Hierna wordt eerst ingegaan op de behandeling van een aanspraak waarvoor alle premies
zijn betaald na 13 september 1999. Daarna wordt ingegaan op de behandeling van een
aanspraak waarvoor alle premies zijn betaald vóór 14 september 1999. Vervolgens wordt
ingegaan op de behandeling van een aanspraak waarvoor de premies gedeeltelijk zijn
betaald vóór 14 september 1999 en gedeeltelijk na 13 september 1999.
Alle premies betaald na 13 september 1999
Door de deelnemer zelf betaalde premies zijn niet aftrekbaar. Door het EP voor de
deelnemer betaalde premies zijn bij deze belast als resultaat uit overige werkzaamheden.
De waarde van de aanspraak valt met ingang van 2001 in box 3 en is jaarlijks belast
in de vermogensrendementsheffing. De uitkeringen uit de aanspraak zelf zijn niet belast
(zij vormen betalingen op grond van een box-3-bezitting).
Teruggaaf van de door de deelnemer zelf betaalde premies bij beëindiging van de regeling
wordt behandeld als een uitkering uit de aanspraak en blijft buiten de heffing van
inkomstenbelasting.
Alle premies betaald vóór 14 september 1999
Door de deelnemer zelf betaalde premies zijn niet aftrekbaar. Door het EP voor de
deelnemer betaalde premies zijn bij deze belast als inkomsten uit niet in dienstbetrekking
verrichte werkzaamheden.
De waarde van de aanspraak valt met ingang van 2001 in box 1 en is niet belast in
de vermogensrendementsheffing van box 3. De uitkeringen vormen op grond van overgangsrecht
na 2000 belastbare periodieke uitkeringen uit een inkomensvoorziening waarop de saldomethode
van toepassing is, d.w.z. dat de uitkeringen eerst in de belastingheffing worden betrokken
voor zover zij de niet-aftrekbare premies overtreffen. Voor de bepaling van het niet-belaste
deel van de uitkeringen wordt ook het door het EP betaalde deel van de premie behandeld
als niet-aftrekbare premie indien en voor zover dat deel van de premie bij de deelnemer
daadwerkelijk reeds in de inkomstenbelasting is belast.
Teruggaaf van de door de deelnemer zelf betaalde premies bij beëindiging van de regeling
wordt behandeld als een uitkering uit de aanspraak en wordt belast voorzover die uitkering
de niet-aftrekbare premies te boven gaat.
Premies gedeeltelijk betaald vóór 1 september 1999 en gedeeltelijk na 13 september
1999
Door de deelnemer zelf betaalde premies zijn niet aftrekbaar. Door het EP voor de
deelnemer betaalde premies zijn bij deze belast als inkomsten uit niet in dienstbetrekking
verrichte werkzaamheden respectievelijk resultaat uit overige werkzaamheden.
De waarde van de aanspraak voorzover deze is gebaseerd op premies die zijn betaald
vóór 14 september 1999 valt met ingang van 2001 in box 1.
Voorzover de waarde van de aanspraak is gebaseerd op premies die zijn betaald na 13
september 1999 geldt het volgende.
De waarde van de aanspraak valt met ingang van 2001 gedeeltelijk in box 1 en gedeeltelijk
in box 3. In hoeverre dat het geval is, is afhankelijk van het antwoord op de vraag
in hoeverre de aanspraak is gebaseerd op premies die zijn betaald vóór 14 september
1999 dan wel na 13 september 1999. Voor wat betreft de premies die zijn betaald na
13 september 1999 is er nog verschil tussen de waarde van de aanspraak voorzover deze
is gebaseerd op premies die niet hoger waren dan € 2.269 per kalenderjaar en voorzover
de premies hoger waren dan € 2.269 per kalenderjaar.
Voorzover de waarde van de aanspraak in box 1 valt is deze niet belast in de vermogensrendementsheffing
van box 3.
Voorzover de uitkeringen voortkomen uit dat deel van de aanspraak dat in box 1 valt,
vormen zij op grond van overgangsrecht ook na 2000 belastbare periodieke uitkeringen
uit een inkomensvoorziening waarop de saldomethode van toepassing is, d.w.z. dat de
uitkeringen eerst in de belastingheffing worden betrokken voor zover zij de niet-aftrekbare
premies overtreffen. Voor de bepaling van het niet-belaste deel van de uitkeringen
wordt ook het door het EP betaalde deel van de premie behandeld als niet-aftrekbare
premie indien en voor zover dat deel van de premie bij de deelnemer daadwerkelijk
reeds in de inkomstenbelasting is.
Voorzover de waarde van de aanspraak in box 3 valt is deze belast in de vermogensrendementsheffing
van box 3.
Voorzover de uitkeringen voortkomen uit dat deel van de aanspraak dat in box 3 valt,
zijn zij niet belast (zij vormen betalingen op grond van een box-3-bezitting).
Teruggaaf van de door de deelnemer zelf betaalde premies bij beëindiging van de regeling
wordt behandeld als een uitkering uit de aanspraak en wordt belast overeenkomstig
de hiervóór gegeven uiteenzetting.
Voor een uitputtende behandeling van de toepassing van het overgangsrecht Wet inkomstenbelasting
2001 op aanspraken die gedeeltelijk vallen onder de bepalingen van de Wet op de inkomstenbelasting
1964 en gedeeltelijk onder de bepalingen van de Wet inkomstenbelasting 2001 verwijs
ik verder naar een op korte termijn te verschijnen vraag- en antwoordbesluit, waarin
uitgebreid wordt ingegaan op de behandeling van verschillende soorten aanspraken,
afhankelijk van het tijdstip van totstandkoming van de aanspraak en het tijdstip en
de hoogte van premiebetaling.