In deze verordening wordt overgenomen de terminologie van het Instellingsbesluit Hoofdbedrijfschap Agrarische Groothandel en wordt voorts verstaan onder:
a) detailhandelaar in pootaardappelen:
een ondernemer die pootaardappelen koopt en deze verkoopt aan in Nederland gevestigde
aardappeltelers of andere verbruikers;
b) tussenpersoon:
een ondernemer die anders dan als makelaar het bedrijf van tussenpersoon in aardappelen
uitoefent;
c) makelaar:
een ondernemer die het bedrijf van tussenpersoon in aardappelen uitoefent door daartoe
beëdigd op order en op naam van derden tot wie hij niet in een vaste betrekking staat
bemiddeling te verlenen bij het tot stand komen en het sluiten van overeenkomsten
van koop- en verkoop van aardappelen;
d) groothandelaar:
een ondernemer die de groothandel in aardappelen uitoefent en in dat kader in Nederland
aardappelen koopt en verkoopt;
e) importeur:
een ondernemer die de groothandel in aardappelen uitoefent en in dat kader aardappelen
in het buitenland koopt en deze in Nederland verkoopt;
f) exporteur:
een ondernemer die de groothandel in aardappelen uitoefent en in dat kader aardappelen
in Nederland koopt en deze in het buitenland verkoopt;
g) pootaardappelen:
aardappelen bestemd voor vermeerderingsdoeleinden;
h. consumptieaardappelen:
aardappelen bestemd voor menselijke consumptie of bestemd om te worden verwerkt tot
produkten bestemd voor menselijke consumptie;
i) voeraardappelen:
aardappelen bestemd voor veevoer.