Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving milieu-investeringen 2005

[Regeling vervallen per 01-01-2006.]
Geraadpleegd op 02-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2008 en zichtdatum 30-11-2024.
Geldend van 01-01-2005 t/m 31-12-2005

Regeling van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 20 december 2004, nr. DGM/SB/2004129972, houdende regels inzake aanwijzing van investeringen die in het belang zijn van het Nederlandse milieu (Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving milieu-investeringen 2005)

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Financiën en na overleg met de Minister van Economische Zaken;

Gelet op artikel 3.31, tweede lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Als milieubedrijfsmiddelen als bedoeld in artikel 3.31, eerste lid, in verbinding met het derde lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001 worden aangewezen de bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan, opgenomen in de bijlage bij deze regeling mits:

  • a. zij in overeenstemming zijn met de bestemming die voor die bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan is aangegeven in de bijlage bij deze regeling;

  • b. zij niet eerder zijn gebruikt;

  • c. zij bestaan uit de in de bijlage bij deze regeling met betrekking tot die bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan genoemde bestanddelen;

  • d. zij gericht zijn op de verbetering van het natuurlijke milieu;

  • e. zij, indien het bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan in landbouwbedrijven betreft, niet gericht zijn op een productieverhoging waarvoor op de markt geen normale afzetmogelijkheden kunnen worden gevonden, en

  • f. daarvoor niet uit anderen hoofde vanwege de overheid of de Commissie van de Europese Gemeenschappen een zodanig bedrag aan geldelijke steun is of zal worden verstrekt, dat door toekenning van de willekeurige afschrijving het totale bedrag aan geldelijke steun dat ingevolge communautaire regelgeving mag worden verstrekt, zou worden overschreden.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Artikel 1 is niet van toepassing op investeringen waarvan de kosten meer dan € 25 miljoen bedragen, tenzij hiervoor goedkeuring is verleend door de Commissie van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Deze regeling wordt aangehaald als: Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving milieu-investeringen 2005.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 20 december 2004

De

Staatssecretaris

van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

P.L.B.A. van Geel

Bijlage , behorend bij artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

1. Deze bijlage wordt aangehaald als: Milieulijst willekeurige afschrijving milieu-investeringen 2005.

2. Tot de in deze bijlage genoemde bestanddelen kunnen tevens worden gerekend voorzieningen (zoals leidingen, appendages en meet- en regelapparatuur) die technisch noodzakelijk zijn voor en uitsluitend dienstbaar zijn aan deze bedrijfsmiddelen en derhalve geen zelfstandige betekenis hebben.

3. De bedrijfsmiddelen, genoemd onder de nummers B 5110, B 5111, B 5141, B 5142, B 5143, B 5150, B 5151, B 5160, B 5170, B 5180, B 5181, B 5190, B 5200 en B 5201 gaan vergezeld van een EG-verklaring van overeenstemming waarop het gewaarborgd geluidsvermogensniveau is aangegeven, zoals bedoeld in artikel 8 van richtlijn nr. 2000/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 8 mei 2000 inzake de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten betreffende de geluidsemissie in het milieu door materieel voor gebruik buitenshuis (PbEG L 162).

4. De bedrijfsmiddelen, genoemd onder nummers B 5101, B 5140 en B 5191, gaan vergezeld van een verklaring van gelijkvormigheid, af te geven door de leverancier overeenkomstig een door de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer vast te stellen model. De meting geschiedt door een instantie die is aangewezen op grond van artikel 5 van de Regeling geluidemissie buitenmaterieel, volgens de meetmethoden die zijn opgenomen in de door het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer uitgegeven VAMIL-publicatiereeks 7, 11 en 13.

5. Bedrijfsmiddel B 5130 valt onder richtlijn nr. 2000/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 mei 2000 inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door motoren bestemd voor het aandrijven van landbouw- of bosbouwtrekkers en houdende wijziging van Richtlijn 75/150/EEG van de Raad (PbEG L 173).

De bedrijfsmiddelen, genoemd onder de nummers B 1130, B 5111, B 5122, B 5130, B 5160, B 5180, B 5181, B 5190, B 5200 en B 5201 overschrijden wat betreft hun emissie van koolmonoxide (CO), koolwaterstoffen (CH), stikstofoxiden (NOx) en deeltjes (PM)niet de in de tabel vermelde grenswaarden, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens richtlijn nr. 80/1269/EEG van de Raad van de Europese Economische Gemeenschap van 16 december 1980 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake het motorvermogen van motorvoertuigen (PbEG L 375) en de hiervoor bedoelde emissies worden gemeten volgens richtlijn nr. 97/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 december 1997 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendige verbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines (PbEG 1998, L 59).

Netto-vermogen

Koolmonoxide

KWS

Stikstofoxiden

deeltjes

P

CO

CH

NOx

PM

[kW]

[g/kWh]

[g/kWh]

[g/kWh]

[g/kWh]

130 ≤ P ≤ 560

3,5

1,0

6,0

0,20

75 ≤ P < 130

5,0

1,0

6,0

0,30

37 ≤ P < 75

5,0

1,3

7,0

0,40

18 ≤ P < 37

5,5

1,5

8,0

0,80

6. De bedrijfsmiddelen, genoemd onder de nummers B 1130, B 5090, B 5101, B 5110, B 5111, B 5122, B 5130, B 5140, B 5141, B 5142, B 5143, B 5150, B 5180, B 5181, B 5190, B 5200 en B 5201 alsmede die, waarvan het hydraulische systeem meer dan 6 liter vloeistof bevat, zijn voorzien van een verklaring van de producent of leverancier waaruit blijkt dat het hydraulische systeem van het desbetreffende bedrijfsmiddel is voorzien van een eenvoudig biologisch-afbreekbare niet-toxische olie of van water en waaruit blijkt dat bij het gebruik van een dergelijke olie of van water de garantiebepalingen onverkort van toepassing zijn. Olie en vet zijn eenvoudig biologisch-afbreekbaar indien de ultimate afbreekbaarheid binnen 28 dagen meer dan 60% en de primaire afbreekbaarheid binnen 28 dagen ten minste 90% is.

De ultimate afbreekbaarheid wordt bepaald overeenkomstig de OECD-testmethode 301D (zuurstofverbruik) of 301B (CO2), dan wel met behulp van een naar het oordeel van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer aantoonbaar gelijkwaardige methode. Voor de bepaling van de primaire afbreekbaarheid is geen methode dwingend voorgeschreven.

De toxiciteit wordt bepaald door middel van twee onderzoeksmethoden. De toxiciteit ten opzichte van planten wordt bepaald door middel van een groeitoets op algen volgens OECD-testmethode 201. De acute toxiciteit wordt bepaald via een test op Daphnia magna (watervlo) volgens OECD-testmethode 202. Beide tests worden uitgevoerd op de hydraulische olie zoals deze volgens het specificatieblad in de handel is. De toxiciteit uitgedrukt in EC50/LC50-waarde mag niet lager zijn dan 1 mg/l.

Indien het hydraulische systeem gevuld is met water en er kans op bevriezing bestaat, worden aan het systeem slechts stoffen toegevoegd die nodig zijn om het vriespunt te verlagen.

7. Indien in deze bijlage sprake is van bepaalde meetvoorschriften of tests, of van bepaalde verklaringen of certificaten, worden bedrijfsmiddelen die getoetst zijn met gelijkwaardige meetvoorschriften of tests, onderscheidenlijk voorzien zijn van gelijkwaardige verklaringen of certificaten, met de desbetreffende meetvoorschriften, tests, verklaringen of certificaten gelijkgesteld.

8. Een wijziging van een richtlijn, genoemd in deze bijlage, gaat voor de toepassing van deze regeling gelden met ingang van de dag waarop aan de betrokken wijzigingsrichtlijn uitvoering moet zijn gegeven.

9. Bedrijfsmiddel F 1090 (de Groen Label Kas) komt voor maximaal € 100 per m2 in aanmerking voor de willekeurige afschrijving. A 3000 komt voor maximaal € 1.000.000 voor willekeurige afschrijving in aanmerking. Bedrijfsmiddel C 5082 (voertuig met milieuvriendelijk gemaakte motor) is willekeurig afschrijfbaar tot een maximumbedrag van € 200.000.

Bedrijfsmiddel C 4155 (geluidreducerende voorzieningen voor lichte propellervliegtuigen) is willekeurig afschrijfbaar tot een maximum bedrag van € 37.000.

A 1000 Productieapparatuur voor bioplastics of voor producten van bioplastics

bestemd voor: het uitsluitend produceren van plastics of plastic producten die biologisch afbreekbaar zijn en die gemaakt zijn van grondstoffen van biologische oorsprong,

en bestaande uit: (aanpassing van) productieapparatuur die technisch noodzakelijk voor en uitsluitend dienstbaar is aan het produceren van (producten van) bioplastics.

F 1001 Productieapparatuur voor biologische landbouwproducten

bestemd voor: het uitsluitend produceren van biologische landbouwproducten volgens het Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethode,

en bestaande uit: (aanpassing van) productieapparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is om te voldoen aan de eisen van het Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethode.

Exclusief gebouwen.

A 1002 Apparatuur voor milieuvriendelijke dienstverlening of productie

bestemd voor: het uitsluitend verlenen van milieuvriendelijke diensten of uitsluitend produceren van milieuvriendelijke producten, die gecertificeerd zijn volgens de eisen zoals vastgesteld door de Stichting Milieukeur,

en bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is om te voldoen aan de eisen van de Stichting Milieukeur.

Exclusief gebouwen.

B 1003 Productieapparatuur voor industriële verwerking van landbouwgrondstoffen

bestemd voor: de industriële verwerking van landbouwgrondstoffen tot producten die niet geschikt zijn voor menselijke of dierlijke consumptie, niet zijnde (bio)brandstoffen, voor zover die producten nog niet gangbaar zijn en de verwerking leidt tot een aanmerkelijke verbetering van het milieu,

en bestaande uit: (aanpassing van) productieapparatuur die technisch noodzakelijk voor en uitsluitend dienstbaar is aan het industrieel verwerken van landbouwgrondstoffen.

B 1050 Werf voor het uitsluitend milieuvriendelijk demonteren van zeeschepen en -platforms

bestemd voor: het in een gesloten ruimte, selectief en milieuvriendelijk demonteren van zeeschepen en -platforms, waarbij alle milieubelastende verontreinigingen conform ISO- en/of NEN-normen, of daaraan gelijkwaardig, worden verwijderd en evenals het vrijkomende staal worden hergebruikt,

en bestaande uit: snij-apparatuur, hydraulische staalpers, mobiele of drijvende demontagekranen, pneumatische demontage-apparatuur, brandpreventie-apparatuur, stoomheaters voor zware olie, ballastwater behandelingsinstallatie, opslagtanks voor vrijkomende vloeistoffen (zware brandstoffen, oliën, smeermiddelen, ballastwater, chemicaliën en slobs), mobiele of drijvende pompinstallaties, reinigingsinstallatie voor vloeistoftanks, asbestverwijderingsinstallatie, asbestdecontaminatie-unit en stoffiltermachine, olie/water-afscheider, verschrottingsinstallatie, snijdampen rookgasbehandelingssysteem, vloeistofdichte vloeren.

B 1070 Houtmodificatie-installatie

bestemd voor: het chemisch of thermisch modificeren van hout waardoor de duurzaamheid van het hout wordt verhoogd zonder toepassing van houtverduurzamingsmiddelen,

en bestaande uit: houtmodificatie-installatie die voldoet aan de eisen van de BRL Houtmodificatie (0604) of de BRL Gemodificeerd hout (0605).

B 1080 Rijsimulator

bestemd voor: het lesgeven in rijvaardigheid door autorijscholen met een rijsimulator,

en bestaande uit: rijsimulator, bedieningsmiddelen, LCD-projectoren, computer.

F 1090 Groen Label Kas

bestemd voor: het bedrijfsmatig telen van gewassen in een Groen Label Kas:

  • waarvan is vastgesteld dat de betreffende kas voldoet aan de eisen van de maatlat GLK, zoals vermeld in appendix C in deze bijlage van de Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving milieu-investering 2005, tot een niveau van 100 punten. Dit moet blijken uit een voorlopig certificaat dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie erkende organisatie, en

  • waarvan voor nieuw op te richten opstand van een glastuinbouwbedrijf als bedoeld in het Besluit glastuinbouw door het bevoegde gezag voor de opstand een bouwvergunning is afgegeven die rechtsgeldig is ten tijde van de aanmelding, en

  • waarbij binnen twee jaar na afgifte van het voorlopig certificaat een definitief certificaat wordt overlegd, dan wel binnen drie jaar een certificaat wordt overlegd volgens de dan vigerende maatlat GLK,

en bestaande uit: Groen Label Kas, kasdek, gevels, teelttechnische en klimaattechnische voorzieningen.

Exclusief die onderdelen die bij de EIA zijn aangemeld.

Deze investering komt voor € 100 per m2 in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek en de vrije afschrijving milieu-investeringen. De aftopping betreft de som van alle investeringen in een Groen Label Kas op een tuinbouwlokatie.

F 1099 Proefstal

bestemd voor: het huisvesten van dieren in een stalsysteem waarvoor een bijzondere emissiefactor is vastgesteld als bedoeld in artikel 3 van de Regeling ammoniak en veehouderij (Stcrt. 2002, 82), en waarbij wordt voldaan aan de meetverplichtingen volgende uit voornoemde regeling,

en bestaande uit: proefstal.

Exclusief de niet voor het reduceren van emissies relevante onderdelen van de inrichting zoals melkmachine en melkkoeling.

F 1100 Stal

bestemd voor: het huisvesten van vee in een bedrijf dat dierlijke landbouwproducten produceert volgens de voorschriften van het Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethode,

en bestaande uit: stal.

A 1101 Diervriendelijke rundveestal met lage ammoniakemissie (nieuwbouw)

bestemd voor: het op diervriendelijke wijze houden van rundvee in stallen met een lage ammoniakemissie,

en bestaande uit: stal met emissiebeperkende en diervriendelijke voorzieningen, zoals vermeld in appendix A in de bijlage van de Aanwijzingsregeling Milieu-investeringsaftrek 2005.

A 1102 Ombouw naar diervriendelijke rundveestal met lage ammoniakemissie

bestemd voor: het op diervriendelijke wijze houden van rundvee in stallen met een lage ammoniakemissie,

en bestaande uit: aanpassing van een bestaande stal met emissiebeperkende en diervriendelijke voorzieningen, zoals vermeld in` appendix A en B in de bijlage van de Aanwijzingsregeling Milieu-investeringsaftrek 2005.

A 1110 Diervriendelijke varkensstal met lage ammoniakemissie (nieuwbouw)

bestemd voor: het op diervriendelijke wijze houden van varkens in stallen met zeer lage ammoniakemissie,

en bestaande uit: stal met emissiebeperkende en diervriendelijke voorzieningen, zoals vermeld in appendix A in de bijlage van de Aanwijzingsregeling Milieu-investeringsaftrek 2005.

A 1111 Ombouw naar diervriendelijke varkensstal met lage ammoniakemissie

bestemd voor: het op diervriendelijke wijze houden van varkens in stallen met een lage ammoniakemissie,

en bestaande uit: aanpassing van een bestaande stal met emissiebeperkende en diervriendelijke voorzieningen, zoals vermeld in appendix A en B in de bijlage van de Aanwijzingsregeling Milieu-investeringsaftrek 2005.

A 1120 Diervriendelijke pluimveestal met lage ammoniakemissie (nieuwbouw)

bestemd voor: het op diervriendelijke wijze houden van pluimvee in stallen met een lage ammoniakemissie,

en bestaande uit: stal met emissiebeperkende en diervriendelijke voorzieningen, zoals vermeld in appendix A in de bijlage van de Aanwijzingsregeling Milieu-investeringsaftrek 2005.

A 1121 Ombouw naar diervriendelijke pluimveestal met lage ammoniakemissie

bestemd voor: het op diervriendelijke wijze houden van pluimvee in stallen met een lage ammoniakemissie,

en bestaande uit: aanpassing van een bestaande stal met emissiebeperkende en diervriendelijke voorzieningen, zoals vermeld in appendix A en B in de bijlage van de Aanwijzingsregeling Milieu-investeringsaftrek 2005.

B 1122 Eendenstal

bestemd voor: het houden van eenden in een gesloten stal die is voorzien van een vloeistofdichte bodemafdichting, waarin de eenden op strooisel worden gehouden,

en bestaande uit: eendenstal voorzien van vloeistofdichte vloer.

Exclusief stalinrichting en nutsvoorzieningen.

B 1130 Nettenplant- of rooimachine voor bollen en knollen

bestemd voor: het planten of rooien van bollen en knollen met behulp van een net, waarbij de bollen/knollen in een net in de grond gebracht of gerooid worden, waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden,

en bestaande uit: rooimachine of plantmachine, waarvan het hydraulisch systeem van de machine met een eigen hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie.

B 1140 Schoenreparatie-eenheid

bestemd voor: het repareren en/of veranderen van schoenen met behulp van een reparatie-eenheid die voorzien is van een lijm- en drooggedeelte voor waterverdunbare lijmen, een luchtafzuiging met koolfilter voor oplosmiddel bevattende lijmen, een stofafzuiginstallatie met (de mogelijkheid van) luchtrecirculatie en een automatische uitschakeling bij geen gebruik,

en bestaande uit: schoenreparatie-eenheid.

B 1150 Beluchter op zonne-energie

bestemd voor: het beluchten van (afval)water door een beluchter die werkt op fotovoltaïsche energie,

en bestaande uit: beluchter met zonnecellen.

B 1170 Vloeibare rook dompel- of douche- of vernevelingsysteem

bestemd voor: het roken van kaas, vis en vleeswaren door middel van onderdompelen of douchen van deze producten in een oplossing of verneveling van vloeibare rook,

en bestaande uit: vloeibare rook dompel- of douche- en/of vernevelingsysteem.

B 1180 Watergeïnjecteerde schroefcompressor

bestemd voor: het samenpersen van lucht door middel van een schroefcompressor die voor de koeling en smering uitsluitend gebruik maakt van water,

en bestaande uit: schroefcompressor, (eventueel) waterbereidingseenheid.

B 1190 Windgekoelde condensor

bestemd voor: het condenseren van koudemiddel in een koelinstallatie door buitenlucht zonder gebruik te maken van ventilatoren of spuiwater,

en bestaande uit: windgekoelde condensor.

B 1200 Oplosmiddelvrije folielamineermachine

bestemd voor: het vervaardigen van papier/kunststoffolie-, karton/kunststoffolie- of kunststof/kunststoffolielaminaten met oplosmiddelvrije lamineermiddelen,

en bestaande uit: lamineermachine, (eventueel) mengsysteem, (eventueel) UV-eenheid.

B 2041 Biobrandstofafleverstation

bestemd voor: het afleveren van uitsluitend biobrandstof als motorbrandstof voor voertuigen,

en bestaande uit: bufferopslag, afleverzuil.

B 2050 Aardgasafleverstation

bestemd voor: het afleveren van aardgas als motorbrandstof voor voertuigen,

en bestaande uit: compressor, bufferopslag, afleverzuil, droger.

A 2051 Blenderinstallatie voor dieselolie-water-emulsie

bestemd voor: de productie van een dieselolie-water-emulsie die wordt gebruikt als brandstof voor voertuigen,

en bestaande uit: blender, demiwaterinstallatie, doseereenheid voor emulgator.

B 2060 Systeem voor gedeeld autogebruik

bestemd voor: het geschikt maken van personenauto's voor gedeeld autogebruik door middel van een geautomatiseerd registratiesysteem in de auto in combinatie met hard- en software buiten de auto, waarbij de auto in de directe nabijheid (loopafstand) van wonen, werken en winkelen wordt aangeboden en gedurende 24 uur per dag beschikbaar is,

en bestaande uit: elektronisch pasleessysteem, (eventueel) locatiezuil, (eventueel) plaatsbepalingssysteem, centraal registratiesysteem.

B 2070 Oxidatiekatalysator voor stationaire gas- of dieselmotoren

bestemd voor: het verminderen van emissie van koolwaterstoffen en koolmonoxide van stationaire gas- of dieselmotoren,

en bestaande uit: oxidatiekatalysator, (eventueel) roetfilter.

A 2080 Stortgaswinningsinstallatie

bestemd voor: het onttrekken van stortgas uit gestort afval,

en bestaande uit: stortgasonttrekkingssysteem, gasbehandelingsapparatuur, (eventueel) compressor, (eventueel) gasmotor, (eventueel) generator, (eventueel) warmtewisselaar.

B 2100 Ontsmettingsinstallatie

bestemd voor: het ontsmetten van (grondstoffen voor) levensmiddelen, diervoeders en zaden door middel van een inertgassysteem,

en bestaande uit: inertgasgenerator of inertgasopslag, gasdistributiesysteem, (eventueel) inertgas terugwinningssysteem.

B 2110 Koelapparatuur ontmantelingsinstallatie

bestemd voor: het terugwinnen van halogeenhoudende koelvloeistoffen afkomstig van koel- en vriesapparatuur, met scheiding van olie en koelmiddel,

en bestaande uit: hefinrichting, boorinrichting, compressorpotopener, (eventueel) kopertrekker, ontgassingstank, scheidingstank, opslagfles.

B 2111 Gesloten koelmediumsysteem met oplosmiddelterugwinning

bestemd voor: het koelen van proceswater met een gesloten koelsysteem en een warmtewisselaar, waarbij het oplosmiddel door middel van destillatie uit het circulatiewater wordt teruggewonnen,

en bestaande uit: tanks, warmtewisselaar, destillatiekolom, koeltoren, koelwaterbehandelingseenheid.

B 2112 Halogeenvrij koelsysteem (ombouw of vervanging)

bestemd voor: het koelen van ruimten of producten of processtromen door een nieuw koelsysteem op basis van ammoniak, lucht, propaan, (iso)butaan en/of CO2 dat bij vergelijkbare koelcapaciteit dient ter vervanging van een hcfk of hfk bevattend koelsysteem, of een bestaand koelsysteem dat is overgegaan van hcfk of hfk op ammoniak, lucht, propaan, (iso)butaan en/of CO2,

en bestaande uit: ombouw of vervanging van het koelsysteem.

C 2113 Halogeenvrij koelsysteem (nieuw)

bestemd voor: het koelen van ruimten, producten of processtromen door een nieuw koelsysteem op basis van ammoniak, lucht, propaan, (iso)butaan en/of CO2,

en bestaande uit: koelsysteem.

B 2114 Indirect koelsysteem (klein)

bestemd voor: het koelen van ruimten, producten of processtromen door een indirect koelsysteem met een koelvermogen van minder dan 200 kW, waarvan het primaire koelsysteem werkt op basis van ammoniak, lucht, propaan, en/of (iso)butaan en het secundaire, compressievrije koelsysteem is gevuld met een vloeibare koudedrager, CO2 of ijsslurry,

en bestaande uit: primair koelsysteem, secundair koelsysteem.

C 2115 Indirect koelsysteem (groot)

bestemd voor: het koelen van ruimten, producten of processtromen door een koelsysteem met een koelvermogen van meer dan 200 kW en minder dan 1.000 kW, waarvan het primaire koelsysteem werkt op basis van ammoniak, lucht, propaan en/of (iso)butaan en het secundaire, compressievrije koelsysteem is gevuld met een vloeibare koudedrager, CO2 of ijsslurry,

en bestaande uit: primair koelsysteem, secundair koelsysteem.

B 2118 Halogeenvrije koelmachine voor kadaverkoeling

bestemd voor: het gekoeld bewaren van kadavers en slachtafval in:

  • a. een gekoelde container,

    en bestaande uit: container met geïntegreerde halogeenvrije koelmachine, of

  • b. een gekoelde ruimte,

    en bestaande uit: halogeenvrije koelmachine.

Exclusief de gekoelde ruimte zelf.

B 2120 Discontinue schuimmachine (aanpassing)

bestemd voor: het produceren van isolatiehardschuimen in discontinue productie met een schuimmachine die wordt aangepast aan het gebruik van pentaan of CO2 als blaasmiddel,

en bestaande uit: aanpassingen aan de schuimmachine, opslagtank, mengeenheid, persen en mallen, explosiebeveiliging, afzuiging, stikstofspoeling.

B 2121 Polyethyleenschuiminstallatie

bestemd voor: het produceren van polyethyleenschuim door middel van een systeem zonder cfk's of koolwaterstoffen als blaasmiddel,

en bestaande uit: doseer- en mengeenheid, blaasmiddelopslag en doseersysteem, schuimproductiemachine.

B 2122 Variabele druk schuiminstallatie

bestemd voor: het produceren van polyurethaanschuim onder verlaagde druk, zonder gebruik van additioneel blaasmiddel,

en bestaande uit: doseer- en mengeenheden, schuimproductiemachine, variabele druktunnel (onderdrukinstallatie), sluissysteem.

B 2123 Polyurethaanschuimverwerkingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het terugwinnen van cfk's uit polyurethaanschuim

    en bestaande uit: shredder, pers, condensatiekolom, cfk-opslagtank, invoermechanisme, (eventueel) waterzuivering, of

  • b. bestemd voor: het verwerken van polyurethaanschuim, nadat het vrijkomende cfk is teruggewonnen, tot platen, briketten of korrels,

    en bestaande uit: (eventueel) shredder, (eventueel) menger, (eventueel) wals, (eventueel) pers.

A 2130 Katalytische reductie-installatie

bestemd voor: het omzetten, door chemische reductie en/of ontleding, van distikstofoxide (lachgas, N2O) in afgassen en rookgassen,

en bestaande uit: katalysator, reactor, (eventueel) injectiesysteem.

A 2131 Selectieve katalytische reductie-installatie (SCR)

bestemd voor: het door chemische reductie omzetten van stikstofoxiden in afgassen en rookgassen van:

  • a. proces- en verbrandingsinstallaties met uitzondering van eenheden in energiecentrales met een vermogen groter dan 300 MWt en afval- en slibverbrandingsinstallaties, waardoor de NOx-emissie lager dan 50 mg/Nm3 (3% O2) is, gemeten volgens de Regeling meetmethoden emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer A, of

  • b. motoren van zeeschepen,waardoor de NOx-emissiereductie van de procesinstallaties, verbrandingsinstallaties of motoren van zeeschepen minimaal 50% bedraagt,

en bestaande uit: katalysator, reactor.

A 2132 Selectieve non-katalytische reductie-installatie (SNCR)

bestemd voor: het omzetten van NOx in rookgassen door injectie van ureum of ammoniak, waardoor de NOx-emissiereductie minimaal 50% bedraagt en de NOx-emissie lager dan 50 mg/Nm3 (3% O2) is, gemeten volgens de Regeling meetmethoden emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer A,

en bestaande uit: ammoniak- of ureuminjectiesysteem, tank, leidingen.

A 2133 NOx-reductie-eenheid voor stationaire gasmotor

bestemd voor: het verminderen van emissie van NOx tot een niveau minder dan 65 g NOx/GJ bij nominale belasting,

en bestaande uit: driewegkatalysator of lean-burn injectiesysteem.

B 2134 Stoom- of waterinjectiesysteem

bestemd voor: het beperken van NOx-vorming door het injecteren van stoom of water in bestaande procesfornuizen, ketels, ovens en drogers, waardoor de NOx-emissie beneden 60 mg/Nm3 (3% O2) ligt, gemeten volgens de Regeling meetmethoden emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer A,

en bestaande uit: injectiesysteem, (eventueel) stoomgenerator, (eventueel) demineralisatie-apparatuur.

B 2140 Low-NOx-brander < 50 mg/Nm3

bestemd voor: het verminderen van de NOx-vorming bij gasgestookte ketels en fornuizen met een thermisch vermogen van 100 kWt tot 300 MWt door toepassing van brander-/vuurhaardtechnieken, zodanig dat de NOx-uitworp met het rookgas over het gehele regelbereik cq. werkingsgebied niet meer bedraagt dan 50 mg/Nm3 (3% O2), gemeten volgens de Regeling meetmethoden emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer (BEES A en B) dan wel blijkens wettelijk erkende branderkeuringen,

en bestaande uit: brander of brander-ketelcombinatie (met uitzondering van keervlamketels) met een thermisch vermogen van maximaal 1 MWt of alleen brander indien het thermisch vermogen groter is dan 1 MWt, (eventueel) thermische verbrandingskamer, ventilatoren, gas/lucht-regeling, branderbeveiligingen, rookgasrecirculatie, poorten en omkastingen voor gas- en luchttoevoer.

B 2150 Bulkstoffen verpakkingsinstallatie

bestemd voor: het comprimeren en opslaan in wikkelfolie van persbare bulkproducten zodanig dat ten minste een volumereductie van 25% wordt bereikt ten opzichte van het ongeperste product,

en bestaande uit: doseerbunker, wikkelmachine, besturingssysteem.

B 2151 Aluminium container voor bulktransport

bestemd voor: het transporteren van granulaat en andere bulkgoederen in een aluminium bulkcontainer,

en bestaande uit: aluminium bulkcontainer, (eventueel) stalen omhulling.

B 2160 Mobiel monstername-apparaat voor de gastankvaart

bestemd voor: het bemonsteren van gastanks in de gastankvaart door middel van een mobiel gesloten systeem, waarbij geen emissie van de gassen optreedt,

en bestaande uit: bemonsteringseenheid met circulatiepomp, inertgastank, (aansluiting op) dampretourleiding.

B 2170 CO2-benuttingssysteem voor bierbrouwerijen

bestemd voor: het terugwinnen van CO2 dat vrijkomt bij het vergistingsproces in bierbrouwerijen,

en bestaande uit: afzuigsysteem, compressor, condensatiesysteem, (eventueel) opslagtank, (eventueel) verdampingsinstallatie.

F 2171 Benuttingssysteem voor CO2 van derden binnen de glastuinbouw

bestemd voor: het toepassen van CO2 van derden voor CO2-bemesting in de tuinbouwkas,

en bestaande uit: verdeelstation, aansluiting op CO2-distributiesysteem, (eventueel) compressor, (eventueel) drukreduceerstation, (eventueel) rookgasreiniging.

F 2172 Apparatuur voor het leveren van gasvormige CO2 aan glastuinbouw

bestemd voor: het comprimeren van zuivere afgas CO2 en via een pijpleidingsysteem leveren aan de glastuinbouw,

en bestaande uit: compressorstation, CO2-distributiesysteem, CO2-buffer, (eventueel) drukreduceerstations, (eventueel) rookgasreiniging.

Exclusief die onderdelen die bij de EIA zijn aangemeld.

A 2180 Vacuüminstallatie voor het aftappen van SF6

bestemd voor: het vacumeren van hoogspanningsinstallaties ten behoeve van de recycling van SF6,

en bestaande uit: vacuüminstallatie (mobiel of vast) met appendages.

B 2190 Kasdekreinigingssysteem

bestemd voor: het mechanisch reinigen van kasdekken van tuinbouwkassen door middel van roterende borstels en water,

en bestaande uit: kasdekreiniger, (eventueel) rail.

B 2200 Spanramen

bestemd voor: het opbrengen van laatste verflagen (finishing) op doekbanen bij de textielindustrie, met schuim of met gegraveerde walsen,

en bestaande uit: schuiminstallatie of wals, spanramen, ontwateringspers, (eventueel) filtereenheid voor afvoerlucht, (eventueel) recirculatiesysteem voor warme afvoerlucht.

A 3000 Apparatuur ter beperking van de emissie van vluchtige organische stoffen (aanpassing bestaande situatie)

bestemd voor: het terugbrengen van de emissie van vluchtige organische stoffen naar de lucht tot 70% van de concentraties genoemd in de NeR, en waarbij:

  • sprake is van aanpassing van een bestaande situatie en

  • de reductie wordt gerealiseerd door aanpassingen in het proces die niet gangbaar zijn en

  • geen nageschakelde apparatuur nodig is en

  • de investering niet verplicht is vanwege Arbo-regelgeving of vanwege een AmvB ex artikel 8.40 of 8.44 van de Wet milieubeheer,

en bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur, die aantoonbaar noodzakelijk en hoofdzakelijk bedoeld is om de emissiereductie te bereiken.

De investering komt voor maximaal € 1.000.000 in aanmerking voor willekeurige afschrijving en milieu-investeringsaftrek.

A 3050 Olie-absorptie-installatie met regeneratie

bestemd voor: het terugwinnen van oplosmiddelen uit proceslucht door middel van absorptie van de oplosmiddelen in olie gevolgd door destillatie,

en bestaande uit: olie-absorber, inertgassysteem, (eventueel) warmtewisselaar, destillatie-eenheid.

A 3051 Biologisch luchtfilter voor vluchtige koolwaterstoffen

bestemd voor: de microbiologische afbraak van vluchtige koolwaterstoffen,

en bestaande uit: bak of vat met biomassa op dragermateriaal, ventilator, (eventueel) filterbevochtigingsinstallatie, (eventueel) afgasbevochtigingsinstallatie, (eventueel) demister, (eventueel) afgassenkoelinstallatie.

B 3052 Vacuümpompeenheid met recirculatiesysteem

bestemd voor: het voorkomen van emissies van vluchtige organische verbindingen door samenbundeling van meerdere waterringpompen tot een enkele eenheid en aansluiting op een gezamenlijke buffer, waarbij dampen uit de buffer worden gecondenseerd, opgevangen en gerecirculeerd,

en bestaande uit: vacuümpompen (waterringpompen), waterbuffer met recirculatiesysteem, condensor.

B 3053 Condensatie-installatie

bestemd voor: het terugwinnen van vluchtige koolwaterstoffen (met uitzondering van cfk's) uit procesafgassen of verontreinigde luchtstromen, door middel van condensatie gevolgd door afscheiding,

en bestaande uit: warmtewisselaar, koeleenheid, tank voor koelmedium, (eventueel) adsorber.

B 3054 Gas- en dampadsorber met regeneratie

bestemd voor:

  • a. het verwijderen van vluchtige organische stoffen, geurstoffen en dampen uit afgassen door middel van adsorptie, gevolgd door regeneratie van het adsorptiemiddel en terugwinning of vernietiging van de vluchtige organische stoffen, of

  • b. het verwijderen van zware metalen uit afgassen door middel van adsorptie, gevolgd door regeneratie van het adsorptiemiddel en terugwinning van de metalen,

en bestaande uit: adsorber, regeneratie-eenheid.

A 3055 Ondervuringssysteem

bestemd voor: het voorkomen of beperken van emissies van koolwaterstoffen in procesafgassen of ruimtelucht afkomstig van de productie of verwerking van kunststoffen of bij veredeling van textiel door middel van ondervuring,

en bestaande uit: (eventueel) afzuiginstallatie, leidingen, (eventueel) aanpassing aan de brander.

B 3056 Adsorptierotor voor het concentreren van oplosmiddelen in luchtstromen

bestemd voor: het concentreren van lage concentraties koolwaterstoffen of zware metalen uit luchtstromen met een hoog debiet door adsorptie op een met adsorbens bedekte rotor, waarbij de koolwaterstoffen of zware metalen tegelijkertijd worden gedesorbeerd door partiële verhitting van de rotor door een hete luchtstroom met een lager debiet,

en bestaande uit: ventilator, adsorptierotor, filter, (eventueel) naverbrander.

A 3057 Reinigingsinstallatie voor scheepstanks uit de binnenvaart

bestemd voor: het na het lossen verwijderen van benzeen, tolueen, styreen, brandstoffen en/of gechloreerde koolwaterstoffen uit scheepstanks uit de binnenvaart door lucht in de scheepstank af te zuigen en te wassen, waarbij het wasmedium de achtergebleven damp opneemt en binnen de reguliere afvalkanalen wordt verwerkt,

en bestaande uit: afzuiginstallatie, gaswasser, (eventueel) buffertank.

A 3060 Biogaswasser

bestemd voor: het verwijderen van gasvormige verontreinigingen uit afgassen die niet afkomstig zijn van afval- of slibverbrandingsinstallaties, door middel van een biologische gaswasinstallatie,

en bestaande uit: biomassa op dragermateriaal, tank, (eventueel) ventilator, (eventueel) druppelvanger, (eventueel) chemicaliëndoseerinstallatie, (eventueel) wasvloeistofbehandelingssysteem.

A 3062 Membraanscheidingsinstallatie voor gasmengsels

bestemd voor: het zuiveren van afgassen of afvallucht door middel van een membraanscheidingsinstallatie,

en bestaande uit: membraanscheidingseenheid, (eventueel) vacuümpomp, (eventueel) voorfilter, pomp, (eventueel) condensor, (eventueel) olienevelfilters, (eventueel) filter, (eventueel) ventilator, (eventueel) dehydrator.

A 3070 Oxidatiebed met circulerend dragermateriaal

bestemd voor: het in een oxidatiebed met circulerend dragermateriaal gecombineerd biologisch reinigen van lucht en afvalwater, welke niet afkomstig zijn van afval- of slibverwerkingsinstallaties,

en bestaande uit: cilindrisch filter met biomassa op dragermateriaal, voedingspomp, recirculatiepomp, dragercirculatiesysteem, ventilator.

A 3080 CO2-reinigings- of ontsmettingsinstallatie

bestemd voor: het reinigen en/of ontvetten van materialen en producten met superkritisch CO2,

en bestaande uit: CO2-ontvettings- of reinigingsvat, pomp, condensatie-eenheid, vuilopvangeenheid, (eventueel) koelinstallatie, (eventueel) verwarmingsinstallatie.

B 3081 Ontvettings- en reinigingsinstallatie

bestemd voor: het ontvetten en reinigen door middel van een installatie uitsluitend geschikt voor een reinigingsmiddel zonder vluchtige organische oplosmiddelen,

en bestaande uit: ontvettings- en reinigingsinstallatie, pompen, (eventueel) verwarmingssysteem, (eventueel) drooginstallatie, (eventueel) water- of badreinigingsinstallatie.

B 3090 Olienevel- en olierook separatiesysteem

bestemd voor: het verwijderen van olienevel of olierook uit proceslucht van metaalbewerkingsprocessen, waarbij de olie of emulsie wordt teruggewonnen en waarbij ten behoeve van energiebesparing de gezuiverde lucht in de ruimte kan blijven of terugkeren,

en bestaande uit: voorfilter, eindfilter, ventilator, olieterugwininstallatie.

B 3110 Droog rookgasreinigingsinstallatie

bestemd voor: het behandelen van het afgas van verbrandingsprocessen dat niet afkomstig is van afval- of slibverbrandingsinstallaties door middel van een droogreinigingssysteem,

en bestaande uit: (eventueel) mengers, reactor, (eventueel) warmtewisselaar, (eventueel) filterinstallatie, doseerinstallatie.

B 3111 Half-droge-rookgasreinigingsinstallatie

bestemd voor: het verwijderen van gasvormige verontreinigingen uit afgassen van glassmeltovens door een half-droog procédé, op basis van soda, waarbij het rookgasreinigingsresidu wordt ingezet in het productieproces,

en bestaande uit: cycloonreactor, sodadoseerinstallatie, doekenfilter.

A 3120 Bewegend kalksteenbedreactor voor fluorideverwijdering

bestemd voor: het verwijderen van fluoriden uit proceslucht door binding aan een langzaam bewegend bed van kalksteenkorrels, waarbij de verrijkte kalk continu wordt verwijderd,

en bestaande uit: kalksteenbedreactor, kalkopslagsilo, kalkafvoerinstallatie, (eventueel) doseerapparaat, (eventueel) pelmolen of -trommel.

A 3121 Poederkalkreactor met doekfilter voor fluorideverwijdering

bestemd voor: het versproeien van calciumhydroxide of calciumcarbonaat met als doel fluoriden uit de proceslucht te binden en vervolgens door een doekfilter af te vangen,

en bestaande uit: reactor, kalkpoederverstuiver, kalkopslagsilo, doekfilter.

A 3130 Biologisch ontzwavelingssysteem

bestemd voor: het behandelen van zwavelhoudende afgassen door een biologisch ontzwavelingssysteem, waarbij primair zwavel wordt gevormd,

en bestaande uit: gaswasser, biologische zwavelreactor, zwavelopwerkingseenheid, voorraadtanks.

A 3131 Ontzwavelingsinstallatie

bestemd voor: het ontzwavelen van rookgassen die niet afkomstig zijn van afval- of slibverbrandingsinstallaties, raffinaderijen of petrochemische installaties, gevolgd door de productie van:

  • a. elementair zwavel,

    en bestaande uit: (eventueel) wastorens, (eventueel) pompen, (eventueel) concentratieverhogingsstap, (eventueel) indikker, (eventueel) reactoren, (eventueel) verwerkingseenheid, (eventueel) membraaninstallatie, (eventueel) oxidatiereactor, of

  • b. zwavelzuur of zwaveligzuur,

    en bestaande uit: (eventueel) reactievat, (eventueel) chemicaliëndosering, (eventueel) warmtewisselaar, (eventueel) ventilatoren, (eventueel) membraaninstalatie, (eventueel) condensatie-eenheid.

C 3132 Zwavelverwijderingsinstallatie

bestemd voor: het verwijderen van zwavelhoudende componenten uit lichte tops (C5 kooktraject/65 °C) die bestemd zijn voor de productie van laagzwavelige benzine, die maximaal 10 ppm zwavel, berekend als S, bevat, door middel van een mercaptide-extractieproces,

en bestaande uit: mercaptide-extractor, oxidatie-generator

B 3140 Ontsmettingsapparatuur op basis van UV-bestraling, ozon, waterstofperoxide of perazijnzuur

bestemd voor: het zonder gebruik te maken van halogeenhoudende of andere organische stoffen desinfecteren van vloeistoffen of oppervlakken en/of desinfecteren van eieren en bijbehorend verpakkingsmateriaal, door middel van UV-straling of ozon of waterstofperoxide of perazijnzuur,

en bestaande uit: (eventueel) UV-lamp, (eventueel) ozongenerator, (eventueel) waterstofperoxide- of perazijnzuurtank, doseerinstallatie, (eventueel) rollenbaan.

B 3150 Textielreinigingssysteem met CO2

bestemd voor: het reinigen van textiel met super-kritische koolstofdioxide (vloeibaar),

en bestaande uit: reinigingsinstallatie, toevoereenheid, mengsysteem, pomp, opslagsysteem voor koolstofdioxide.

B 3151 Natreinigingssysteem

bestemd voor: het reinigen van bovenkleding door middel van een nat proces op basis van water in plaats van perchloorethyleen,

en bestaande uit: reinigingsmachine, vormdroger, gasgestookte roterende droger.

B 3161 UV-belichtingseenheid

bestemd voor: het doen uitharden van lakken, verven, en lijmen door UV-belichting,

en bestaande uit: UV-lampen, (eventueel afzuiging).

Exclusief het doorvoersysteem.

B 3162 Opbrenginstallatie voor UV-lak

bestemd voor: het opbrengen van lakken die onder invloed van UV-licht uitharden,

en bestaande uit: lakopbrenginstallatie, (eventueel) lakterugwinningsinstallatie, UV-belichtingseenheid, (eventueel) in de laklijn opgenomen schuurmachine.

Exclusief de spuitcabine en het transportsysteem.

B 3163 Opbrenginstallatie voor hotmeltcoating of hotmeltwas of hotmeltlijm

bestemd voor: het, zonder gebruik te maken van oplosmiddelen, aanbrengen van coating of was of lijm die door verwarming op verwerkingsviscositeit komen,

en bestaande uit: (eventueel) spuitcabine of opbrenginstallatie, verwarmingseenheid, pomp, applicatie-apparatuur.

Exclusief materiaaldoorvoersysteem.

B 3164 Terugwininstallatie voor overspray

bestemd voor: het terugwinnen van overspray ten behoeve van hergebruik van de overspray van verf- en laksystemen,

en bestaande uit: opvangscherm of condenswand, schraap- en opvangsysteem.

B 3165 Elektrostatische verf- of lakspuitinstallatie voor het handmatig verspuiten

bestemd voor: het handmatig elektrostatisch verspuiten van verf of poederlak,

en bestaande uit: pomp, slangen, elektrostatisch handspuitpistool.

Exclusief de spuitcabine.

A 3171 Ontstoffingsinstallatie

bestemd voor: het verwijderen van stofdeeltjes en dioxine uit afgassen niet afkomstig van afval- of slibverbrandingsinstallaties via adsorptie aan een adsorbens,

en bestaande uit: afgasverzamelsysteem, ventilator, stoffilter, adsorptiemiddelinjectiesysteem.

A 3173 Vernietigingsinstallatie voor dioxine of voor benzofuranen

bestemd voor: het afvangen en eventueel vernietigen van dioxinen of benzofuranen uit afgassen door een absorptie- en/of een chemisch of katalytisch proces,

en bestaande uit: (eventueel) absorptie-installatie, (eventueel) reactor, (eventueel) katalysator, (eventueel) regeneratie-eenheid.

A 3190 Regeneratieve thermische naverbrander voor procesafgassen

bestemd voor: het thermisch naverbranden van procesafgassen, waarbij de vrijkomende energie wordt teruggewonnen,

en bestaande uit: (reversed flow) verbrandingskamers, (eventueel) keramisch bed, brander of elektrische opwarmelementen, ventilatoren, warmtewisselaars, (eventueel) aërosolfilter of stoffilter.

A 3191 Katalytische naverbrander

bestemd voor: het naverbranden van verontreinigingen in procesafgassen die vrijkomen uit stationair opgestelde installaties door middel van een katalytische naverbrander,

en bestaande uit: katalytische naverbrander, (eventueel) warmtewisselaar, (eventueel) ventilator, (eventueel) aërosolfilter of stoffilter.

B 3212 Cilinderschoonmaakmachine

bestemd voor: het onder hoge druk reinigen van diepdrukcilinders en/of gegraveerde walsen door een mengsel van water en natriumbicarbonaat,

en bestaande uit: afgesloten reinigingsmachine met automatisch aangestuurde mechanische spuitkoppen.

B 3213 Zeefdrukvorm- of flexodrukpersspoelinstallatie

bestemd voor: het verwijderen van lak- of inktresten uit zeefdrukvormen of flexodrukpersen door een recirculerende vloeistof in een gesloten systeem,

en bestaande uit: spoelinstallatie, sproeisysteem, rondpompsysteem, (eventueel) destillatie- en vacuümeenheid.

B 3220 Mechanische reinigingsmachine

bestemd voor: het mechanisch reinigen van de champignonteeltcellen zonder gebruik van ontsmettingsmiddelen,

en bestaande uit: mechanische reinigingsmachine.

A 4050 Biologisch luchtfilter voor geurafbraak

bestemd voor: de microbiologische afbraak van geurstoffen,

en bestaande uit: bak of vat met biomassa op dragermateriaal, ventilator, (eventueel) filterbevochtigingsinstallatie, (eventueel) afgasbevochtigingsinstallatie, (eventueel) demister, (eventueel) afgassenkoelinstallatie.

B 4051 Geurbestrijdingssysteem

bestemd voor: het afbreken van geurcomponenten door toepassing van enzympreparaten die worden verneveld in afgasleidingen of een contactruimte,

en bestaande uit: enzymdoseer- en verstuivingseenheid, (eventueel) contactruimte, leidingwerk, appendages, besturingseenheid.

A 4052 Foto-oxidatie-installatie

bestemd voor: het vernietigen van geur- en koolwaterstoffen in procesafgassen door oxidatie met UV-licht in combinatie met waterstofperoxide of ozon of zuurstofradicalen,

en bestaande uit: UV-reactor, (eventueel) waterstofperoxidewasser, (eventueel) wastoren, (doseer)pompen, (eventueel) ventilator, (eventueel) ozongenerator, (eventueel) ozonabsorber/restozonvernietiger, (eventueel) zuurstofradicaalgenerator, (eventueel) tanks.

B 4060 Detectieapparatuur radioactiviteit

bestemd voor: toegangscontrole op transportmiddelen en getransporteerde stoffen bij inrichtingen voor de verwerking van schroot, waarbij de apparatuur geschikt is voor het snel (binnen enkele seconden) meten van geringe variaties op het gamma-achtergrond niveau (30 nSv/hr) of oppervlaktebesmettingen met minimaal 0,4 Bq/cm2 voor beta-deeltjes of 0,04 Bq/cm2 voor alfa-deeltjes,

en bestaande uit: detectieapparatuur voor radioactiviteit eventueel in combinatie met registratieapparatuur en alarmeenheid.

B 4061 Stralingsvrije meetapparatuur (vervanging)

bestemd voor: het vervangen van bestaande apparatuur ten behoeve van dichtheids- en niveaumeting op basis van radioactiviteit door een alternatieve techniek,

en bestaande uit: dichtheids- en niveaumeetapparatuur anders dan met behulp van radioactiviteit.

A 4080 Puntgerichte afzuiging van kleine stofbronnen met nageschakelde filtrerende afscheider

bestemd voor: het afzuigen en filtreren van kleine stofbronnen, met een capaciteit van maximaal 4.000 m3 per uur en een stofvracht van maximaal 0,2 kg per uur, waarvoor geen maatregelen op basis van de NeR hoeven te worden genomen, zodanig dat de lucht die naar de atmosfeer wordt afgevoerd niet meer dan 5 mg stof per Nm3 bevat,

en bestaande uit: filtrerende afscheider, afzuigapparatuur.

B 4081 Tweetrapsfilter

bestemd voor: het afscheiden van stof uit een luchtstroom door toepassing van een filter dat is uitgerust met twee afzonderlijke afscheidingssystemen zodanig dat de lucht die naar de atmosfeer wordt afgevoerd minder dan 2 mg stof per Nm3 bevat,

en bestaande uit: tweetrapsfilter.

B 4082 Elektrostatisch filter

  • a. bestemd voor: het verwijderen van rookdeeltjes uit afgas afkomstig van vis-, vlees- en kaasrokerijen, of

  • b. bestemd voor: het verwijderen van bestrijdingsmiddelen uit afgassen van zaaizaadbehandelingssystemen, of

  • c. bestemd voor: het verwijderen van stof uit afgas van stralen, lassen, solderen, vlamspuiten of thermisch verzinken, of

  • d. bestemd voor: het verwijderen van stof uit afgas van glassmeltovens, of

  • e. bestemd voor: het verwijderen van stof uit afgas van houtverbrandingsinstallaties in de houtindustrie, of

  • f. bestemd voor: het verwijderen van deeltjes uit afgassen van processen met een emissie van minder dan 5 mg/Nm3,

en bestaande uit: ventilator, elektrostatisch filter, opvangreservoir.

A 4084 Gesinterd ontstoffingsfilter

bestemd voor: het afscheiden van stof uit af- of procesgassen met een gesinterd filter met een maximale doorlaat van 1 mg/Nm3, ter vermindering van stofemissie naar de atmosfeer,

en bestaande uit: gesinterd filter, filterhuis, (eventueel) systeem voor periodieke reiniging.

B 4090 Watermist/microschuim-ontstoffing

bestemd voor: het beperken van stofverspreiding bij sorteerlijnen, puinbreek- en recyclinginstallaties en bij de op- en overslag van stortgoed of bulkgoederen, door middel van een bevochtiging van het stortgoed met zeer fijn verneveld water dan wel met schuim dat verkregen wordt door het mengen van water met een volledig biologisch afbreekbaar schuimmiddel,

en bestaande uit: (eventueel) watervernevelingssysteem, (eventueel) bindmiddelvoorraadvat, (eventueel) mengsysteem, (eventueel) schuimtoedieningssysteem.

B 4091 Windzifter voor vaste stof met materiaalterugwinning

bestemd voor: het afscheiden van fijn stof uit bulkgoederen door middel van een windzifter, waarbij het afgescheiden stof wordt gegranuleerd en teruggevoerd naar de bulk,

en bestaande uit: trilgoot, blaasnozzles, cycloon, expansiekamer, draaisluis, ventilator, filters, granuleringskamer, (eventueel) bevochtingsinstallatie, (eventueel) retourtransportsysteem.

B 4092 Beladingsbalg

bestemd voor: het verminderen van stofemissies bij het beladen van vrachtwagens of schepen,

en bestaande uit: vouwbalg, (eventueel) sluitkegel of opblaasbare band, filteraansluiting, geïntegreerd stoffilter.

B 4093 Mobiele lostrechter

bestemd voor: het lossen van bulkgoederen in een mobiele lostrechter welke de grijper van de loskraan geheel kan omvatten en welke is voorzien van onderafzuiging en filter met uitblaasopeningen in de losrichting zodanig dat het verwaaien van stof wordt voorkomen,

en bestaande uit: lostrechter, filter, afzuigventilatoren.

B 4094 Flexibel klepsysteem voor overslag van bulkgoederen

bestemd voor: het verminderen van stofemissies bij overslag van bulkgoederen door afdekking van de bunker met een flexibel klepsysteem, waarbij onder de kleppen onderdruk wordt gehandhaafd,

en bestaande uit: flexibele kleppen, vacuümpompen.

B 4095 Gesloten hangende transportband

bestemd voor: het stofvrij transporteren van bulkgoederen door middel van een systeem met een flexibele hangende, rondom gesloten transportband,

en bestaande uit: flexibele, hangende transportband, ophanging, (eventueel) bandondersteuning, aandrijving, los- en laadsysteem.

Exclusief opslagsysteem.

B 4100 Natstraalinstallatie

bestemd voor: het stofvrij stralen van oppervlakken met behulp van een nat of vochtig straalmiddel,

en bestaande uit: compressor, tank, straaleenheid, slangen, filter, waterpomp.

B 4110 Vloeimiddelvrije soldeerinstallatie

bestemd voor: het zonder vloeimiddel solderen in een gesloten systeem,

en bestaande uit: soldeerbad, condensatie-apparatuur, voorverhittingseenheid, plasmakamer, transportsysteem.

B 4120 Rookgasbehandelingssysteem voor las-, soldeer- en snijdampen

bestemd voor: het afzuigen en behandelen van las-, soldeer- en snijdampen, waarbij de gezuiverde lucht gerecirculeerd kan worden,

en bestaande uit: afzuigsysteem, filtersysteem, bedieningseenheid, recirculatie-eenheid.

B 4141 Gesloten malsysteem voor kunstharsverwerking

bestemd voor: het verwerken van kunstharsen in een gesloten systeem ter vermijding van styreenemissies, door een vacuüminjectiesysteem of een overdruksysteem,

en bestaande uit: vacuüm- of persinstallatie, gesloten malsysteem, injectie-apparatuur, (eventueel) oven.

B 4150 Regeleenheid elektrodynamisch remmen

bestemd voor: het geluidarm remmen van diesel locomotieven in het snelheidsgebied tot 30 km/uur,

en bestaande uit: elektronische regeleenheid voor dynamisch remmen.

C 4155 Geluidreducerende voorzieningen voor lichte propellervliegtuigen

bestemd voor: het terugbrengen van het brongeluidsniveau van lichte propellervliegtuigen met een maximaal toegelaten startmassa van 5.700 kg (vlg. ICAO Hoofdstuk 6) tot en met 8.618 kg (vlg. ICAO Hoofdstuk 10) door aanpassing van vliegtuigen of aankoop van nieuwe vliegtuigen (willekeurig afschrijfbaar tot een maximumbedrag van € 37.000), welke voldoet aan het bereiken van een maximaal geluidsniveau van het vliegtuig gemeten volgens

ICAO hoofdstuk 6

Maximaal toegelaten startmassa [kg]

Maximaal toegelaten geluidsniveau [dB(A)]

5.700 tot 1.500

76

1.500 tot 600

64 + (M-600)/75

600 of minder

64

ICAO hoofdstuk 10

Maximaal toegelaten startmassa [kg]

Maximaal toegelaten geluidsniveau [dB(A)]

8.618 tot 1.325

80

1.325 tot 618

68 + (M-618) × 12/707

618 of minder

68

M = maximaal toegelaten startmassa [in kg],

en bestaande uit: (eventueel) een geluiddemper op de uitlaat, (eventueel) een drie- of meerbladige propeller, (eventueel) aandrijfeenheden waarbij het maximum (start-)vermogen wordt bereikt bij een propellertoerental kleiner dan of gelijk aan 2200 rpm.

B 4160 Vast opgesteld lagedruk aggregaat

bestemd voor: het laden of lossen van bulkgoederen door middel van een vast opgesteld pneumatisch lagedruk aggregaat,

en bestaande uit: vast opgesteld pneumatisch lagedruk aggregaat.

B 4170 Geluidarme compressievrije transportkoeling

bestemd voor: het koelen van producten in trailers, trucks of aanhangwagens door de verdamping van CO2 of stikstof aan de lucht,

en bestaande uit: voorraadtank, verdamper, (eventueel) transportruimteventilator, (eventueel) koudeverdeler.

B 4171 Ventilator

bestemd voor: het verplaatsen van lucht bij warmtewisselaars, koeltorens en ventilatiesystemen, zodanig dat het geluidsvermogensniveau van de ventilator, overeenkomstig ISO 1680/1, niet meer bedraagt dan 28 + 30 log U – 5 log D + 10 log P, waarbij U de omtreksnelheid van de waaier (in m/s) is, D de diameter van de waaier is (in m) en P het nominale elektrische aandrijfvermogen is (in kW),

en bestaande uit: ventilator, aandrijfmechanisme, (eventueel) toerenregeling.

F 5050 Brandstofcelsysteem voor aandrijving van transportmiddelen

bestemd voor: het opwekken van elektrische energie met een vermogen van maximaal 1.000 kW waarbij de brandstof rechtstreeks wordt omgezet in elektrische energie, ten behoeve van aandrijving van transportmiddelen,

en bestaande uit: systeem van brandstofcellen, elektrisch aandrijfsysteem.

B 5060 Elektro- of gasmotor voor schepen

bestemd voor: het voortstuwen van vaartuigen die, voor de voortstuwing, uitsluitend voorzien zijn van een elektro- of gasmotor,

en bestaande uit: LPG- of aardgasmotor met tank of elektromotor met accu's, (eventueel) oplaadstation.

A 5061 Ombouwset van dieselmotoren naar LPG- of aardgasmotoren

bestemd voor: het ombouwen van dieselmotoren van:

  • a. een vaartuig dat goederen transporteert op binnenwateren inclusief de Nederlandse territoriale wateren (zgn. 12 mijls-zone), of

  • b. een vaartuig dat is ingericht voor het vervoer over binnenwateren inclusief de Nederlandse territoriale wateren (zgn. 12 mijls-zone) van meer dan 8 personen, of

  • c. een motorvoertuig in het goederenwegtransport met een minimaal vermogen van 100 kW, of

  • d. een motorvoertuig dat is ingericht voor het vervoer over de weg van meer dan 8 personen buiten de bestuurder, naar motoren voor deze voertuigen die aardgas dan wel LPG als brandstof gebruiken, voor het beperken van de emissie van NOx en deeltjes,

en bestaande uit: vaar- of voertuiggebonden installatie voor opslag, toevoer, injectie en ontsteking van aardgas of LPG.

A 5062 Ombouwset van dieselmotoren naar biobrandstofmotoren

bestemd voor: het ombouwen van een dieselmotor van een voer- of vaartuig naar een motor die uitsluitend biobrandstof als brandstof gebruikt, voor het beperken van de emissie van NOx en deeltjes,

en bestaande uit: aanpassingen van pakkingen en/of brandstofleiding, (eventueel) voorverwarmer, (eventueel) bio-oliefilter, (eventueel) aangepaste verstuivers.

B 5070 Elektrisch aangedreven voertuig/vaartuig

  • a. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over de openbare weg met behulp van een voertuig met minder dan 4 wielen, uitgerust met een elektromotor en een accu als energiebron voor de aandrijving, of

  • b. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over de openbare weg met behulp van een voertuig met vier of meer wielen met een elektromotor als hoofdmotor (elektro-auto), eventueel in combinatie met een verbrandingsmotor (hybrideauto), waarvoor een belastingplicht bestaat op grond van de Wet op de Motorrijtuigenbelasting 1966, of

  • c. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over openbaar vaarwater met behulp van een vaartuig met voor de aandrijving uitsluitend een elektromotor,

en bestaande uit: elektrisch aangedreven voer- of vaartuig, (eventueel) oplaadstation.

B 5075 Bus met hybride-motor

bestemd voor: het vervoer van personen over de weg door een diesel-elektrisch aangedreven voertuig voorzien van meer dan 8 passagiersplaatsen buiten de bestuurder,

en bestaande uit: autobus voorzien van diesel-elektrische aandrijving.

C 5082 Voertuig met milieuvriendelijk gemaakte motor (MGV)

bestemd voor: het vervoer van goederen of het vervoer van ten minste 8 personen buiten de bestuurder, met een maximum toelaatbare massa van meer dan 3.500 kg,

en bestaande uit: voertuig (inclusief cabine, opbouw, inrichting etc.), welke is voorzien van een motor waarvan de uitstoot van uitlaatgassen blijkens een certificaat als bedoeld in bijlage VI van richtlijn 88/77/EEG voldoet aan de grenswaarden van rij C (MGV) van tabel 2 van bijlage I van richtlijn 88/77/EEG van de Europese Unie, zoals laatstelijk gewijzigd bij richtlijn 2001/27/EG.

De investering komt voor maximaal € 200.000 in aanmerking voor de willekeurige afschrijving.

B 5090 Hydraulisch heiblok

bestemd voor: het heien van funderingspalen door middel van een hydraulisch aangedreven heiblok, en waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie,

en bestaande uit: hydraulisch heiblok.

Exclusief generator.

B 5100 Geluidarme betonwarenverdichtingsinstallatie

bestemd voor: het vervaardigen van betonwaren in een installatie waarbij de verdichting wordt verkregen door de toepassing van een trillingsfrequentiegenerator (in plaats van doorslagtoepassing),

en bestaande uit: betonwarenverdichtingsmachine, trillingsfrequentiegenerator.

B 5101 Geluidarme mobiele puinbreker

bestemd voor: het breken van steen- en betonpuin tot granulaat in een niet vast opgestelde mobiele breekinstallatie, die voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal 114 dB(A) en waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie,

en bestaande uit: mobiele puinbreker voorzien van een toevoermond met (eventueel) trilgoot, (eventueel) voorzeef, (eventueel) transportbanden, (eventueel) magneetband.

B 5110 Houtversnipperaar

bestemd voor: het versnipperen van houtige gewassen door middel van een niet stationair opgestelde houtversnipperaar waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van:

  • a. ten hoogste 117 dB(A)/1 pW voor versnipperaars met een maximale invoerdiameter van 200 mm of minder, of

  • b. ten hoogste 120 dB(A)/1 pW voor versnipperaars met een maximale invoerdiameter van meer dan 200 mm.

B 5111 Geluidarme gazonmaaier

bestemd voor: het maaien van gazonnen en sportvelden en -banen door middel van een zelfrijdende gazonmaaier met een minimale maaibreedte van 70 cm, waarvan het eventueel aanwezige hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie en waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van:

  • a. ten hoogste 98 dB(A)/1 pW voor maaiers met een maaibreedte van tenminste 70 cm, doch niet meer dan 120 cm, of

  • b. ten hoogste 103 dB(A)/1 pW voor maaiers met een maaibreedte van meer dan 120 cm.

A 5120 Natte mobiele tarrascheidingsinstallatie voor bollen en knollen

bestemd voor: het verwijderen van tarra van bollen en knollen in een mobiele installatie door middel van natte scheiding met tegenstroom en wervelbed, waarbij de tarra op de rooiakker achterblijft en het gebruikte water of op de rooiakker achterblijft of wordt hergebruikt,

en bestaande uit: natte mobiele tarrascheidingsinstallatie waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie.

B 5121 Droge mobiele tarrascheidingsinstallatie voor bollen en knollen

bestemd voor: het verwijderen van tarra van bollen en knollen in een mobiele installatie op basis van een zwevend-zand bed, waardoor de tarra op de rooiakker achterblijft,

en bestaande uit: droge mobiele tarrascheidingsinstallatie waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie.

B 5122 Rooimachine met tarrareinigingsinstallatie

bestemd voor: het rooien van bieten, wortels, prei, bollen of andere knollen, waarbij aanhangende aarde en zand wordt verwijderd door middel van een rooimachine welke voorzien is van een specifiek reinigingssysteem en waarvan het hydraulisch systeem van zelfrijdende rooiers of rooiers met een eigen hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie, waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden,

en bestaande uit:

  • a. rooier voor wortels, bollen of knollen, met inbegrip van aardappelen en wortels en met uitzondering van bieten, voorzien van axiaalrollen, of

  • b. een bietenrooier met een sterrenbed, gevolgd door axiaalrollen, of

  • c. een bietenrooier met een sterrenbed met daarboven minimaal 3 borstels, of

  • d. een bietenrooier met een sterrenbed met daarboven een wrijfband, of

  • e. een bietenrooier met axiaalrollen met daarboven minimaal 3 borstels, of

  • f. een bietenrooier met speciale reinigingszon, een luchtdruk reinigingsunit en borstels, of

  • g. een preirooier met klembanden, afsnij-inrichting, borstels of schudsysteem, pelrollen, of

  • h. een aardappelrooier met doorvalmat.

B 5130 Milieu- en arbovriendelijke landbouwtrekker

bestemd voor: het trekken en/of aandrijven van werktuigen door een landbouwtrekker waarvan:

  • het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie, en

  • welke voldoet aan een geluidsdrukniveau LpA(7,5m) van maximaal: 62 + 11 log P, bepaald volgens EG-richtlijn 74/151/EG, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens richtlijn ECE-R24, en

  • waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden, en

  • die met geringe fysieke belasting bestuurd en bediend kan worden,

en bestaande uit: milieuvriendelijke landbouwtrekker, op schokbrekers of gel- of luchtdempers afgeveerde cabine, luchtgeveerde stoel met bediening van de landbouwtrekkerfuncties in of aan de armleuning.

B 5140 Geluidarme straatveegmachine

bestemd voor: het vegen van straten met behulp van een zelfrijdende door een verbrandingsmotor aangedreven straatveegmachine, waarvan het hydraulisch systeem is uitgerust met biologisch afbreekbare, niet toxische olie, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 85 + 11 log P, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens EG-richtlijn 2000/14.

B 5141 Geluidarme kolkenzuiger

bestemd voor: het leegzuigen van straat- en rioolkolken met behulp van een kolkenzuiger, waarvan de pomp wordt aangedreven door de aftakas en waarvan het hydraulisch systeem is uitgerust met biologisch afbreekbare, niet toxische olie, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 98 dB(A)/1pW.

