Regeling aanwijzing ambtenaren van politie en functionarissen t.b.v. uitreiking en betekening van gerechtelijke stukken

Geraadpleegd op 13-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 17-06-2009 en zichtdatum 10-11-2024.
Geldend van 17-06-2009 t/m 31-08-2012

Regeling van de Minister van Justitie van 3 juni 2004, nr. 5287706/504, houdende aanwijzing van ambtenaren van politie en functionarissen ten behoeve van uitreiking en betekening van gerechtelijke stukken

Artikel 1

Voor de uitvoering van opdrachten of werkzaamheden als bedoeld in de artikelen 373, 391, 541, tweede lid, 556, eerste lid, en 587, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering worden aangewezen:

  • a. ambtenaren van politie, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b, van de Politiewet 1993;

  • b. ambtenaren, werkzaam bij de gerechten en genoemd in artikel 14, tweede lid, en artikel 145, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie;

  • c. ambtenaren werkzaam bij het openbaar ministerie;

  • d. ambtenaren, werkzaam bij de Belastingdienst/Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst – Economische Controle Dienst van het Ministerie van Financiën, welke opsporingsbevoegdheid bezitten;

  • e. ambtenaren, werkzaam bij de Voedsel en Waren Autoriteit, welke opsporingsbevoegdheid bezitten;

  • f. ambtenaren, werkzaam bij de Arbeidsinspectie van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, welke opsporingsbevoegdheid bezitten;

  • g. ambtenaren, werkzaam in een penitentiaire inrichting;

  • h. ambtenaren, werkzaam in een rijksinrichting voor justitiële kinderbescherming;

  • i. ambtenaren, werkzaam in een rijksinrichting voor verpleging van ter beschikking gestelden;

  • j. functionarissen, werkzaam in een particulier justitiële inrichting voor verpleging van ter beschikking gestelden;

  • k. functionarissen, werkzaam in een niet-justitiële inrichting voor verpleging van ter beschikking gestelden;

  • l. functionarissen, die door het Centraal Justitieel Incassobureau te Leeuwarden worden belast met de invordering van geldboeten en administratieve sancties.

Dit besluit zal in de Staatscourant en het Algemeen Politieblad worden geplaatst.

Den Haag, 3 juni 2004

De

Minister

van Justitie

J.P.H. Donner