Instellingsbesluit Akkerbouwproductschappen

[Regeling vervallen per 01-01-2015.]
Geraadpleegd op 23-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2005.
Geldend van 31-12-2003 t/m 31-12-2007

Besluit van 19 december 2003, houdende de instelling van een hoofdproductschap alsmede van productschappen voor ondernemingen op het gebied van de teelt van, de be- en verwerking van en de handel in akkerbouwproducten (Instellingsbesluit akkerbouwproductschappen)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 20 november 2003, Directie Arbeidsverhoudingen, nr. AV/CAM/2003/88538 gedaan mede namens Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Onze Minister van Economische Zaken;

Gelet op artikel 67, 70, 70A, 73, tweede lid, 76, eerste lid, 88a, 102, tweede lid en 126, derde lid van de Wet op de Bedrijfsorganisatie;

De Raad van State gehoord (advies van 11 december 2003, nr. W12.03.0490/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 17 december 2003, Directie Arbeidsverhoudingen, nr. AV/CAM/2003/95711, uitgebracht mede namens Onze Minister van Economische Zaken en Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk I. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a. de wet: de Wet op de bedrijfsorganisatie;

  • b. de raad: de Sociaal-Economische Raad;

  • c. hoofdproductschap: Hoofdproductschap Akkerbouw;

  • d. productschap: Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten, onderscheidenlijk Productschap Diervoeder, onderscheidenlijk Productschap Wijn;

  • e. commissie: een orgaan als bedoeld in artikel 88a van de wet.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 In dit besluit wordt onder handel mede de werkzaamheid van tussenpersonen verstaan.

  • 2 In dit besluit wordt onder handel niet de doorvoer- en driehoekshandel verstaan.

  • 3 In dit besluit wordt onder diervoeder verstaan iedere stof bestemd om te worden gebruikt als, of te worden verwerkt in, voer voor dieren.

Hoofdstuk II. Het hoofdproductschap

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Er is een Hoofdproductschap Akkerbouw.

  • 2 Het hoofdproductschap is ingesteld voor de ondernemingen:

    • a. waarvoor in het derde hoofdstuk van dit besluit een productschap is ingesteld;

    • b. waar akkerbouwgewassen worden geteeld, andere dan waarvoor in het derde hoofdstuk een productschap is ingesteld;

    • c. waarin de handel wordt uitgeoefend in aardappelen of daaruit verkregen producten welke, al dan niet na verdere be- of verwerking, tot menselijk voedsel kunnen dienen, met uitzondering van pootaardappelen;

    • d. waarin aardappelen of daaruit verkregen producten worden be- of verwerkt tot producten welke, al dan niet na verdere be- of verwerking, tot menselijk voedsel kunnen dienen;

    • e. waarin de handel in vlas of hennep of producten daarvan wordt uitgeoefend;

    • f. waarin vlas of hennep wordt verwerkt;

    • g. waarin de handel wordt uitgeoefend in thee, koffie- of cacaobonen of daaruit verkregen producten welke, al dan niet na verdere be- of verwerking, tot menselijke consumptie kunnen dienen;

    • h. waarin thee, koffie- of cacaobonen of daaruit verkregen producten worden be- of verwerkt tot producten welke, al dan niet na verdere be- of verwerking, tot menselijke consumptie kunnen dienen.

  • 3 Als ondernemingen bedoeld in het tweede lid, onder h worden mede aangemerkt de veilingen van de aldaar bedoelde producten.

  • 4 In dit artikel wordt verstaan onder akkerbouwgewassen: alle plantaardige producten welke ontstaan als gevolg van het bewerken van bouwland, niet zijnde groenten en fruit.

  • 5 Het hoofdproductschap is gevestigd te 's-Gravenhage.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Het bestuur van het hoofdproductschap bestaat uit zeventien leden. Hiervan worden benoemd:

  • a. voor ondernemingen op het gebied van de teelt: drie leden door organisaties van ondernemers;

  • b. voor ondernemingen op het gebied van de be- en verwerkende industrie met ten minste 100 werknemers: drie leden door organisaties van ondernemers;

  • c. voor ondernemingen op het gebied van de handel, met uitzondering van de detailhandel: vier leden door organisaties van ondernemers;

  • d. voor ondernemingen op het gebied van de be- en verwerking met ten hoogste 100 werknemers, alsmede de detailhandel: één lid door organisaties van ondernemers; en

  • e. voor alle in dit artikel bedoelde ondernemingen: zes leden door organisaties van werknemers.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Het hoofdproductschap heeft commissies voor aangelegenheden in de:

    • a. aardappelsector, te weten de Commissie Aardappelen;

    • b. vlassector, te weten de Commissie Vlas.

  • 2 De leden van de commissies worden benoemd door door de raad aan te wijzen organisaties van ondernemers en van werknemers. Voor aanwijzing komen slechts in aanmerking naar het oordeel van de raad representatieve organisaties van ondernemers en werknemers.

