Inleiding
Dit ‘Stroomschema Beroepssporter’ is bestemd voor de inhoudingsplichtige van een beroepssporter.
Inhoudingsplichtige is degene van wie de beroepssporter de gage ontvangt (meestal
is dat degene met wie de sportbeoefening is overeengekomen, dus de organisator). Met
dit stroomschema kunt u bepalen of sprake is van een beroepssporter en zo ja, of u
in die situatie loonbelasting moet inhouden. Daarbij is ook ingegaan op de administratieve
verplichtingen waaraan u moet voldoen.
In de Wet op de loonbelasting 1964 is een speciale regeling opgenomen voor de heffing
van loonbelasting van beroepssporters. Op grond van deze ‘beroepssportersregeling’
moet loonbelasting worden ingehouden op de gage van een beroepssporter. Gage bestaat
niet alleen uit start- of prijzengeld, maar bijvoorbeeld ook uit beloningen in natura
zoals waardebonnen, audioapparatuur of een vakantiereis. Ook vergoedingen of verstrekkingen
van kosten behoren in beginsel tot de gage.
Beroepssporter is iemand die als beroep een tak van sport beoefent. Voor de toepassing
van het stroomschema gaat het daarbij om de sportbeoefening op grond van een overeenkomst
van korte duur (ongeveer drie maanden of korter).
In de praktijk is gebleken dat het lastig kan zijn om te bepalen of iemand beroepssporter
is in de zin van de beroepssportersregeling. Het ‘toevallig’ een prijs winnen, betekent
niet altijd dat sprake is van een beroepssporter. Een amateursporter kan onder omstandigheden
voor de fiscale wetgeving echter wel als beroepssporter worden aangemerkt.
Het stroomschema is bedoeld ter ondersteuning bij de toepassing van de beroepssportersregeling
in de loonbelasting. Voor de inkomstenbelasting is het stroomschema niet van belang!
Uitgebreidere informatie over de beroepssportersregeling kunt u vinden in een publicatie
van de Belastingdienst (Handleiding loonheffing artiesten en beroepssporters). Deze
is verkrijgbaar bij de Belastingdienst en ook te vinden op www.belastingdienst.nl.
Let op!
Het stroomschema is niet van toepassing op:
-
– sporters die in dienstbetrekking zijn bij een in Nederland gevestigde inhoudingsplichtige.
Deze sporters zijn werknemer. Zij ontvangen loon waarop de normale loonbelastingregels
van toepassing zijn;
-
– buitenlandse sportploegen. Voor buitenlandse sportploegen gelden enkele bijzondere
regels. Zie daarvoor de eerdergenoemde Handleiding van de Belastingdienst.
Gebruiksaanwijzing
Het centrale onderdeel van deze toelichting is het stroomschema in stap 4. Met behulp
van dat schema kunt u vaststellen of u loonbelasting moet inhouden op de gage van
de beroepssporter. Uit het schema blijkt ook aan welke administratieve verplichtingen
moet worden voldaan. In de onderdelen A tot en met D (opgenomen na het schema) is
een toelichting op het schema gegeven.
U komt niet toe aan toepassing van het stroomschema als is voldaan aan stap 1, 2 of
3. In die situatie hoeft u geen loonbelasting in te houden.
Stap 1: de verklaring arbeidsrelatie
Een in Nederland wonende beroepssporter kan bij de Belastingdienst een verklaring
arbeidsrelatie (VAR) aanvragen. U hoeft geen loonbelasting op de gage in te houden
als op de VAR is vermeld dat de gage voor de sportbeoefening wordt aangemerkt als
winst uit onderneming van de beroepssporter of als winst voor rekening en risico van
een in Nederland gevestigde vennootschap. Maak een kopie van de verklaring en bewaar
deze in uw administratie. Voor het overige zijn op dit punt geen bijzondere administratieve
verplichtingen van toepassing. In deze situatie zijn de volgende stappen voor u niet
van belang.
Let op!
Het is mogelijk dat de beroepssporter in het bezit is van een zogenoemde zelfstandigheidsverklaring.
Die verklaring kunt u behandelen als een VAR in de bovengenoemde betekenis als de
sportbeoefening heeft plaatsgevonden in de periode waarvoor de verklaring geldt.
Ga verder met stap 2 als de sporter niet de bovengenoemde verklaring heeft overgelegd.
Stap 2: de inhoudingsplichtigenverklaring
U hoeft geen loonbelasting op de gage in te houden als de sporter een zogenoemde inhoudingsplichtigenverklaring
aan u overlegt. Dat is een verklaring van de Belastingdienst waaruit blijkt dat een
ander optreedt als inhoudingsplichtige van de sporter. Deze verklaring wordt alleen
afgegeven aan een in Nederland wonend persoon of lichaam.
U hoeft geen loonbelasting in te houden als u de volledige gage betaalt aan degene
die op de inhoudingsplichtigenverklaring is vermeld. Dit kan een persoon zijn of een
lichaam (rechtspersoon). Bijvoorbeeld de leider of vertegenwoordiger van het sportteam,
maar ook een administratiekantoor.
Maak een kopie van de verklaring en bewaar deze in uw administratie. Voor het overige
zijn op dit punt geen bijzondere administratieve verplichtingen van toepassing. In
deze situatie zijn de volgende stappen voor u niet van belang.
Ga verder met stap 3 als geen inhoudingsplichtigenverklaring is overgelegd.
Stap 3: (i) maaltijden en consumpties
(ii) reis- en verblijfkosten
-
(i) Maaltijden en consumpties tijdens of in aansluiting op de sportbeoefening behoren
niet tot de gage. U hoeft geen loonbelasting in te houden als de sporter van u geen
andere gage geniet. In uw (loon)administratie moet u deze vergoedingen of verstrekkingen
wel altijd vastleggen (soort en bedrag).
-
(ii) Reis- en verblijfkosten van de beroepssporter behoren niet tot de gage indien u de
originele bonnen bewaart. Uiteraard moet het gaan om zakelijke kosten, d.w.z. kosten
die nodig zijn om de sport naar behoren te kunnen uitoefenen. U hoeft geen loonbelasting
in te houden als u louter (of naast maaltijden en consumpties) de reis- en verblijfkosten
van de beroepssporter vergoedt of als u deze zelf rechtstreeks betaalt.
Een vergoeding voor de kosten van eigen vervoer (bijvoorbeeld de eigen auto) van de
sporter valt niet onder de reis- en verblijfkostenregeling. Een vergoeding voor kosten
van eigen vervoer behoort dus wel tot de gage.
Het is belangrijk dat u de originele bonnen bewaart. Bij een buitenlandse sporter
bijvoorbeeld moet u een regeling treffen om de originele factuur van het vervoerbewijs
in uw administratie te krijgen. Naast deze bewaarplicht zijn voor het overige op dit
punt geen bijzondere administratieve verplichtingen van toepassing. De volgende stappen
zijn voor u niet van belang als de gehele gage onder de bij (i) of (ii) genoemde regelingen
valt.
Ga verder met stap 4 als u vergoedingen of verstrekkingen heeft betaald die niet volledig
onder de bij (i) of (ii) genoemde regelingen vallen. Er is dus sprake van gage. Daarbij
kan het gaan om een geldbedrag, maar ook kostenvergoedingen of verstrekkingen in natura.
Stap 4: het stroomschema beroepssporter
De stappen 1 t/m 3 heeft u doorlopen. Er is sprake van gage en de sporter heeft geen
verklaring arbeidsrelatie (of zelfstandigheidsverklaring) en geen inhoudingsplichtigenverklaring
overgelegd. U past het stroomschema toe op de totale gage. Met behulp van het stroomschema
kan worden bepaald of sprake is van een beroepssporter, of loonbelasting moet worden
ingehouden en welke administratieve verplichtingen van toepassing zijn. Mocht u twijfelen
over het resultaat van het ingevulde schema dan kunt u contact opnemen met de Belastingdienst.
Enkele opmerkingen vooraf:
-
– Het schema heeft alleen betekenis voor toepassing van de beroepssportersregeling in
de loonbelasting (zoals in de inleiding is opgemerkt, is deze handleiding niet van
belang voor de inkomstenbelasting). Het is raadzaam om het ingevulde schema op te
nemen in uw (loon)administratie.
