Besluit van 6 juli 2004, houdende regels met betrekking tot het afvalbeheer en het
gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur
(Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening
en Milieubeheer van 14 mei 2004, nr. MJZ2004048257, Centrale Directie Juridische Zaken,
Afdeling Wetgeving;
Gelet op richtlijn nr. 2002/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 januari 2003 betreffende
beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische
apparatuur (PbEU 2003, L 37), richtlijn nr. 2002/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 januari 2003 betreffende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (PbEU 2003, L 37), zoals gewijzigd
bij richtlijn nr. 2003/108/EG van 8 december 2003 (PbEU L 345), artikel 24, eerste lid, van de Wet milieugevaarlijke stoffen en de artikelen 1.1, derde lid, 8.2, tweede lid, 8.40 tot en met 8.42, 8.44, 8.45, 10.15 tot en met 10.17, 10.22, tweede lid, en 10.61 van de Wet milieubeheer;
De Raad van State gehoord (advies van 17 juni 2004, No. W08.04.0192/V);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke
Ordening en Milieubeheer van 2 juli 2004, nr. MJZ2004066587, Centrale Directie Juridische
Zaken, Afdeling Wetgeving;
Hebben goedgevonden en verstaan: