Besluit van 10 september 2004, houdende regels omtrent de beginselen van goede gewasbeschermingspraktijken
en geïntegreerde bestrijding bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen (Besluit
beginselen geïntegreerde gewasbescherming)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 11
december 2003, no. TRCJZ/2003/10721, Directie Juridische Zaken, gedaan in overeenstemming
met Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Staatssecretaris van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
Gelet op artikel 3, derde lid, van richtlijn nr. 91/414/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15 juli 1991 betreffende het op de
markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PbEG L 230);
Gelet op artikel 13, eerste lid, van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962;
De Raad van State gehoord (advies van 16 februari 2004, No. W11.03.0526/V);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
van 26 augustus 2004, no. TRCJZ/2004/4594, Directie Juridische Zaken, uitgebracht
in overeenstemming met Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Staatssecretaris
van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de Staatssecretaris
van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
Hebben goedgevonden en verstaan: