Subsidieregeling ESF-3

Geraadpleegd op 10-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2013 en zichtdatum 01-07-2013.
Geldend van 01-07-2013 t/m heden

Subsidieregeling ESF-3

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

Gezien de Beschikking van de Europese Commissie, kenmerk C(2000)1127, d.d. 8 augustus 2000, waarbij aan Nederland voor de periode 2000-2006 gelden uit het Europees Sociaal Fonds zijn toegewezen ter verwezenlijking van maatregelen op het gebied van het arbeidsmarktbeleid en het beroepsonderwijs, binnen de kaders, als vastgelegd in het terzake door de Commissie goedgekeurde Enig Programmeringsdocument,

Overwegende dat over de besteding van deze middelen nadere regels dienen te worden vastgesteld,

Besluit:

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. de minister:

de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

b. begunstigde:

degene aan wie krachtens deze regeling projectsubsidie is verleend;

c. aanvraagtijdvak:

een door de minister vastgesteld tijdvak, als bedoeld in artikel 4, waarbinnen aanvragen om projectsubsidie kunnen worden ingediend;

d. project:

een samenhangend geheel van activiteiten met betrekking tot de in artikel 3, eerste lid, genoemde onderwerpen;

e. projectsubsidie:

de subsidie, als bedoeld in artikel 7;

f. aanvrager:

de aanvrager van projectsubsidie;

g. ESF3-Beleidskader:

een door de minister vastgesteld beleidskader voor nieuwe subsidie-aanvragen, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, waarin de groep van subsidiegerechtigden, de omvang van de ter beschikking staande subsidiemiddelen alsmede de aan projecten te stellen eisen nader worden bepaald;

h. werkzoekende:

de persoon die als werkzoekende is geregistreerd bij de Centrale organisatie werk en inkomen, danwel anderszins een dienstbetrekking tracht te verwerven;

i. werkende:

de persoon die arbeid verricht als werknemer, dan wel als zelfstandige zonder personeel.

Artikel 2. Inleidende bepaling

  • 1 De minister verstrekt, overeenkomstig de regels van dit besluit, subsidie aan de nader krachtens dit besluit aangewezen rechtspersonen die een bijdrage leveren aan de uitvoering van het programma Europees Sociaal Fonds Doelstelling 3.

Artikel 3. Aard van de projecten

  • 1 Voor subsidie komen in aanmerking projecten met betrekking tot:

    • a. activerend arbeidsmarktbeleid voor werkzoekenden en arbeidsgehandicapten;

    • b. inzetbaarheid beroepsbevolking onderscheiden naar:

      • 1e. preventie instroom in arbeidsongeschiktheid en verbetering arbeidsomstandigheden, of

      • 2e. vergemakkelijken van de combinatie arbeid en zorg;

    • c. scholing van werkenden;

    • d. onderwerpen, subsidiabel onder toepassing van artikel 4, tweede lid, van de ESF-Verordening 1784/99;

    • e. bestrijding voortijdig schoolverlaten;

    • f. versterking beroepsbegeleidende leerweg;

    • g. praktijk onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs.

  • 2 Krachtens deze regeling wordt geen subsidie verleend voor projecten:

    • a. die zich richten op werkloos werkzoekenden die woonachtig zijn in de provincie Flevoland;

    • b. die zich richten op de scholing van werkenden ten behoeve van ondernemingen die zijn gevestigd in de provincie Flevoland;

    • c. als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, onder 2e, of onderdelen e tot en met g, welke worden uitgevoerd in de provincie Flevoland, dan wel zich richten op aldaar woonachtige personen.

Artikel 4. Aanvraagtijdvakken, ESF3-Beleidskader

  • 1 De mogelijkheid tot het indienen van aanvragen om projectsubsidie bestaat slechts gedurende door de minister vastgestelde aanvraagtijdvakken, gelegen in de jaren 2001 t/m 2006. Indien deze mogelijkheid wordt geopend, wordt hiervan vooraf door de minister in de Nederlandse Staatscourant mededeling gedaan. In een gelijktijdig door de minister vastgesteld en bekend gemaakt ESF3-Beleidskader kunnen bedragen worden vastgesteld die ten hoogste voor de verschillende categorieën aanvragers en projecten ter beschikking zullen worden gesteld, en kunnen nadere eisen worden gesteld waaraan nieuwe aanvragers en projecten zullen moeten voldoen om voor subsidie in aanmerking te komen.

  • 2 De beleidskaders zullen zodanig worden vastgesteld, dat over de periode 2000-2006 20% van het totaal van de budgetten zal worden aangewend ten behoeve van activiteiten die ten gunste komen van deelnemers die woonachtig dan wel werkzaam zijn in doelstelling-2-gebieden, als omschreven in bijlage 3.

Artikel 5. De aanvraag van projectsubsidie

  • 1 Een aanvraag heeft steeds betrekking op één project, waarvan de gehele of gedeeltelijke uitvoering van de directe projectactiviteiten in ieder geval plaatsvindt in een periode van ten minste zes maanden na de datum van ontvangst van de aanvraag en de duur in ieder geval eindigt uiterlijk 31 december 2007.

  • 2 De aanvraag wordt ingediend onder gebruikmaking van een formulier dat daartoe door de minister ter beschikking wordt gesteld, en bevat in ieder geval een projectbeschrijving met bijbehorende begroting en financieringsplan.

  • 3 Indien de aanvrager voor de financiering van het te subsidiëren project middelen van een derde inzet, geschiedt dit op basis van een schriftelijke overeenkomst met, dan wel schriftelijke toezegging van die derde. In de overeenkomst of toezegging wordt de bijdrage die door die derde wordt verschaft vastgelegd, alsmede de voorwaarden waaronder deze ter beschikking wordt gesteld. De aanvrager verstrekt op verzoek van de minister een afschrift van de overeenkomst of toezegging.

  • 4 Op de aanvraag wordt uiterlijk 12 weken na ontvangst beschikt.

Artikel 6. Weigering van projectsubsidie

Een projectsubsidie-aanvraag wordt afgewezen:

  • a. indien de aanvraag of het voor subsidie aangemelde project niet voldoet aan de bij en krachtens deze regeling gestelde eisen;

  • b. indien onvoldoende zekerheid bestaat dat de projectadministratie van de aanvrager aan de in artikel 11 gestelde eisen zal voldoen;

  • c. indien onvoldoende zekerheid bestaat over de financiering van de totale noodzakelijkerwijs ten behoeve van de uitvoering van het project te maken kosten;

  • d. indien de kosten van het project niet in een redelijke verhouding staan tot de daarvan te verwachten resultaten;

  • e. indien door subsidieverlening het in het toepasselijke ESF3-Beleidskader aangegeven subsidieplafond zou worden overschreden;

  • f. indien het project reeds uit anderen hoofde wordt gefinancierd ten laste van Europese subsidieprogramma's.

Artikel 7. Verlening van projectsubsidie

  • 1 De beschikking tot verlening van projectsubsidie betreft de projectactiviteiten, zoals vastgelegd in de bij de subsidie-aanvraag gevoegde projectbeschrijving.

  • 2 In de beschikking wordt het maximumbedrag bepaald dat aan subsidie tegemoet kan worden gezien. Bij de bepaling van dit bedrag wordt uitgegaan van het totaal van de voorbereidings-, uitvoerings- en beheerskosten van het project, zoals door de aanvrager geraamd in zijn subsidieaanvraag, met dien verstande dat bepaalde, in de beschikking te vermelden, kostenposten buiten beschouwing kunnen worden gelaten dan wel op een lager bedrag kunnen worden vastgesteld, voor zover de desbetreffende uitgaven redelijkerwijs niet noodzakelijk geacht kunnen worden voor de uitvoering van het project.

  • 3 Aan de beschikking tot verlening van projectsubsidie kunnen nadere voorwaarden worden verbonden, voor zover deze noodzakelijk zijn ter waarborging van een juiste uitvoering van het project dan wel het behoud van een goed inzicht in de voortgang van het project.

Artikel 8. Subsidiehoogte

  • 1 De subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten, doch ten hoogste het maximumbedrag dat is vastgesteld in de beschikking tot subsidieverlening.

  • 2 In afwijking van het eerste lid bedraagt de subsidie voor projecten, als bedoeld in artikel 3, eerste lid onder d, 100% van de subsidiabele kosten, doch ten hoogste het maximumbedrag dat is vastgesteld in de beschikking tot subsidieverlening.

  • 3 In geval de begunstigde krachtens een in artikel 5, derde lid, bedoelde overeenkomst of toezegging jegens derden terzake van de uitvoering van het gesubsidieerde project aanspraak heeft op betaling van een bedrag dat meer bedraagt dan 50% van de subsidiabele kosten, dan wel de begunstigde bij zijn aanvraag een schriftelijke toezegging heeft gedaan dat hij meer dan 50% van de subsidiabele kosten voor eigen rekening zal nemen, wordt de subsidie verlaagd met dit meerdere.

Artikel 9. Subsidiabele kosten

  • 1 Uitsluitend de kosten die door of op verzoek van de begunstigde daadwerkelijk zijn gemaakt, die ten laste van de begunstigde zijn gebleven en die voor de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van het project noodzakelijk moeten worden geacht, komen voor subsidiëring in aanmerking. Hierbij wordt verordening(EG)1685/2000 in acht genomen.

