Wet van 14 december 2000, houdende nieuwe bepalingen inzake het financieringsbeleid
van openbare lichamen (Wet financiering decentrale overheden)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het op grond van veranderde omstandigheden
en nieuwe inzichten ten aanzien van het financieringsbeleid van openbare lichamen
wenselijk is nieuwe regels vast te stellen ter herziening van de Wet financiering
lagere overheid;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: