Besluit aanwijzing handhavingsambtenaren Herziene Rijnvaartakte

Geraadpleegd op 15-12-2024.
Geldend van 26-09-2002 t/m heden

Besluit van de Minister van Verkeer en Waterstaat tot aanwijzing van de ambtenaren, belast met het toezicht op de naleving en de opsporing van overtreding van de Herziene Rijnvaartakte en van de daarop gebaseerde reglementen (Besluit aanwijzing handhavingsambtenaren Herziene Rijnvaartakte)

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 28, tweede lid, en 48, eerste lid, van de Binnenschepenwet, 11, eerste lid, en 18, eerste lid, van de Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart en 32, eerste lid, van de Scheepvaartverkeerswet;

Handelende in overeenstemming met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en met de Minister van Justitie;

Besluit:

Artikel 1

Met het toezicht op de naleving en de opsporing van overtreding van de Herziene Rijnvaartakte en van de daarop gebaseerde reglementen zijn belast de ambtenaren van de directies Oost-Nederland, Limburg, Utrecht en Zuid-Holland van het Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat , voor zover tewerkgesteld aan of langs de Boven-Rijn, de Waal, het Pannerdensch Kanaal, de Neder-Rijn en de Lek, die de functie bekleden van:

  • a. hoofd en coördinator beheer vaarwegen;

  • b. (assistent) verkeersleider;

  • c. (assistent) mobiel verkeersleider;

  • d. (hulp)sluismeester of -wachter.

Artikel 2

De Regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 8 december 1986, Stcrt. 1986, 247, en het Besluit van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 7 mei 2002 tot aanwijzing van de ambtenaren, belast met de handhaving van de Herziene Rijnvaartakte en van de daarop gegronde reglementen (Stcrt. 92) worden ingetrokken.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit aanwijzing handhavingsambtenaren Herziene Rijnvaartakte.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Verkeer en Waterstaat,

Roelf H. de Boer