Toepassing van de Wet op de omzetbelasting 1968 ten aanzien van advocaten, enz.

[Regeling vervallen per 01-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 23-11-2009.]
Geraadpleegd op 27-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2010 en zichtdatum 23-11-2024.
Geldend van 01-01-2002 t/m 22-11-2009

Toepassing van de Wet op de omzetbelasting 1968 ten aanzien van advocaten, enz.

De Directeur-Generaal Belastingdienst heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

Dit besluit is een herziene versie van het besluit van 19 juni 1970, nr. B69/11758. Het besluit is herzien in verband met de vervanging van de gulden door de euro per 1 januari 2002. De eerste alinea en de passages die handelen over kosteloos procederen hebben hun belang verloren en zijn uit het besluit verwijderd. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om het in het besluit opgenomen voorbeeld te actualiseren.

Wanneer in een gerechtelijke procedure één der partijen (A) wordt veroordeeld tot betaling van een bepaald bedrag aan de wederpartij (B) als tegemoetkoming in de door B in verband met de procedure gemaakte directe kosten, pleegt dat bedrag door de advocaat van B namens zijn cliënt te worden geïnd. Vervolgens verrekent die advocaat het geïnde bedrag (de z.g. geliquideerde kosten) met het door hem aan zijn cliënt (B) gedeclareerde totale honorarium. Uiteraard is de advocaat over het volledige honorarium omzetbelasting verschuldigd. Ik kan mij ermee verenigen dat in dergelijke gevallen het bedrag van de geliquideerde kosten zelf buiten de heffing van omzetbelasting wordt gelaten.

Ter verduidelijking kan het volgende voorbeeld dienen:

Declaratie advocaat van partij A

 

Declaratie advocaat van partij B

Honorarium

1.000

 

Honorarium

1.000

BTW 19%

190

 

BTW 19%

190

         
 

1.190

   

1.190

Griffierechten etc.

100

 

Griffierechten etc.

100

         
       

1.290

Geliquideerde kosten

250

 

Geliquideerde kosten

250

         

te ontvangen

1.540

 

nog te ontvangen

1.040

De hiervoor aangegeven lijn kan eveneens toepassing vinden met betrekking tot gerechtsdeurwaarders en andere gemachtigden, voor zover zij in bepaalde zaken op dezelfde voet optreden als advocaten.

Volledigheidshalve merk ik nog op dat deurwaarderskosten en griffierechten die een advocaat voldoet voor zijn cliënt als doorlopende posten worden beschouwd die niet tot de vergoeding van de advocaat behoren.