Rulingbeleid; overgangsrecht

[Regeling vervallen per 21-08-2010 met terugwerkende kracht tot en met 13-08-2010.]
Geraadpleegd op 26-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2007 en zichtdatum 22-11-2024.
Geldend van 21-12-2000 t/m 12-08-2010

Rulingbeleid; overgangsrecht

De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

1. Inleiding

[Regeling vervallen per 21-08-2010 met terugwerkende kracht tot en met 13-08-2010]

In vervolg op mijn brief van 20 november 2000, G 2000-454, aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal deel ik ten aanzien van het rulingbeleid het volgende mee.

2. Omvorming van de huidige rulingpraktijk in een APA-/ATR-praktijk

[Regeling vervallen per 21-08-2010 met terugwerkende kracht tot en met 13-08-2010]

In de genoemde brief is aangekondigd dat de huidige rulingpraktijk, die geconcentreerd is bij de Belastingdienst/Grote ondernemingen Rotterdam, wordt gemoderniseerd en wordt omgevormd in een APA-/ATR-praktijk (Advance Pricing Agreement/Advance Tax Ruling-praktijk). Nadat overleg met de Tweede Kamer der Staten-Generaal over deze brief heeft plaatsgevonden, zal de nieuwe praktijk worden ingevoerd. De beoogde ingangsdatum is 1 april 2001. Verzoeken die met ingang van die datum worden ingediend zullen overeenkomstig de nieuwe uitgangspunten worden behandeld. Binnenkort zal ik besluiten publiceren inzake de opzet en werking van de APA-/ATR-praktijk, de vaststelling van verrekenprijzen en het intrekken van het huidige gepubliceerde rulingbeleid.

Reeds nu merk ik op dat, evenals in de huidige rulingpraktijk, ook in de ATR-praktijk zekerheid vooraf over de toepassing van de deelnemingsvrijstelling kan worden gevraagd.

3. Overgangsregeling lopende rulings, vóór 1 april 2001 ingediende rulingverzoeken en ‘rulingachtigen’

[Regeling vervallen per 21-08-2010 met terugwerkende kracht tot en met 13-08-2010]

Voor nog lopende rulings die sporen met het beleid zoals dat per 31 maart 2001 geldt en die een looptijd hebben die eindigt vóór 31 december 2005, wordt deze looptijd vervangen door een looptijd die eindigt op 31 december 2005, tenzij belastingplichtige wenst vast te houden aan de (eerdere) in de ruling genoemde einddatum.

Voor rulingverzoeken die vóór 1 april 2001 zijn ingediend, zal indien een ruling wordt afgegeven, de bepaling inzake de looptijd als volgt luiden:

‘Deze ruling zal gelden tot en met 31 december 2005 en kan niet worden verlengd.’

Zogenoemde ‘rulingachtigen’, belastingplichtigen die geen ruling hebben aangevraagd maar wel overeenkomstig het gepubliceerde rulingbeleid aangifte doen, kunnen, indien zij op 31 maart 2001 activiteiten verrichten die door het gepubliceerde rulingbeleid worden bestreken en daarvoor aangifte doen conform het op die datum geldende rulingbeleid, dit voortzetten tot en met 31 december 2005.