§ 3. Bijdragen kosten uitoefening toezicht
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Artikel 7
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
2 Het bedrag, bedoeld in het eerste lid, kan worden vermeerderd met een bedrag ter vergoeding
van de kosten van een toetsing van de deskundigheid of betrouwbaarheid van een beleidsbepaler,
medebeleidsbepaler of houder van een gekwalificeerde deelneming, voor zover deze kosten
niet reeds op basis van het eerste lid in rekening zijn gebracht.
-
3 De toezichthoudende autoriteit kan eenmalig een bedrag in rekening brengen ter vergoeding
van de kosten van een toetsing van de deskundigheid of betrouwbaarheid van een beleidsbepaler,
medebeleidsbepaler of houder van een gekwalificeerde deelneming, welke toetsing wordt
verricht naar aanleiding van:
-
4 De Autoriteit Financiële Markten brengt geen bedrag als bedoeld in het eerste lid,
onderdeel a, onder 2°, in rekening, indien de aanvrager een in een andere lidstaat
gevestigde effectenbemiddelaar als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, onder 3°, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 betreft die onder adequaat toezicht staat en in of vanuit Nederland uitsluitend effectendiensten
voor eigen rekening verricht.
Artikel 8
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
De Autoriteit Financiële Markten brengt eenmalig een bedrag in rekening aan:
-
a. een effecteninstelling waarop een vrijstelling als bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 van toepassing is, ter vergoeding van de kosten van de inschrijving in het register,
bedoeld in artikel 21 van die wet, waarbij onderscheid kan worden gemaakt naar effecteninstellingen als bedoeld in
artikel 12, 14 of 15 van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995;
-
b. een bieder:
-
c. een uitgevende instelling, aanbieder of aanvrager van toelating van effecten tot de
handel op een gereglementeerde markt, ter vergoeding van de kosten van het verschaffen
van inzage in het register als bedoeld in artikel 4, derde lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995;
-
d. een beheerder die op grond van artikel 17a, vierde lid, of 17b, tweede lid, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen tot de verhandeling van haar rechten van deelneming mag overgaan, ter vergoeding
van de kosten van een inschrijving in het register als bedoeld in artikel 18 van die wet;
-
e. een beheerder ter vergoeding van de kosten van een registratie van een beleggingsinstelling
naar aanleiding van een melding als bedoeld in artikel 42 van het Besluit toezicht beleggingsinstellingen 2005;
-
f. een beleggingsinstelling die op grond van artikel 17c, tweede lid, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen tot de verhandeling van haar rechten van deelneming mag overgaan, ter vergoeding
van de kosten van een inschrijving in het register, bedoeld in artikel 18 van die wet.
Artikel 10
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
1 Indien aan een onder toezicht staande instelling voor het niet voldoen aan bij of
krachtens de wet gestelde eisen in het voorafgaande jaar een aanwijzing is gegeven
of een last onder dwangsom is opgelegd, kan de toezichthoudende autoriteit een bedrag
in rekening brengen aan deze onder toezicht staande instelling ter vergoeding van
de kosten in verband met het toezicht op de naleving van wettelijke voorschriften,
voor zover deze kosten individueel zijn toe te rekenen aan deze onder toezicht staande
instelling en uitstijgen boven de kosten van het toezicht op de naleving van wettelijke
voorschriften die onder normale omstandigheden ten aanzien van die onder toezicht
staande instelling zouden zijn gemaakt.
-
2 Een bedrag dat door de toezichthoudende autoriteit op grond van het eerste lid bij
een onder toezicht staande instelling in rekening is gebracht en door deze onder toezicht
staande instelling is betaald, wordt onverwijld terugbetaald indien het besluit tot
het geven van de aanwijzing of tot het opleggen van de last onder dwangsom is ingetrokken
of in rechte is vernietigd.
Artikel 11
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
1 De toezichthoudende autoriteit brengt jaarlijks een bedrag in rekening aan een onder
toezicht staande instelling ter vergoeding van kosten ter uitvoering van aan haar
opgedragen taken of toegekende bevoegdheden, voor zover deze kosten niet reeds op
grond van de artikelen 7 tot en met 10 in rekening worden gebracht.
-
2 De kosten, bedoeld in het eerste lid, worden op basis van de begroting waarmee is
ingestemd geraamd voor het jaar waarop het in rekening te brengen bedrag betrekking
heeft, met dien verstande dat op die kosten in mindering worden gebracht de kosten
die voor dat jaar ten laste komen van de rijksbegroting.
-
3 De geraamde kosten worden toegerekend aan categorieën van onder toezicht staande instellingen
naar de mate van hun beslag op de werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid. Per categorie
vindt een nadere toerekening plaats, indien subcategorieën van onder toezicht staande
instellingen zijn aangewezen.
-
5 De per categorie of subcategorie toegerekende geraamde kosten worden vermeerderd met
een negatief exploitatiesaldo of een gedeelte daarvan dat aan de desbetreffende categorie
of subcategorie valt toe te rekenen, indien een daartoe strekkend voorstel als bedoeld
in artikel 6 is opgenomen in de jaarrekening of verantwoording waarmee is ingestemd.
-
7 Indien een onder toezicht staande instelling valt onder twee of meer categorieën of
subcategorieën, brengt de toezichthoudende autoriteit aan die onder toezicht staande
instelling voor elk van de categorieën of subcategorieën een bedrag als bedoeld in
het eerste lid in rekening, met uitzondering van het deel van het bedrag dat strekt
ter vergoeding van de kosten ter uitvoering van artikel 18a van de Wet toezicht effectenverkeer 1995. Ten aanzien van laatstbedoelde kosten wordt door de Autoriteit Financiële Markten
slechts voor één categorie of subcategorie een bedrag in rekening gebracht.
§ 4. Onder toezicht van de Autoriteit Financiële Markten staande instellingen
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Artikel 12
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
De in artikel 11, derde lid, bedoelde categorieën van onder toezicht staande instellingen, voor zover het uitoefening
van taken en bevoegdheden door de Autoriteit Financiële Markten betreft, zijn:
Artikel 13
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
De in artikel 11, derde lid, bedoelde subcategorieën van onder toezicht staande instellingen, voor zover het
uitoefening van taken en bevoegdheden door de Autoriteit Financiële Markten betreft,
zijn:
-
a. subcategorieën van beheerders:
-
b. subcategorieën van effecteninstellingen:
-
1°. in Nederland gevestigde effecteninstellingen waaraan een vergunning is verleend als
bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 die uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden
of verrichten;
-
2°. in Nederland gevestigde effecteninstellingen waaraan een vergunning is verleend als
bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 die niet of niet uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten
aanbieden of verrichten;
-
3°. niet in Nederland gevestigde effecteninstellingen waaraan een vergunning is verleend
als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 die uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden
of verrichten;
-
4°. niet in Nederland gevestigde effecteninstellingen waaraan een vergunning is verleend
als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 die niet uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten
aanbieden of verrichten;
-
5°. ondernemingen of instellingen als bedoeld in artikel 6 van de Wet toezicht kredietwezen
1992 die ingevolge artikel 7, tweede lid, aanhef en onder h, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 als effecteninstelling diensten mogen aanbieden of verrichten;
-
6°. ondernemingen of instellingen als bedoeld in artikel 31 van de Wet toezicht kredietwezen
1992 die ingevolge artikel 7, tweede lid, aanhef en onder h, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 als effecteninstelling diensten mogen aanbieden of verrichten;
-
7°. ondernemingen of instellingen als bedoeld in artikel 32 van de Wet toezicht kredietwezen
1992 die ingevolge artikel 7, tweede lid, aanhef en onder h, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 als effecteninstelling diensten mogen aanbieden of verrichten;
-
8°. ondernemingen of instellingen als bedoeld in artikel 38 van de Wet toezicht kredietwezen
1992 die ingevolge artikel 7, tweede lid, aanhef en onder h, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 als effecteninstelling diensten mogen aanbieden of verrichten;
-
9°. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 7, tweede lid, aanhef en onder i, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 ten aanzien waarvan een kennisgeving is ontvangen overeenkomstig dat artikel;
-
10°. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 7, tweede lid, aanhef en onder j, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 die een kennisgeving hebben gezonden overeenkomstig dat artikel;
-
11°. effecteninstellingen waarop een vrijstelling van toepassing is als bedoeld in artikel 12 van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995;
-
12°. effecteninstellingen waarop een vrijstelling van toepassing is als bedoeld in artikel 14 van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995;
