U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
[Regeling vervallen per 01-01-2011.][Regeling treedt (deels) in werking per 01-01-2005.]Geraadpleegd op 01-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2002. Geldend van 01-01-2010 t/m 31-12-2010
Tijdelijke regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 8 december 2004, Directie Sociale Verzekeringen, nr. SV/AL/04/83596, tot verstrekking van een financiële tegemoetkoming aan herbeoordeelde arbeidsongeschikten (Tijdelijke regeling inkomensgevolgen herbeoordeelde arbeidsongeschikten)
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op artikel 9 van de Kaderwet SZW-subsidies en de artikelen 30, eerste lid, onderdeel i, en 77, derde lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
Besluit:
[Regeling vervallen per 01-01-2011]
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
a. de Minister: de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
b. UWV: het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, genoemd in hoofdstuk 5 van de van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
c. herbeoordeelde: de persoon wiens arbeidsongeschiktheidsuitkering is verlaagd of ingetrokken als gevolg van de toepassing van artikel 34, vierde lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, artikel 35, vijfde lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen of artikel 3:28, vijfde lid, van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten alsmede de persoon, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van het Besluit eenmalige herbeoordelingen arbeidsongeschiktheidswetten, wiens arbeidsongeschiktheidsuitkering is verlaagd of ingetrokken;
d. werkloosheidsuitkering: een uitkering op grond van hoofdstuk II van de Werkloosheidswet en wachtgeld als bedoeld in artikel 1, onderdeel r, van de Wet overheidspersoneel onder de werknemersverzekeringen;
e. inkomen uit of in verband met arbeid: inkomen uit of in verband met arbeid in het bedrijfs- en beroepsleven als bedoeld in het Inkomensbesluit Toeslagenwet;
f. valutadag: de op de rekening-courantafschriften aangegeven dag van betaling.
1 Het UWV stelt op aanvraag vast of recht op een tegemoetkoming bestaat.
De herbeoordeelde dient de aanvraag in uiterlijk twee maanden na de datum waarop:
a. zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering is verlaagd of ingetrokken; of
b. zijn recht op werkloosheidsuitkering is geëindigd omdat de voor hem geldende uitkeringsduur is verstreken, indien het derde lid van toepassing is.
Het recht op een tegemoetkoming gaat in op de dag waarop de herbeoordeelde de aanvraag heeft ingediend, met dien verstande dat het recht niet eerder ontstaat dan de datum waarop de uitkering is verlaagd of ingetrokken respectievelijk, in de situatie, bedoeld in de tweede zin, onderdeel b, de datum waarop het recht op werkloosheidsuitkering is geëindigd.
2 De herbeoordeelde heeft recht op een tegemoetkoming voor de duur van twaalf maanden indien hij op de datum van verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering geen recht heeft op een werkloosheidsuitkering.
3 Indien de herbeoordeelde op de datum van verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering recht heeft op een werkloosheidsuitkering waarvan de resterende duur minder bedraagt dan twaalf maanden, heeft hij recht op een tegemoetkoming. De duur van dat recht op tegemoetkoming is twaalf maanden verminderd met de periode waarover hij recht heeft gehad op die werkloosheidsuitkering, gerekend vanaf de datum van verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering.
4 Indien de herbeoordeelde op de datum van verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering recht heeft op een werkloosheidsuitkering, maar de hoogte van deze uitkering niet wordt aangepast in verband met de verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering, heeft hij in afwijking van het tweede en derde lid recht op een tegemoetkoming voor de duur van twaalf maanden.
5 Indien de herbeoordeelde geen recht heeft op een werkloosheidsuitkering omdat hij een uitkering ontvangt op grond van hoofdstuk 3 van de Wet arbeid en zorg of omdat hij ziekengeld ontvangt op grond van de Ziektewet, wordt laatstgenoemde uitkering of dat ziekengeld voor de toepassing van het tweede, derde en vierde lid gelijkgesteld met een werkloosheidsuitkering.
6 Voor zover in deze regeling niet anders wordt bepaald, zijn de artikelen 23, eerste lid, 24, 25, eerste lid, met uitzondering van de onderdelen b en c, 27, 28, onderdelen a, d, g, i, j en k, 29, 36a, 57, 57a, 57b, 80, 86b en 87c van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering en de artikelen 30, eerste lid, 32, tweede en derde lid, 88, eerste lid, onderdeel a, 90, en 131, tweede lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en de daarop berustende bepalingen van overeenkomstige toepassing op de herbeoordeelde die recht heeft op een tegemoetkoming.
