Bijlage III. behorende bij de Regeling nadere eisen aan vuurwerk
[Regeling vervallen per 25-02-2004]
-
A. Zichzelf niet voortdrijvend vuurwerk dat na ontsteking door de reactie geheel of gedeeltelijk
uiteen wordt gereten;
-
A1. niet-gecompartimenteerd - lading: uitsluitend zwart buskruit tot een gewicht van
ten hoogste 2,5 gram;
-
A2. gecompartimenteerd, zoals snoeren, strengen of zevenklappers - lading: uitsluitend
zwart buskruit tot een gewicht van ten hoogste 25 gram mits elk compartiment niet
meer bevat dan ten hoogste 1 gram;
-
B. Zichzelf niet voortdrijvend vuurwerk dat na ontsteking door de reactie niet uiteen
wordt gereten met effect op de grond tot een maximale hoogte van 5 meter;
-
B1. niet-gecompartimenteerd vuurwerk zonder knal tot een gewicht van ten hoogste 100 gram;
-
B2. niet-gecompartimenteerd vuurwerk met knal - lading tot een gezamenlijk; gewicht van
ten hoogste 40 gram; lading voor het knaleffect uitsluitend zwart buskruit tot een
gewicht van ten hoogste 1 gram per lading;
-
B3. gecompartimenteerd vuurwerk zonder knal tot een gewicht van ten hoogste 200 gram;
-
B4. gecompartimenteerd vuurwerk met knal - lading tot een gezamenlijk gewicht van ten
hoogste 40 gram; lading voor het knaleffect uitsluitend zwart buskruit tot een gewicht
van ten hoogste 1 gram per lading;
-
C. Zichzelf niet voortdrijvend vuurwerk dat na ontsteking door de reactie niet uiteen
wordt gereten met effect in de lucht vanaf een hoogte van 5 meter;
-
C1. niet-gecompartimenteerd vuurwerk zonder knal tot een gewicht van ten hoogste 50 gram;
de totale lading van de burst mag maximaal 10 gram zwart buskruit bevatten of 4 gram
andere nitraathoudende lading of 2 gram perchloraat/metaal;
-
C2. gecompartimenteerd vuurwerk zonder knal met een lading tot een gezamenlijk gewicht
van ten hoogste 200 gram en een lading per compartiment van ten hoogste 15 gram; de
totale lading van de burst mag per compartiment maximaal 10 gram zwart buskruit bevatten
of 4 gram andere nitraathoudende lading of 2 gram perchloraat/metaal;
-
D. Zichzelf voortdrijvend vuurwerk met knaleffect dat na de ontsteking door de reactie
geheel of gedeeltelijk uiteen wordt gereten;
-
D1. vuurpijlen - lading voor knaleffect: uitsluitend zwart buskruit tot een gewicht van
ten hoogste 5 gram; overige lading: zwart buskruit of een andere lading tot een gezamenlijk
gewicht van ten hoogste 20 gram, de totale lading van de burst en de knal mag maximaal
10 gram zwart buskruit bevatten of 4 gram andere nitraathoudende lading of 2 gram
perchloraat/metaal;
-
D2. roterend, niet opstijgend vuurwerk - lading voor knaleffect: uitsluitend zwart buskruit
tot een gewicht van ten hoogste 1 gram; overige lading: zwart buskruit of een andere
lading waarvan het gezamenlijk gewicht, met inbegrip van het gewicht van de lading
voor het knaleffect, ten hoogste mag bedragen:
-
E. Zichzelf voortdrijvend vuurwerk dat na de ontsteking door de reactie niet uiteen
wordt gereten;
-
E1. vuurpijlen - lading: zwart buskruit of een andere lading tot een gezamenlijk gewicht
van ten hoogste 40 gram; de totale lading van de burst mag maximaal 10 gram zwart
buskruit bevatten of 4 gram andere nitraathoudende lading of 2 gram perchloraat/metaal;
-
E2. E2. roterend, niet opstijgend vuurwerk - lading: zwart buskruit of een andere lading,
waarvan het gezamenlijk gewicht ten hoogste mag bedragen:
-
E3. roterend, opstijgend vuurwerk - lading: zwart buskruit of een andere lading tot een
gezamenlijk gewicht van ten hoogste 5 gram.