Belasting van personenauto’s en motorrijwielen, vrijgestelde accessoires, navigatiesysteem

[Regeling vervallen per 01-10-2006.]
Geraadpleegd op 20-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-02-2008 en zichtdatum 03-10-2024.
Geldend van 14-08-2002 t/m 30-09-2006

Belasting van personenauto’s en motorrijwielen, vrijgestelde accessoires, navigatiesysteem

De Directeur-Generaal Belastingdienst heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

In artikel 7 van de Uitvoeringsregeling belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 (verder Uitvoeringsregeling BPM) is een lijst opgenomen van zogenoemde vrijgestelde accessoires. De waarde van deze accessoires telt niet mee voor de grondslag van de heffing van BPM. Met ingang van 1 januari 2002 is de lijst van vrijgestelde accessoires geheel herzien (Besluit nr. WV2001/689M van 19 december 2001, Stcrt. 249). In de nieuwe lijst zijn voornamelijk voorzieningen opgenomen die de veiligheid bevorderen of een positieve uitwerking hebben op het milieu. De herziene lijst en de criteria waaraan de daarin opgenomen voorzieningen moeten voldoen, zijn vastgesteld in overleg met de ministeries van Verkeer en Waterstaat en Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de betrokken branche organisaties.

Eén van de accessoires voorkomend op de nieuwe lijst is een navigatiesysteem voor personenauto’s. Blijkens de definitie die is opgenomen in artikel 7, derde lid onder e, van de Uitvoeringsregeling BPM gaat het alleen om navigatiesystemen die niet handmatig zijn te programmeren tijdens het rijden. In de praktijk is gebleken dat de behoefte bestaat aan nadere uitleg van de zinsnede ‘handmatig te programmeren’.

Over deze vraag is overleg gevoerd tussen de betrokken ministeries en de branche-organisaties. Ter verduidelijking deel ik mee dat met handmatig programmeren wordt bedoeld het handmatig invoeren van alfanumerieke gegevens, waarmee de bestemming wordt aangegeven of gewijzigd. Bij andere bedieningshandelingen waarvoor geen alfanumerieke invoer van gegevens nodig is, bijvoorbeeld het wijzigen van het volume of de schaal, is geen sprake van programmeren.

Tijdens eerdergenoemd overleg is ook gebleken de navigatiesystemen die nu op de markt zijn in bepaalde gevallen kunnen worden geprogrammeerd wanneer de auto waarin zij zijn aangebracht ‘stapvoets’ rijdt. Het blijkt technisch niet altijd mogelijk de navigatiesystemen zo aan te passen dat ze alleen te programmeren zijn als de auto volledig stilstaat. In dit verband keur ik goed dat navigatiesystemen die alleen handmatig zijn te programmeren als de auto waarin ze zijn aangebracht niet meer dan 5 kilometer per uur rijdt eveneens worden begrepen onder een navigatiesysteem als is bedoeld in artikel 7, derde lid onder e, van de Uitvoeringsregeling BPM.