-
13°. effecteninstellingen waarop een vrijstelling van toepassing is als bedoeld in artikel 15 van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995;
-
c. subcategorieën van houders van effectenbeurzen:
-
d. subcategorieën van effectenuitgevende instellingen:
-
e. subcategorieën van vennootschappen als bedoeld in artikel 12, onderdeel e:
-
1°. beleggingsmaatschappijen met veranderlijk kapitaal als bedoeld in artikel 76a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;
-
2°. vennootschappen anders dan bedoeld onder 1° waarvan aandelen zijn toegelaten tot de
notering aan een in een lidstaat van de Europese Unie gelegen en werkzame effectenbeurs;
-
f. subcategorieën van verzekeraars:
Artikel 14
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
1 Als maatstaf voor het in rekening te brengen bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, geldt, voor zover het de uitoefening van taken en bevoegdheden door de Autoriteit
Financiële Markten betreft, onderscheiden naar categorie of subcategorie, voor:
-
a. beheerders als bedoeld in artikel 13, onderdeel a, onderdelen 1° en 2°: het gezamenlijke balanstotaal van de beleggingsinstellingen waarover beheer wordt
gevoerd;
-
b. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 13, onderdeel b, onder 1°: het aantal in Nederland werkzame personen dat door die instellingen belast is met
het verrichten van transacties in effecten;
-
c. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 13, onderdeel b, onder 2°: het aantal in Nederland gevestigde effectencliënten van die instellingen ;
-
d. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 13, onderdeel b, onder 5°: het aantal effectenrekeningen in Nederland van die instellingen;
-
e. houders van effectenbeurzen als bedoeld in artikel 13, onderdeel c, onder 1°: het aantal effectentransacties totstandgekomen op de effectenbeurs;
-
f. schadeverzekeraars, levensverzekeraars en natura-uitvaartverzekeraars: het bruto premie-inkomen
in Nederland;
-
g. pensioenfondsen: het beheerd vermogen.
-
2 De minister stelt jaarlijks voor 15 juli, op voorstel van de Autoriteit Financiële
Markten, per categorie of subcategorie een verdeelsleutel vast op basis van de maatstaf,
bedoeld in het eerste lid. De minister kan daarbij bandbreedtes bepalen en per bandbreedte
een verdeelsleutel vaststellen.
-
3 De Autoriteit Financiële Markten baseert haar voorstel voor de in het tweede lid bedoelde
verdeelsleutel op de desbetreffende maatstaf die betrekking heeft op gegevens van
het voorafgaande jaar, dan wel het tweede voorafgaande jaar indien de gegevens over
het voorafgaande jaar niet beschikbaar zijn.
§ 5. Onder toezicht van de Nederlandsche Bank staande instellingen
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Artikel 15
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
De in artikel 11, derde lid, bedoelde categorieën van onder toezicht staande instellingen, voor zover het uitoefening
van taken en bevoegdheden door de Nederlandsche Bank betreft, zijn:
Artikel 16
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
De in artikel 11, derde lid, bedoelde subcategorieën van onder toezicht staande instellingen, voor zover het
de uitoefening van taken en bevoegdheden door de Nederlandsche Bank betreft, zijn:
Artikel 17
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
1 Als maatstaf voor het in rekening te brengen bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, geldt, voor zover het uitoefening van taken en bevoegdheden door de Nederlandsche
Bank betreft, onderscheiden naar categorie of subcategorie, voor:
-
a. beheerders als bedoeld in artikel 16, onderdeel a, onderdelen 1° en 2°: het gezamenlijke balanstotaal van de beleggingsinstellingen waarover beheer wordt
gevoerd;
-
b. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 16, onderdeel b, onder 1°: het aantal in Nederland werkzame personen dat door die instellingen belast is met
het verrichten van transacties in effecten;
-
c. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 16, onderdeel b, onder 2°: het aantal in Nederland gevestigde effectencliënten;
-
d. geldtransactiekantoren: de totale waarde van de geldtransacties, bedoeld in artikel 1, onderdeel c, van de Wet inzake de geldtransactiekantoren over een periode van twaalf maanden, die geldtransactiekantoren ten behoeve van cliënten
uitvoeren.
-
2 De minister stelt jaarlijks voor 15 juli, op voorstel van de Nederlandsche Bank, per
categorie of subcategorie een verdeelsleutel vast op basis van de maatstaf, bedoeld
in het eerste lid. De minister kan daarbij bandbreedtes bepalen en per bandbreedte
een verdeelsleutel vaststellen.