  • 2 Als projectkosten blijven buiten beschouwing:

    • a. kosten die meer dan zes maanden voor de aanvang van het project zijn gemaakt ten behoeve van de voorbereiding van dat project;

    • b. kosten die meer dan zes maanden voor de datum van ontvangst van de aanvraag van projectsubsidie voor het project zijn gemaakt ten behoeve van de uitvoering van dat project;

    • c. de kosten van inkomensvervangende betalingen of uitkeringen aan deelnemers, niet zijnde loonbetalingen;

    • d. de loonkosten van werkervaringsplaatsen en dienstbetrekkingen welke zijn aangegaan of bekostigd in het kader van de Wet werk en bijstand de Wet inschakeling werkzoekenden of het Besluit in- of doorstroombanen;

    • e. kosten van adviseurs, uitvoerders en onderuitvoerders die zijn bepaald als percentage van de totale kosten van het project, of als percentage van de te ontvangen projectsubsidie;

    • f. in het kader van een project als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel c, de loonkosten van een persoon die in het kader van de Wet sociale werkvoorziening een dienstverband met de gemeente dan wel met een reguliere werkgever heeft.

  • 3 Indien een project wordt uitgevoerd ten behoeve van wel en niet tot de doelgroepen behorende deelnemers, dan worden de kosten naar verhouding, en op grond van een controleerbare berekening, toegerekend aan de onderscheiden deelnemers.

Artikel 10. Bevoorschotting

  • 1 Aan de begunstigde worden, op diens verzoek, voorschotten op de projectsubsidie uitbetaald.

  • 2 Voorschotbetalingen zullen als volgt worden gedaan:

    • a. Een eerste voorschot, ten bedrage van 30% van het maximaal toegekende subsidiebedrag, wordt direct uitbetaald nadat van de begunstigde bericht is ontvangen dat de uitvoering van het project waarvoor de subsidie werd toegekend is aangevangen;

    • b. verdere voorschotten, waarbij het eerste voorschot wordt aangevuld tot ten hoogste 80% van het maximaal verleende subsidiebedrag, kunnen op verzoek worden verstrekt, voor zover door middel van tussentijdse rapportages is aangetoond dat verdere bevoorschotting noodzakelijk is.

  • 3 Alvorens een voorschot, als bedoeld in het tweede lid onder b, te verlenen kan de minister van de aanvrager verlangen dat de tussentijdse rapportage wordt voorzien van een verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Een dergelijk voorschot wordt niet verleend indien de realisatie van het project achterblijft bij de ramingen, als vervat in de bij de subsidie-aanvraag gevoegde projectbeschrijving, of wanneer er twijfel is aan een correcte uitvoering van het project.

Artikel 11. Administratievoorschriften

  • 1 De begunstigde dient een inzichtelijke en controleerbare administratie bij te houden of te doen bijhouden met betrekking tot de voorbereiding en uitvoering van het project en de in verband daarmee gedane uitgaven en verworven inkomsten. Deze administratie zal bestaan uit een deelnemersadministratie en een financiële administratie, waarin alle noodzakelijke gegevens tijdig, juist en volledig zijn vastgelegd en zijn te verifiëren met bewijsstukken.

  • 2 De deelnemersadministratie geeft inzicht in de geplande en gerealiseerde prestaties in termen van deelnemers en uren, dan wel in termen van geleverde producten of diensten.

  • 3 De financiële administratie geeft inzicht in de subsidiabele kosten, de inkomsten en de wijze waarop de inkomsten en uitgaven aan het project worden toegerekend.

  • 4 De administratie dient aldus te zijn opgezet dat deze voldoende waarborgen biedt voor correcte en adequate tussentijdse rapportages.

  • 5 De administratie dient voldoende mogelijkheden te bieden voor een goede accountantscontrole op de juiste naleving van de subsidievoorwaarden.

  • 6 Bij de vastlegging van de gegevens worden in ieder geval de eisen in acht genomen die in bijlage 1 bij dit besluit terzake worden gesteld.

  • 7 De begunstigde draagt er zorg voor dat alle administratieve bescheiden, welke betrekking hebben op het gesubsidieerde project, bewaard blijven tot 1 april 2016. Indien de Europese Commissie, vanwege een gerechtelijke vervolging of een met redenen omkleed verzoek de bewaartermijn schorst, maakt de minister de gevolgen voor deze bewaartermijn in de Staatscourant bekend.

  • 8 De begunstigde zal aan door de minister dan wel door de Europese Commissie daartoe aangewezen personen desgevraagd inzage in of informatie uit deze administratie geven of doen geven. Tevens zal hij de voornoemde personen desgevraagd informatie verschaffen over de voortgang van het voor subsidie in aanmerking gebrachte project.

Artikel 12. Rapportage

  • 1 De begunstigde dient ieder jaar een uitvoeringsrapportage in, waarin per project wordt aangegeven in welke mate de beschikbare middelen, inclusief de ontvangen voorschotten, zijn besteed, welke resultaten zijn gerealiseerd en wat de prognose is voor de resterende periode van het project.

  • 2 De rapportage dient uiterlijk twee maanden na afloop van het desbetreffende jaar te worden ingediend, onder gebruikmaking van een daartoe door de minister ter beschikking gesteld formulier.

  • 3 Indien er tussentijds bijzondere omstandigheden optreden, die de voortgang van het project substantieel wijzigen of die anderszins belangrijke gevolgen kunnen hebben voor het recht op subsidie, doet de begunstigde hiervan onverwijld mededeling aan de minister.

Artikel 13. Einddeclaratie en subsidievaststelling

  • 1 De begunstigde dient binnen drie maanden na beëindiging van het project, doch uiterlijk 31 maart 2008, een verzoek in om vaststelling van het subsidiebedrag waarop aanspraak bestaat.

  • 2 Het verzoek wordt ingediend onder gebruikmaking van een formulier dat door de minister ter beschikking wordt gesteld, en bevat een eindrapportage en een declaratie van de gemaakte kosten, als bedoeld in artikel 9.

  • 4 De hoogte van het vastgestelde subsidiebedrag wordt uiterlijk drie maanden na de datum van indiening van het in het eerste lid bedoelde verzoek door de minister schriftelijk medegedeeld aan de begunstigde.

Artikel 14. Publiciteit, evaluatie

  • 1 De begunstigde informeert de door hem ingeschakelde uitvoerders en de deelnemers aan projecten dat zij deelnemen aan een door het Europees Sociaal Fonds gesubsidieerd project, en verleent medewerking aan door de minister georganiseerde publicitaire en voorlichtingsactiviteiten gericht op de media, potentiële deelnemers en het grote publiek.

  • 2 De begunstigde zal alle medewerking verlenen aan de opstelling van evaluatierapporten m.b.t. deze subsidieregeling, en zal, indien het gesubsidieerde project niet in eigen beheer wordt uitgevoerd, zorgdragen dat de feitelijke uitvoerder van het project deze medewerking verleent.

Artikel 15. Intrekking van de beschikking tot verlening van projectsubsidie

  • 1 Een beschikking tot verlening van projectsubsidie kan geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken, en de op basis daarvan uitbetaalde bedragen kunnen worden teruggevorderd:

    • a. indien de begunstigde bij zijn aanvraag onjuiste of onvolledige informatie heeft verstrekt, en de subsidie bij juiste of volledige informatie niet, dan wel tot een lager bedrag zou zijn verleend,

    • b. in geval het project wordt uitgevoerd in afwijking van de bij de aanvraag gevoegde projectbeschrijving, voor zover de subsidieverlening daarop was gebaseerd,

    • c. indien de doelstellingen van het project ten gevolge van nalatigheid van de begunstigde niet of slechts ten dele worden gerealiseerd, of

    • d. indien de begunstigde een der voorschriften, vervat in de artikelen 11, 12, 13 of 14 niet naleeft.

  • 2 Intrekking en terugvordering krachtens het eerste lid, onder b, vindt niet plaats, indien de afwijking vooraf aan de minister is voorgelegd, en deze daarmee schriftelijk heeft ingestemd.

Artikel 16. Departementale projecten

Aanvragen tot bekostiging van projecten met ESF-middelen, ingediend vanuit enig departement of onderdeel daarvan, zullen door de minister worden beoordeeld in het kader van dezelfde procedure, en op basis van dezelfde beoordelingscriteria, als betrof het subsidie-aanvragen. De voorgaande artikelen zijn op die aanvragen van overeenkomstige toepassing.

Artikel 17

  • 1 Deze regeling wordt in de Nederlandse Staatscourant bekendgemaakt.

  • 2 Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na die van haar bekendmaking.