-
– In het schema is een gage van € 250 genoemd. Dit bedrag heeft betrekking op de betalingen
aan de individuele sporter. Bij een groep sporters moet u uitgaan van een gelijke
verdeling van het totaalbedrag van de gage. Als de groep een andere verdeling wenst,
dan kan de groep dat kenbaar maken door u een gage(verdelings)verklaring te geven.
Het gaat in beide situaties om de totale gage, inclusief kostenvergoedingen en beloningen
in natura. U hoeft bij de genoemde bedragen geen rekening te houden met de vergoedingen
of verstrekkingen die op grond van de in stap 3 genoemde regelingen niet tot de gage
behoren.
-
– In het stroomschema worden de begrippen ‘kleinevergoedingsregeling’ en ‘kostenvergoedingsbeschikking’
gebruikt. Deze begrippen worden toegelicht in de onderdelen A t/m C die na het stroomschema
zijn opgenomen. De in het schema genoemde administratieve verplichtingen zijn in onderdeel
D uitgewerkt.
Toelichting op enkele aspecten van het stroomschema
A. Kleinevergoedingsregeling
De kleinevergoedingsregeling kan pas aan de orde komen als met behulp van het stroomschema
is vastgesteld dat u te maken heeft met een beroepssporter. Op grond van de kleinevergoedingsregeling
mag u per sporter maximaal € 136 (per wedstrijddag) als onbelaste vergoeding in aanmerking
nemen. U hoeft geen loonbelasting in te houden als de totale gage niet hoger is dan
€ 136 per wedstrijddag. Bij een hogere gage moet u loonbelasting inhouden over het
meerdere.
Als door toepassing van de kleinevergoedingsregeling geen loonheffing hoeft te worden
ingehouden, dan hoeft u van de administratieve verplichtingen (zie onderdeel D hierna)
niet te voldoen aan de nummers 4, 5 en 6. Gaat het om een sporter die in het buitenland
woont, dan hoeft u bovendien niet te voldoen aan de bij nummer 7 genoemde verplichting.
Een beroepssporter die wel inhouding van loonbelasting over de totale gage wenst,
of die een lager bedrag dan € 136 per wedstrijddag in aanmerking wil nemen, kan u
verzoeken de kleinevergoedingsregeling niet of tot een lager bedrag toe te passen.
Een dergelijk verzoek moet u inwilligen.
Let op!
Het bedrag dat u betaalt met toepassing van de kleinevergoedingsregeling is niet zonder
meer belastingvrij. De sporter moet dit bedrag in beginsel verantwoorden in zijn aangifte
inkomstenbelasting. Het zal afhangen van de persoonlijke omstandigheden van de sporter
of daarover wel of geen inkomstenbelasting is verschuldigd.
B. Kostenvergoedingsbeschikking per sporter
Als een beroepssporter van mening is dat de kosten hoger zijn dan de reis- en verblijfkosten
plus € 136 per wedstrijddag, dan kan hij voor de aanvang van de sportbeoefening een
kostenvergoedingsbeschikking bij de Belastingdienst aanvragen. In die beschikking
wordt verklaard welke kosten in aanmerking kunnen worden genomen bij de berekening
van de in te houden loonbelasting op de gage.
Als de sporter bij u gebruik maakt van een kostenvergoedingsbeschikking is de kleinevergoedingsregeling
van onderdeel A niet van toepassing. Het gebruik van een dergelijke beschikking verhindert
in beginsel ook de toepassing van de reis- en verblijfkostenregeling van stap 3.
Eventueel kunt u in overleg met de sporter een kostenvergoedingsbeschikking achteraf
(binnen een maand na de sportbeoefening) aanvragen bij de Belastingdienst. Let op
dat u dan een goede inschatting maakt van de kosten. Mocht de Belastingdienst u een
lagere beschikking geven dan het bedrag van de oorspronkelijke schatting, dan moet
u over het verschil tussen beide bedragen alsnog loonbelasting afdragen. U kunt dus
risico lopen bij het achteraf aanvragen van een kostenvergoedingsbeschikking. Het
kan dan ook verstandig zijn (een deel van) de gage pas te betalen na afgifte van de
kostenvergoedingsbeschikking.
U hoeft geen loonbelasting in te houden als de totale gage niet hoger is dan het bedrag
dat (per wedstrijddag) op de kostenvergoedingsbeschikking is vermeld. Bij een hogere
gage moet u loonbelasting inhouden over het meerdere.
Als door toepassing van de kostenvergoedingsbeschikking geen loonbelasting hoeft te
worden ingehouden, dan moet u toch geheel voldoen aan de administratieve verplichtingen
van onderdeel D hierna.
Voor de relatie met de inkomstenbelasting geldt hetzelfde als is opgemerkt in de laatste
alinea van onderdeel A.
C. Kostenvergoedingsbeschikking per team
Ook een sportteam kan een kostenvergoedingsbeschikking bij de Belastingdienst aanvragen.
De daarin aangeduide kosten worden geacht evenredig aan de leden van het team te zijn
toegerekend en vergoed, tenzij in de gage(verdelings)verklaring een andere verdeling
van de kosten is gemaakt. Ook bij een kostenvergoedingsbeschikking per team geldt
dat het gebruik van de beschikking niet kan samengaan met de kleinevergoedingsregeling
(onderdeel A) en de reis- en verblijfkostenregeling (stap 3).
Een kostenvergoedingsbeschikking per team kunt u in overleg met (de leider van) het
team ook achteraf aanvragen. Daarvoor geldt hetzelfde als bij onderdeel B is opgemerkt.
U hoeft geen loonbelasting in te houden als de aan de individuele sporters toegerekende
gage niet hoger is dan de aan hen (per wedstrijddag) toegerekende kosten. Bij een
hogere gage moet u loonbelasting inhouden over het meerdere.
Voor de administratieve verplichtingen en de relatie met de inkomstenbelasting geldt
hetzelfde als in de laatste alinea van onderdeel B is opgemerkt.
D. Administratieve verplichtingen van de Wet op de loonbelasting 1964
Uit het stroomschema blijkt dat u te maken heeft met een beroepssporter:
In deze situatie moet u voldoen aan de administratieve verplichtingen:
In de Handleiding loonheffing artiesten en beroepssporters van de Belastingdienst
is in hoofdstuk 4 nader ingegaan op de bestaande administratieve verplichtingen. Hieronder
zijn deze verplichtingen kort aangeduid. In voorkomende gevallen is het raadzaam de
Handleiding te raadplegen
-
1. Identiteit van de sporter vaststellen
U moet de identiteit van de sporter vaststellen aan de hand van een geldig identiteitsbewijs.
De mogelijke documenten voor binnenlandse sporters zijn opgesomd in de Handleiding
loonheffing artiesten en sporters. Voor de identificatieplicht is een rijbewijs niet
toegestaan.
Buitenlandse sporters moeten zich identificeren met hun paspoort.
Maak een deugdelijke kopie van het identiteitsbewijs en leg dit met aard en nummer
vast in uw loonadministratie.
-
2. Gageverklaring laten invullen en ondertekenen
U mag een eigen model gageverklaring gebruiken indien dat model minimaal de gegevens
bevat van het door de inspecteur verstrekte model.
Bij binnenlandse sporters moet het sofi-nummer worden vermeld. Er is geen sofi-nummer
nodig als de sporter in het buitenland woont.
Bij een sportteam hoeft slechts één gage(verdelings)verklaring ingevuld te worden.
Let op dat de achterzijde van die verklaring door elk individueel lid van het team
is ondertekend.
De gageverklaring bewaart u bij de loonadministratie, tenzij de inspecteur u vraagt
om deze verklaringen naar hem toe te sturen.
-
3. Loonadministratie aanleggen
-
4. Loonbelasting berekenen
-
5. Loonstaat invullen
U hoeft geen loonstaat in te vullen als de in te houden loonbelasting nihil bedraagt
door de toepassing van de kleinevergoedingsregeling als bedoeld in onderdeel A.
-
6. Aangifte doen en betalen
-
7. Loonbelastingkaarten invullen en opsturen
Als de sporter in het buitenland woont, dan hoeft u geen loonbelastingkaart op te
maken als de in te houden loonbelasting nihil bedraagt door de toepassing van de kleinevergoedingsregeling
als bedoeld in onderdeel A.
-
8. Jaaropgaaf verstrekken aan de sporter
U moet na afloop van het jaar een jaaropgaaf aan de sporter sturen. Als de sporter
in het buitenland woont, dan hoeft u pas een jaaropgaaf sturen als hij daarom heeft
verzocht.