  • 3 De organisaties van ondernemers en van werknemers die leden benoemen voor de in artikel 6 en artikel 7 genoemde commissies, zijn bevoegd voor elk lid dat zij benoemen, tevens een plaatsvervanger aan te wijzen.

  • 4 De voorzitter van het hoofdproductschap is tevens voorzitter van de commissies.

  • 5 De zittingsperiode van de leden van de commissies valt samen met die van de leden van het bestuur van het hoofdproductschap.

  • 6 De commissies dienen het bestuur van advies, voeren de door het bestuur aan hen gedelegeerde taken uit en kunnen voorstellen doen voor door het bestuur vast te stellen verordeningen.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De Commissie Aardappelen bestaat uit elf leden. Hiervan worden benoemd:

  • a. voor ondernemingen op het gebied van de teelt van aardappelen: twee leden door organisaties van ondernemers;

  • b. voor ondernemingen op het gebied van de aardappelbe- en verwerkende industrie: twee leden door organisaties van ondernemers;

  • c. voor ondernemingen op het gebied van de groothandel, de werkzaamheid van tussenpersonen en de detailhandel in aardappelen en daaruit verkregen producten: twee leden door organisaties van ondernemers;

  • d. voor alle in dit artikel bedoelde ondernemingen: vijf leden door organisaties van werknemers.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De Commissie Vlas bestaat uit dertien leden. Hiervan worden benoemd:

  • a. voor ondernemingen op het gebied van de teelt van vlas: drie leden door organisaties van ondernemers;

  • b. voor ondernemingen op het gebied van de be- en verwerking van vlas en de handel in vlas en vlasproducten: vier leden door organisaties van ondernemers;

  • c. voor ondernemingen op het gebied van de be- en verwerking van en de handel in (zaai)lijnzaad: twee leden door organisaties van ondernemers;

  • d. voor alle in dit artikel bedoelde ondernemingen: vier leden door organisaties van werknemers.

Hoofdstuk III. De productschappen

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

§ 1. Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Er is een Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten.

  • 2 Het productschap is ingesteld voor ondernemingen waarin wordt uitgeoefend:

    • a. de teelt, handel of be- en verwerking van granen, landbouwpeulvruchten, fijne zaden, boekweit, hop, cichorei – of witlofwortels en uitheemse zetmeelrijke producten of producten daarvan, met uitzondering van ondernemingen waarin diervoeder wordt bereid of de handel in diervoeder wordt uitgeoefend, azijn wordt bereid of de handel in azijn wordt uitgeoefend, alsmede ondernemingen, waarin gedistilleerde dranken worden bereid of verhandeld of de binnenlandse handel in bier wordt uitgeoefend;

    • b. de kweek, teelt, handel of bewerking van landbouwzaaizaden;

    • c. de teelt en handel van oliehoudende zaden.

  • 3 In dit artikel wordt verstaan onder:

    • a. gedistilleerde dranken: de alcoholhoudende producten welke al dan niet na be- of verwerking kunnen dienen tot menselijke consumptie en waarvoor in geval van ge- of verbruik hier te lande gedistilleerd accijns verschuldigd is, met uitzondering van spiritus en moutwijn;

    • b. landbouwzaaizaden: alle zaaizaden, met uitzondering van zaaizaden van groentegewassen, specerijgewassen, kruiden, siergewassen en bomen en van voor zaaidoeleinden bestemde specerijzaden.

  • 4 Het productschap is gevestigd te 's-Gravenhage.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Het bestuur van het in artikel 8 genoemde productschap bestaat uit 23 leden. Hiervan worden benoemd:

  • a. voor ondernemingen op het gebied van het kweekbedrijf voor en de groothandel en detailhandel in landbouwzaaizaden: twee leden door organisaties van ondernemers;

  • b. voor ondernemingen op het gebied van de teelt van granen, zaden, landbouwpeulvruchten en landbouwzaaizaden: drie leden door organisaties van ondernemers;

  • c. voor ondernemingen op het gebied van het meel- en bloemproducerende bedrijf: één lid door organisaties van ondernemers;

  • d. voor ondernemingen op het gebied van de overige graanbe- en verwerkende industrie: twee leden door organisaties van ondernemers;

  • e. voor ondernemingen op het gebied van de bakkerij: één lid door organisaties van ondernemers;

  • f. voor ondernemingen op het gebied van de meelbe- en verwerkende industrie: twee leden door organisaties van ondernemers;

  • g. voor ondernemingen op het gebied van de groothandel en de werkzaamheid van tussenpersonen in granen, zaden, landbouwpeulvruchten, meel en bloem: drie leden door organisaties van ondernemers;

  • h. voor ondernemingen op het gebied van de groothandel in voor menselijke consumptie geschikte, uit granen, zaden of landbouwpeulvruchten verkregen producten: één lid door organisaties van ondernemers;

  • i. voor ondernemingen op het gebied van de detailhandel in voor menselijke consumptie geschikte, uit granen, zaden of landbouwpeulvruchten verkregen producten: één lid door organisaties van ondernemers; en

  • j. voor alle in dit artikel bedoelde ondernemingen: zeven leden door organisaties van werknemers.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Het in artikel 8 genoemde productschap heeft een commissie voor aangelegenheden in de industriële broodbakkerij en de ambachtelijke brood- en banketbakkerij, te weten de Commissie Brood en Banket.

  • 2 De leden van de commissie worden benoemd door door de raad aan te wijzen organisaties van ondernemers en van werknemers. Voor aanwijzing komen slechts in aanmerking naar het oordeel van de raad representatieve organisaties van ondernemers en werknemers.

  • 3 De organisaties van ondernemers en van werknemers die leden benoemen voor de commissie, zijn bevoegd voor elk lid dat zij benoemen, tevens een plaatsvervanger aan te wijzen.

  • 4 De voorzitter van het productschap is tevens voorzitter van de commissie.

  • 5 De zittingsperiode van de leden van de commissie valt samen met die van de leden van het bestuur van het productschap.

  • 6 De commissie dient het bestuur van advies, voert de door het bestuur aan hem gedelegeerde taken uit en kan voorstellen doen voor door het bestuur vast te stellen verordeningen.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De Commissie Brood en Banket bestaat uit negen leden. Hiervan worden zes leden door organisaties van ondernemers en drie leden door organisaties van werknemers benoemd.

§ 2. Productschap Diervoeder

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Er is een Productschap Diervoeder.

  • 2 Het productschap is ingesteld voor ondernemingen waarin:

    • a. voedergewassen worden geteeld;

    • b. diervoeder als bijproduct wordt verkregen;

    • c. producten van welke aard ook worden verwerkt tot diervoeder, dan wel diervoeder wordt bewerkt;

    • d. diervoeder wordt vervoederd,

    • e. de handel in diervoeder wordt uitgeoefend.

  • 3 Het productschap is gevestigd te 's-Gravenhage.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Het bestuur van het in artikel 12 genoemde productschap bestaat uit 30 leden. Hiervan worden benoemd:

  • a. voor ondernemingen op het gebied van de agrarische voortbrenging: twee leden door organisaties van ondernemers;

  • b. voor ondernemingen op het gebied van de mengvoederindustrie: zes leden door organisaties van ondernemers;

  • c. voor ondernemingen op het gebied van de overige diervoeder- en de diervoedergrondstoffenindustie: vier leden door organisaties van ondernemers;

  • d. voor ondernemingen op het gebied van de niet-agrarische voortbrenging en de handel in diervoeder- en diervoedergrondstoffen: vijf leden door organisaties van ondernemers;

  • e. voor ondernemingen op het gebied van de veehouderij en de pluimveehouderij: twee leden door organisaties van ondernemers; en

  • f. voor alle in dit artikel bedoelde ondernemingen: elf leden door organisaties van werknemers.

§ 3. Productschap Wijn

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Er is een Productschap Wijn.

  • 2 Het productschap is ingesteld voor ondernemingen waarin:

    • a. de bereiding van wijn of vruchtenwijn plaatsvindt;

    • b. de be- of verwerking plaatsvindt van wijn of wijnbouwproducten tot gearomatiseerde wijnen, dranken of cocktails;

    • c. het bottelen van wijn of vruchtenwijn plaatsvindt;

    • d. de handel wordt uitgeoefend in wijn of wijnbouwproducten, alsmede in vruchtenwijn.

  • 3 In dit artikel wordt verstaan onder:

    • a. wijn: de drank die door alcoholische gisting is verkregen uit het sap van verse druiven, ook indien naderhand de alcohol hieraan geheel of gedeeltelijk is onttrokken;

    • b. vruchtenwijn: de drank die door alcoholische gisting is verkregen uit het sap van andere vruchten dan verse druiven, ook indien naderhand de alcohol hieraan geheel of gedeeltelijk is onttrokken;

    • c. wijnbouwproducten: halfproducten die voortkomen uit het bereidingsproces van wijn en vruchtenwijn.

  • 4 Het productschap is gevestigd te 's-Gravenhage.

Artikel 15

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Het bestuur van het in artikel 14 genoemde productschap bestaat uit vijftien leden. Hiervan worden benoemd:

  • a. voor ondernemingen op het gebied van de be- en verwerking van wijn: één lid door organisaties van ondernemers;

  • b. voor ondernemingen op het gebied van het agentuurbedrijf van wijnen: één lid door organisaties van ondernemers;

  • c. voor ondernemingen op het gebied van de invoerhandel in wijnen, tevens groothandel: drie leden door organisaties van ondernemers;

  • d. voor ondernemingen op het gebied van de groothandel in wijnen: één lid door organisaties van ondernemers;

  • e. voor ondernemingen op het gebied van de detailhandel in wijnen: drie leden door organisaties van ondernemers; en

  • f. voor alle in dit artikel bedoelde ondernemingen: zes leden door organisaties van werknemers.

Hoofdstuk IV. Verhouding tussen het hoofdproductschap en productschappen

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 16

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Het bestuur van een productschap stelt geen verordening vast die in strijd is met een verordening van een ander productschap dan wel van het hoofdproductschap.

  • 2 Het bestuur van een productschap legt een ontwerp van een verordening niet ter goedkeuring voor aan de goedkeurende minister of de raad, indien het bestuur van het hoofdproductschap van oordeel is dat deze verordening in strijd is met een of meer verordeningen van de overige productschappen of van het hoofdproductschap zelf.

  • 3 Het bestuur van het hoofdproductschap stelt een verordening niet vast dan na de besturen van de op grond van hoofdstuk III ingestelde productschappen, welke naar zijn oordeel daarbij zijn betrokken, in de gelegenheid te hebben gesteld van hun zienswijze te doen blijken.

Hoofdstuk V. Bevoegdheden

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 17

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Het hoofdproductschap en de productschappen zijn bevoegd tot de regeling of nadere regeling van de in artikel 93, tweede lid, van de wet vermelde onderwerpen of onderdelen daarvan met uitzondering van onderdeel d: de lonen en andere arbeidsvoorwaarden.

Artikel 18

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Bij een op grond van artikel 93, tweede lid, van de wet vastgestelde verordening kan worden bepaald dat de bij of krachtens die verordening gestelde regelen mede andere dan de in artikel 102, eerste lid van de wet bedoelde natuurlijke en rechtspersonen binden, voorzover deze handelingen verrichten die bedrijfsmatig in de ondernemingen waarvoor het hoofdproductschap of een productschap is ingesteld, plegen te worden verricht.

Artikel 19

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De door het hoofdproductschap en de productschappen krachtens artikel 126, eerste lid van de wet op te leggen heffingen kunnen worden vastgesteld naar een grondslag welke het bestuur passend acht, met dien verstande dat het tarief voor verschillende in de heffingsverordening aangewezen groepen van ondernemingen verschillend kan zijn. Boven of in plaats van zodanige heffing kan een bedrag worden geheven dat voor alle ondernemingen of groepen daarvan gelijk is.

Hoofdstuk VI. Overgangs- en slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Artikel 20

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde Hoofdproductschap Akkerbouw, het Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten, het Productschap Diervoeder en het Productschap Wijn worden opgeheven.

  • 2 Verordeningen en andere besluiten die zijn vastgesteld door het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde Hoofdproductschap Akkerbouw, Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten, Productschap Diervoeder en Productschap Wijn blijven van kracht tot de datum waarop de door het hoofdproductschap en de productschappen vastgestelde verordeningen en andere besluiten terzake in werking zullen treden.

  • 3 Het personeel, de rechten, de verplichtingen, de vermogensbestanddelen en de archiefbescheiden van het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde Hoofdproductschap Akkerbouw, het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde Productschap Granen, Zaden en Peulvruchten, het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde Productschap Diervoeder onderscheidenlijk het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde Productschap Wijn gaan over naar het hoofdproductschap, het op grond van artikel 8 ingestelde productschap, het op grond van artikel 12 ingestelde productschap onderscheidenlijk het op grond van artikel 14 ingestelde productschap.

  • 4 Wettelijke procedures en rechtsgedingen, ingesteld door of tegen het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde Hoofdproductschap Akkerbouw, het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde productschap Granen, Zaden en Peulvruchten, het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde Productschap Diervoeder onderscheidenlijk het bij verordening van de raad van 20 juni 1997 ingestelde Productschap Wijn worden geacht te zijn ingesteld door of tegen het hoofdproductschap, het op grond van artikel 8 ingestelde productschap, het op grond van artikel 12 ingestelde productschap onderscheidenlijk het op grond van artikel 14 ingestelde productschap.

Artikel 21

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De bestuursleden en hun plaatsvervangers van wie de zittingsperiode ingaat op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, treden af op 1 januari 2006.

Artikel 22

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Dit besluit treedt in werking op de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Artikel 23

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Akkerbouwproductschappen.

Lasten en bevelen dat dit besluit in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

's-Gravenhage, 19 december 2003

Beatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ,

A. J. de Geus

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C. P. Veerman

De Minister van Economische Zaken ,

L. J. Brinkhorst

Uitgegeven de dertigste december 2003

De Minister van Justitie ,

J. P. H. Donner