De

Minister

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

W.A. Vermeend

Bijlage 1. bedoeld in artikel 11, zesde lid, van de Subsidieregeling ESF-3,

bij Subsidieregeling ESF-3 door begunstigde ten behoeve van evaluatie vast te leggen gegevens

De door de begunstigde ten behoeve van evaluatie vast te leggen gegevens omvatten in ieder geval met betrekking tot:

  • a. Activerend arbeidsmarktbeleid voor werkzoekenden en arbeidsgehandicapten:

    (bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel a, van de Subsidieregeling ESF-3)

    • identificerend kenmerk project

      • door de minister toegekend projectnummer;

      • verondersteld wordt dat dit kenmerk een zodanige koppeling met de projectadministratie mogelijk maakt, dat gegevens kunnen worden toegevoegd over de aard van het project, de – gemiddelde – kosten per deelnemer, de aanvragende en uitvoerende organisaties en dergelijke;

    • identificerend kenmerk deelnemers

      • naam, adres, postcode, woonplaats;

    • persoongegevens deelnemers

      • geboortedatum;

      • geslacht;

      • al dan niet woonachtig doelstelling 2 gebied (koppeling met postcode);

      • fase-indeling (onbekend; fase 1, 2, 3 of 4 danwel fase A of B; fase nog nader te bepalen);

    • ingangsdatum uitkering

    • aard van het ingezette (vanuit ESF-gelden bekostigde) trajectinstrument

    • duur van de toepassing van het trajectinstrument

      • startdatum toepassing;

      • einddatum toepassing;

  • b. Inzetbaarheid beroepsbevolking:

    (bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel b, van de Subsidieregeling ESF-3)

    1e Preventie instroom in arbeidsongeschiktheid en verbetering arbeidsomstandigheden

    • identificerend kenmerk project

      • door de minister toegekend projectnummer;

      • verondersteld wordt dat dit kenmerk een zodanige koppeling met de projectadministratie mogelijk maakt, dat gegevens kunnen worden toegevoegd over de aard van het project (onderscheiden in a. werkende zonder startkwalificatie, b. opscholing van werknemers, en c. sectoroverschrijdende scholing), de – gemiddelde – kosten per deelnemer, de aanvragende en uitvoerende organisaties en dergelijke;

    • identificerend kenmerk deelnemers

      • –  naam, adres, postcode, woonplaats;

    • persoongegevens deelnemers

      • geboortedatum;

      • geslacht;

      • al dan niet woonachtig doelstelling 2 gebied (koppeling met postcode);

    • bedrijfstak

      •  2-cijferige SBI-codering CBS;

    • omvang bedrijf

      • al dan niet 250 naar full-time werkweek herleiden werknemers die werkzaam zijn bij de juridische eenheid;

    • opleidingsniveau vóór toepassing maatregel

    • opleidingsniveau na toepassing maatregel

    • beschrijving van de oorzaken voor risico’s op verzuim/arbeidsrisico’s en welke preventieve maatregelen daarop genomen worden. (Bijvoorbeeld: veel beeldschermwerk onder hoge tijdsdruk kan leiden tot RSI-verschijnselen. Een RSI-consulent is aangesteld en geschoold in het herkennen van belastende arbeidsomstandigheden.)

    2e Vergemakkelijken van de combinatie arbeid en zorg

    • identificerend kenmerk project

      • door de minister toegekend projectnummer;

      • verondersteld wordt dat dit kenmerk een zodanige koppeling met de projectadministratie mogelijk maakt, dat gegevens kunnen worden toegevoegd over de aard van het project, de – gemiddelde – kosten per deelnemer, de aanvragende en uitvoerende organisaties en dergelijke;

    • identificerend kenmerk deelnemers (indien van toepassing)

      • naam, adres, postcode, woonplaats;

    • persoongegevens deelnemers (indien van toepassing)

      • geboortedatum;

      • geslacht;

      • al dan niet woonachtig doelstelling 2 gebied (koppeling met postcode);

    • combinatiefuncties

      • gerealiseerd aantal combinatiefuncties;

      • functiebeschrijving;

      • duur van de functie;

      • indien personeel op combinatiefuncties geschoold wordt, zie dan gegevens conform c. scholing van werkenden;

    • dagarrangementen

      • beschrijving van de projecten en de resultaten.

  • c. scholing van werkenden:

    (bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel c, van de Subsidieregeling ESF-3)

    • identificerend kenmerk project

      • door de minister toegekend projectnummer;

      • verondersteld wordt dat dit kenmerk een zodanige koppeling met de projectadministratie mogelijk maakt, dat gegevens kunnen worden toegevoegd over de aard van het project (onderscheiden in a. werkende zonder startkwalificatie, b. opscholing van werknemers, en c. sectoroverschrijdende scholing), de – gemiddelde – kosten per deelnemer, de aanvragende en uitvoerende organisaties en dergelijke;

    • identificerend kenmerk deelnemers

      • naam, adres, postcode, woonplaats;

    • persoongegevens deelnemers

      • geboortedatum;

      • geslacht;

      • al dan niet woonachtig doelstelling 2 gebied (koppeling met postcode);

    • bedrijfstak

      • 2-cijferige SBI-codering CBS;

    • omvang bedrijf

      • al dan niet 250 naar full-time werkweek herleiden werknemers die werkzaam zijn bij de juridische eenheid;

    • opleidingsniveau vóór toepassing maatregel

    • opleidingsniveau na toepassing maatregel

    • omschrijving outplacementtraject (indien van toepassing);

    • omschrijving toegepast instrument ter ontwikkeling van loopbaanadvisering, bedrijfsopleidingsplan of persoonlijk opleidingsplan (indien van toepassing).

  • d. Artikel 4, tweede lid van de ESF-verordening 1784/99:

    (bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel d, van de Subsidieregeling ESF-3)

    • identificerend kenmerk project

      • door de minister toegekend projectnummer;

      • verondersteld wordt dat dit kenmerk een zodanige koppeling met de projectadministratie mogelijk maakt, dat gegevens kunnen worden toegevoegd over de aard van het project, de – gemiddelde – kosten per deelnemer, de aanvragende en uitvoerende organisaties en dergelijke;

    • omschrijving van (specifieke aard van) projectaanpak en resultaten

    Indien van toepassing:

    • identificerend kenmerk deelnemers

      • naam, adres, postcode, woonplaats;

    • persoongegevens deelnemers

      • geboortedatum;

      • geslacht;

      • al dan niet woonachtig doelstelling 2 gebied (koppeling met postcode);

      • fase-indeling (onbekend; fase 1, 2, 3 of 4, danwel fase A of B; fase nog nader te bepalen);

    • ingangsdatum uitkering

    • aard van het ingezette (vanuit ESF-gelden bekostigde) trajectinstrument

    • duur van de toepassing van het trajectinstrument

      • startdatum toepassing;

      • einddatum toepassing;

  • e. Bestrijding voortijdig schoolverlaten

    (bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel e, van de Subsidieregeling ESF-3); of

  • f. Versterking beroepsbegeleidende leerweg:

    (bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel f, van de Subsidieregeling ESF-3); of

  • g. Praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs:

    (bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel g, van de Subsidieregeling ESF-3)

    • identificerend kenmerk project

      • door de minister toegekend projectnummer;

      • verondersteld wordt dat dit kenmerk een zodanige koppeling met de projectadministratie mogelijk maakt, dat gegevens kunnen worden toegevoegd over de aard van het project (onderscheiden in bestrijding van voortijdig schoolverlaten, versterking van beroepsbegeleidende leerweg, praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs) de – gemiddelde – kosten per deelnemer, de aanvragende en uitvoerende organisaties en dergelijke;

    • identificerend kenmerk deelnemers

      • naam, adres, postcode, woonplaats;

    • persoongegevens deelnemers

      • geboortedatum;

      • geslacht;

      • al dan niet woonachtig doelstelling 2 gebied (koppeling met postcode);

    • opleidingsniveau vóór en na toepassing van de maatregel

      • BBL en VSV: aantal behaalde deelkwalificatie(s), conform Wet educatie beroepsonderwijs;

      • praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs: aantal plaatsingen op de arbeidsmarkt.

Bijlage 2. bij Subsidieregeling ESF3: Controleprotocol ( art.13, derde lid)

1. Algemeen

1.1. Doel en reikwijdte van het controleprotocol

Dit controleprotocol geeft nadere aanwijzingen en een toelichting op de door de accountants uit te voeren controlewerkzaamheden in het kader van de activiteiten, die mede gefinancierd zijn uit het Europees Sociaal Fonds, Doelstelling 3 (2000-2006). Dit controleprotocol is geen werkprogramma. De accountant belast met de controle van de einddeclaratie (artikel 13 lid 3) of een tussentijdse rapportage (artikel 10 lid 3) dient zorg te dragen voor een op de situatie toegesneden werkprogramma, waarbij aan de specifieke AO-kenmerken van een project, alsmede aan de controletolerantie, voldoende aandacht wordt geschonken.

De wijze waarop het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) toezicht uitoefent op de uitvoering van ESF-projecten is beschreven in een controle- en toezichtsplan (Auditfilosofie Agentschap SZW). In dit plan worden de verantwoordelijkheden van de diverse partijen die bij de uitvoering van ESF-projecten zijn betrokken (waaronder de externe accountant) nader uitgewerkt.

1.2. Doel en reikwijdte van de accountantscontrole

In het kader van de controle op de uitvoering van de Subsidieregeling ESF-3 dient de einddeclaratie voorzien te zijn van een verklaring van een accountant (artikel 13, lid 3). De einddeclaratie en de daarbij afgegeven accountantsverklaring zijn voor SZW de basis voor het vaststellen van de definitieve subsidie.

Op grond van artikel 10 lid 3 kan SZW ook verlangen dat een tussentijdse rapportage van een accountantsverklaring wordt voorzien. De tussentijdse rapportage en de daarbij afgegeven accountantsverklaring zijn voor SZW dan de basis voor het vaststellen van een voorschot.

Daar waar in de vorige alinea wordt gesproken over einddeclaratie/tussentijdse rapportage wordt bedoeld de einddeclaratie/tussentijdse rapportage op projectniveau.

De einddeclaratie/tussentijdse rapportage is een financiële verantwoording bij een subsidie-afrekening/voorschotverzoek. De uitkomst van de werkzaamheden van de accountant is derhalve een accountantsverklaring. Deze accountantsverklaring geeft zowel een oordeel over de juistheid van de einddeclaratie/tussentijdse rapportage, alsmede over de rechtmatigheid hiervan. Het is van essentieel belang dat de strekking van de accountantsverklaring duidelijk is en dat de eventueel geconstateerde problemen goed worden weergegeven. De geconstateerde bevindingen worden door de accountant opgenomen in een rapport van bevindingen.

Het gaat bij de accountantscontrole van een ESF-subsidiedeclaratie primair om vast te stellen, in hoeverre de indiener van de declaratie de regeling heeft nageleefd. Dit aspect van de controle dient de accountant zelf op toereikende wijze in zijn werkprogramma op te nemen. Niet voldoende controleerbare bedragen dienen eveneens uit de declaratie te worden verwijderd. Voor de accountantsverklaring heeft SZW modellen ontwikkeld. Deze modellen zijn als bijlage bij dit protocol opgenomen.

1.3. Materialiteit en correcties

De controle dient dusdanig te worden opgezet, dat daarmee wordt voldaan aan de materialiteitseis van de Rijksoverheid. Dit houdt in, dat alle fouten groter dan 1 procent van het projectbedrag dienen te worden vastgesteld. Uiteraard geldt voor de accountant het axiomatische voorbehoud. Teneinde een goedkeurende verklaring af te kunnen geven is het noodzakelijk dat alle geconstateerde fouten in de einddeclaratie / tussentijdse rapportage worden gecorrigeerd. Indien een correctie niet of niet afdoende wordt aangebracht dient dit tot uitdrukking te worden gebracht door middel van het verstrekken van een niet goedkeurende accountantsverklaring (afkeurende verklaring of verklaring met beperking). In het rapport van bevindingen dienen de geconstateerde, niet gecorrigeerde, fouten of voor de accountant niet controleerbare posten, nader te worden geanalyseerd en dienen de gevolgen voor de einddeclaratie / tussentijdse rapportage nader te worden gekwantificeerd.

1.4. OLAF-meldingen

De Europese regelgeving schrijft voor dat alle afwijkingen van de regelgeving groter dan € 4.000 gemeld moeten worden aan de Europese Commissie. Deze verplichte melding vindt plaats aan de zogenaamde fraude commissie van de Europese Commissie (OLAF).

2. Opdrachtbevestiging

SZW wenst zekerheid te verkrijgen dat de controlerend accountant tijdig op de hoogte is gesteld van de inhoud van dit controleprotocol. Bij de indiening van de aanvraag van projectsubsidie dient een kopie van de opdrachtbevestiging of een andere schriftelijke mededeling, waarin de toepassing en naleving van dit controleprotocol door de controlerend accountant wordt bevestigd, aan SZW te worden gezonden.

De tekst van deze opdrachtbevestiging is opgenomen in bijlage A van dit controleprotocol.

Zolang bovengenoemde stukken niet in het bezit zijn van SZW wordt de behandeling van verzoeken tot voorschotverlening van de aanvrager opgeschort.

3. Werkzaamheden van de accountant

3.1. Algemeen

De accountant maakt onderscheid tussen de volgende werkzaamheden:

  • werkzaamheden voorafgaand aan de uitvoering van het project (preventieve werkzaamheden);

  • interim controle;

  • eindcontrole.

3.2. Preventieve werkzaamheden

De preventieve werkzaamheden zijn van belang indien de externe accountant reeds in een vroeg stadium, bijvoorbeeld in de voorbereidende fase, bij de totstandkoming van de projectaanvraag, is betrokken.

In deze voorbereidende fase beoordeelt de accountant de voorgenomen administratieve organisatie en daarin vervatte maatregelen van interne controle (AO/IC) teneinde vast te stellen of deze voorgenomen AO/IC voldoet aan de in de regelgeving gestelde eisen om te kunnen komen tot een goedkeurende accountantsverklaring.

De uitkomsten van deze beoordeling worden schriftelijk aan de opdrachtgever gerapporteerd evenals de eventuele aanbevelingen die daarbij zijn gedaan. De opdrachtgever verstrekt SZW een afschrift van deze rapportage.

3.3. Interim controle

De interim controle heeft mede tot doel vast te stellen of de voorgestelde AO/IC daadwerkelijk bestaat en dat de werking daarvan gedurende de te controleren periode gewaarborgd is. Voor zover tijdens de preventieve werkzaamheden door de accountant aanbevelingen zijn gedaan met betrekking tot de AO/IC onderzoekt de accountant of deze aanbevelingen zijn opgevolgd.

Uiterlijk zes maanden nadat met de uitvoering van een project is gestart, rapporteert de accountant zijn bevindingen met betrekking tot het onderzoek naar de AO/IC in de vorm van een zogenaamde management letter. SZW ontvangt een afschrift van deze rapportage.

Indien de AO/IC bij latere controles van tussentijdse declaraties onderwerp van onderzoek door de accountant is, worden de bevindingen naar aanleiding van deze controles eveneens door middel van een afschrift van de schriftelijke rapportage door de opdrachtgever ter kennis van SZW gebracht.

3.4. Eindcontrole

3.4.1. Algemeen

Hetgeen in deze paragraaf wordt opgenomen met betrekking tot de eindcontrole, is eveneens van toepassing op de controle die door de accountant wordt verricht met betrekking tot een tussentijdse rapportage, indien daarbij door SZW op grond van artikel 13 lid 3 een accountantsverklaring wordt verlangd.

Ter zake van de eindcontrole dient de accountant bij de uitvoering van de accountantscontrole op de einddeclaratie inzake ESF-3 vast te stellen dat minimaal aan de onderstaande punten is voldaan. Hierbij wordt opgemerkt dat de naleving van de gehele subsidieregeling object van controle is.

3.4.2. Algemene voorwaarden

  • a. Er is een beschikking van SZW op grond waarvan de einddeclaratie kan worden ingediend.

  • b. De einddeclaratie is volledig en juist ingevuld.

  • c. De einddeclaratie is rekenkundig juist.

  • d. De einddeclaratie stemt overeen met de onderliggende administratie en overige bescheiden van de subsidieaanvrager en/of uitvoerders.

  • e. Alle in de einddeclaratie verantwoorde uitgaven voldoen aan de in de Subsidieregeling ESF-3 vermelde criteria.

3.4.3. Administratieve voorschriften

De accountant gaat na dat alle administratieve voorschriften zoals aangegeven in artikel 11, lid 1 tot en met 6, van de subsidieregeling ESF-3 zijn nageleefd. De belangrijkste voorwaarde is het voeren van een administratie, die waarborgt dat de volgens de subsidieregeling te verstrekken gegevens op een ordelijke, transparante en controleerbare wijze geregistreerd worden.

3.4.4. Subsidiabele kosten

De accountant gaat na dat de in de einddeclaratie verantwoorde kosten juist en rechtmatig zijn. Hieraan is voldaan indien de accountant constateert dat:

  • a. de in de einddeclaratie verantwoorde kosten naar hun aard passen binnen de aanvraag met bijbehorende begroting waarop de beschikking is ontvangen;

  • b. de in de einddeclaratie verantwoorde kosten daadwerkelijk zijn gemaakt, voor de uitvoering van het project noodzakelijk zijn en ten laste van de aanvrager zijn gebleven (artikel 9 , lid 1);

  • c. de in de einddeclaratie verantwoorde kosten subsidiabel zijn overeenkomstig EG verordening 1685/2000 (artikel 9 lid 1);

  • d. de in de einddeclaratie verantwoorde kosten geen kosten betreffen die niet subsidiabel zijn, zoals aangegeven in artikel 9, lid 2;

  • e. de gemengde kosten (kosten voor zowel subsidiabele als niet-subsidiabele deelnemers) op een controleerbare en aanvaardbare wijze zijn toegerekend (artikel 9, lid 3).

3.4.5. Deelnemers

De kenmerken van de deelnemers dienen te voldoen aan de eisen die daaraan, ingevolge de bij de beslissing op de subsidie-aanvraag goedgekeurde projectbeschrijving zijn gesteld.

3.4.6. Financiering en overige ontvangsten

De financiering van de activiteiten dient aan de financiële administratie ontleend te kunnen worden. Deze financiering bestaat uit:

  • a. publiekrechtelijke bijdrage(n)

  • b. ESF-subsidie, en voor zover van toepassing

  • c. privaatrechtelijke bijdragen, en/of

  • d. overige ontvangsten, voor zover voortvloeiend uit de uitvoering van het project.

Ook de onder d genoemde ontvangsten dienen afzonderlijk uit de administratie te blijken. Deze ontvangsten dienen op het totaal van de in de subsidiegrondslag opgenomen kosten in mindering te worden gebracht , waarna over het saldo de subsidie kan worden berekend.

De accountant dient de financiering en overige ontvangsten op volledigheid te controleren.

3.4.7. Subsidieberekening

De accountant gaat na dat de berekening van de ESF-3 subsidie:

  • a. rekenkundig juist is;

  • b. conform de subsidiegrondslag als opgenomen in artikel 11 is vastgesteld;

  • c. niet meer bedraagt dan de subsidie zoals aangegeven in de beschikking.

3.4.8. Afronding en rapportage

Indien tijdens de accountantscontrole blijkt dat er fouten in de einddeclaratie voorkomen, dan dienen deze gecorrigeerd te worden. Bij het nalaten van de correctie van deze fouten kan de accountant geen goedkeurende accountantsverklaring afgeven.

De accountant hanteert voor de weergave van de bevindingen van zijn controlewerkzaamheden het van toepassing zijnde model Accountantsverklaring zoals dit in bijlage B, C en D bij dit controleprotocol is opgenomen.

Naast de accountantsverklaring dient door de accountant in de volgende gevallen een rapport van bevindingen ten behoeve van SZW te worden opgesteld:

  • -

    Indien het oordeel van de accountant leidt tot een niet goedkeurende accountantsverklaring;

  • -

    Indien sprake is van een goedkeurende verklaring met bevindingen die geen afbreuk doen aan de strekking van de verklaring.

Dit rapport van bevindingen dient gelijktijdig met de accountantsverklaring afgegeven en ingediend te worden bij SZW. SZW gebruikt dit rapport van bevindingen in het kader van de beoordeling van de uitgevoerde werkzaamheden alsmede de hierbij geconstateerde bevindingen. SZW heeft geen standaard model ontwikkeld voor dit rapport van bevindingen, aangezien de opzet hiervoor over wordt gelaten aan de controlerende accountants. Wel dienen ten minste de volgende onderwerpen in het rapport van bevindingen behandeld te worden:

  • Beoordeling van de administratieve organisatie en interne controle (AO/IC)

  • Controlebevindingen

    • -

      Aard en omvang van de geconstateerde fouten

    • -

      Wel /niet gecorrigeerd in de einddeclaratie

  • Belangrijke bevindingen en aanbevelingen ter verbetering van de AO/IC, indien sprake is van een accountantsverklaring bij een tussentijdse rapportage

  • Motivering van de afgegeven accountantsverklaring.

3.4.9. Ongedeelde verantwoordelijkheid

Voorzover voor de controle van de einddeclaratie gebruik wordt gemaakt van de werkzaamheden van andere accountants, draagt de accountant die verantwoordelijk is voor de accountantsverklaring bij de einddeclaratie, er zorg voor dat de aanvrager hiervan op de hoogte wordt gesteld en wijst de aanvrager op het feit dat alle relevante verplichtingen uit dit controleprotocol ook aan de accountant(s), belast met de controle van de einddeclaratie van (een) deel project(en), bekend worden gemaakt en dat deze laatste accountant(s) hun werkzaamheden verrichten met inachtneming van dit protocol.

Deze laatstgenoemde categorie accountants dient schriftelijk aan de opdrachtgever te bevestigen dat zij van alle verplichtingen uit dit protocol op de hoogte zijn en dat zij deze zullen naleven. Voor deze bevestiging dient gebruik te worden gemaakt van de opdrachtbevestiging volgens bijlage A.

4. Reviews

SZW kan steekproefsgewijs reviews dan wel monitoring onderzoeken uit (laten) voeren teneinde na te gaan of de accountantscontrole met een deugdelijke grondslag en met inachtneming van dit controleprotocol is uitgevoerd. Deze reviews komen niet in de plaats van andere controles dan wel reviews uitgevoerd door de Algemene Rekenkamer, de Europese Commissie en/of de Europese Rekenkamer.

De accountant belast met de controle van de einddeclaratie stemt er mee in dat de controle-dossiers in het kader van bovengenoemde reviews integraal aan de reviewers ter beschikking worden gesteld. Voorts zal deze accountant, schriftelijk dan wel mondeling, alle gevraagde gegevens verstrekken waarom in het kader van voornoemde review wordt verzocht.

Vorenstaande geldt onverkort voor de in de eerste alinea genoemde monitoring onderzoeken.

Bijlage A. Opdrachtbevestiging

Elke accountant c.q. accountantsorganisatie kan zijn opdrachtbevestiging (gebaseerd op de Richtlijnen voor de Accountantscontrole) inrichten naar zijn eigen inzicht.

Ten behoeve van de controle op de uitvoering van de Subsidieregeling ESF-3 dient de accountant ten minste de navolgende paragrafen in zijn opdrachtbevestiging op te nemen;

Hierbij bevestigen wij de door (naam aanvrager c.q. uitvoerder) aan ons verstrekte opdracht tot controle van * de einddeclaratie/tussentijdse declaratie inzake de uitvoering van het project ingevolge de subsidieregeling ESF-3, waarvoor middels een projectaanvraag gedateerd ... een verzoek om verlening van subsidie is gedaan/waarvoor door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) onder beschikking nummer... tot een maximum bedrag van € ... subsidie is toegezegd*.

 

Ten behoeve van de uitvoering van onze controlewerkzaamheden zult u ervoor zorgdragen dat er een administratie wordt gevoerd, die op een zodanig wijze is ingericht, dat op basis daarvan kan worden gecontroleerd of aan de bepalingen van de Subsidieregeling ESF-3 is voldaan. U zult ons alle gegevens en bescheiden die nodig zijn voor het uitvoeren van onze controlewerkzaamheden ter beschikking stellen.

U heeft ons toestemming verleend medewerking te verlenen aan het bepaalde in artikel 11 lid 8 van de Subsidieregeling ESF-3.

 

Wij zijn bekend met het bestaan van het controleprotocol Subsidieregeling ESF-3. Voorts zijn wij ermee bekend dat een kopie van de opdrachtbevestiging naar SZW gezonden zal worden ter bevestiging van de toepassing van het controleprotocol Subsidieregeling ESF-3.

 

* doorhalen wat niet van toepassing is.

 

(ondertekening)

 

(plaatsnaam, datering)

 

Bijlage B. (Model goedkeurende accountantsverklaring)

Aan: (Naam opdrachtgever)

Accountantsverklaring Subsidieregeling ESF-3

afgegeven ten behoeve van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Opdracht

Ingevolge uw opdracht hebben wij de bijgevoegde, door ons per pagina gewaarmerkte, einddeclaratie/tussentijdse rapportage* met bijlagen inzake de uitvoering van het project met registratienummer ... waarvoor subsidie is toegekend op grond van de Subsidieregeling ESF-3, gecontroleerd. Deze einddeclaratie/tussentijdse rapportage* is opgesteld onder verantwoordelijkheid van de aanvrager. Het is onze verantwoordelijkheid een accountantsverklaring inzake deze einddeclaratie/tussentijdse rapportage te verstrekken.

De aanvrager is met beschikkingsnummer ..., d.d ... door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) voor toekenning van ESF-subsidie in aanmerking gebracht ten behoeve van prioriteit ... maatregel ...

Werkzaamheden

Onze controle is verricht overeenkomstig de bepalingen van het controleprotocol Subsidieregeling ESF-3, alsmede de nadere aanwijzingen van SZW zoals vastgelegd in brief gedateerd ... onder nummer ... en overeenkomstig in Nederland algemeen aanvaarde richtlijnen met betrekking tot controleopdrachten. Volgens deze richtlijnen dient onze controle zodanig te worden gepland en uitgevoerd, dat voldoende zekerheid wordt verkregen dat de einddeclaratie/tussentijdse rapportage geen onjuistheden van materieel belang, zoals bedoeld in paragraaf 1.3 van het controleprotocol, bevat. Wij zijn van mening dat onze controle een deugdelijke grondslag vormt voor ons oordeel.

Bevindingen

Bij onze controle hebben wij vastgesteld dat:

(De accountant dient de bevindingen op te nemen in een afzonderlijk op te stellen rapport van bevindingen, waarnaar kan worden verwezen).

Oordeel

Wij zijn van oordeel dat de ingediende einddeclaratie/tussentijdse rapportage* met bijlagen, voldoet aan de in de Subsidieregeling ESF-3 gestelde voorwaarden.

De einddeclaratie/tussentijdse rapportage* met bijlagen sluit met een totaal bedrag van € ...

(ondertekening)

(plaatsnaam, datering)

Bijlage C

Indien bij de controle van de einddeclaratie onjuistheden zijn geconstateerd die niet op afdoende wijze zijn gecorrigeerd kan de accountant geen goedkeurende verklaring verstrekken. In dergelijke gevallen dient de accountant een afkeurend oordeel te geven.

(Model afkeurende accountantsverklaring)

Aan: (Naam opdrachtgever)

Accountantsverklaring Subsidieregeling ESF-3

afgegeven ten behoeve van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Opdracht

Ingevolge uw opdracht hebben wij de bijgevoegde, door ons per pagina gewaarmerkte, einddeclaratie/tussentijdse rapportage* met bijlagen inzake de uitvoering van het project met registratienummer ... waarvoor subsidie is toegekend op grond van de Subsidieregeling ESF-3, gecontroleerd. Deze einddeclaratie/tussentijdse rapportage* is opgesteld onder verantwoordelijkheid van de aanvrager. Het is onze verantwoordelijkheid een accountantsverklaring inzake deze einddeclaratie/tussentijdse rapportage te verstrekken.

De aanvrager is met beschikkingsnummer ..., d.d... door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) voor toekenning van ESF-subsidie in aanmerking gebracht ten behoeve van prioriteit ... maatregel ...

Werkzaamheden

Onze controle is verricht overeenkomstig de bepalingen van het controleprotocol Subsidieregeling ESF-3, alsmede de nadere aanwijzingen van SZW zoals vastgelegd in brief gedateerd ... onder nummer ... en overeenkomstig in Nederland algemeen aanvaarde richtlijnen met betrekking tot controleopdrachten. Volgens deze richtlijnen dient onze controle zodanig te worden gepland en uitgevoerd, dat zekerheid wordt verkregen dat de einddeclaratie/tussentijdse rapportage geen onjuistheden van materieel belang, zoals bedoeld in paragraaf 1.3 van het controleprotocol, bevat. Wij zijn van mening dat onze controle een deugdelijke grondslag vormt voor ons oordeel.

Bevindingen

Bij onze controle hebben wij vastgesteld dat:

(Bevindingen aangeven die hebben geleid tot een afkeurend oordeel. Tevens de omvang van het bedrag aangeven dat niet juist is dan wel waarvan de juistheid niet kan worden vastgesteld. De accountant dient de bevindingen op te nemen in een afzonderlijk op te stellen rapport van bevindingen, waarnaar kan worden verwezen).

Oordeel

Wij zijn van oordeel dat de ingediende einddeclaratie/tussentijdse rapportage* met bijlagen, niet voldoet aan de in de Subsidieregeling ESF-3 gestelde voorwaarden en derhalve niet juist is.

De einddeclaratie/tussentijdse rapportage* met bijlagen sluit met een totaal bedrag van € ...

(ondertekening)

(plaatsnaam, datering)

Bijlage D

Indien bij de controle van de einddeclaratie onzekerheden van materieel belang zijn blijven bestaan die niet noodzakelijkerwijs hadden moeten leiden tot een correctie van de declaratie (bijvoorbeeld bij onduidelijkheid over de juiste interpretatie van subsidievoorwaarden) en die daardoor niet hoefden te leiden tot het geven van een afkeurende verklaring kan de accountant evenmin een goedkeurende verklaring verstrekken. In dergelijke gevallen dient de accountant een verklaring met beperking te geven.

(Model verklaring met beperking)

Aan: (Naam opdrachtgever)

Accountantsverklaring Subsidieregeling ESF-3

afgegeven ten behoeve van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Opdracht

Ingevolge uw opdracht hebben wij de bijgevoegde, door ons per pagina gewaarmerkte, einddeclaratie/tussentijdse rapportage* met bijlagen inzake de uitvoering van het project met registratienummer ... waarvoor subsidie is toegekend op grond van de Subsidieregeling ESF-3, gecontroleerd. Deze einddeclaratie/tussentijdse rapportage* is opgesteld onder verantwoordelijkheid van de aanvrager. Het is onze verantwoordelijkheid een accountantsverklaring inzake deze einddeclaratie/tussentijdse rapportage te verstrekken.

De aanvrager is met beschikkingsnummer ..., d.d. ... door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) voor toekenning van ESF-subsidie in aanmerking gebracht ten behoeve van prioriteit ... maatregel ...

Werkzaamheden

Onze controle is verricht overeenkomstig de bepalingen van het controleprotocol Subsidieregeling ESF-3, alsmede de nadere aanwijzingen van SZW zoals vastgelegd in brief gedateerd ... onder nummer ... en overeenkomstig in Nederland algemeen aanvaarde richtlijnen met betrekking tot controleopdrachten. Volgens deze richtlijnen dient onze controle zodanig te worden gepland en uitgevoerd, dat zekerheid wordt verkregen dat de einddeclaratie/tussentijdse rapportage geen onjuistheden van materieel belang, zoals bedoeld in paragraaf 1.3 van het controleprotocol, bevat. Wij zijn van mening dat onze controle een deugdelijke grondslag vormt voor ons oordeel.

Bevindingen

Bij onze controle hebben wij vastgesteld dat:

(Bevindingen aangeven die hebben geleid tot de verklaring met beperking. Tevens de omvang van het bedrag aangeven waarvan de juistheid niet kan worden vastgesteld. De accountant dient de bevindingen op te nemen in een afzonderlijk op te stellen rapport van bevindingen, waarnaar kan worden verwezen).

Oordeel

Wij zijn van oordeel dat de ingediende einddeclaratie/tussentijdse rapportage* met bijlagen, onder voorbehoud van (omschrijving van de onzekerheid) voldoet aan de in de Subsidieregeling ESF-3 gestelde voorwaarden.

De einddeclaratie/tussentijdse rapportage* met bijlagen sluit met een totaal bedrag van € ...

(ondertekening)

(plaatsnaam, datering)

* doorhalen wat niet van toepassing is

Bijlage 3. bij Subsidieregeling ESF3: doelstelling-2-gebieden (artikel 4, twee-de lid)

 

NUTS III-regio

In aanmerking komende zones

In de in aanmerking

komende zones wo-

nende bevolking van

de NUTS III-regio

   

De gehele NUTS III-regio

Alleen de volgende zones

 
   

met uitzondering van

van de NUTS III-regio

 
 

Zones die voldoen aan het bepaalde in artikel 4, lid 7, van Verordening (EG) nr. 1260/1999

NL213

Twente

de gemeente:

50997

     

Enschede (uitsluitend CBS-buurten:

 
     

City

 
     

Lasonder, Zeggelt

 
     

Laarens West

 
     

Veldkamp-Geffert-West

 
     

Horstlanden-Stadsweide

 
     

Cromhoffsbleek-Kotman

 
     

Boswinkel-De Braker

 
     

Pathmos

 
     

Stevenvenne

 
     

Tubantia-Toekomst (behalve

 
     

postcodes 7514AA, 7514AB, van

 
     

7521AA tot en met 7521AE, 7521AG,

 
     

van 7521AP tot en met 7521BD)

 
     

Twekkelerveld (behalve postcode 7521DD)

 
     

Roombeek-Roomveldje

 
     

Mekkelholt

 
     

Deppenbroek

 
     

Wesselerbrink Noord-Oost

 
     

Wesselerbrink Noord-West (behalve

 
     

postcodes 7544NA, 7544NB, 7544NC,

 
     

van 7544NE tot en met 7544NH, van

 
     

7544NK tot en met 7544NZ)

 
     

Industrie- en havengebied (behalve

 
     

postcodes 7547AN en 7547PH)

 
         

NL223

Arnhem/Nijmegen

de gemeente:

99612

     

Arnhem (uitsluitend CBS-buurten:

 
     

Markt

 
     

Weverstraat

 
     

Rijnstraat

 
     

Janssingel

 
     

Stationsplein

 
     

Utrechtsestraat

 
     

Hommelstraat

 
     

Spijkerbuurt

 
     

Boulevardwijk

 
     

Bij de John Frostbrug

 
     

Statenkwartier

 
     

Arnhemse Broek

 
     

Van Vershuerbuurt

 
     

Industrieterrein Arnhemse Broek

 
     

(uitsluitend het gedeelte tussen

 
     

Nieuwe Kade, Westervoortsedijk,

 
     

Nieuwe Havenweg via verlenging

 
     

van "Nieuwe Haven" tot Pleijweg,

 
     

Zevenaarseweg, oude Zevenaarse-

 
     

weg, Broekstraat en Badhuisstraat,

 
     

behalve postcode 6827 BG)

 
     

Presikhaaf I

 
     

Presikhaaf II

 
     

Presikhaaf III

 
     

St. Marten

 
     

Klarendal-zuid

 
     

Klarendal-noord

 
     

Onder de Linden

 
     

Sint Janskerkstraat e.o.

 
     

Meinerswijk en de Praets

 
     

Malburgen-west

 
     

Groene weide

 
     

Kamillehof en Bakenhof

 
     

Het Duifje

 
     

Immerloo I

 
     

Middelgraaflaan e.o.

 
     

Zeessingel e.o.

 
     

Immerloo II)

 
     

de gemeente:

 
     

Nijmegen (uitsluitend CBS-buurten:

 
     

Nijeveld

 
     

Goffert

 
     

Grootstal

 
     

Hatert

 
     

Biezen

 
     

Wolfskuil

 
     

Hees

 
     

Heseveld

 
     

Neerbosch

 
     

Haven- en industrieterrein)

 
         

NL31

Utrecht

de gemeente:

70669

     

Utrecht (uitsluitend CBS-buurten:

 
     

Welgelegen/Den Hommel (uitsluit-

 
     

end het gedeelte tussen de Martin

 
     

Luther Kinglaan, Pijperlaan, Oude

 
     

Leidseweg en Amsterdam-

 
     

Rijnkanaal)

 
     

Halve Maan

 
     

Schepenbuurt/bedrijvengebied

 
     

Cartesiusweg

 
     

Lageweide/Hogeweide

 
     

Pijlsweerd-Zuid

 
     

Pijlsweerd-Noord

 
     

Ondiep

 
     

Tweede Daalsebuurt

 
     

Egelantiersstraat/Mariendaalstraat

 
     

Geuzenwijk

 
     

De Driehoek

 
     

Prins Bernhardplein e.o.

 
     

J.M. de Muinck Keizerlaan

 
     

Zuilen Noord

 
     

Loevenhoutsedijk e.o.

 
     

Taag-/Rubicondreef e.o.

 
     

Zamenhofdreef e.o.

 
     

Wolga-/Donaudreef

 
     

Neckardreef

 
     

Zambesidreef

 
     

Bedrijvengebied Overvecht

 
     

Bedrijvengebied Kanaleneiland

 
     

(uitsluitend het gedeelte tussen

 
     

Merwedekanaal, gemeentegrens

 
     

Utrecht-Nieuwegein (tot kruising

 
     

Amsterdam-Rijnkanaal), Papen-

 
     

dorpsepad/Amsterdam-Rijnkanaal

 
     

(tot kruising Aziëlaan), Aziëlaan

 
     

(tot Europalaan), Europalaan,

 
     

Overste

 
     

Transwijk-Zuid

 
     

Kanaleneiland-Zuid

 
     

Kanaleneiland-Noord

 
 

NUTS III-regio

In aanmerking komende zones

In de in aanmerking

komende zones wo-

nende bevolking van

de NUTS III-regio

   

De gehele NUTS III-regio

Alleen de volgende zones

 
   

met uitzondering van

van de NUTS III-regio

 

NL326

Groot-Amsterdam

de gemeente:

119057

     

Amsterdam (uitsluitend

 
     

CBS-buurten:

 
     

Bijlmer Oost

 
     

Bijlmer Centrum

 
     

Amstel III / Bullewijk

 
     

Oosterparkbuurt

 
     

Dapperbuurt

 
     

Transvaalbuurt

 
     

Weesperzijde

 
     

Indische buurt West

 
     

Indische buurt Oost

 
     

IJ-Eiland

 
     

Oostelijke Eilanden/Kadijken)

 
         

NL332

Agglomeratie 's Gravenhage

de gemeente:

96771

     

's Gravenhage (uitsluitend

 
     

CBS-buurten:

 
     

Huygenspark

 
     

Rivierenbuurt-zuid

 
     

Rivierenbuurt-noord

 
     

Kortenbos

 
     

Uilebomen

 
     

Zuidwal

 
     

Schildersbuurt-west

 
     

Schildersbuurt-noord

 
     

Schildersbuurt-oost

 
     

Transvaalkwartier-noord

 
     

Transvaalkwartier-midden

 
     

Transvaalkwartier-zuid

 
     

Groente- en fruitmarkt

 
     

Laakhaven-oost

 
     

Laakhaven-west

 
     

Spoorwijk

 
     

Noordpolderbuurt

 
     

Binckhorst)

 
         

NL335

Groot-Rijnmond

de gemeente:

120944

     

Rotterdam (uitsluitend CBS-buurten:

 
     

Delfshaven

 
     

Bospolder

 
     

Tussendijken

 
     

Spangen

 
     

Nieuwe Westen

 
     

Middelland

 
     

Oud-Mathenesse (uitsluitend het

 
     

gedeelte tussen Tjalklaan (lopend

 
     

via Marconiplein), Spaanse Bocht,

 
     

Spangense Kade en spoorweg

 
     

noord)

 
     

Schiemond

 
     

Nieuw Mathenesse

 
     

Spaanse Polder

 
     

Nieuwe Werk (uitsluitend

 
     

Schiehaven-Mullerpier (momenteel

 
     

Loydkwartier))

 
     

Bloemhof

 
     

Hillesluis

 
     

Katendrecht

 
     

Afrikaanderwijk

 
     

Feijenoord

 
         

NL414

Zuidoost-Noord-Brabant

de gemeente:

50578

     

Eindhoven (uitsluitend CBS-buurten:

 
     

Centrum

 
     

Irisbuurt

 
     

Cingelshouck

 
     

Sint-Josephburgh

 
     

Tuindorp

 
     

Heistraat

 
     

Bloemenbuurt

 
     

Looiakkers

 
     

Industrieterrein Geldropseweg

 
     

Burghplan

 
     

Bonifaciuslaan

 
     

Tivoli

 
     

Nieuwe Erven

 
     

Kruidenbuurt

 
     

Kerstroosplein

 
     

De Lakerlopen

 
     

Het Wasven

 
     

Het Busselke

 
     

Poeijerstraat

 
     

Het Hofke

 
     

Herzenbroeken

 
     

De Doornakkers

 
     

Limbeek, Fellenoord

 
     

Lijmbeekstraat

 
     

Hemelrijken

 
     

Bakkerstraat

 
     

Het Groenewoud)

 
         

NL422

Zuid-Limburg

de gemeente:

49506

   

Maastricht (uitsluitend CBS-buurten:

 
   

City (uitsluitend het gedeelte tussen

 
   

Stadhuisstraat, Markt (buitengrens),

 
   

Hoenderstraat, Maasboulevard

 
   

(westkant))

 
   

Jekerkwartier (uitsluitend het

 
   

gedeelte tussen Maasboulevard

 
   

(westkant), tot de Oude

 
   

Minderbroeders)

 
   

Statenkwartier (uitsluitend het

 
   

gedeelte tussen Capucijnerstraat,

 
   

Apostelengang, Bogaardenstaart,

 
   

Achter de Barakken, Boschstraat)

 
   

Boschstraatkwartier (uitsluitend het

 
   

gedeelte tussen Boschstraat, Bassin

 
   

(kade), Van Hasseltkade, Kliene

 
   

Gracht, Stadhuisstraat)

 
   

Sint Maartenspoort

 
   

Wijck (uitsluitend het gedeelte

 
   

tussen Wijckerwal, Plein 1992

 
   

(westkant), Ruiterij, Hoogbrug-

 
   

straat, Akerstraat, Heugemerweg,

 
   

Stellalunet, Daemslunet, Avenue

 
   

Ceramique (inclusief aangrenzende

 
   

musea))

 
   

Brusselsepoort

 
   

Mariaberg (uitsluitend het gedeelte

 
   

tussen Beeldsnijdersdreef/Borneo-

 
   

straat, Javastraat, Tongerseweg,

 
   

Hertogsingel)

 
   

Dousberg-Hazendans (uitsluitend

 
   

het gedeelte tussen Heserstraat,

 
   

Keramieksingel en de Belgische

 
   

grens)

 
   

Malpertuis

 
   

Caberg

 
   

Oud-Caberg

 
   

Malberg

 
   

Boschpoort

 
   

Bosscherveld

 
   

Wijckerpoort

 
   

Akerpoort

 
   

Wittevrouwenveld (uitsluitend het

 
   

gedeelte tussen Marathonweg,

 
   

Stadionweg, Terblijterweg, achter

 
   

de bouwwerken aan de oostkant,

 
   

zijnde de lijn noord-zuid vanaf de

 
   

Terblijterweg, de oostkant van de

 
   

begraafplaats Oostermaas en de

 
   

kruising Bergmansweg-Berger

 
   

Nazareth

 
   

Limmel

 
   

Scharn (uitsluitend het gedeelte

 
   

tussen Oranjeplein, A2-E25

 
   

(president Rooseveltlaan), Europa-

 
   

plein tot JF Kennedysingel en

 
   

noordoostbocht Europaplein)

 
   

Amby (uitsluitend het gedeelte

 
   

tussen A2-E25 (westkant))

 
   

Beatrixhaven

 
   

Meerssenhoven

 
   

Randwijck (uitsluitend het gedeelte

 
   

tussen Limburglaan, Randwijck-

 
   

singel, Ittersondomein, J.W.

 
   

Beyenlaan, Antoin Pinaylaan,

 
   

Oeslingebaan)

 
   

Heer (uitsluitend het gedeelte

 
   

tussen Europaplein (oostkant),

 
   

Philipsweg, A2-E25 (oostkant))

 
       
 

Zones die voldoen aan het bepaalde in artikel 4, lid 9, onder b), van Verordening (EG) nr. 1260/1999

       

NL212

Zuidwest-Overijssel

de volgende gemeenten:

37400

   

Olst

 
   

Deventer/Diepenveen (met

 
       
   

uitzondering van CBS-telgebieden:

 
   

Deventer 0000-0809 en Diepenveen

 
   

0000-0100)

 
   

Raalte (met uitzondering van de

 
   

CBS-telgebieden: 0000-0106)

 
   

Bathmen

 
   

Holten

 

NL213

Twente

de volgende gemeenten:

68100

   

Hellendoorn (met uitzondering

 
   

van de CBS-telgebieden: 0000,

 
   

0100-0105, 0201, 0202)

 
   

Den Ham

 
   

Wierden (uitsluitend de CBS-

 
   

telgebieden: 0405, 0300-0303,

 
   

0406-0409)

 
   

Borne (uitsluitend de CBS-

 
   

telgebieden: 0103 en 0104)

 
   

Markelo

 
   

Diepenheim

 
   

Ambt Delden

 
   

Haaksbergen (met uitzondering

 
   

van de CBS-telgebieden: 0001-0091)

 
   

Enschede (met uitzondering van de

 
   

CBS-telgebieden: 0000-0008,

 
   

0010-0103, 0200-0207, 0300, 0301,

 
   

0400-0406, 0500-0503, 0600-0608,

 
   

0700-0703, 0800-0808, 0902, 0906,

 
   

0908)

 
   

Losser (met uitzondering van de

 
   

CBS-telgebieden: 0000-0002)

 

NL221

Veluwe

de volgende gemeenten:

43800

   

Ede (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden):

 
   

0305-0306, 1301-1302, 2031-2032,

 
   

4031-4034, 5001, 5031, 6001, 6031,

 
   

7031, 7051, 9052, 9053)

 
   

Scherpenzeel

 
   

Barneveld (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden):

 
   

0001, 0004-0009, 0103, 0107,

 
   

0200-0203, 0206-0210)

 
   

Ermelo (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0000-0001, 0006, 0009, 0100,

 
   

0105-0109)

 
   

Nunspeet (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0005, 0008-0009, 0100-0101,

 
   

0107-0109)

 
   

Apeldoorn (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0100, 0101, 0706-0709, 0800,

 
   

0802-0809, 0900, 0902-0904,

 
   

0906-0909)

 
   

Brummen (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0000-0005, 0007-0009, 0102,

 
   

0108-0109)

 
       

NL222

Achterhoek

de volgende gemeenten:

137000

   

Gorssel (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0001-0002, 0006, 0008-0009,

 
   

0100-0101, 0106-0109)

 
   

Warnveld (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0000, 0008-0009)

 
   

Zutphen (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0001-0002, 0005, 0007, 0100,

 
   

0200, 0300)

 
   

Vorden

 
   

Hengelo

 
   

Lochem

 
   

Borculo

 
   

Ruurlo

 
   

Neede

 
   

Eibergen

 
   

Groenlo

 
   

Lichtenvoorde (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0000-0005, 0007-0009, 0100-0102,

 
   

0107-0109)

 
   

Winterswijk

 
   

Aalten (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0000, 0003, 0009, 0100, 0106-0108,

 
   

0201-0203)

 
   

Doetinchem (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0000, 1100, 3000, 4000, 5000, 5900,

 
   

6000, 6800, 6900, 7000, 8000, 8100,

 
   

8800, 8900, 9000, 9100, 9200, 9300,

 
   

9500, 9700, 9800, 9900)

 
   

Zelhem (uitsluitend de

 
   

CBS-telgebieden:

 
   

0002-0009, 0011)

 
       

NL31

Utrecht

de volgende gemeenten:

30100

   

Amersfoort (uitsluitend de

 
   

postcodes:

 
   

3815-3815VV, 3816-3816BW,

 
   

3835PA-PD, 3836)

 
   

Amerongen (uitsluitend de

 
   

postcodes: 3922GG-GK, 3931,

 
   

3958AA-JD, 3959-3959BJ)

 
   

Leersum (uitsluitend de postcodes:

 
   

3931, 3956-3956XW)

 
   

Leusden (uitsluitend de postcodes:

 
   

3707, 3791-3791VX, 3818, 3831-

 
   

3831WZ, 3832-3832RX , 3833GN-LD,

 
   

3835PG-PT, 3931-3931-XD)

 
   

Maarn

 
   

Renswoude

 
   

Rhenen (uitsluitend de postcodes:

 
   

3911-3911XD, 3921AH-EB)

 
   

Woudenberg

 
       

NL413

Noordoost-Noord-Brabant

de volgende gemeenten:

188000

   

Veghel

 
   

Uden

 
   

Boekel

 
   

Sint Anthonis

 
   

Mill en Sint Hubert

 
   

Boxmeer

 
   

Landerd

 
   

Bernheze

 
   

Schijndel (uitsluitend de postcodes:

 
   

5481 AA-AE, 5481 AG-AH, 5481

 
   

AJ-AL, 5481 AN, 5481 AP, 5481 AR,

 
   

5481 BC, 5481 BE, 5481 BH, 5481

 
   

BJ-BN, 5481 BP, 5481 BR-BT, 5481

 
   

BV-BX, 5481 BZ, 5481 CA-CD, 5481

 
   

CJ, 5481 CK, 5481 CZ, 5481 EB, 5481

 
   

ED-EE, 5481 EG-EH, 5481 EJ-EL, 5481

 
   

JD, 5481 JE, 5481 JG,

 
   

5482 AA-AE, 5482 AG-AH, 5482

 
   

AJ-AN, 5482 AP, 5482 BA-BE, 5482

 
   

BG-BH, 5482 BJ-BN, 5482 BP, 5482

 
   

BR-BT, 5482 BV-BX, 5482 CA-CE, 5482

 
   

CG-CH, 5482 CJ-CN, 5482 CP, 5482

 
   

CR-CT, 5482 CV-CX, 5482 DA-DE,

 
   

5482 DL, 5482 DX, 5482 EA-EE,

 
   

5482 EH, 5482 EJ-EN, 5482 EP,

 
       

NL421

Noord-Limburg

de volgende gemeenten:

66300

   

Venray (met uitsluiting van de

 
   

postcodes:

 
   

5801AA--BS, 5801BW-BZ, 5801CA-

 
   

CZ, 5801DC-DE, 5801DM, 5801DP,

 
   

5801DV-DZ, 5801EA-EE, 5801EJ-EZ,

 
   

5801GB-GC, 5801GE-GG, 5801GJ,

 
   

5801GL-GZ, 5801HA-KS, 5801LB-LE,

 
   

5801MA-MC, 5801ME, 5801MK,

 
   

5801PJ-RZ, 5801SB-SJ, 5801SL-SN,

 
   

5801SR-SZ, 5801TA-TP, 5801TT-TZ,

 
   

5801V

 
   

5802AA-AJ, 5802AL-BW, 5802CA-

 
   

CW, 5802CZ, 5802DA, 5802EA-EX,

 
   

5802GA-GL, 5802GS-GV, 5802HA-

 
   

HR, 5802JA-JW, 5802KA-KS, 5802LA-

 
   

LX, 5802MA, 5802NA-NT, 5803AA-

 
   

BW, 5803CA-CD, 5803CH-CW,

 
   

5803DC-DJ, 5803EK-EL, 5803GA,

 
   

5803HA-HV, 5803HZ, 5803JC-KZ,

 
   

5803LA-LC, 5803LE

 
   

Horst

 
   

Sevenum

 
   

Grubbevorst

 
   

Venlo (uitsluitend de postcodes:

 
   

5928LC-LL , 5928MX, 5928NA-PZ,

 
   

5928RA-RE, 5928WK, 5971NP,

 
   

5975PP, 5975PV)

 
   

Helden

 
   

Meijel

 
       

NL422

Midden-Limburg

de gemeente:

6500

   

Nederweert (met uitzondering van

 
   

de postcodes:

 
   

6031BK-BZ, 6031CA-CZ, 6031EA-EL,

 
   

6031EN-ER, 6031GA-GW, 6031LC-LP,

 
   

6031NN-NZ, 6031PA-PZ, 6031RA,

 
   

6031RC-RH, 6031RS, 6031TA-TE,

 
   

6031TZ, 6031VA-VZ, 6031WB-WL,

 
   

6031XA-XG, 6031XJ-XL, 6031XN-XZ)

 
   

Zones die voldoen aan het bepaalde in

artikel 4, lid 9, onder c), van Verordening (EG) nr. 1260/1999

       

NL111

Oost-Groningen

de gemeente:

142583

   

Bellingwedde

 
       

NL112

Delfzijl en omgeving

de gemeente:

30743

   

Delfzijl

 
       

NL113

Overig Groningen

de volgende gemeenten:

226255

   

Groningen

 
   

Leek

 
   

Hoogezand/Sappemeer

 
   

Slochteren (uitsluitend Rengerspark

 
   

(postcode 9615))

 
   

Eemsmond (uitsluitend `gehuchten':

 
   

Eemshaven - postcode 9979,

 
   

Uithuizermeeden - 9982, Roodeschool

 
   

- 9983, Oudeschip - 9984)

 
       

NL121

Noord-Friesland

de volgende gemeenten:

155220

   

Boarnsterhim

 
   

Franekeradeel

 
   

Harlingen

 
   

Leeuwarden

 
   

Menaldumadeel

 
       

NL122

Zuidwest-Friesland

de volgende gemeenten:

56992

   

Lemsterland

 
   

Sneek

 
   

Wymbritseradiel

 
       

NL123

Zuidoost-Friesland

de volgende gemeenten:

168451

   

Heerenveen

 
   

Opsterland

 
   

Skarsterlan

 
   

Smallingerland

 
   

Weststellingwerf

 
       

NL131

Noord-Drenthe

de volgende gemeenten:

84537

   

Assen

 
   

Noordenveld

 
       

NL132

Zuidoost-Drenthe

de volgende gemeenten:

123188

   

Emmen

 
   

Coevorden (uitsluitend de postcodes

 
   

beginnende met:

 
   

7741, 7742, 7751, 7753, 7754M,

 
   

7754N, 7755, 7756, 7844, 7845TD,

 
   

7845TG, 7864P, 7864TH, 7864TJ,

 
   

7864TK, 7918, met uitzondering

 
   

van 7754MG en 7754MJ)

 
       

NL133

Zuidwest-Drenthe

de volgende gemeenten:

100656

   

De Wolden

 
   

Hoogeveen

 
   

Meppel