordt op het moment van ter beschikking komen in alle gevallen onverwijld doorgegeven aan de in de bijzondere last vermelde bevoegde autoriteit;

  • e. telecommunicatie, verkregen door middel van aftappen, wordt door de aanbieder ontdaan van eventueel door hem aangewende cryptografie en andere door hem aangewende bewerkingen en als zodanig aan de in de bijzondere last vermelde personen of instanties doorgegeven;

  • f. de kwaliteit van de telecommunicatie, verkregen door middel van aftappen, zoals deze wordt doorgegeven, is vergelijkbaar met de kwaliteit van de oorspronkelijke telecommunicatie;

  • g. de af te tappen telecommunicatie van verschillende gebruikers kan, indien een of meer bijzondere lasten daartoe verplichten, tegelijkertijd aan de in de bijzondere last vermelde bevoegde autoriteit worden doorgegeven;

  • h. indien een of meer bijzondere lasten daartoe verplichten wordt de af te tappen telecommunicatie met betrekking tot een en dezelfde gebruiker tegelijkertijd doorgegeven aan de verschillende bevoegde autoriteiten, met een maximum van drie;

  • i. telecommunicatie welke door middel van doorschakeling naar een ander openbaar telecommunicatienetwerk dan wel naar een ander netwerkaansluitpunt wordt geleid, moet kunnen worden afgetapt;

  • j. de uitgevoerde bijzondere last wordt door de aanbieder ten behoeve van de lastgever bijgehouden in een register.

Artikel 3

De voorzieningen door middel van welke de ten behoeve van aftappen verkregen telecommunicatie door de aanbieder wordt doorgegeven zijn in overeenstemming met het bij ministeriële regeling vast te stellen technisch protocol, dan wel met de bij ministeriële regeling vast te stellen andere eisen of uitgangspunten.

Artikel 4

Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels inzake technische aftapbaarheid worden gesteld met betrekking tot de bij die regeling aan te wijzen openbare telecommunicatienetwerken en openbare telecommunicatiediensten. Bij ministeriële regeling kunnen tevens regels worden gesteld ten aanzien van de door een aanbieder te nemen personele maatregelen en te treffen voorzieningen met betrekking tot aftappen. Bij deze regeling kan worden bepaald dat deze maatregelen en voorzieningen de instemming van een bij die regeling aan te wijzen bestuursorgaan of bevoegde autoriteit behoeven. Voorts kan bij deze regeling worden bepaald dat de desbetreffende bestuursorganen of bevoegde autoriteiten bevoegd zijn beveiligingseisen vast te stellen.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel 6

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit aftappen openbare telecommunicatienetwerken en -diensten.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 10 november 1998

Beatrix

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J. M. de Vries

Uitgegeven de vierentwintigste november 1998

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals