Regeling paardensperma

[Regeling vervallen per 01-01-2015.]
Geraadpleegd op 27-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2009 en zichtdatum 01-01-2009.
Geldend van 01-01-2009 t/m 09-09-2010

Regeling paardensperma

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Gelet op de artikelen 15 en 18 van het Besluit eisen dierlijk sperma en spermawincentra;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. besluit:

Besluit eisen dierlijk sperma en spermawincentra;

b. minister:

Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

c. VWA:

Voedsel en Waren Autoriteit;

d. keuringsdierenarts:

dierenarts verbonden aan de VWA;

e. winning:

hoeveelheid sperma die op een bepaald moment van een donor is verkregen;

f. dierenarts van het centrum:

dierenarts verbonden aan het paardenspermawincentrum;

g. hengst:

geslachtsrijpe paardachtige van het mannelijk geslacht die kennelijk bestemd is voor de fokkerij;

h. richtlijn 92/65/EEG:

Richtlijn 92/65/EEG van de Raad van Europese Gemeenschappen van 13 juli 1992 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor het handelsverkeer en de invoer in de Gemeenschap van dieren, sperma, eicellen en embryo's waarvoor ten aanzien van de veterinairrechtelijke voorschriften geen specifieke communautaire regelgeving als bedoeld in bijlage A, onder I, van Richtlijn 90/425/EEG geldt (PbEG L 268);

i. geaccrediteerde keuringsinstantie:

keuringsinstantie, waarvan

  • 1. door de Nederlandse Raad voor Accreditatie of een gelijkwaardige buitenlandse instantie is verklaard dat de keuringsinstantie voldoet aan de criteria van EN 45004 en ISO 17020 en de relevante criteria van ISO 9001/9002, voorzover deze verklaring betrekking heeft op het opstellen van het in artikel 10 genoemde bedrijfsrapport, dan wel,

  • 2. door de Nederlandse Raad voor Accreditatie of een gelijkwaardige buitenlandse instantie is verklaard dat de keuringsinstantie voldoet aan de criteria van EN 45004 en ISO 17020 en de relevante criteria van ISO 9001/9002, voorzover deze verklaring betrekking heeft op verrichtingen in de veehouderij, en de keuringsinstantie aan de Nederlandse Raad voor Accreditatie of een gelijkwaardige buitenlandse instantie heeft verzocht te verklaren dat de keuringsinstantie aan genoemde criteria voldoet met betrekking tot de in artikel 10 genoemde bedrijfsrapport en dit verzoek niet is afgewezen.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Het paardenspermawincentrum voldoet aan Bijlage D, hoofdstuk I, van Richtlijn 92/65/EEG.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De op het paardenspermawincentrum aanwezige hengsten voldoen aan Bijlage D, hoofdstuk II, onderdeel A en onderdeel C van Richtlijn 92/65/EEG.

  • 2 De op het paardenspermawincentrum aanwezige overige dan in het eerste lid bedoelde paardachtigen voldoen aan Bijlage D, hoofdstuk II, onderdeel A, punt 1, 2, 3 en 4, van Richtlijn 92/65/EEG.

  • 3 Paardenspermawincentra die overeenkomstig de door het bestuur van het Productschap Vee en Vlees op 9 februari 2000 vastgestelde Algemene voorwaarden certificering hengstenhouderij zijn ingeschreven in het in deze algemene voorwaarden genoemde certificeringsregister, zijn vrijgesteld van de verplichting om bij de op het paardenspermawincentrum aanwezige hengsten de in Bijlage D, Hoofdstuk II, onderdeel A, punt 6 en 7 genoemde tests en testsprogramma's te verrichten.

