U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
[Regeling vervallen per 01-01-2006.][Regeling treedt (deels) in werking per 11-12-2003 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-1998.]Geraadpleegd op 21-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-12-1998 en zichtdatum 18-12-2024. Geldend van 23-10-2004 t/m 31-12-2005
Beleidsregels Algemene wet bestuursrecht Bureau Heffingen 2003
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
Besluit:
[Regeling vervallen per 01-01-2006]
Het Voorschrift Algemene wet bestuursrecht 1997 en de Leidraad Invordering 1990 zijn van overeenkomstige toepassing op de heffing en invordering van de heffingen van Hoofdstuk IV van de Meststoffenwet waarvan de heffing en invordering aan het Bureau Heffingen zijn opgedragen.
Voor de toepassing van dit besluit wordt in het Voorschrift Algemene wet bestuursrecht 1997 en de Leidraad Invordering 1990 verstaan onder:
a. minister: de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
b. staatssecretaris: de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
c. Belastingdienst: Bureau Heffingen;
d. fiscus: Bureau Heffingen;
e. regeling: Regeling uitvoering heffingen en verrekening Meststoffenwet;
f. directeur: de directeur Financieel-Economische Zaken van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, bedoeld in artikel 3 van de Regeling uitvoering heffingen en verrekening Meststoffenwet, met inbegrip van de ambtenaren aan wie ter zake van de bevoegdheid van de directeur mandaat is verleend door die directeur, en voor de toepassing van artikel 26 Invorderingswet 1990 de directeur Financieel-Economische Zaken van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, bedoeld in artikel 28, tweede lid, onderdeel f, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990;
g. het Infobulletin van de FIOD: de Staatscourant;
h. FIOD: AID;
i. aanslagbiljet: naheffingsaanslag, tenzij uit de context anders blijkt;
j. bedrijf: bedrijf als bedoeld in artikel 1, aanhef, onderdeel j, van de Meststoffenwet;
k. belastingaanslag: naheffingsaanslag, tenzij uit de context anders blijkt;
l. belastingschuldige: degene op wiens naam het aanslagbiljet (mede) is gesteld;
m. heffingen: de heffingen, bedoeld in hoofdstuk IV van de Meststoffenwet, die van rijkswege door de minister worden geheven op grond van artikel 41, eerste lid, van de Meststoffenwet;
n. inspecteur: de inspecteur van het Bureau Heffingen, bedoeld in artikel 42 van de Meststoffenwet en artikel 3 van de regeling, met inbegrip van de ambtenaren aan wie ter zake van de bevoegdheden van de inspecteur mandaat is verleend door de minister of door de inspecteur;
o. ontvanger: de ontvanger van het Bureau Heffingen, bedoeld in artikel 42 van de Meststoffenwet en artikel 3 van de regeling;
p. ministerie, directoraat-generaal Belastingdienst, team Juridische Zaken: directeur;
q. Voorschrift Awb 1997: de beleidsregels, bedoeld in paragraaf 2, van dit besluit, tenzij uit de context anders blijkt.
Voor de toepassing van dit besluit wordt, in afwijking van paragraaf 1.7, onderdeel 2, van het Voorschrift Algemene wet bestuursrecht 1997, de aangifte voorzover deze als een verzoek om verrekening als bedoeld in artikel 43, vijfde lid, van de Meststoffenwet, wordt aangemerkt, beschouwd als een aanvraag in de zin van artikel 1:3, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
Voor de toepassing van dit besluit wordt paragraaf 2.1 van het Voorschrift Algemene wet bestuursrecht 1997 als volgt gelezen:
De Awb is van toepassing op besluiten van bestuursorganen. De inspecteur, de ontvanger, de directeur Financieel-economische Zaken van het Ministerie van LNV en de Minister van LNV zijn bestuursorgaan in de zin van de Awb. Organen van de rechterlijke macht en de wetgevende macht zijn geen bestuursorgaan.
In artikel 3, derde lid, van de Regeling uitvoering heffingen en verrekening Meststoffenwet (Regeling van 19 december 1997, Stcrt. 247) is de directeur van het Bureau Heffingen aangewezen als inspecteur en ontvanger van het bureau. Omdat de bevoegdheidsuitoefening binnen het Bureau Heffingen veelal plaatsvindt in mandaat, wijst de directeur ambtenaren van het Bureau Heffingen aan die namens hem de bevoegdheid van inspecteur onderscheidenlijk ontvanger uitoefenen. Dit is vastgelegd in mandaatbesluiten. Deze vermelden de ambtenaren die bevoegd zijn namens de inspecteur besluiten te nemen en die bevoegd zijn namens de ontvanger besluiten te nemen. Aan dezelfde ambtenaar wordt geen algemeen mandaat verleend voor de bevoegdheden van zowel de inspecteur als de ontvanger. Wel is het mogelijk dat voor een bepaald geval hierop een uitzondering wordt gemaakt door middel van het verlenen van een bijzonder mandaat.
Bij de toepassing van dit besluit blijft de laatste volzin van paragraaf 5.5.5 van het Voorschrift Algemene wet bestuursrecht 1997 buiten toepassing.
De ontvanger is te allen tijde belast met de leiding van de invordering waarover paragraaf 1, achtste lid, van de Leidraad Invordering 1990 handelt, ook in de fase van de dwanginvordering.
Het conservatoir beslag en de versnelde invordering waarover hoofdstuk I, artikel 3, paragraaf 2, eerste lid, van de Leidraad Invordering 1990 handelt, worden uitgevoerd door de Belastingdienst vanaf het moment van terhandstelling van het dwangbevel door de ontvanger aan de ontvanger van de Belastingdienst. Voorafgaand aan de dwanginvorderingsfase kunnen handelingen ten behoeve van conservatoir beslag en versnelde invordering plaatsvinden.
Met betrekking tot de relatieve competentie waarover hoofdstuk I, artikel 5, paragraaf 1, van de Leidraad Invordering 1990 handelt, zijn voor de toepassing van de Invorderingswet in het kader van de heffingen, nadere regels gesteld in de regeling.
Verrekening van verschuldigde bedragen waarover hoofdstuk IV, artikel 24, paragraaf 1, vierde lid, van de Leidraad Invordering 1990 handelt, vindt niet plaats tussen verschuldigde bedragen aan heffingen en door de inspecteur van het Bureau Heffingen opgelegde bestuurlijke boeten met belastingschulden uit hoofde van de rijksbelastingen.
1 Naast de in hoofdstuk IV, artikel 25, paragraaf 1, tweede lid, van de Leidraad Invordering 1990 genoemde redenen om een verzoek tot uitstel van betaling in te dienen, kunnen ook bezwaren tegen een op grond van de Meststoffenwet door de inspecteur of ontvanger genomen beschikking leiden tot een verzoek tot uitstel van betaling. Het beleid is daarop zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.
Uitstel van betaling vindt uitsluitend plaats voor het bedrag van een aan de belastingschuldige opgelegde belastingaanslag, of een gedeelte daarvan. In de uitvoering van de heffingen, geregeld in hoofdstuk IV van de Meststoffenwet kan dit alleen een naheffingsaanslag zijn. Geen uitstel wordt verleend voor verschuldigde heffing die op aangifte moet worden voldaan. Wanneer de belastingschuldige zijn verzoek om uitstel van betaling bij de ontvanger indient binnen veertien dagen na dagtekening van de naheffingsaanslag en het verzoek door de ontvanger wordt gehonoreerd, kan de inspecteur de bij de naheffingsaanslag opgelegde bestuurlijke boete ingeval van verzachtende omstandigheden matigen op grond van artikel 29 Beleidsregels bestuurlijke boeten Bureau Heffingen 1999.
2 Een verzoek om uitstel van betaling wordt afgewezen op grond van de in hoofdstuk IV, artikel 25, paragraaf 1, zesde lid, van de Leidraad Invordering 1990 genoemde gronden of ingeval niet tijdig aangifte is gedaan.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 1998.
Dit besluit kan worden aangehaald als: Beleidsregels Algemene wet bestuursrecht en Invorderingswet 1990 Bureau Heffingen.
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 1 december 2003
Minister
Directeur-Generaal
R.M. Bergkamp
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Beleidsregels Algemene wet bestuursrecht en Invorderingswet 1990 Bureau Heffingen", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.