(1) Pel voor lasaggregaten: genormaliseerde lasstroom vermenigvuldigd met de genormaliseerde
lasspanning voor de laagste waarde van de inschakelduur die door de fabrikant wordt
opgegeven.
Pelvoor vermogensaggregaten: primair vermogen overeenkomstig ISO 8528-1:1993, punt 13.3.2.
(2) De waarden voor fase II zijn voor de volgende typen materieel louter indicatief:
– trilwalsen met begeleider;
– trilplaten (> 3kW);
– trilstampers;
– dozers (op stalen rupsbanden);
– laadmachines (op stalen rupsbanden > 55 kW);
– heftrucks met verbrandingsmotor en contragewicht;
– bestratingsafwerkmachines met een verdichtingsbalk;
– met de hand geleide betonbrekers en trilhamers met een inwendige verbrandingsmotor
(15 < m < 30);
– grasmaaiers, grastrimmers/graskantensnijders.
De definitieve waarden zijn afhankelijk van de wijziging van de richtlijn ingevolge
het krachtens artikel 20, lid 1, vereiste verslag. Bij gebreke van een dergelijke
wijziging blijven de waarden voor fase I van toepassing voor fase II.
(3) Voor eenmotorige mobiele kranen blijven de cijfers voor fase I tot 3 januari 2008
van toepassing. Na deze datum zijn de cijfers van fase II van toepassing.
Het toelaatbaar geluidsvermogensniveau wordt naar boven of beneden afgerond op het
naaste gehele getal (bij minder dan 0,5 naar beneden, vanaf 0,5 naar boven).