Besluit van 3 november 1999, houdende regels inzake het beperken van het gebruik van
kortketenige gechloreerde paraffines (Besluit gechloreerde paraffines WMS)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
van 12 juli 1999, nr. MJZ 99192487, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;
Gelet op het besluit van de Commissie van Parijs van juni 1995 (Parcom 95/1) en artikel 24 van de Wet milieugevaarlijke stoffen;
De Raad van State gehoord (advies van 30 augustus 1999, nr. W08.99.0347/V);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening
en Milieubeheer van 27 oktober 1999, nr. MJZ 1999227423, Centrale Directie Juridische
Zaken, Afdeling Wetgeving;
Hebben goedgevonden en verstaan: