Besluit van 22 juni 2001, houdende regels met betrekking tot het in de handel brengen
en het toepassen van medische hulpmiddelen voor in-vitro diagnostiek (Besluit in-vitro
diagnostica)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 26 oktober
2000, GMV/MH 2120408, gedaan na bekendmaking van het ontwerp van dit besluit in de
Staatscourant van 27 oktober 1999, nr. 207;
Gelet op
– Richtlijn 98/79/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 oktober 1998 betreffende medische hulpmiddelen
voor in-vitro diagnostiek (PbEG L 331), artikel 3, eerste lid, van de Wet op de medische hulpmiddelen;
De Raad van State gehoord (advies van 16 maart 2001, No. W13.00.0503/III);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van
juni 2001, GMV/L 2166009.
Hebben goedgevonden en verstaan: