Stcrt. 2003, 218, datum inwerkingtreding 13-11-2003, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2001.
1 Bij de aangifte, bedoeld in artikel 28 van de wet, die betrekking heeft op het jaar
waarvoor de vrijstelling, bedoeld in artikel 2, eerste lid, geldt, wordt door de heffingplichtige
melding gemaakt van het overeenkomstig artikel 2, tweede lid, en in voorkomend geval
artikel 3, tweede lid, berekende aantal dieren van de onderscheiden diercategorieën.
De heffingplichtige maakt ten aanzien van de dieren van de in de bijlage bij de regeling
onderscheiden diercategorieën 300, 301, 310, 311 en 411 tevens melding van de mestcode
waarmee de door de desbetreffende dieren geproduceerde meststoffen worden aangeduid
in bijlage C bij de wet.
2 De melding geschiedt op een daartoe door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
vastgesteld formulier, dat overeenkomstig de daarop aangegeven wijze wordt ingevuld.
3 Bij de melding wordt een afschrift van de dieradministratie met betrekking tot het
jaar waarop de vrijstelling van toepassing is meegezonden.
4 Indien de vrijstelling betrekking heeft op 1998 en de heffingplichtige met betrekking
tot dat jaar reeds aangifte heeft gedaan geschiedt de melding, in afwijking van het
eerste lid, binnen de daarvoor op het formulier vermelde termijn.