§ 7. Hoogte bedrag, verstrekking gegevens en betaling
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Artikel 20
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
De minister stelt jaarlijks voor 15 januari op voorstel van de toezichthoudende autoriteit
de hoogte van de onderscheiden eenmalig in rekening te brengen bedragen, bedoeld in
de artikelen 7 en 8, vast.
Artikel 21
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
De hoogte van het bedrag, bedoeld in de artikelen 9 en 10, wordt per geval vastgesteld
door de toezichthoudende autoriteit.
Artikel 22
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
1 De hoogte van het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, bestaat uit een jaarlijks voor 15 juli door de minister, op voorstel van de toezichthoudende
autoriteit, per categorie of subcategorie vast te stellen minimumbedrag, vermeerderd
met een bedrag dat:
-
a. wordt gebaseerd op de kosten die per categorie of subcategorie zijn toegerekend op
de wijze, bedoeld in artikel 11, tweede tot en met zesde lid, onder aftrek van het totaal van het aan de desbetreffende categorie of subcategorie
in rekening te brengen minimumbedragen, en
-
b. is doorberekend naar rato van de verdeelsleutel, bedoeld in artikel 14, tweede lid, 17, tweede lid, of 19, tweede lid, gerelateerd aan de gegevens met betrekking tot de desbetreffende maatstaf van het
voorafgaande jaar dan wel, indien deze gegevens niet beschikbaar zijn, het lopende
jaar of het tweede voorafgaande jaar.
-
2 Voor de categorie van instellingen, genoemd in artikel 12, onderdeel i, de subcategorieën van beheerders als bedoeld in de artikelen 13, onderdeel a, onder 3° tot en met 6°, en 16, onderdeel a, onder 3° tot en met 6°, de subcategorieën van effecteninstellingen, genoemd in de artikelen 13, onderdeel b, onder 3°, 4° en 6° tot en met 13° en 16, onderdelen c tot en met e, de subcategorieën van houders van een effectenbeurs, genoemd in artikel 13, onderdeel c, onder 2° en 3°, de subcategorieën van effectenuitgevende instellingen, genoemd in artikel 13, onderdeel d, de subcategorieën van vennootschappen, genoemd in artikel 13, onderdeel e, en de subcategorieën van verzekeraars, bedoeld in artikel 13, onderdeel f, onder 2°, 4°, 6°, 8° en 9°, stelt de minister op voorstel van de toezichthoudende autoriteit jaarlijks voor
15 juli de hoogte van het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, vast. De toezichthoudende autoriteit baseert haar voorstel aan de minister op de
kosten die aan de desbetreffende categorie of subcategorie zijn toegerekend op de
wijze, bedoeld in artikel 11, tweede tot en met zesde lid.
-
3 Het bedrag, bepaald op basis van het eerste of tweede lid, voor een onder toezicht
staande instelling die niet eerder dan 1 februari van het lopende jaar onder een categorie
of subcategorie valt, wordt in rekening gebracht naar evenredigheid van het aantal
maanden in het jaar dat de onder toezicht staande instelling onder de categorie of
subcategorie valt, waarbij een gedeelte van een maand geldt als volledige maand.
Artikel 23
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
De minister doet onverwijld mededeling in de Staatscourant van de vastgestelde verdeelsleutels,
bedoeld in de artikelen 14, tweede lid, 17, tweede lid, en 19, tweede lid, de vastgestelde
bedragen, bedoeld in de artikelen 20 en 22, tweede lid, en het vastgestelde minimumbedrag,
bedoeld in artikel 22, eerste lid.
Artikel 24
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
1 De onderneming of instelling waaraan het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid,
in rekening wordt gebracht op grond van een maatstaf als bedoeld in artikel 14, 17
of 19, kan binnen een door de toezichthoudende autoriteit te stellen redelijke termijn
in de gelegenheid worden gesteld om opgave te doen van haar gegevens met betrekking
tot die maatstaf.
-
2 Indien een onder toezicht staande instelling na daartoe in de gelegenheid te zijn
gesteld geen opgave heeft gedaan dan wel een kennelijk onjuiste of onvolledige opgave
van gegevens met betrekking tot de maatstaf heeft gedaan, kan de toezichthoudende
autoriteit een schatting doen van de gegevens van de onder toezicht staande instelling
met betrekking tot de desbetreffende maatstaf.
Artikel 25
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
2 Indien als wijze van betaling automatische incasso is overeengekomen, kan de toezichthoudende
autoriteit bij het in rekening brengen van het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste
lid, een korting toepassen. Per onder toezicht staande instelling wordt jaarlijks
slechts eenmaal een korting toegepast.
Artikel 26
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Aan een onder toezicht staande instelling die niet langer onder een categorie of subcategorie
valt, wordt het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, terugbetaald naar evenredigheid
van het aantal maanden van het jaar dat de onder toezicht staande instelling niet
langer onder de categorie of subcategorie valt, waarbij een gedeelte van een maand
geldt als volledige maand.
Artikel 27
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Indien een onder toezicht staande instelling het vermogen heeft verkregen van een
onder toezicht staande instelling die in het lopende jaar heeft opgehouden onder een
categorie of subcategorie te vallen, wordt het bedrag ter vergoeding van de kosten,
bedoeld in artikel 11, eerste lid, die door de toezichthoudende autoriteit ten aanzien van laatstbedoelde onder toezicht
staande instelling zijn gemaakt, in rekening gebracht bij de verkrijgende onder toezicht
staande instelling, voor zover deze kosten niet reeds bij de laatstbedoelde onder
toezicht staande instelling in rekening zijn gebracht.
§ 8. Overgangs- en slotbepalingen
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Artikel 28
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
1 Een voor het jaar 2004 op grond van artikel 2 van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen,
artikel 2 van de Regeling toezichtskosten Wet toezicht effectenverkeer 1995 of artikel
2 van de Regeling kostenverhaal Wet melding zeggenschap 1996 opgestelde begroting
wordt aangemerkt als een begroting als bedoeld in artikel 2, eerste lid.
-
2 De voor het jaar 2004 door de Nederlandsche Bank opgestelde begroting wordt, voor
zover zij betrekking heeft op de uitoefening van taken en bevoegdheden uit hoofde
van de Wet inzake de geldtransactiekantoren, aangemerkt als een begroting als bedoeld
in artikel 2, eerste lid.
Artikel 29
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Onverminderd artikel 26 blijven bedragen, die in rekening zijn gebracht op grond van
de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Regeling toezichtskosten
Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Kostenregeling verzekeringsbedrijf 1996, de
Regeling kostenverhaal Wet melding zeggenschap 1996 en de Regeling kostenverhaal inzake
de geldtransactiekantoren, verschuldigd en wordt op bezwaar en beroep tegen besluiten
die zijn genomen op grond van de genoemde regelingen, beslist met inachtneming van
die regelingen, zoals zij luidden op het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling.
Artikel 30
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Onverminderd artikel 11, vierde en vijfde lid, worden in 2005 de per categorie of subcategorie toegerekende geraamde kosten die
verband houden met aan de Autoriteit Financiële Markten opgedragen taken of toegekende
bevoegdheden tevens verrekend met het exploitatiesaldo over het jaar 2003.
Artikel 31b
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
-
2 Het in het jaar 2005 op grond van artikel 11, eerste lid, in rekening te brengen bedrag aan een beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 13, onderdeel a, (oud) of artikel 15 (oud) blijft na het tijdstip van inwerkingtreding van de wet, bedoeld in het eerste
lid, verschuldigd, met uitzondering van het gedeelte van het bedrag dat betrekking
heeft op de periode in het jaar 2005, gelegen na dat tijdstip.
-
3 Indien het bedrag, bedoeld in het tweede lid, reeds is geïnd door de toezichthoudende
autoriteit wordt het gedeelte van het bedrag dat betrekking heeft op de periode in
het jaar 2005, gelegen na het tijdstip van inwerkingtreding van de wet, bedoeld in
het eerste lid, terugbetaald.
Artikel 31c
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
In 2005 worden de verdeelsleutels, bedoeld in artikel 14, tweede lid, en 17, tweede lid, en de minimumbedragen, bedoeld in artikel 22, eerste lid, met betrekking tot beheerders als bedoeld in artikel 13, onderdeel a, (nieuw) en artikel 16, onderdeel a, (nieuw) vastgesteld voor 1 oktober.
Artikel 32
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2004.
Artikel 33
[Regeling vervallen per 01-07-2012]
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling bekostiging financieel toezicht.