Wijzigingsbesluit Algemeen Rijksambtenarenreglement en enkele andere besluiten (formalisering [...] sector Rijk 2002-2003)

Geraadpleegd op 23-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2016.
Geldend van 01-07-2006 t/m heden

Besluit van 26 september 2003, houdende wijziging van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en enkele andere besluiten in verband met de formalisering van de Arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk 2002–2003

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 11 juni 2003, nr. PMR/AV 03/68131, directoraat-generaal Management en Personeelsbeleid, directie Personeelsmanagement Rijksdienst, cluster Arbeidsvoorwaarden, gedaan mede namens Onze Minister van Buitenlandse Zaken;

Gelet op:

artikel 125, eerste lid, van de Ambtenarenwet,

artikel 1, tweede lid, van de Wet rechtspositie ministers en staatssecretarissen,

artikel 6 van de Wet van 11 september 1964, houdende vaststelling van een nieuwe regeling van de bezoldiging van de vice-president van de Raad van State en de staatsraden, alsmede van de president en de overige leden van de Algemene Rekenkamer (Stb. 1993, 218) en

artikel 1, derde lid, van de Wet bezoldiging Nationale ombudsman;

De Raad van State gehoord (advies van 28 juli 2003, nr. W04.03.0220/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 15 september 2003, nr. PMR/AV 03/75685, directoraat-generaal Management Openbare Dienst, directie Personeelsmanagement Rijksdienst, cluster Arbeidsvoorwaarden, uitgebracht mede namens Onze Minister van Buitenlandse Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel X

[Red: Wijzigt het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.]

Artikel XVI

De bij artikel IV, onderdelen B, H en I, en artikel X, onderdelen A, C en D, aangebrachte wijzigingen in de bezoldiging van het burgerlijke rijkspersoneel dragen een algemeen karakter.

Artikel XVIII

De bestaande vervoerplannen, gebaseerd op HOOFDSTUK IIIA van het Verplaatsingskostenbesluit 1989, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van dit besluit, blijven tot 1 januari 2007 van kracht voorzover de daarin opgenomen aanspraken voor de individuele ambtenaar hoger zijn dan die krachtens het Verplaatsingskostenbesluit 1989 zoals dat luidt per 1 januari 2004, tenzij in het overleg met de centrales van verenigingen van ambtenaren bedoeld in artikel 113 van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, artikel 139 van het Ambtenarenreglement Staten-Generaal respectievelijk artikel 142 van het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken wordt overeengekomen het vervoerplan eerder te doen vervallen.

Artikel XX

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 26 september 2003

Beatrix

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.W. Remkes

De

Minister

van Buitenlandse Zaken,

J. G. de Hoop Scheffer

Uitgegeven de drieëntwintigste oktober 2003

Minister

J. P. H. Donner