Bijdrageregeling zorg AWBZ

[Regeling vervallen per 01-01-2015.]
Geraadpleegd op 18-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2011 en zichtdatum 01-01-2011.
Geldend van 01-01-2011 t/m 31-12-2011

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In deze regeling wordt verstaan onder Bijdragebesluit: Bijdragebesluit zorg

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In gevolge artikel 6, eerste lid, onderdeel b, subonderdeel 2, van het Bijdragebesluit wordt in verband met zak- en kleedgeld in mindering gebracht:

  • a. voor de ongehuwde verzekerde: € 3 446;

  • b. voor de gehuwde verzekerden tezamen: € 5 359.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Ingevolge artikel 6, eerste lid, onderdeel b, subonderdeel 2°, van het Bijdragebesluit worden in verband met de premie zorgverzekering in mindering gebracht:

    • a. voor de ongehuwde verzekerde die 65 jaar of ouder is: € 1 486,16 vermeerderd met 4,8% van het inkomen, met dien verstande dat minimaal € 2 119,67 en maximaal € 3 039,87 in mindering wordt gebracht;

    • b. voor de ongehuwde verzekerde die jonger is dan 65 jaar: € 1 209 vermeerderd met 6,9% van het inkomen dat is vermenigvuldigd met 1 gedeeld door 1,069, met dien verstande dat maximaal € 3 442,46 in mindering wordt gebracht;

    • c. voor de gehuwde verzekerden die beiden 65 jaar en ouder zijn:

      voor ieder van de gehuwde verzekerden € 1 402,38 vermeerderd met 4,8% van het inkomen van die gehuwde verzekerde,met dien verstande dat voor ieder van de gehuwde verzekerden minimaal € 1 844,38 en maximaal € 2 956,09 in mindering wordt gebracht;

    • d. voor de gehuwden verzekerden die beiden jonger zijn dan 65 jaar wordt de aftrek voor ieder van de gehuwde verzekerden overeenkomstig onderdeel b berekend en geldt voor ieder van de gehuwde verzekerden het daarin genoemde maximumbedrag;

    • e. voor de overige gehuwden verzekerden wordt de aftrek voor de gehuwde verzekerde die jonger is dan 65 jaar berekend overeenkomstig de in onderdeel b geregelde berekeningswijze en geldt het daarbij genoemde maximumbedrag en voor de gehuwde verzekerde die 65 jaar of ouder is overeenkomstig de in onderdeel c geregelde berekeningswijze en geldt het daarbij genoemde maximum- en minimumbedrag.

  • 2 Indien de verzekerde op 1 januari van het peiljaar aanspraak had op een zorgtoeslag wordt op de aftrek, bedoeld in het eerste lid, in mindering gebracht:

    • a. voor de verzekerde die ongehuwd is: een bedrag van € 692, met dien verstande dat als zijn inkomen € 19 135 of meer bedraagt dit bedrag wordt verminderd met 5% van het verschil tussen zijn inkomen en € 19 135;

    • b. voor de verzekerden die gehuwd zijn: een bedrag van € 1 461 met dien verstande dat indien hun gezamenlijke inkomen € 19 135 of meer bedraagt dit bedrag wordt verminderd met 5% van het verschil tussen hun gezamenlijke inkomen en € 19 135.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In gevolge artikel 6, eerste lid, onderdeel b, subonderdeel 2, van het Bijdragebesluit wordt in verband met een jonghandicaptenkorting in mindering gebracht:

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In gevolge artikel 6, eerste lid, onderdeel b, subonderdeel 2, van het Bijdragebesluit wordt in verband met een ouderenkorting in mindering gebracht:

  • a. voor de ongehuwde verzekerde die 65 jaar of ouder is: € 637;

  • b. voor de gehuwde verzekerde indien beiden of een van beiden 65 jaar of ouder zijn of is en geen beiden in het peiljaar op grond van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten recht op arbeidsondersteuning of op toekenning van een arbeidsongeschiktheidsuitkering heeft, tezamen: € 1 069.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Voor verzekerden die 65 jaar of ouder zijn, worden de volgende extra vrijlatingen in mindering gebracht:

    • a. indien het bijdrageplichtig inkomen per jaar van de ongehuwde verzekerde, na toepassing van de artikelen 6, eerste lid, en 7 van het Bijdragebesluit, minder bedraagt dan € 8 070 doch meer dan € 7 689, het verschil tussen dat bijdrageplichtig inkomen en het laatstgenoemde bedrag;

    • b. indien het bijdrageplichtig inkomen per jaar van de ongehuwde verzekerde, na toepassing van de artikelen 6, eerste lid, en 7 van het Bijdragebesluit, meer bedraagt dan € 8 070, 25% van het verschil tussen dat bijdrageplichtig inkomen en dat bedrag, vermeerderd met een bedrag van € 381;

    • c. indien het bijdrageplichtig inkomen per jaar van de gehuwde verzekerden tezamen, na toepassing van de artikelen 6, eerste lid, en 7 van het Bijdragebesluit, minder bedraagt dan € 10 142 doch meer dan € 9 761, het verschil tussen dat bijdrageplichtig inkomen en het laatstgenoemde bedrag;

    • d. indien het bijdrageplichtig inkomen per jaar van de gehuwde verzekerden tezamen, na toepassing van de artikelen 6, eerste lid, en 7 van het Bijdragebesluit, meer bedraagt dan € 10 142, 25% van het verschil tussen dat bijdrageplichtig inkomen en dat bedrag, vermeerderd met een bedrag van € 381;

    • e. de onderdelen c en d zijn ook van toepassing indien een van beide gehuwde verzekerden de leeftijd van 65 jaar in de in de aanhef bedoelde periode nog niet heeft bereikt.

  • 2 Voor de overige verzekerden wordt in mindering gebracht:

    • a. indien het bijdrageplichtig inkomen per jaar van de ongehuwde verzekerde, na toepassing van de artikelen 6, eerste lid, en 7 van het Bijdragebesluit, minder bedraagt dan € 7 250 doch meer dan € 6 869, het verschil tussen dat bijdrageplichtig inkomen en het laatstgenoemde bedrag;

    • b. indien het bijdrageplichtig inkomen per jaar van de ongehuwde verzekerde, na toepassing van de artikelen 6, eerste lid, en 7 van het Bijdragebesluit, meer bedraagt dan € 7 250, 25% van het verschil tussen dat bijdrageplichtig inkomen en dat bedrag, vermeerderd met een bedrag van € 381;

    • c. indien het bijdrageplichtig inkomen per jaar van de gehuwde verzekerden tezamen, na toepassing van de artikelen 6, eerste lid, en 7 van het Bijdragebesluit, minder bedraagt dan € 9 539 doch meer dan € 9 158, het verschil tussen dat bijdrageplichtig inkomen en het laatstgenoemde bedrag;

    • d. indien het bijdrageplichtig inkomen per jaar van de gehuwde verzekerden tezamen, na toepassing van de artikelen 6, eerste lid, en 7 van het Bijdragebesluit, meer bedraagt dan € 9 539, 25% van het verschil tussen dat bijdrageplichtig inkomen en dat bedrag, vermeerderd met een bedrag van € 381.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2003.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Deze regeling wordt aangehaald als: Bijdrageregeling zorg AWBZ.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

C. Ross-van Dorp