  • 4 De in het derde lid bedoelde algemene voorwaarden liggen ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Het winnen, bewerken en opslaan van paardensperma geschiedt voor zover van toepassing overeenkomstig Bijlage D, hoofdstuk III, van Richtlijn 92/65/EEG.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Ten behoeve van het toezicht, bedoeld in Bijlage D, Hoofdstuk II, van richtlijn 92/65/EEG, heeft de eigenaar of exploitant van een paardenspermawincentrum dan wel diens vertegenwoordiger voorzien in het opstellen van:

    • a. voorschriften inzake:

      • -

        de reiniging en ontsmetting van de apparatuur die bij het verkrijgen en behandelen in contact komt met het sperma of met het donordier;

      • -

        het winnen, bewerken en opslaan van sperma;

      • -

        de reiniging en ontsmetting van de in artikel 7 bedoelde ruimten en voorzieningen;

      • -

        de toegang tot de in artikel 7 bedoelde werkruimten, en

      • -

        de wijze van kleding van personeel en bezoekers;

    • b. een productieprotocol, waarin voor de in artikel 7, eerste lid, bedoelde ruimten en voorzieningen, de productieprocessen chronologisch en gedetailleerd beschreven zijn, en

    • c. een kwaliteitsbeheersingsplan, waarin ter waarborging van een correcte uitvoering en registratie van de in onderdeel b bedoelde productieprocessen, de in acht te nemen werkwijzen chronologisch en gedetailleerd zijn vastgelegd.

  • 2 De eigenaar of de exploitant van een paardenspermawincentrum dan wel diens vertegenwoordiger zorgt dat het personeel zijn werkzaamheden verricht overeenkomstig de wettelijke bepalingen en daarop gebaseerde interne procedures en voorschriften, draagt er zorg voor dat de dierenarts van het centrum toeziet op een correcte uitvoering van de werkzaamheden door het personeel en geeft de dierenarts van het centrum de hiervoor benodigde instructies.

  • 3 De in het eerste lid bedoelde voorschriften, procedures en protocollen en de wijzigingen daarvan, behoeven de goedkeuring van de minister.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Van toezicht van een dierenarts van het centrum als bedoeld in Bijlage D, Hoofdstuk I, onderdeel I, punt 1, van richtlijn 92/65/EEG is sprake, indien die dierenarts overeenkomstig de krachtens artikel 5 vastgestelde procedures en protocollen erop toeziet dat de voorschriften bedoeld in artikel 2, 3 en 4 in acht worden genomen en dat door betrokkenen de krachtens artikel 5 vastgestelde procedures en protocollen correct worden uitgevoerd.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Aan Bijlage D, Hoofdstuk I, onderdeel I, punt 2, van richtlijn 92/65/EEG is voldaan, indien het paardenspermawincentrum binnen de kadastrale eenheden waarop het paardenspermawincentrum is gesitueerd, de beschikking heeft over:

    • a. een stalruimte voor de dagelijkse huisvesting en verzorging van de paardachtigen, die op efficiënte wijze fysiek is afgesloten van de overige ruimten binnen het paardenspermawincentrum;

    • b. een voorziening voor de tijdelijke afzondering van hengsten die wegens veterinaire redenen van productie zijn uitgesloten, die op efficiënte wijze fysiek is afgesloten van de in onderdeel a bedoelde stalruimte;

    • c. een voor het winnen van sperma ingerichte ruimte, die zich bevindt in de in onderdeel a bedoelde stalruimte, dan wel in een afzonderlijke hiertoe bestemde ruimte, die op efficiënte wijze fysiek is afgesloten van de overige ruimten binnen het paardenspermawincentrum en waarvan zich in de directe omgeving faciliteiten voor de reiniging en ontsmetting van de bij de spermawinning te gebruiken voorzieningen bevinden;

    • d. een voorziening voor de reiniging en ontsmetting van de gebruikte materialen, en

    • e. een ruimte voor de behandeling van sperma met een voorziening voor de opslag sperma, welke ruimte op efficiënte wijze is fysiek afgesloten van de in onderdeel c bedoelde ruimte.

  • 2 In afwijking van het eerste lid kan de onder e bedoelde ruimte zich bevinden op een afzonderlijke kadastrale eenheid.

  • 3 In afwijking van het eerste lid is de onder b bedoelde voorziening niet vereist, indien de in artikel 5, eerste lid, bedoelde voorschriften, procedures en protocollen erin voorzien dat hengsten die wegens veterinaire redenen van productie zijn uitgesloten terstond van het paardenspermawincentrum worden afgevoerd.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Het paardenspermawincentrum beschikt ten behoeve van het toezicht, bedoeld in Bijlage D, Hoofdstuk I, onderdeel II, punt 2, van richtlijn 92/65/EEG, over een door de keuringsdierenarts en de geaccrediteerde keuringsinstantie vanuit één plaats op het paardenspermawincentrum te raadplegen register dat dagelijks wordt bijgehouden en dat zodanig is ingericht, dat daaruit te allen tijde op eenvoudige wijze met betrekking tot elk dier kan worden afgeleid:

    • a. het ras;

    • b. de geboortedatum;

    • c. het identificatienummer;

    • d. de gegevens inzake de uitgevoerde vaccinaties;

    • e. de gegevens uit het ziekte/gezondheidsdossier;

    • f. de datum van toelating op het paardenspermawincentrum;

    • g. het beslag of het bedrijf van herkomst;

    • h. de verplaatsingen, onder vermelding van de datum van aankomst in of vertrek uit het paardenspermawincentrum, en

    • i. de gegevens, waaronder de laboratoriumuitslagen, onder vermelding van de datum, betreffende in Bijlage D, Hoofdstuk II, onder A van richtlijn 92/65/EEG voorgeschreven tests.

  • 2 De in het eerste lid bedoelde gegevens worden 3 jaar bewaard.

  • 3 Aan Bijlage D, Hoofdstuk I, onderdeel II, punt 7, van richtlijn 92/65/EEG is voldaan, indien op de verpakking van iedere dosis sperma onuitwisbaar de navolgende gegevens zijn vermeld:

    • a. het identificatienummer van het betrokken sperma;

    • b. de datum waarop het sperma is verkregen;

    • c. de identiteit van de hengst waarvan het sperma is gewonnen, en

    • d. het identificatienummer van het paardenspermawincentrum.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Als laboratorium, bedoeld in Bijlage D, hoofdstuk II, onderdeel A, punt 6, van richtlijn 92/65/EEG, wordt erkend het Centraal Veterinair Instituut, te Lelystad.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De eigenaar of de exploitant van een paardenspermawincentrum dan wel diens vertegenwoordiger laat één maal per twaalf maanden ten genoegen van de keuringsdierenarts door een geaccrediteerde keuringsinstantie een bedrijfsrapport opstellen waaruit blijkt in hoeverre op het paardenspermawincentrum wordt voldaan aan de ingevolge deze regeling geldende voorschriften en welke voorzieningen eventueel zouden moeten worden getroffen, indien het bedrijf niet of niet volledig aan die voorschriften voldoet.

  • 2 Een exemplaar van het in het eerste lid bedoelde bedrijfsrapport wordt op het paardenspermawincentrum bewaard.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De eigenaar of exploitant van een paardenspermawincentrum dan wel diens vertegenwoordiger beschikt over een vanuit één plaats op het paardenspermawincentrum te raadplegen register, dat dagelijks wordt bijgehouden en dat zodanig is ingericht, dat daaruit op elk moment op eenvoudige wijze met betrekking elke winning kan worden afgeleid:

    • a. het aan de winning toegekende identificatienummer;

    • b. de datum van de winning en behandeling;

    • c. de eventuele calamiteiten die zich bij de winning hebben voorgedaan.

    • d. het identificatienummer van de hengst waarvan het sperma is gewonnen, en

    • e. het aantal doses waarin de winning is verdeeld.

  • 2 De in het eerste lid bedoelde gegevens worden bewaard tot drie jaar nadat de laatste dosis van de betrokken winning van het paardenspermawincentrum is afgevoerd.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De eigenaar of de exploitant van een paardenspermawincentrum dan wel diens vertegenwoordiger beschikt over een administratie waarmee de keuringsdierenarts en de geaccrediteerde keuringsinstantie op elk moment een overzicht kan worden geboden van het sperma dat in het paardenspermawincentrum gewonnen dan wel opgeslagen is, en die de tracering van contacten tussen het paardenspermawincentrum met inseminatoren, dierenartsen, vervoerders, handelaren en gebruikers van het sperma inzichtelijk maakt.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De in artikel 12 bedoelde administratie is zodanig ingericht, dat daaruit op elk moment op eenvoudige wijze met betrekking tot elke transactie kan worden afgeleid:

  • 2 Voor zover het sperma op het paardenspermawincentrum is geïnsemineerd, is de in artikel 12 bedoelde administratie is zodanig ingericht, dat daaruit op elk moment op eenvoudige wijze met betrekking tot elke inseminatie kan worden afgeleid:

    • a. de datum van de inseminatie;

    • b. het identificatienummer van het betrokken sperma, en

    • c. het identificatienummer van het geïnsemineerde dier.