7 Bij de toepassing van het zesde lid wordt het niet of niet behoorlijk nakomen van een verplichting volgend uit het van overeenkomstige toepassing zijn van artikel 80 van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering geacht het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting volgend uit het van overeenkomstige toepassing zijn van artikel 25, eerste lid, onderdeel a, van die wet te zijn.
8 Voor de overeenkomstige toepassing van de artikelen 25, eerste lid, en 28, onderdelen a, d, g, i, j en k, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering en de daarop berustende bepalingen, wordt de tegemoetkoming geacht naar een uitkeringspercentage van 70% te zijn vastgesteld.
9 Voor de toepassing van andere wetten dan de Kaderwet SZW-subsidies en de daarop berustende bepalingen, wordt een tegemoetkoming op grond van deze regeling aangemerkt als uitkering op grond van de verplichte verzekering op grond van de Werkloosheidswet, met dien verstande dat de tegemoetkoming:
a. voor de toepassing van de Ziektewet en de Wet arbeid en zorg en de daarop berustende bepalingen wordt aangemerkt als uitkering op grond van de verplichte verzekering op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering;
b. voor het bepalen van het recht op toeslag op grond van de Toeslagenwet niet als zodanig wordt aangemerkt; en
c. voor het bepalen van het recht op een uitkering op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering niet als zodanig wordt aangemerkt voor de persoon wiens arbeidsongeschiktheidsuitkering is verlaagd of ingetrokken als gevolg van de toepassing van artikel 35, vijfde lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen of artikel 3:28, vijfde lid, van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten.
10 Het UWV kan het eerste lid, tweede zin, buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing daarvan zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.
1 De herbeoordeelde die in de periode waarin hij recht heeft op tegemoetkoming op grond van artikel 2, tweede, derde en vierde lid, of artikel 7c, derde lid, deelneemt aan een voor hem naar het oordeel van het UWV noodzakelijke opleiding of scholing, behoudt in afwijking van die artikelleden dat recht totdat die opleiding of scholing is beëindigd.
2 Er is sprake van noodzakelijke opleiding of scholing als bedoeld in het eerste lid indien:
a. de opleiding of scholing bestaat uit het systematisch verwerven van kennis dan wel vaardigheden volgens een vooraf vastgesteld programma, waarbij de verworven kennis en vaardigheden worden getoetst;
b. aannemelijk is dat de werknemer niet zonder opleiding of scholing een voor hem passend beroep of functie kan uitoefenen op de arbeidsmarkt en dat de voorgestelde opleiding of scholing daartoe een adequaat middel is; en
c. aannemelijk is dat de opleiding of scholing relevant is voor de arbeidsmarkt.
3 Noodzakelijke opleiding of scholing bestaat in overwegende mate uit het verrichten van activiteiten die niet productie als doel hebben.
4 Opleiding of scholing als bedoeld in het eerste lid duurt maximaal één jaar. Het UWV kan in individuele gevallen een opleiding of scholing van een langere duur toestaan, doch niet meer dan twee jaar.
1 De herbeoordeelde ontvangt een tegemoetkoming ter hoogte van het verschil tussen de arbeidsongeschiktheidsuitkering waar hij recht op had op de dag voor de datum van verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering en de arbeidsongeschiktheidsuitkering waar hij recht op heeft vanaf die datum. Hierop wordt in mindering gebracht de toename van het inkomen uit of in verband met arbeid vanaf de datum van verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering ten opzichte van het inkomen uit of in verband met arbeid voor die datum.
2 Indien met betrekking tot de herbeoordeelde op de dag voor de datum van verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering artikel 44 van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, artikel 58 van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen of artikel 3:48 van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten werd toegepast, wordt voor de toepassing van het eerste lid als de arbeidsongeschiktheidsuitkering waar hij recht op had op die dag aangemerkt de arbeidsongeschiktheidsuitkering, zoals deze met betrekking tot die dag zou zijn vastgesteld, indien de door de herbeoordeelde verrichte arbeid wel de arbeid zou zijn die is bedoeld in respectievelijk artikel 18, vijfde lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsuitkering, artikel 2, vierde lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen en artikel 3:1, vijfde lid, van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten.
3 Van een toename als bedoeld in het eerste lid is sprake, indien het inkomen uit of in verband met arbeid in de periode waarover recht op een tegemoetkoming bestaat, gemiddeld per dag hoger is dan het inkomen uit of in verband met arbeid in de zes kalendermaanden voorafgaand aan de datum van verlaging of intrekking van de arbeidsongeschiktheidsuitkering.
4 Voor de toepassing van het derde lid wordt een periode waarover de tegemoetkoming op grond van artikel 5, eerste lid, niet wordt betaald, aangemerkt als een periode waarover geen recht op tegemoetkoming bestaat.
5 De arbeidsongeschiktheidsuitkering waar de herbeoordeelde recht op had op de dag voor de datum van verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering, bedoeld in het eerste lid, wordt herzien met ingang van de dag waarop en de mate waarin het bedrag genoemd in artikel 8, eerste lid, onder c, van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag wordt herzien.
1 De tegemoetkoming wordt door het UWV bij wege van een naar redelijkheid vast te stellen voorschot betaalbaar gesteld.
2 Het UWV betaalt het voorschot in de regel per maand.
3 De hoogte van de tegemoetkoming wordt zo spoedig mogelijk na het verstrijken van de periode waarover de herbeoordeelde recht heeft op een tegemoetkoming op grond van artikel 2, definitief vastgesteld overeenkomstig artikel 3.
1 De tegemoetkoming wordt niet betaald:
a. indien de herbeoordeelde niet rechtmatig in Nederland verblijf houdt als bedoeld in artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000;
b. voorzover de herbeoordeelde rechtens zijn vrijheid is ontnomen.
2 Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing op categorieën van personen als bedoeld in artikel 1 van het Besluit extramurale vrijheidsbeneming en sociale zekerheid.
In de uitvoering van deze regeling wordt voorzien door het UWV.
1 In de middelen tot dekking van de uitgaven verbonden aan deze regeling wordt voorzien door het Rijk.
2 De middelen worden ter beschikking gesteld aan het UWV via de rekening-courant bij de Minister van Financiën, die het UWV op grond van artikel 120, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen aanhoudt.
3 Artikel 49 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen en artikel 120, derde lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen zijn van overeenkomstige toepassing bij de uitvoering van deze regeling.
4 Het UWV beheert en administreert afzonderlijk de middelen, bedoeld in het eerste lid.
5 Met inachtneming van het zesde, zevende en achtste lid brengt het UWV de uitgaven voor de tegemoetkomingen en de uitvoeringskosten in rekening bij de Minister.
6 Op de zesde dag van elke maand verstrekt het UWV aan de Minister een opgave van:
a. overeenkomstig de bij deze regeling behorende bijlage 1, het totaalbedrag aan geraamde uitgaven in die maand voor de tegemoetkomingen op grond van deze regeling inclusief de op grond van enige wet over de tegemoetkomingen door het UWV verschuldigde premies die niet op deze tegemoetkomingen in mindering kunnen worden gebracht en de uitgaven en ontvangsten die betrekking hebben op wettelijke rente, proceskosten en rentelasten, en
b. overeenkomstig de bij deze regeling behorende bijlage 2, het totaalbedrag aan gerealiseerde uitgaven over de maand gelegen twee maanden voor die maand, aan tegemoetkomingen op grond van deze regeling inclusief de op grond van enige wet over de tegemoetkomingen door het UWV verschuldigde premies die niet op deze tegemoetkomingen in mindering kunnen worden gebracht en de uitgaven en ontvangsten die betrekking hebben op wettelijke rente, proceskosten en rentelasten.
7 In het jaarplan met begroting verstrekt het UWV elk jaar aan de Minister een opgave van het totaalbedrag aan geraamde uitvoeringskosten op grond van deze regeling in het komende jaar.
8 Indien de in het zesde of zevende lid bedoelde dag een zaterdag, zondag of een algemeen erkende feestdag is, vindt de verstrekking plaats op de eerstvolgende dag die niet een zaterdag, zondag of een algemeen erkende feestdag is.
9 Met als valutadag de elfde dag van elke maand draagt de Minister in die maand via de rekening-courant bij de Minister van Financiën af aan het UWV:
a. het bedrag van de geraamde uitgaven voor de tegemoetkomingen op grond van deze regeling inclusief de op grond van enige wet over de tegemoetkomingen door het UWV verschuldigde premies die niet op deze tegemoetkomingen in mindering kunnen worden gebracht en de uitgaven en ontvangsten die betrekking hebben op wettelijke rente, proceskosten en rentelasten, en
b. ééntwaalfde van het bedrag aan geraamde uitvoeringskosten per jaar.
De Minister kan, na overleg met het UWV, van deze bedragen afwijken.
10 Met als valutadag de elfde dag van elke maand verrekent de Minister het verschil tussen de gerealiseerde uitgaven en de geraamde uitgaven voor de tegemoetkomingen op grond van deze regeling inclusief de op grond van enige wet over de tegemoetkomingen door het UWV verschuldigde premies die niet op deze tegemoetkomingen in mindering kunnen worden gebracht en de uitgaven en ontvangsten die betrekking hebben op wettelijke rente, proceskosten en rentelasten, in de maand gelegen twee maanden voor die bedoeld in het negende lid, met het bedrag, bedoeld in het negende lid, onderdeel a.
11 Artikel 16, eerste lid, van de Algemene Regeling SZW-subsidies is niet van toepassing op verstrekking van tegemoetkomingen krachtens deze regeling.
12 Uiterlijk op 1 juni dient het UWV de afrekening van de tegemoetkomingen op grond van deze regeling en van de uitvoeringskosten over het afgelopen kalenderjaar bij de Minister in.
13 In de afrekening, bedoeld in het dertiende lid, wordt, op basis van de jaarrekening, bedoeld in artikel 49 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, de kasstroom inzichtelijk gemaakt, en deze wordt afzonderlijk vermeld voor de tegemoetkomingen op grond van deze regeling inclusief de op grond van enige wet over de tegemoetkomingen door het UWV verschuldigde premies die niet op deze tegemoetkomingen in mindering kunnen worden gebracht en de uitgaven en ontvangsten die betrekking hebben op wettelijke rente, proceskosten en rentelasten alsmede voor de uitvoeringskosten verbonden aan de uitvoering van deze regeling.
14 Op grond van de afrekening, bedoeld in het dertiende lid, vindt voor 15 juli een betaling plaats ten gunste of ten laste van het UWV.
15 De Minister stelt jaarlijks voor 31 oktober de omvang van de middelen tot dekking van de uitgaven ter uitvoering van deze regeling vast, gespecificeerd overeenkomstig de bij deze regeling behorende bijlage 2.
Deze regeling berust mede op artikel 77 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen en artikel 122 van de Wet financiering sociale verzekeringen.
Artikel 1, onderdeel d, zoals dat luidde op de dag voor inwerkingtreding van artikel XIIII, onderdeel A, van de regeling van 4 september tot wijziging van enige ministeriële regelingen in verband met de inwerkingtreding van de Wet wijziging WW-stelsel (Stcrt. 182) blijft van toepassing met betrekking tot een recht op uitkering waarvan de eerste werkloosheidsdag is gelegen voor de dag van inwerkingtreding van dat onderdeel.
1 Artikel 2 zoals dat luidde op de dag voor inwerkingtreding van artikel I van de Regeling uitbreiding doelgroep verlenging tegemoetkoming TRI, blijft van toepassing met betrekking tot een recht op tegemoetkoming dat is aangevraagd voor of op die dag.
2 In afwijking van artikel 2, eerste lid, tweede zin, kan een aanvraag op grond van dat artikel in ieder geval worden ingediend tot drie maanden na de dag van inwerkingtreding van de Regeling uitbreiding doelgroep verlenging tegemoetkoming TRI.
3 De herbeoordeelde wiens arbeidsongeschiktheidsuitkering is verlaagd of ingetrokken voor of op 23 september 2006 en die
a. vóór de datum van inwerkingtreding van de Regeling uitbreiding doelgroep verlenging tegemoetkoming TRI een aanvraag om een tegemoetkoming heeft gedaan; en
b. op 23 maart 2007 geen recht had op een tegemoetkoming of een werkloosheidsuitkering waarvan de hoogte is aangepast in verband met de verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering;
heeft recht op een extra tegemoetkoming.
4 De duur van de extra tegemoetkoming is zes maanden verminderd met de periodes waarover:
a. de herbeoordeelde recht had op tegemoetkoming op grond van artikel 2a; en
b. de herbeoordeelde recht had op een als gevolg van de verlaging of intrekking van de arbeidsongeschiktheidsuitkering ontstane of aangepaste werkloosheidsuitkering, gerekend vanaf zes maanden na de datum van verlaging of intrekking van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering.
5 Het UWV stelt het recht op een extra tegemoetkoming op aanvraag vast. De aanvraag kan tot drie maanden na de datum van inwerkingtreding van de Regeling uitbreiding doelgroep verlenging tegemoetkoming TRI worden ingediend. Het recht gaat in op de datum van aanvraag, met dien verstande dat het recht niet eerder ontstaat dan op de datum van inwerkingtreding van die regeling. Met uitzondering van artikel 2, eerste tot en met vierde lid, zijn de artikelen van deze regeling van toepassing op de extra tegemoetkoming.
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005 en vervalt met ingang van 1 januari 2011.
Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke regeling inkomensgevolgen herbeoordeelde arbeidsongeschikten.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De bijlagen 1 en 2 liggen ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Den Haag, 8 december 2004
Minister
A.J. de Geus
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Tijdelijke regeling inkomensgevolgen herbeoordeelde arbeidsongeschikten", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.