3. Al dan niet met assistentie van een personeelsfunctionaris maakt de herplaatsingskandidaat
een zoekprofiel aan teneinde eventueel geschikte vacatures toegezonden te krijgen.
Deze geschikte vacatures kunnen in overleg met de herplaatsingskandidaat ook, door
de Mobiliteitsbank, aan de personeelsfunctionaris gezonden worden. Anderzijds heeft
het bevoegd gezag ook inzage in de geplaatste CV's en de status als herplaatsingskandidaat
van betrokkene, waardoor gericht op zoek kan worden gegaan naar een passende functie
voor de herplaatsingskandidaat. Indien sprake is van een passende functie binnen het
bereik van het bevoegd gezag, dan wordt deze door het bevoegd gezag aangeboden aan
de herplaatsingskandidaat.
Bij het zoeken en vinden van een passende functie worden zowel van de herplaatsingskandidaat
als van het bevoegd gezag inspanningen gevraagd. Zowel de organisatie als de herplaatsingskandidaat
zijn erbij gebaat dat onvrijwillige werkeloosheid zoveel mogelijk wordt voorkomen.
Het bevoegd gezag is verplicht de herplaatsingskandidaat binnen 18 maanden tenminste
één passende functie aan te bieden, met de mogelijkheid deze termijn te verkorten,
te verlengen of op te schorten (art. 49g ARAR). Van een 'passende functie' is sprake indien de herplaatsingskandidaat gelet op
zijn kennis en kunde in staat wordt geacht de functie naar behoren te kunnen uitoefenen.
De functie moet hem in redelijkheid kunnen worden opgedragen. Dit wordt onder andere
bepaald door de zwaarte van de functie, de bestaande vooruitzichten en de persoonlijke
omstandigheden van de medewerker. Het bevoegd gezag moet nagaan of een gemis aan kennis
en ervaring bij de herplaatsingskandidaat kan worden gecompenseerd door het aanbieden
van om-, her- of bijscholing. Ook een tijdelijke functie (bijvoorbeeld in het kader
van een project) of een tijdelijke plaatsing op een functie (die bijvoorbeeld tijdelijk
vacant is) of een lager bezoldigde functie kan passend zijn. Bij dit laatste geldt
overigens de beperking dat uitsluitend sprake kan zijn van een passende functie indien
de voor de functie geldende salarisschaal niet meer dan twee schalen lager is dan
de salarisschaal die geldt voor de herplaatsingskandidaat.
De herplaatsingskandidaat is verplicht al het mogelijke te doen om een passende functie
te vinden. Indien hem een passende functie wordt aangeboden, is de herplaatsingskandidaat
verplicht deze te aanvaarden. Indien plaatsing in een passende functie pas kan plaatsvinden
na om-, her- of bijscholing, kan hem hiertoe de verplichting worden opgelegd. Een
afhoudende houding van de herplaatsingskandidaat, bijvoorbeeld omdat hij een andere
dan de aangeboden functie ambieert, kan op zichzelf nooit een reden zijn een functie
niet als passend te beschouwen. Indien een herplaatsingskandidaat weigert uitvoering
te geven aan deze verplichtingen, kan hem de sanctie van ontslag worden opgelegd (art. 49l ARAR). Aan dit ontslag is geen recht op wachtgeld of uitkering verbonden.
Zoals gezegd hebben zowel het bevoegd gezag als de herplaatsingskandidaat de verplichting
zich tot het uiterste in te spannen om onvrijwillige werkloosheid te voorkomen. Dit
betekent dat een herplaatsingskandidaat slechts om een zeer beperkt aantal redenen
kan worden afgewezen. Een afwijzend oordeel moet altijd schriftelijk en gemotiveerd
worden medegedeeld aan betrokkene. Budgettaire argumenten kunnen nooit de reden zijn
om een functie als niet passend aan te merken.