Besluit van 28 november 2000 houdende regels voor het bezit en vervoer van en de handel
in beschermde dier- en plantensoorten (Besluit vrijstelling beschermde dier- en plantensoorten)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van
18 februari 2000, nr. TRCJZ/2000/1689, Directie Juridische Zaken;
Gelet op artikel 16, eerste lid, onderdeel c, van richtlijn nr. 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 mei 1992 inzake de instandhouding
van de natuurlijke habitats en de wilde flora- en fauna (PbEG L 206);
Gelet op de artikelen 75, eerste lid en vierde lid, onderdelen a, b en c en 81, eerste lid, van de Flora- en faunawet;
De Raad van State gehoord (advies van 26 mei 2000, nr. W11.00.0064/V);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
van 21 november 2000, nr. TRCZ/2000/9599, Directie Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan: