Warenwetbesluit Koffie- en cichorei-extracten

Geraadpleegd op 08-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 25-05-2016.
Geldend van 16-05-2001 t/m heden

Besluit van 26 april 2001, houdende vaststelling van het Warenwetbesluit Koffie- en cichorei-extracten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 18 december 2000, kenmerk GZB/VVB 2131294, gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

Gelet op Richtlijn nr. 1999/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 februari 1999 inzake extracten van koffie en extracten van cichorei (PbEG L 66), alsmede op de artikelen 1, vierde lid, 4, eerste lid, 8 onder a, b en c, 12, 13 en 14 van de Warenwet;

De Raad van State gehoord (advies van 27 februari 2001, no.W13.00.0606/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 20 april 2001, GZB/VVB 2173710, uitgebracht in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

Hebben goedgevonden en verstaan:

§ 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

  • 1 In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    • a. koffie-extract: de geconcentreerde waar die wordt verkregen door extractie van gebrande koffiebonen, waarbij uitsluitend water als extractiemiddel wordt gebruikt met uitsluiting van elk hydrolyseprocédé waarbij zuren of basen worden toegevoegd;

    • b. cichorei: de voor de bereiding van dranken bestemde, met het oog op het drogen en branden naar behoren gereinigde wortels van Cichorium intybus L., die niet voor de productie van witlof worden aangewend;

    • c. cichorei-extract: de geconcentreerde waar die wordt verkregen door extractie van gebrande cichorei, waarbij uitsluitend water als extractiemiddel wordt gebruikt met uitsluiting van elk hydrolyseprocédé waarbij zuren of basen worden toegevoegd.

  • 2 Dit besluit is niet van toepassing op «café torrefacto soluble».

Artikel 2

  • 1 Het is verboden koffie- en cichorei-extracten te bereiden of te verhandelen, die niet voldoen aan de bij dit besluit gestelde eisen met betrekking tot hun samenstelling.

  • 2 Het is verboden koffie- en cichorei-extracten te verhandelen anders dan met inachtneming van de voorschriften, bij dit besluit gesteld met betrekking tot hun aanduiding en tot het bezigen van vermeldingen.

  • 3 Het is verboden met gebruikmaking van de bij dit besluit aangegeven aanduidingen andere waren te verhandelen dan die waaraan die aanduidingen bij dit besluit zijn voorbehouden.

§ 2. Samenstelling

Artikel 3

  • 1 Koffie-extract bevat uitsluitend:

    • de oplosbare en aromatische bestanddelen van koffie,

    • de onoplosbare stoffen waarvan de aanwezigheid technisch niet is te vermijden, en

    • de uit koffie afkomstige onoplosbare oliën.

  • 2 Koffie-extract in vaste of pastavorm bevat geen andere bestanddelen dan die welke afkomstig zijn van de extractie van koffie.

  • 3 Het gehalte aan niet uit de cichorei afkomstige stoffen bedraagt bij cichorei-extract in vaste vorm en in pastavorm ten hoogste 1 gewichtsprocent.

  • 4 Vloeibaar koffie-extract bevat ten hoogste 12 gewichtsprocent al dan niet gebrande suiker(s).

  • 5 Vloeibaar cichorei-extract bevat ten hoogste 35 gewichtsprocent al dan niet gebrande suiker(s).

Artikel 4

  • 1 Het gehalte aan uit koffie afkomstige droge stof bedraagt:

    • a. voor droog koffie-extract 95 of meer gewichtsprocent;

    • b. voor koffie-extractpasta ten minste 70 en ten hoogste 85 gewichtsprocent;

    • c. voor vloeibaar koffie-extract ten minste 15 en ten hoogste 55 gewichtsprocent.

  • 2 Het gehalte aan uit cichorei afkomstige droge stof bedraagt:

    • a. voor cichorei-extract 95 of meer gewichtsprocent;

    • b. voor cichorei-extractpasta ten minste 70 en ten hoogste 85 gewichtsprocent;

    • c. voor vloeibaar cichorei-extract ten minste 25 en ten hoogste 55 gewichtsprocent.

§ 3. Aanduidingen en vermeldingen

Artikel 5

  • 1 De aanduidingen koffie-extract, oplosbaar koffie-extract, oploskoffie of instantkoffie mogen uitsluitend en moeten worden gebezigd voor koffie-extract.

  • 2 De aanduidingen cichorei-extract, oploscichorei of instantcichorei mogen uitsluitend en moeten worden gebezigd voor cichorei-extract.

  • 3 De in het eerste en tweede lid genoemde aanduidingen worden aangevuld, indien van toepassing, met de woorden: «pasta» of «in pastavorm».

  • 4 De in het eerste en tweede lid genoemde aanduidingen worden aangevuld, indien van toepassing, met de woorden: «vloeibaar» of «in vloeibare vorm».

Artikel 6

  • 1 De aanduiding van de waar koffie-extract wordt aangevuld met de vermelding «cafeïnevrij» indien in de daar bedoelde waar het gehalte aan watervrije cafeïne ten hoogste 0,3 gewichtsprocent bedraagt, berekend op de uit koffie afkomstige droge stof.

  • 2 De vermelding «geconcentreerd» als aanvulling op de aanduiding van de waar vloeibaar koffie-extract mag uitsluitend worden gebezigd, indien het gehalte aan droge, uit koffie afkomstige stof meer dan 25 gewichtsprocent bedraagt.

  • 3 De vermelding «geconcentreerd» als aanvulling op de aanduiding van de waar vloeibaar cichorei-extract mag uitsluitend worden gebezigd, indien het gehalte aan droge, uit cichorei afkomstige stof meer dan 45 gewichtsprocent bedraagt.

  • 4 De aanduiding van de waar vloeibaar koffie-extract wordt aangevuld met een van de volgende vermeldingen «met suiker», «verduurzaamd met suiker», «met toegevoegde suiker» of «gebrand met suiker», waarbij het woord «suiker» wordt vervangen door de naam onderscheidelijk de namen van de gebruikte suikersoort(en).

  • 5 De aanduiding van de waar vloeibaar cichorei-extract wordt aangevuld met een van de volgende vermeldingen «met suiker», «verduurzaamd met suiker», «met toegevoegde suiker» of «gebrand met suiker», waarbij het woord «suiker» wordt vervangen door de naam onderscheidelijk de namen van de gebruikte suikersoort(en).

  • 6 De in het eerste, vierde en vijfde lid genoemde vermeldingen worden gebezigd in hetzelfde gezichtsveld als de aanduiding van de desbetreffende waar.

  • 7 De waren koffie-extractpasta en vloeibaar koffie-extract bevatten een vermelding inzake het minimumgehalte aan uit koffie afkomstige droge stof.

  • 8 De waren cichorei-extractpasta en vloeibaar cichorei-extract bevatten een vermelding inzake het minimumgehalte aan uit cichorei afkomstige droge stof.

  • 9 De vermeldingen bedoeld in het zevende en achtste lid worden uitgedrukt in gewichtsprocenten van het eindproduct.

§ 4. Slotbepalingen

Artikel 7

  • 1 Als methoden van onderzoek welke bij uitsluiting beslissend zijn voor de vaststelling of al dan niet is voldaan aan de bij dit besluit gestelde regels, worden aangewezen chromatografische, fysische, chemische en andere scheidingsmethoden, organoleptische bepalingsmethoden en detectiemethoden, alsmede de daartoe door een andere lid-staat van de Europese Unie aangewezen methoden.

  • 2 Onze Minister kan nadere regels vaststellen inzake de toepassing van het eerste lid.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, met dien verstande dat waren:

  • a. die voldoen aan het Warenwetbesluit Koffie en cichorei, zoals dat onmiddellijk voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit luidde, nog verhandeld mogen worden tot 13 september 2001;

  • b. die vóór 13 september 2001 rechtmatig zijn geëtiketteerd overeenkomstig het Warenwetbesluit Koffie en cichorei zoals dat onmiddellijk voor de inwerkingtreding van dit besluit luidde, nog in de handel mogen worden gebracht totdat de voorraden zijn opgebruikt.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 26 april 2001

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. Borst-Eilers

Uitgegeven de vijftiende mei 2001

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals