Tijdelijke wet aanwijzing bèta-opleidingen

[Regeling vervalt op nader te bepalen datum].
Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 1999. Zie het overzicht van wijzigingen.
[Regeling treedt (deels) in werking per 23-04-1999 met terugwerkende kracht tot en met 16-04-1999.]
Geraadpleegd op 09-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-02-1968 en zichtdatum 08-11-2024.
Geldend van 04-07-2013 t/m heden

Wet van 19 april 1999, houdende voorschriften van tijdelijke aard, waaronder wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, in verband met de vernieuwing van opleidingen in het wetenschappelijk onderwijs op het gebied van de natuur (Tijdelijke wet aanwijzing bèta-opleidingen)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is uitvoering te geven aan het in het hoger onderwijs- en onderzoekplan 1998 aangekondigde voornemen om opleidingen in het wetenschappelijk onderwijs op het gebied van de natuur en de opleidingen biologie en moleculaire wetenschappen verbonden aan de openbare universiteit te Wageningen inhoudelijk te vernieuwen; dat in verband hiermee een regeling wordt getroffen, op grond waarvan de periode waarin studenten aan deze opleidingen aanspraak op studiefinanciering hebben, met een jaar kan worden verlengd;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK 1. PROCEDURE BESLUITVORMING EN REGISTRATIE BÈTA-OPLEIDINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze wet wordt verstaan onder:

Artikel 2. Besluitvorming bèta-opleidingen met een studielast van 210 studiepunten

  • 1 Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen kan op aanvraag van het instellingsbestuur in de jaren 1999, 2000 en 2001 toestaan dat een opleiding op het gebied van de natuur met een studielast van 210 studiepunten wordt ingesteld. Onze Minister van Economische Zaken kan op aanvraag van het instellingsbestuur van de openbare universiteit te Wageningen in dezelfde jaren toestaan dat de de opleiding biologie en de opleiding moleculaire wetenschappen, elk met een studielast van 210 studiepunten, worden ingesteld.

  • 2 Het instellingsbestuur dient een aanvraag in bij Onze minister, wie het aangaat, ten behoeve van het studiejaar 1999–2000 voor 1 mei 1999, ten behoeve van het studiejaar 2000–2001 voor 1 april 2000 dan wel ten behoeve van het studiejaar 2001–2002 voor 1 april 2001. Het instellingsbestuur toont daarin ten genoegen van Onze minister aan dat:

    • a. de desbetreffende opleiding in een maatschappelijke behoefte voorziet,

    • b. de inhoud van de desbetreffende opleiding ten opzichte van een of meer opleidingen op het gebied van de natuur dan wel de opleidingen biologie of moleculaire wetenschappen waarvan de studielast ten minste 168 studiepunten bedraagt, in belangrijke mate is vernieuwd en verbreed,

    • c. het onderwijsprogramma van de desbetreffende opleiding zodanig is ingericht dat de daarvoor ingeschreven studenten bij een redelijke inspanning de opleiding binnen een redelijke studietijd kunnen voltooien, en

    • d. de desbetreffende opleiding omvat

      • 1°. een afstudeerrichting gericht op de verkrijging van vaardigheden als wetenschappelijk onderzoeker of technologisch ontwerper,

      • 2°. in een voorkomend geval een afstudeerrichting gericht op het beroep van leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in een of meer met die opleiding verwante vakken in het voortgezet onderwijs, en

      • 3°. een of meer andere afstudeerrichtingen.

  • 4 Voor de toepassing van dit artikel wordt onder opleiding op het gebied van de natuur tevens verstaan:

    • a. de opleiding biomedische wetenschappen, verbonden aan de openbare universiteit te Leiden,

    • b. de opleiding medische biologie, verbonden aan de openbare universiteit te Utrecht, en

    • c. de opleiding biomedische gezondheidswetenschappen, verbonden aan de bijzondere universiteit te Nijmegen.

Artikel 3. Beroep op de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

Indien de uitspraak op een beroep tegen een besluit van Onze Minister als bedoeld in artikel 2, eerste lid, strekt tot toestemming als bedoeld in dat lid, treden de gevolgen daarvan in met ingang van het studiejaar dat aanvangt na het studiejaar waarin de uitspraak is gedaan.

Artikel 4. Registratie nieuwe bèta-opleidingen in het CROHO

  • 2 De Informatie Beheer Groep weigert registratie in het register uitsluitend, indien:

    • a. de in het eerste lid bedoelde gegevens niet uiterlijk 1 juni van het desbetreffende jaar door de Informatie Beheer Groep zijn ontvangen, dan wel

    • b. deze uiterlijk op genoemde datum ontvangen gegevens naar het oordeel van de Informatie Beheer Groep niet volledig zijn en vervolgens niet binnen een door de Informatie Beheer Groep te bepalen termijn is voorzien in de ontbrekende gegevens.

Artikel 5. Bekendmaking wijzigingen in het CROHO

De Informatie Beheer Groep maakt de uit artikel 4 voortvloeiende wijzigingen in het register bekend voor 1 juli van het desbetreffende jaar. Van deze bekendmaking wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

Artikel 6. Beëindiging inschrijving voor bèta-opleidingen met een studielast van 168 studiepunten

Indien een opleiding waarvoor met het oog op een bepaald studiejaar een besluit op grond van artikel 2 is genomen, in het register is geregistreerd, worden met ingang van dat studiejaar geen studenten en extraneï voor de eerste maal meer ingeschreven voor de opleiding of voor de opleidingen waarvoor de nieuw ingestelde opleiding in de plaats komt.

HOOFDSTUK 2. WIJZIGINGEN VAN DE WHW EN VAN DE WET VAN 2 APRIL 1998 (STB. 216)

Artikel 7. Tijdelijke wijziging van de WHW

[Red: Wijzigt de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.]

Artikel 8. Wijziging van de WHW

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 9. Wijziging van de wet van 2 april 1998 (Stb. 216)

[Red: Wijzigt de Wijzigingswet Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en Wet op de studiefinanciering (uitvoering van in het hoger onderwijs- en onderzoekplan 1996 aangekondigde maatregelen).]

HOOFDSTUK 3. SLOTBEPALINGEN

Artikel 10. Expiratie

Deze wet vervalt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel 11. Inwerkingtreding

  • 1 Deze wet treedt in werking met ingang van 16 april 1999. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 15 april 1999, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 16 april 1999.

  • 2 In afwijking van het eerste lid treedt artikel 8 in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel 12. Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Tijdelijke wet aanwijzing bèta-opleidingen.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te Hongkong, 19 april 1999

Beatrix

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

L. M. L. H. A. Hermans

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

H. H. Apotheker

Uitgegeven tweeëntwintigste april 1999

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals