Regeling financiering en administratieve uitvoeringsvoorschriften WWIK

[Regeling vervallen per 01-01-2012.]
Geraadpleegd op 13-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2007 en zichtdatum 10-11-2024.
Geldend van 01-01-2007 t/m 24-01-2007

Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 17 december 2004, Directie Werk en Bijstand, nr. W&B/URP/04/84801, houdende vaststelling van de Regeling financiering en administratieve uitvoeringsvoorschriften WWIK

§ 1. Definities

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 1. Definitiebepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. minister: de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

  • b. WIK: Wet inkomensvoorziening kunstenaars;

  • c. WWIK: de Wet werk en inkomen kunstenaars;

  • d. uitkeringskosten: de kosten van uitkeringen, bedoeld in artikel 48, eerste lid, onderdeel a, van de WWIK;

  • e. uitvoeringskosten: de uitvoeringskosten, bedoeld in artikel 48, eerste lid, onderdeel b, van de WWIK onderscheidenlijk artikel 51, eerste lid, van de WWIK;

  • f. de ten laste van het college gebleven kosten: de in een kalenderjaar door het college verleende uitkering, bedoeld in artikel 48, eerste lid, onderdeel a, van de WWIK, verminderd met alle ontvangsten van het college in dat jaar in verband met de verlening van uitkeringen op grond van de WWIK;

  • g. tekortkoming: het door het college niet hebben voldaan aan de bij of krachtens de WWIK gestelde regels;

  • h. financieel beslag: het verschil tussen het bedrag van de uitkeringskosten bij een onjuiste wetsuitvoering en dat bij een juiste wetsuitvoering;

  • i. financiële fouten: tekortkomingen waarbij met zekerheid kan worden vastgesteld dat de uitkering onrechtmatig is verstrekt of is teruggevorderd zonder inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke bepalingen;

  • j. financiële onzekerheden: tekortkomingen waarbij niet met zekerheid kan worden vastgesteld dat de uitkering rechtmatig is verstrekt of is teruggevorderd zonder inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke bepalingen.

§ 2. Onderzoeken terzake van uitkeringen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 2. Onderzoeken

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 3 De beëindiging van de uitkering, bedoeld in artikel 11, derde lid, van de WWIK, vindt plaats met ingang van de dag volgend op het besluit tot beëindiging van de uitkering, bedoeld in het tweede lid.

§ 3. Vergoeding van uitvoeringskosten

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 3. Uitvoeringskosten

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 Terzake van de uitvoeringskosten vergoedt het Rijk over een kalenderjaar aan het college € 1.206,– per kunstenaar aan wie door het college op 31 december van dat kalenderjaar uitkering ingevolge de WWIK is verleend.

  • 2 Terzake van de uitvoeringskosten vergoedt het Rijk over een kalenderjaar aan de adviserende instelling € 612,– per kunstenaar ten aanzien van wie in het kalenderjaar op verzoek van het college advies is uitgebracht.

  • 3 De minister herziet de bedragen, bedoeld in het eerste en tweede lid, jaarlijks voor zover de door het kabinet toegekende loon- prijscompensatie daartoe aanleiding geeft.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2007, 129, datum inwerkingtreding 11-07-2007, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2007.

Uitvoeringskosten

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

1 Terzake van de uitvoeringskosten vergoedt het Rijk over een kalenderjaar aan het college € 1.206,– per kunstenaar aan wie door het college op 31 december van dat kalenderjaar uitkering ingevolge de WWIK is verleend.

2 Terzake van de uitvoeringskosten vergoedt het Rijk over een kalenderjaar aan de adviserende instelling € 612,– per uitgebracht advies ten aanzien van wie in het kalenderjaar op verzoek van het college advies is uitgebracht.

3 In afwijking van het tweede lid wordt, indien blijkens de kostenopgave, bedoeld in artikel 8, eerste lid, het in het kalenderjaar aantal gerealiseerde adviezen lager is dan het verwachte aantal uit te brengen adviezen, bedoeld in artikel 10, eerste lid, de vergoeding terzake van de uitvoeringskosten vastgesteld op de som van de helft van het gerealiseerde aantal adviezen maal het vergoedingsbedrag, bedoeld in tweede lid, plus het budget bedoeld in artikel 10, derde lid.

4 De minister herziet de bedragen, bedoeld in het eerste en tweede lid, jaarlijks voor zover de door het kabinet toegekende loon- prijscompensatie daartoe aanleiding geeft.

§ 4. Verslag over de uitvoering, accountantsverklaring en oordeel raad

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 4. Verslag over de uitvoering en accountantsverklaring

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2007, 73, datum inwerkingtreding 18-04-2007, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2007.

Verslag over de uitvoering en accountantsverklaring

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

1 Als verslag over de uitvoering als bedoeld in artikel 46, eerste lid, van de WWIK wordt aangemerkt de bijlage bij de jaarrekening met verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen, bedoeld in artikel 58a, eerste lid, van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten voorzover deze betrekking heeft op de WWIK.

2 Als verklaring van de accountant als bedoeld in artikel 46, eerste lid, van de WWIK wordt aangemerkt de accountantsverklaring en het verslag van bevindingen, bedoeld in artikel 213, derde en vierde lid, van de Gemeentewet.

3 Indien de bijlage, bedoeld in het eerste lid, en de verklaring, bedoeld in het tweede lid, niet door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn ontvangen uiterlijk op 15 juli van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop zij betrekking hebben, schort de minister met ingang van 15 augustus van het lopende vergoedingsjaar de betaling van de maandvoorschotten, bedoeld in artikel 6, eerste lid, op, doch niet gedurende de periode waarover de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan het college uitstel heeft verleend.

4 Indien de bijlage, bedoeld in het eerste lid, en de verklaring, bedoeld in het tweede lid, niet door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn ontvangen binnen twaalf maanden na het kalenderjaar waarop zij betrekking hebben, worden de maandvoorschotten met betrekking tot het desbetreffende kalenderjaar op nihil vastgesteld en worden de reeds betaalde voorschotten teruggevorderd.

5 De betaling van de voorschotten wordt hervat op de vijftiende van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de bijlage en de verklaring, bedoeld in het derde lid, zijn ontvangen door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

6 Het derde en vijfde lid zijn van overeenkomstige toepassing, indien het college in gebreke blijft om binnen een door de minister vastgestelde termijn aanvullende informatie te verstrekken die noodzakelijk is voor het financieel beheer van de WWIK.

§ 5. Wijze en tijdstip van declareren door het college en bevoorschotting door het Rijk

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 5. Voorlopige kostenopgave

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 2 De voorlopige kostenopgave, bedoeld in het eerste lid, wordt uiterlijk op 28 februari van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop zij betrekking heeft door de minister ontvangen.

  • 3 De voorlopige kostenopgave wordt ingericht overeenkomstig het model van bijlage 1 bij deze regeling.

  • 4 Op basis van de voorlopige kostenopgave vindt een voorlopige verrekening plaats met het verleende voorschot, bedoeld in artikel 6.

  • 5 Indien de voorlopige kostenopgave niet op de in het tweede lid genoemde datum is ontvangen, kan de minister met ingang van de vierde maand van het lopende vergoedingsjaar de betaling van de maandvoorschotten, bedoeld in artikel 6, vierde lid, opschorten.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2007, 73, datum inwerkingtreding 18-04-2007, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2007.

Voorlopige kostenopgave

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

1 Het college dient voorafgaand aan het verslag, bedoeld in artikel 4, eerste lid, een voorlopige opgave in van de door het college gemaakte kosten, bedoeld in artikel 48, eerste lid, van de WWIK.

2 De voorlopige kostenopgave, bedoeld in het eerste lid, wordt uiterlijk op 28 februari van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop zij betrekking heeft door de minister ontvangen.

3 De voorlopige kostenopgave wordt ingericht overeenkomstig het model van bijlage 1 bij deze regeling.

4 Op basis van de voorlopige kostenopgave vindt een voorlopige verrekening plaats met het verleende voorschot, bedoeld in artikel 6.

5 Indien de voorlopige kostenopgave, bedoeld in het eerste lid, niet op de in het tweede lid genoemde datum is ontvangen, schort de minister de betaling van de maandvoorschotten voor het lopende vergoedingsjaar op met ingang van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarop de ontvangsttermijn is verlopen, doch niet gedurende de periode waarover door de minister aan het college in geval van overmacht uitstel is verleend.

6 De betaling van de voorschotten wordt hervat op de vijftiende van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de voorlopige kostenopgave, bedoeld in het eerste lid, is ontvangen door de minister.

Artikel 6. Voorschot

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 De minister verleent maandvoorschotten ten behoeve van de uitkeringskosten en ten behoeve van de uitvoeringskosten.

  • 2 De maandvoorschotten voor het kalenderjaar 2006 worden betaald op of omstreeks de vijftiende van de maand waarop zij betrekking hebben, waarbij afstemming plaatsvindt op de landelijk verwachte kosten voor de WWIK.

  • 3 Voor de onderlinge verdeling tussen de colleges, bedoeld in artikel 23 van de WWIK, wordt uitgegaan van het aantal personen dat op 31 december 2004 een uitkering op grond van de WWIK heeft ontvangen.

  • 4 Indien informatie over de kalenderjaren 2005 en 2006 daartoe aanleiding geeft, wordt de verdeling, bedoeld in het derde lid, aangepast.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2007, 16, datum inwerkingtreding 25-01-2007, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2007.

Voorschot

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

1 De minister verleent maandvoorschotten ten behoeve van de uitkeringskosten en ten behoeve van de uitvoeringskosten.

2 De maandvoorschotten voor een kalenderjaar worden betaald op of omstreeks de vijftiende van de maand waarop zij betrekking hebben, waarbij afstemming plaatsvindt op de landelijk verwachte kosten voor de WWIK.

3 Voor de onderlinge verdeling tussen de colleges, bedoeld in artikel 23 van de WWIK, wordt uitgegaan van het aantal personen dat op op 31 december van het, vanaf het kalenderjaar, bedoeld in het tweede lid, twee jaar terugliggende, kalenderjaar een uitkering op grond van de WWIK heeft ontvangen.

4 Indien informatie over het kalenderjaar, bedoeld in het tweede lid, en het hieraan voorafgaande kalenderjaar daartoe aanleiding geeft, wordt de verdeling, bedoeld in het derde lid, aangepast.

§ 6. Berekening financieel beslag van tekortkomingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 7. Financieel beslag tekortkomingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 Het financieel beslag van tekortkomingen in de uitvoering van de WWIK door het college wordt bepaald op het totaal van de financiële fouten en financiële onzekerheden.

  • 2 Het financieel beslag van financiële onzekerheden wordt bepaald op:

  • 3 Bij samenloop van tekortkomingen als bedoeld in het tweede lid worden de afzonderlijk berekende financiële uitkomsten bij elkaar opgeteld.

§ 7. Wijze en tijdstip van declareren door de adviserende instelling en bevoorschotting door het Rijk

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 8. Kostenopgave adviserende instelling

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 De adviserende instelling declareert de uitvoeringskosten over een kalenderjaar bij het Rijk door middel van een kostenopgave.

  • 2 De kostenopgave en de verklaring van de accountant, bedoeld in artikel 51, tweede lid, van de WWIK, worden uiterlijk op 1 juli van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop deze betrekking hebben door de minister ontvangen.

  • 3 De kostenopgave wordt ingericht overeenkomstig het model van bijlage 2 bij deze regeling.

  • 4 De verklaring van de accountant wordt ingericht overeenkomstig het model van bijlage 3 bij deze regeling. Het onderzoek dat resulteert in de verklaring wordt uitgevoerd overeenkomstig het als bijlage 4 bij deze regeling opgenomen controle- en rapportageprotocol.

  • 5 Indien de kostenopgave en de daarop betrekking hebbende verklaring niet op de in het tweede lid genoemde datum zijn ontvangen, kan de minister met ingang van de achtste maand van het lopende vergoedingsjaar de betaling van de maandvoorschotten opschorten.

Artikel 9. Voorlopige kostenopgave adviserende instelling

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 De adviserende instelling dient voorafgaand aan de kostenopgave, bedoeld in artikel 8, eerste lid, een voorlopige kostenopgave in.

  • 2 De voorlopige kostenopgave, bedoeld in het eerste lid, wordt uiterlijk op 28 februari van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop deze betrekking heeft door de minister ontvangen.

  • 3 De voorlopige kostenopgave wordt ingericht overeenkomstig het model van bijlage 5 bij deze regeling.

  • 4 Op basis van de voorlopige kostenopgave vindt een voorlopige verrekening plaats met het verleende voorschot, bedoeld in artikel 10, tweede lid.

  • 5 Indien de voorlopige kostenopgave niet op de in het tweede lid genoemde datum is ontvangen, kan de minister met ingang van de vierde maand van het lopende vergoedingsjaar de betaling van de maandvoorschotten, bedoeld in artikel 10, vierde lid, opschorten.

Artikel 10. Voorschot adviserende instelling

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 De adviserende instelling dient uiterlijk op 1 september van het kalenderjaar een gespecificeerde kostenopgave in van het in het daaropvolgende kalenderjaar te verwachten aantal uit te brengen adviezen en van de kosten daarvan.

  • 2 De minister stelt uiterlijk 1 oktober van het kalenderjaar een voorschot voor het gehele kalenderjaar vast ten behoeve van de uitvoeringskosten van de adviserende instelling in het daaropvolgende kalenderjaar, waarbij de in het eerste lid bedoelde opgave wordt betrokken.

  • 3 Het voorschot, bedoeld in het tweede lid, wordt voor de helft als budget toegekend.

  • 4 Iedere kalendermaand wordt op of omstreeks de vijftiende dag van deze kalendermaand een twaalfde deel van het voor het betreffende kalenderjaar vastgestelde voorschot, bedoeld in het tweede lid, betaalbaar gesteld.

§ 8. Wijziging andere regelingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 11. Regeling Wet inkomensvoorziening kunstenaars

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Regeling Wet inkomensvoorziening kunstenaars.]

Artikel 12. Regeling statistiek WWB, IOAW en IOAZ 2005

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Regeling statistiek WWB, IOAW en IOAZ 2005.]

Artikel 13. Regeling inkomenstoets vervoersvoorzieningen REA

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Regeling inkomenstoets vervoersvoorzieningen REA.]

Artikel 14. Regeling SUWI

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Regeling SUWI.]

Artikel 15. Tijdelijke stimuleringsregeling Hoogwaardige Handhaving

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Tijdelijke stimuleringsregeling Hoogwaardige Handhaving.]

Artikel 16. Tijdelijke stimuleringsregeling intensivering opsporing en controle Abw

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Tijdelijke stimuleringsregeling intensivering opsporing en controle Abw.]

§ 9. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 17. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

Artikel 18. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling financiering en administratieve uitvoeringsvoorschriften WWIK.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De bij deze regeling behorende bijlagen worden uiterlijk 15 januari 2005 ter inzage gelegd in de bibliotheek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te ’s-Gravenhage.

Den Haag, 17 december 2004

De

Staatssecretaris

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H.A.L. van Hoof

Bijlage 1. Voorlopige kostenopgave WWIK 2006

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag.]

Bijlage 2. Kostenopgave WWIK-SK&C 2006

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag.]

Bijlage 3. Model Verklaring van de accountant WWIK-SK&C 2006

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag.]

Bijlage 4. Controle- en Rapportageprotocol WWIK-SK&C 2006

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag.]

Bijlage 5. Voorlopige kostenopgave WWIK-SK&C 2006

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag.]