Toelichting op het protocol
[Regeling vervallen per 15-06-2005]
-
artikel 6, onderdeel a: vaststellen dat de subsidieontvanger een privaatrechtelijke rechtspersoon is waarvan
de doelstelling past binnen het doel van de subsidieverlening.
-
artikel 6, onderdeel b: vaststellen dat de subsidieontvanger een rechtspersoon is naar Nederlands publiekrecht.
-
artikel 7: vaststellen dat in de financiële verantwoording uitsluitend als subsidiabele kosten
zijn opgenomen de in artikel 7 genoemde kosten.
-
artikel 8: vaststellen dat het dagtarief enkel is samengesteld uit de bij artikel 7, eerste lid, genoemde subsidiabele kosten.
-
artikel 10: vaststellen dat geen aanvang is gemaakt met de uitvoering van het project alvorens
de ontvangst van de aanvraag tot subsidieverlening schriftelijk aan de aanvrager is
bevestigd, de in de financiële verantwoording van het project opgenomen kosten voor
een periode van maximaal 3 jaar aantoonbaar zijn gemaakt en betaald en dat in de financiële
verantwoording opgenomen subsidiabele kosten geen betrekking hebben op de in artikel 10, onderdelen d, e en f, genoemde kosten.
-
artikel 11, eerste lid: vaststellen dat, indien voor het project waarvoor op grond van dit Besluit subsidie
is verleend andere subsidies door de Rijksoverheid worden verstrekt, de som van de
subsidies het in artikel 9 genoemde percentage niet overschrijdt.
-
artikel 11, tweede lid: vaststellen dat, indien voor het project waarvoor op grond van dit Besluit subsidie
is verleend subsidies door anderen dan de Rijksoverheid of financiële middelen door
niet-bestuursorganen worden verstrekt, de som van de subsidies dan wel de financiële
middelen niet meer bedraagt dan 100% van de totale kosten van het project.
-
artikel 16: vaststellen dat de subsidieontvanger een administratie voert die zodanig is ingericht
dat daaruit te allen tijde op eenvoudige en duidelijke wijze alle kosten van het project
kunnen worden afgelezen, gespecificeerd de in artikel 7 onderscheiden kostenposten, met dien verstande dat ter zake van de loonkosten van
het personeel in dienst van de subsidieontvanger een door middel van sluitende tijdsbeschrijving
vastgestelde urenverantwoording aanwezig is
-
artikel 18, eerste lid: vaststellen dat de subsidieontvanger het project overeenkomstig het projectplan
heeft uitgevoerd.
-
artikel 18, tweede lid: vaststellen dat gedurende de looptijd van het project de in het projectplan aangebrachte
wijzigingen vooraf zijn gemeld aan Dienst Regelingen en zijn goedgekeurd door de minister.
-
artikel 18a: vaststellen dat de subsidieontvanger binnen twaalf maanden na dagtekening van de
beschikking tot subsidieverlening is begonnen met de uitvoering van het project en
het project binnen drie jaar na aanvang van de uitvoering heeft voltooid, met dien
verstande dat het project uiterlijk op 31 mei 2006 gereed was.
-
artikel 18b, eerste lid: vaststellen dat, in de gevallen genoemd in artikel 4:41, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht, de subsidieontvanger een vergoeding voor vermogensvorming heeft betaald waarvan
de hoogte wordt bepaald overeenkomstig het tweede lid van artikel 18b, tenzij het derde of vierde lid van toepassing is.
-
artikel 18b, derde lid: vaststellen dat, indien het project door een andere rechtspersoon werd voortgezet,
dit na toestemming door de minister is gebeurd en de activa om niet aan die andere
rechtspersoon in eigendom zijn overgedragen.
-
artikel 18b, vierde lid: vaststellen dat, indien de met het project ontwikkelde activiteiten na de subsidievaststelling
tenminste drie jaar worden voortgezet door de subsidieontvanger of door een andere
rechtspersoon, dit ten genoegen van de minister wordt aangetoond en indien de met
het project ontwikkelde activiteiten na de subsidievaststelling worden voortgezet
door een andere rechtspersoon, dit na toestemming door de minister is gebeurd en de
activa om niet aan die andere rechtspersoon in eigendom zijn overgedragen.
-
artikel 19, tweede lid: vaststellen dat de eindrapportage voldoet aan de voor dit doel gestelde eisen.
Onder normale aandacht wordt verstaan: controle met een diepgang die gebruikelijk
is voor het afgeven van een accountantsverklaring bij een verantwoording.
Onder speciale aandacht wordt verstaan: controle waarbij nadrukkelijk wordt bezien
of de desbetreffende voorschriften zijn nageleefd. In dit geval moet dus verder worden
gegaan dan normaal bij een controle van een verantwoording.
Aan de niet genoemde artikelen behoeft bij de controle geen aandacht te worden besteed,
met dien verstande dat, teneinde de controle op de hierboven genoemde artikelen goed
te kunnen verrichten, kennisneming van deze overige artikelen noodzakelijk is.
De minister kan de Accountantsdienst van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij een review laten uitvoeren op de door de accountant van de aanvrager,
aan wie de subsidie ingevolge het Besluit natuurbeheer Midden- en Oost-Europa 2001
is verleend, verrichte werkzaamheden.