  • 3 De in het eerste en tweede lid bedoelde gegevens worden bewaard tot drie jaar nadat het betrokken sperma van het paardenspermawincentrum is afgevoerd respectievelijk op het paardenspermawincentrum is geïnsemineerd.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Behoudens indien het sperma bestemd is om overeenkomstig de Regeling handel levende dieren en levende producten buiten Nederland te worden gebracht, gaat een partij sperma bij afvoer van de kadastrale eenheid, waarop het paardenspermawincentrum is gelegen, vergezeld van een geleidebiljet, waarop met betrekking tot de partij de volgende gegevens zijn vermeld:

Artikel 15

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Het is de eigenaar of de exploitant van een paardenspermawincentrum dan wel diens vertegenwoordiger uitsluitend toegestaan paardensperma voorhanden te hebben, in voorraad te hebben, te bewaren, op te slaan, te gebruiken, te ontvangen of af te leveren indien op de verpakking van iedere dosis sperma onuitwisbaar de in artikel 8, derde lid, bedoelde gegevens zijn vermeld.

Artikel 16

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Degene die paardensperma vervoert of verhandelt dient te beschikken over een administratie waarmee de keuringsdierenarts op elk moment een overzicht kan worden geboden van het sperma dat hij in voorraad heeft en heeft gehad en die de tracering van contacten met het paardenspermawincentrum waar het sperma gewonnen alsmede met inseminatoren, dierenartsen, vervoerders, handelaren en gebruikers van het sperma inzichtelijk maakt.

Artikel 17

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Behoudens indien het sperma bestemd is om overeenkomstig de Regeling handel levende dieren en levende producten buiten Nederland te worden gebracht, is een partij sperma gedurende het vervoer en de verhandeling voorzien van het in artikel 14 bedoelde geleidebiljet.

Artikel 18

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Het uitsluitend toegestaan paardensperma voorhanden te hebben, in voorraad te hebben, te bewaren, op te slaan, te gebruiken, te ontvangen of af te leveren indien op de verpakking van iedere dosis sperma onuitwisbaar de navolgende gegevens zijn vermeld:

  • a. het identificatienummer van het betrokken sperma;

  • b. de datum van de winning;

  • c. de identiteit van de hengst waarvan het sperma is gewonnen, en

  • d. het identificatienummer van het paardenspermawincentrum.

Artikel 19

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Degene die ingevolge deze regeling gegevens moet bijhouden of vermelden op daartoe bestemde bescheiden, doet dit volledig, juist en naar waarheid.

  • 2 Het bijhouden of vermelden van de in het eerste lid bedoelde gegevens geschiedt onverwijld nadat de gegevens bekend zijn bij degene die zij ingevolge deze regeling moet bijhouden of vermelden.

Artikel 20

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Een wijziging van een of meer onderdelen van richtlijn 92/65/EEG gaat voor de toepassing van de artikelen van deze regeling, waarin naar die onderdelen wordt verwezen, gelden met ingang van de dag waarop aan de betrokken wijzigingsrichtlijn uitvoering moet zijn gegeven, tenzij bij ministerieel besluit, dat in de Staatscourant wordt bekend gemaakt, een ander tijdstip wordt vastgesteld.

Artikel 21

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 5, eerste lid, is gedurende de periode van 9 maanden vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling niet van toepassing op de eigenaar of de exploitant van een paardenspermawincentrum die op het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling beschikt over een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel a, van de Verordening K.I. bij dieren 1985 door het Landbouwschap verleende toestemming tot het winnen van sperma van paarden.

Artikel 22

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2001.

Artikel 23

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling paardensperma.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst

De

Minister

van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

L.J. Brinkhorst