Aanwijzingsregeling vestiging in de EU

[Regeling vervallen per 20-10-2007.]
Geraadpleegd op 27-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 04-01-2016 en zichtdatum 01-01-2017.
Geldend van 20-06-2001 t/m 19-10-2007

Aanwijzingsregeling vestiging in de EU

De Minister van Economische Zaken;

Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en de Minister van Verkeer en Waterstaat;

Gelet op artikel 10, eerste lid, juncto artikel 8, van richtlijn nr. 1999/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 7 juni 1999 tot de invoering van een regeling voor de erkenning van diploma's betreffende beroepswerkzaamheden die binnen de werkingssfeer van de liberaliseringsrichtlijnen en van de richtlijnen houdende overgangsmaatregelen vallen en tot aanvulling van het algemene stelsel van erkenning van diploma's (PbEG L 201), en artikel 28, aanhef en onder a, van de Wet op de kamers van koophandel en fabrieken 1997,

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 20-10-2007]

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. richtlijn:

richtlijn nr. 1999/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 7 juni 1999 tot de invoering van een regeling voor de erkenning van diploma's betreffende beroepswerkzaamheden die binnen de werkingssfeer van de liberaliseringsrichtlijnen en van de richtlijnen houdende overgangsmaatregelen vallen en tot aanvulling van het algemene stelsel van erkenning van diploma's (PbEG L 201);

b. kamer:

kamer van koophandel en fabrieken als bedoeld in de Wet op de kamers van koophandel en fabrieken 1997.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 20-10-2007]

Als instantie, bevoegd tot het op verzoek afgeven van verklaringen van daadwerkelijke uitoefening van werkzaamheden in Nederland, als bedoeld in Bijlage A, deel 1, lijst I tot en met lijst VI, van de richtlijn, wordt aangewezen de kamer in het gebied waarin de werkzaamheden van de aanvrager geheel of in hoofdzaak hebben plaatsgevonden.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 20-10-2007]

  • 1 Een verklaring wordt uitsluitend afgegeven, indien de aanvrager heeft aangetoond, dat hij voldoet aan een van de voorwaarden, gesteld in artikel 4 van de richtlijn.

  • 2 De in het eerste lid bedoelde verklaring bevat een opgave van de feiten, op grond waarvan zij wordt afgegeven, overeenkomstig het model opgenomen in bijlage 1 bij de bekendmaking van de Commissie betreffende bewijzen, verklaringen en documenten die zijn voorgeschreven in de tot en met 1 juni 1973 door de Raad vastgestelde richtlijnen op het gebied van de vrijheid van vestiging en het vrij verrichten van diensten en betrekking hebben op

    • -

      de betrouwbaarheid,

    • -

      het feit dat er geen faillissement heeft plaatsgehad,

    • -

      de aard en de duur van de in de landen van herkomst uitgeoefende beroepswerkzaamheden (PbEG C 81).

Artikel 4

[Regeling vervallen per 20-10-2007]

Een verklaring, verleend krachtens een van de in artikel 5 bedoelde beschikkingen, wordt geacht te zijn verleend krachtens deze regeling.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 20-10-2007]

De volgende beschikkingen worden ingetrokken:

  • a. de beschikking van 2 september 1964 / Nr. 764/7104 MSW/WV/ Directoraat-Generaal voor de Middenstand en het Toerisme, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1964, 173);

  • b. de beschikking van 9 februari 1965 / Nr. 764/10573 MKVO Directoraat-Generaal voor het Midden- en Kleinbedrijf en Toerisme, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1965, 29);

  • c. de beschikking van 18 februari 1970 / Nr. 769/4840 MKVO/V/VW Directoraat-Generaal voor het Midden- en Kleinbedrijf en Toerisme, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1970, 38);

  • d. de beschikking van 18 februari 1970 / Nr. 769/4841 MKVO/V/VW Directoraat-Generaal voor het Midden- en Kleinbedrijf en Toerisme, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1970, 38);

  • e. de beschikking van 18 februari 1970 / Nr. 769/4842 MKVO/V/VW Directoraat-Generaal voor het Midden- en Kleinbedrijf en Toerisme, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1970, 38);

  • f. de beschikking van 27 oktober 1971 / Nr. 771/8419 MKVO/V/VW Directoraat-Generaal voor het Midden- en Kleinbedrijf en Toerisme, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1971, 212);

  • g. de beschikking van 24 maart 1980, 779/I/2898 HAD/O/VW Directoraat-Generaal voor Handel, Ambacht en Diensten, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1980, 63);

  • h. de beschikking van 24 maart 1980, 779/I/2898 HAD/O/VW Directoraat-Generaal voor Handel, Ambacht en Diensten, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1980, 63);

  • i. de beschikking van 4 oktober 1983, 783/I/1264 Directoraat-Generaal voor Handel, Ambacht en Diensten/O/VU, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1983, 195);

  • j. de beschikking van 9 november 1983, Nr.782/I/3998 Directoraat-Generaal voor Handel, Ambacht en Diensten/O/VW, houdende de aanwijzing van instanties voor de afgifte van verklaringen ten behoeve van vestiging in andere EEG-landen (Stcrt. 1983, 220).

Artikel 6

[Regeling vervallen per 20-10-2007]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 20-10-2007]

Deze regeling wordt aangehaald als: Aanwijzingsregeling vestiging in de EU.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 15 juni 2001

De

Minister

van Economische Zaken,

A. Jorritsma-Lebbink