Wet van 13 mei 2004 tot aanpassing van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Burgerlijke
Rechtsvordering, het Wetboek van Strafrecht en de Wet op de economische delicten ter
uitvoering van richtlijn nr. 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van
de Europese Unie van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten
van de informatiemaatschappij, met name de elektronische handel, in de interne markt
(PbEG L 178) (Aanpassingswet richtlijn inzake elektronische handel)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, het Wetboek van Strafrecht en de Wet economische delicten moeten worden aangepast aan richtlijn 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 8 juni 2000 betreffende
bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij, met name
de elektronische handel, in de interne markt;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: