Wet van 23 november 2000 tot algehele herziening van de Vreemdelingenwet (Vreemdelingenwet
2000)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de bestaande wetgeving
betreffende de toelating en uitzetting van vreemdelingen, het toezicht op vreemdelingen
die in Nederland verblijf houden, en de grensbewaking, te herzien en daartoe een nieuwe
Vreemdelingenwet vast te stellen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: