1.
|
productschap
|
:
|
het Productschap Pluimvee en Eieren;
|
2.
|
bestuur
|
:
|
het bestuur van het productschap;
|
3.
|
voorzitter
|
:
|
de voorzitter van het productschap;
|
4.
|
onderneming
|
:
|
een onderneming waarvoor het productschap is ingesteld;
|
5.
|
ondernemer
|
:
|
de natuurlijke of rechtspersoon die een onderneming drijft waarvoor het productschap
is ingesteld;
|
6.
|
pluimvee
|
:
|
kippen, hanen, tamme eenden, tamme ganzen, kalkoenen, parelhoenders en loopvogels;
|
7.
|
gebruikspluimvee
|
:
|
pluimvee dat wordt opgefokt of gehouden voor de productie van vlees of eieren;
|
8.
|
consument
|
:
|
degene die eieren koopt uitsluitend bestemd voor en in overeenstemming met zijn/haar
persoonlijke behoefte;
|
9.
|
KIP
|
:
|
Koppel Informatiesysteem Pluimvee;
|
10.
|
M.g.
|
:
|
Mycoplasma gallisepticum;
|
11.
|
Landbouwtelling
|
:
|
Regeling Landbouwtelling ingevolge de artikelen 24 en 25 van de Landbouwwet ( St. 1958, 257)
|
|
reproductie
|
|
|
12.
|
broedeieren
|
:
|
eieren van pluimvee, die zich ter verkrijging van kuikens in een broedmachine bevinden,
dan wel kennelijk bestemd zijn om voor dit doel in een broedmachine te worden ingelegd;
|
13.
|
vaccinbroedeieren
|
:
|
eieren van pluimvee die zich in een broedmachine bevinden om te worden afgeleverd
aan de farmaceutische industrie, dan wel kennelijk bestemd zijn om voor dit doel in
een broedmachine te worden ingelegd;
|
14.
|
legrassen
|
:
|
rassen van pluimvee bestemd voor de productie van eieren;
|
15.
|
vleesrassen
|
:
|
rassen van pluimvee bestemd voor de productie van pluimveevlees;
|
16.
|
fok- en vermeerderingspluimvee
|
:
|
pluimvee bestemd voor de productie van broedeieren;
|
17.
|
afleveren
|
:
|
het verzenden van broedeieren, eieren of pluimvee naar een andere plaats binnen of
buiten Nederland;
|
18.
|
eendagskuikens
|
:
|
levend pluimvee dat nog geen 72 uur oud is;
|
19.
|
moederdieren
|
:
|
vrouwelijke ouderdieren bestemd voor de productie van broedeieren ter verkrijging
van gebruikspluimvee;
|
20.
|
grootmoederdieren
|
:
|
vrouwelijke ouderdieren bestemd voor de productie van broedeieren ter verkrijging
van ouderdieren;
|
21.
|
vermeerderingsbedrijf
|
:
|
inrichting die zich toelegt op de productie van broedeieren, bestemd voor de productie
van gebruikspluimvee;
|
22.
|
opfokvermeerderingsbedrijf
|
:
|
inrichting die zich toelegt op het opfokken van pluimvee tot geslachtsrijpe ouderdieren;
|
|
slachtsector
|
|
|
23.
|
vleeskuiken
|
:
|
kip direct bestemd voor de productie van pluimveevlees;
|
24.
|
vleeskalkoen
|
:
|
kalkoen direct bestemd voor de productie van pluimveevlees;
|
25.
|
oude kippen en hanen
|
:
|
kippen en hanen die op het tijdstip van de slacht geslachtsrijp zijn en waarvan de
punt van het borstbeen verbeend is;
|
26.
|
geslacht pluimvee
|
:
|
geslacht pluimvee met inbegrip van delen van dat gevogelte en bijproducten te weten
hart, lever, van binnenwand ontdane spiermaag en nek, indien deze is afgesneden;
|
27.
|
geslacht gewicht
|
:
|
het gewicht van het geslachte pluimvee;
|
|
legsector
|
|
|
28.
|
legkip
|
:
|
kip, bestemd voor de productie van eieren;
|
29.
|
kippen in kooien
|
:
|
legkippen gehouden voor de productie van kooieieren als bedoeld in artikel 13, eerste
lid, van de Verordening (EG) nr. 2295/2003 van de Commissie;
|
30.
|
scharrelkippen
|
:
|
legkippen gehouden voor de productie van scharreleieren als bedoeld in artikel 13,
eerste lid, van de Verordening (EG) nr. 2295/2003 van de Commissie;
|
31.
|
vrije uitloop kippen
|
:
|
legkippen gehouden voor de productie van eieren van hennen met vrije uitloop als
bedoeld in artikel 13, eerste lid, van de Verordening (EG) nr. 2295/2003 van de Commissie;
|
32.
|
biologische kippen
|
:
|
legkippen gehouden voor de productie van biologische eieren als bedoeld in artikel
13, eerste lid, van de Verordening (EG) nr. 2295/2003 van de Commissie;
|
33.
|
legpluimveebedrijf
|
:
|
inrichting die wordt gebruikt voor het houden van kippen voor de productie van eieren;
|
34.
|
eieren
|
:
|
kippeneieren in de schaal, andere dan broedeieren;
|
35.
|
sorteren
|
:
|
het indelen van eieren in gewichts- en kwaliteitsklassen;
|
36.
|
verzamelaar
|
:
|
de ondernemer die ongesorteerde eieren ophaalt bij of koopt van een pluimveehouder
teneinde deze eieren af te (doen) leveren of te (doen) verkopen aan de houder van
een pakstation of de industrie;
|
37.
|
houder van een pakstation
|
:
|
de ondernemer die ongesorteerde eieren koopt van een pluimveehouder of van een verzamelaar
teneinde deze eieren, gesorteerd te leveren aan anderen dan consumenten;
|
38.
|
grossier
|
:
|
de ondernemer die gesorteerde eieren koopt, teneinde deze eieren te leveren aan anderen
dan consumenten;
|
39.
|
eiproducten
|
:
|
producten die zijn verkregen uit eieren, uit bestanddelen van eieren of mengsels daarvan,
na verwijdering van schaal en vliezen en die bestemd zijn voor menselijke consumptie;
|
40.
|
eiproductenhandelaar
|
:
|
de ondernemer die eiproducten koopt, teneinde deze in al dan niet bewerkte vorm af
te leveren aan anderen dan consumenten;
|
41.
|
eiproductenfabrikant
|
:
|
de ondernemer die uit meer dan 200.000 kippen- en/of eendeneieren per jaar eiproducten
vervaardigt.
|