Regeling vrijstelling overdrachtsbelasting stedelijke herstructurering

[Regeling treedt (deels) in werking per 26-02-2004 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2003.]
Geraadpleegd op 13-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 13-02-2004 en zichtdatum 10-11-2024.
Geldend van 01-01-2003 t/m 25-02-2004

Regeling vrijstelling overdrachtsbelasting stedelijke herstructurering

De Staatssecretaris van Financiën,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Gelet op artikel 15, eerste lid, onderdeel o, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer;

Besluit:

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2004, 37, datum inwerkingtreding 26-02-2004, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van deze aanhef. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2003.

Artikel 1

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 2 Deze regeling verstaat onder:

    • a. wet: Wet op belastingen van rechtsverkeer;

    • b. herstructureringsplan: een plan dat beoogt uitvoering te geven aan een activiteit als bedoeld in artikel 7, vierde lid, van de Wet stedelijke vernieuwing, dan wel een plan dat beoogt (mede) uitvoering te geven aan een ontwikkelingsprogramma als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van die wet;

    • c. wijkontwikkelingsmaatschappij: een in Nederland gevestigd lichaam dat bevordering van stedelijke herstructurering ten doel heeft en dat is opgericht om uitvoering te geven aan een herstructureringsplan en dat door de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer op voordracht van het college van burgemeester en wethouders als zodanig is aangewezen.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2004, 37, datum inwerkingtreding 26-02-2004, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2003.

Artikel 2

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 Bij de voordracht door het college van burgemeester en wethouders tot aanwijzing van een lichaam als wijkontwikkelingsmaatschappij worden overgelegd:

    • a. een door de gemeenteraad vastgesteld herstructureringsplan;

    • b. een geografische kaart met de begrenzingen van het te herstructureren gebied;

    • c. de oprichtingsakte van de wijkontwikkelingsmaatschappij;

    • d. een verklaring van het college van burgemeester en wethouders dat de wijkontwikkelingsmaatschappij daadwerkelijk is belast met de uitvoering van het herstructureringsplan, bedoeld in onderdeel a; en

    • e. indien het een gemeente betreft die is aangewezen ingevolge artikel 6, derde lid, tweede volzin, van de Wet stedelijke vernieuwing, dan wel indien het een gemeente betreft als bedoeld in artikel 7, vierde lid van die wet: een verklaring van gedeputeerde staten dat sprake is van een herstructureringsplan.

  • 2 De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer beslist over de aanwijzing bij voor bezwaar vatbare beschikking.

  • 3 Het lichaam wordt als wijkontwikkelingsmaatschappij aangemerkt met ingang van de dag volgende op die waarop zij door de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer als zodanig is aangewezen.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2004, 37, datum inwerkingtreding 26-02-2004, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2003.

Artikel 3

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 De vrijstelling voor de verkrijging van een onroerende zaak door een wijkontwikkelingsmaatschappij is van toepassing indien de onroerende zaak wordt verkregen in het kader van het herstructureringsplan.

  • 2 Voor de toepassing van dit artikel worden onder onroerende zaken mede verstaan fictieve onroerende zaken als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de wet, en rechten waaraan onroerende zaken of fictieve onroerende zaken zijn onderworpen.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2004, 37, datum inwerkingtreding 26-02-2004, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2003.

Stcrt. 2004, 249, datum inwerkingtreding 01-01-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2003.

1 De vrijstelling voor de verkrijging van een onroerende zaak door een wijkontwikkelingsmaatschappij, dan wel, indien het lichaam geen rechtspersoonlijkheid heeft, door de vennoten van een wijkontwikkelingsmaatschappij, is van toepassing indien de onroerende zaak wordt verkregen in het kader van het herstructureringsplan.

2 Voor de toepassing van dit artikel worden onder onroerende zaken mede verstaan fictieve onroerende zaken als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de wet, en rechten waaraan onroerende zaken of fictieve onroerende zaken zijn onderworpen.

Artikel 4

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 De belasting die door toepassing van deze regeling niet is geheven, is alsnog verschuldigd:

    • a. voor zover de onroerende zaken niet meer in het kader van het herstructureringsplan worden of zijn aangewend; of

    • b. voor zover het herstructureringsplan is voltooid en de daarin betrokken onroerende zaken niet binnen een redelijke termijn worden toegedeeld of overgedragen aan de participanten van de wijkontwikkelingsmaatschappij.

  • 2 De wijkontwikkelingsmaatschappij stelt de inspecteur onverwijld in kennis zodra een omstandigheid als bedoeld in het eerste lid zich voordoet.

  • 3 De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer trekt de aanwijzing als bedoeld in artikel 2, tweede lid, in indien geen uitvoering meer wordt gegeven aan het herstructureringsplan.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2004, 37, datum inwerkingtreding 26-02-2004, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2003.

Stcrt. 2004, 249, datum inwerkingtreding 01-01-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2003.

1 De belasting die door toepassing van deze regeling niet is geheven, is alsnog verschuldigd:

  • a. voor zover de onroerende zaken niet meer in het kader van het herstructureringsplan worden of zijn aangewend; of

  • b. voor zover het herstructureringsplan is voltooid en de daarin betrokken onroerende zaken niet binnen een redelijke termijn worden toegedeeld aan de vennoten van de wijkontwikkelingsmaatschappij, dan wel aan hen of aan derden worden overgedragen.

2 De wijkontwikkelingsmaatschappij stelt de inspecteur onverwijld in kennis zodra een omstandigheid als bedoeld in het eerste lid zich voordoet.

3 De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer trekt de aanwijzing als bedoeld in artikel 2, tweede lid, in indien geen uitvoering meer wordt gegeven aan het herstructureringsplan.

Artikel 5

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening in de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2003.

  • 2 Deze regeling is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van verkrijgingen van onroerende zaken na 1 januari 2003 en voor de datum van inwerkingtreding van deze regeling, indien een aanwijzing als bedoeld in artikel 2, tweede lid, heeft plaatsgevonden na de datum van inwerkingtreding van deze regeling.

  • 3 Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vrijstelling overdrachtsbelasting stedelijke herstructurering.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2004, 37, datum inwerkingtreding 26-02-2004, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2003.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Financiën,

J.G. Wijn