Besluit van 10 december 2001 tot vaststelling van nevenzittingsplaatsen van de gerechtshoven
en de rechtbanken en houdende regels voor de verdeling van zaken over de hoofdplaats
en de nevenvestigings- en nevenzittingsplaatsen (Besluit nevenvestigings- en nevenzittingsplaatsen)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 13 november 2001, nr. 5132150/01/6;
Gelet op de artikelen 41 en 59 van de Wet op de rechterlijke organisatie;
De Raad van State gehoord (advies van 28 november 2001, nr. W03.01.0599/I);
Gelet op het nader rapport van de Minister van Justitie van 5 december 2001, nr. 5137099/01/6;
Hebben goedgevonden en verstaan: