Vergoedingenregeling leden Adviesraad internationale vraagstukken

Geraadpleegd op 27-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 28-08-2002 en zichtdatum 23-11-2024.
Geldend van 01-01-2002 t/m 16-10-2003

Vergoedingenregeling leden Adviesraad internationale vraagstukken

Artikel 1

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

De voorzitter van de Adviesraad internationale vraagstukken en de voorzitters van de permanente commissies ontvangen een vaste vergoeding overeenkomstig schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 met inachtneming van een deeltijdfactor van 0,2.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2003, 199, datum inwerkingtreding 17-10-2003, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2001.

De voorzitter van de Adviesraad internationale vraagstukken en de voorzitters van de permanente commissies ontvangen een vaste vergoeding overeenkomstig schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 met inachtneming van een deeltijdfactor van 0,2441.

Artikel 2

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

De ondervoorzitters van de permanente commissies ontvangen een vaste vergoeding overeenkomstig schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 met inachtneming van een deeltijdfactor van 0,1.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2003, 199, datum inwerkingtreding 17-10-2003, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2001.

De ondervoorzitters van de permanente commissies ontvangen een vaste vergoeding overeenkomstig schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 met inachtneming van een deeltijdfactor van 0,1098.

Artikel 3

De voorzitters van de werkgroepen uit de permanente commissies ontvangen een vergoeding van € 190,59 per vergadering.

Artikel 4

De leden van de permanente commissies ontvangen een vergoeding van € 136,13 per vergadering.

Artikel 5

De leden van de Adviesraad internationale vraagstukken die niet op grond van de artikelen 1 of 2 voor een vergoeding in aanmerking komen, ontvangen een vaste vergoeding overeenkomstig schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 met inachtneming van een deeltijdfactor van 0,09.

Artikel 6

In afwijking van de artikelen 1 tot en met 4, bedraagt de hoogte van de vergoedingen, bedoeld in deze artikelen, voor het jaar 1998 € 20.420,11, € 9075,60, € 181,51 onderscheidenlijk € 90,76. De vergoedingen voor de jaren 1999 en 2000 worden vastgesteld door de vergoedingen van het daaraan voorafgaande jaar te verhogen met het door de Minister van Financiën vastgestelde inflatie-indexcijfer van het jaar waarop de vergoeding betrekking heeft.

Artikel 7

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. De artikelen 1 tot en met 5 werken terug tot en met 1 januari 2001. Artikel 6 werkt terug tot en met 1 januari 1998.

Artikel 8

Deze regeling wordt aangehaald als: Vergoedingenregeling leden Adviesraad internationale vraagstukken.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Buitenlandse Zaken,

J.J. van Aartsen