B 5142 Geluidarme huisvuilwagen

bestemd voor: het inzamelen van huisvuil met behulp van een huisvuilwagen, waarvan het hydraulisch systeem is uitgerust met biologisch afbreekbare, niet toxische olie, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 96 dB(A)/1pW.

B 5143 Geluidarme vloeren- en stratenreiniger

bestemd voor: het reinigen van vloeren en straten met een zelfrijdende, door een verbrandingsmotor aangedreven vloeren- en stratenreiniger, waarbij uitsluitend met water wordt gereinigd onder een druk van ten minste 250 bar en waarbij het gebruikte reinigingswater retour wordt genomen, en waarvan het hydraulisch systeem is uitgerust met biologisch afbreekbare, niet toxische olie,en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal:

  • a. ten hoogste 101 dB(A)/1 pW voor vloeren- en stratenreiniger met een vermogen tot maximaal 55 kW, of

  • b. 82 + 11 log P voor een vloeren- en stratenreiniger met een vermogen van meer dan 55 kW, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens EG-richtlijn 2000/14.

B 5150 Geluidarm hydrauliek aggregaat

bestemd voor: het genereren van druk ten behoeve van hydraulische werktuigen door middel van een niet-vast opgesteld, door een verbrandingsmotor aangedreven aggregaat, waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 100 + 2 log P, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens EG-richtlijn 2000/14.

B 5151 Geluidarm stroomaggregaat

bestaande uit: niet-vast opgestelde aandrijfmotor en generator met een op rotatie berustende werking die stroom afgeeft voor laswerk of arbeidsvermogen, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 87 + log Pel, waarbij Pel het elektrisch vermogen is in kVA.

B 5160 Geluidarme motoraangedreven compressor met een capaciteit van maximaal 30 m3/min

bestaande uit: niet-vast opgesteld door een verbrandingsmotor aangedreven toestel waarmee lucht wordt samengeperst en verplaatst, met uitzondering van ventilatoren en vacuümpompen, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 95 + 2 log P, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens EG-richtlijn 2000/14 en waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden.

B 5170 Geluidarme motorpomp

bestemd voor: het oppompen van water met behulp van een niet-vast opgestelde pomp, aangedreven door een verbrandingsmotor met een geluidsvermogensniveau van maximaal 95 dB(A)/1pW,

en bestaande uit: motorpomp met eigen verbrandingsmotor.

B 5180 Geluidarme laadschop

bestemd voor: het laden, lossen, vervoeren of zeven van materiaal,

en bestaande uit: een zelfrijdend door een verbrandingsmotor aangedreven werktuig op wielen of rupsbanden met een geïnstalleerd vermogen groter dan 25 kW dat aan de voorzijde is uitgerust met een bak en waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie en waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 81 + 11 log P, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens EG-richtlijn 2000/14.

B 5181 Geluidarme graafmachine

bestemd voor: het graven, laden, lossen, vervoeren, slopen, knippen, zeven of vergruizen van materiaal,

en bestaande uit: graafmachine met een geïnstalleerd vermogen groter dan 15 kW met een zelfrijdende door een verbrandingsmotor aangedreven onderwagen en een bovenwagen die een zwenkbeweging van meer dan 360° kan uitvoeren, door middel van bewegingen van de giek, de arm, die aan de voorzijde is uitgerust met een bak, sloopschaar, zeef, vergruizer of palenkraker en waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie en waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 82 + 9 log P, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens EG-richtlijn 2000/14.

B 5190 Geluidarme mobiele kraan

bestaande uit: een zelfrijdende telescoop- of vakwerkkraan op banden met een maximale hijslast van 60 ton die niet aan een vaste baan is gebonden, die is toegelaten op de openbare weg en waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie en waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal:

  • a. 101 dB(A)/1 pW voor een telescoopkraan met een vermogen tot maximaal 55 kW, of

  • b. 90 + 5 log P voor een telescoopkraan met een vermogen van meer dan 55 kW, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens EG-richtlijn 2000/14, of

  • c. 96 dB(A)/1 pW voor een torenkraan.

B 5191 Geluidarme autolaadkraan

bestemd voor: het laden en lossen van vracht met behulp van een vast op een voertuig gemonteerde autolaadkraan die is voorzien van een eigen aandrijving, waarvan het hydraulisch systeem is uitgerust met biologisch afbreekbare, niet toxische olie, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 100 dB(A)/1pW.

B 5200 Vorkheftruck

bestemd voor: het heffen en verplaatsen van goederen met behulp van een vorkheftruck die is voorzien van een meerijdende bestuurdersplaats en waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie en waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden,

en bestaande uit: een vorkheftruck met verbrandingsmotor met een geluidsvermogensniveau van maximaal: 74 + 16 log P, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens EG-richtlijn 2000/14.

B 5201 Geluidarme telescooplader/verreiker

bestemd voor: het verplaatsen van materiaal door een zelfrijdend door een verbrandingsmotor aangedreven werktuig op wielen met een geïnstalleerd vermogen groter dan 25 kW, aan de voorzijde uitgerust met gereedschap, waarmee materiaal geladen of gelost kan worden, waarvan het hydraulisch systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet toxische olie, en waarbij de emissies de in onderdeel 5 van deze bijlage vermelde grenswaarden niet overschrijden, en welke voldoet aan een geluidsvermogensniveau van maximaal: 82 + 11 log P, waarbij P het vermogen in kW is, bepaald volgens EG-richtlijn 2000/14.

B 6050 Gasdetectieapparatuur bij grote opslagen van ammoniak, chloor of zeer toxische stoffen

bestemd voor: het met ten minste 2 sensoren vroegtijdig detecteren van lekken bij opslagen van ammoniak of chloor of zeer toxische stoffen groter dan 5 Nm3, met activering van een systeem dat het ontsnappen van de gassen tegengaat of met automatische doormelding naar een alarmcentrale,

en bestaande uit: early warning gasdetectieapparatuur, (eventueel) apparatuur voor doormelding naar een alarmcentrale, (eventueel) noodopslagtank die aantoonbaar geen deel uitmaakt van de normale bedrijfsvoering.

B 6060 Branddetectiesysteem in chemicaliënopslagen tot 10 ton

bestemd voor: het vroegtijdig detecteren van brand in chemicaliënopslagruimten met een opslagcapaciteit van minder dan 10 ton, met activering van een blussysteem of met automatische doormelding naar een alarmcentrale,

en bestaande uit: detectieapparatuur, (eventueel) automatisch brandblussysteem, (eventueel) apparatuur voor doormelding naar een alarmcentrale.

B 6061 Lichtschuimblusinstallatie voor chemicaliënopslagen

bestemd voor: het bij brand volschuimen van de opslagruimte bij installaties waarbij de richtlijn CPR 15 van de Commissie Preventie Rampen niet verplicht is,

en bestaande uit: lichtschuimgeneratoren.

B 6070 Aanvaringsbestendige binnenvaarttanker voor ammoniak of LPG

bestemd voor: het uitsluitend vervoeren van LPG of ammoniak over binnenwateren in dubbelwandige binnenvaartschepen, die voorzien zijn van een waarschuwingssysteem bij het manoeuvreren van het schip,

en bestaande uit: dubbelwandige (roestvrij) stalen wanden en tanks, waarschuwingssysteem bij het manouvreren.

A 6071 Warmte-isolerende coating van LPG-tankwagens

bestemd voor: het verminderen van de kans op het bezwijken van de tankwand door warmtestraling bij brand,

en bestaande uit: warmte-isolerende coating.

B 6072 Deluge-sprinklersysteem voor losplaatsen van LPG-tankwagens bij tankstations

bestemd voor: het bestrijden van beginnende branden en het voorkomen van explosies bij het lossen van LPG-tankwagens bij tankstations door vroegtijdig en automatisch blussen van de brand en koelen van de tankwagen,

en bestaande uit: sprinklernetwerk, delugeklep, waterreservoir, branddetectiesysteem dat de delugeklep bedient.

B 6080 Tweede omhulling voor een proces- of verladingsinstallatie

bestemd voor: het voorkomen van het in de buitenlucht komen van incidentele emissies van toxische gassen die kunnen vrijkomen uit een chemische procesinstallatie of een verladingsinstallatie. De uitsluitend daartoe bestemde constructie dient in overeenstemming te zijn met de eisen vanuit arbeidsveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding zoals blijkt uit een verklaring opgesteld door een onafhankelijke deskundige dan wel het bevoegde gezag,

en bestaande uit: een constructie welke als een tweede omhulling de proces- of verladingsinstallatie omsluit zodanig dat er geen toxisch gas naar buiten kan treden.

Exclusief gasopvang- en neutralisatie-installatie.

A 6090 Noodopvang voor regenwater

bestemd voor: de noodopvang van regenwater bij grote regenval, waarbij het opgevangen water vertraagd naar de riolering of via het oppervlaktewater wordt afgevoerd en waarbij maximaal 25% van het opgevangen regenwater als gietwater in land- en tuinbouw wordt toegepast,

en bestaande uit: ondergronds wateropslagsysteem met een totale opslagcapaciteit van tenminste 2.000 m3 per hectare verhard oppervlak, (eventueel) elektronische regeling, (eventueel) drukverdelende (teelt)vloer.

A 6092 Noodopslagvoorziening voor rioolwater

bestemd voor: de tijdelijke berging van rioolwater in bergingszakken of -slurven ter voorkoming van riooloverstort,

en bestaande uit: bergingszakken of -slurven, (eventueel) apparatuur voor lokale zuivering voorafgaand aan lozing of infiltratie.

A 6093 Noodopslagvoorziening

bestemd voor: het opvangen van vloeistoffen bij calamiteiten, door middel van een schacht voorzien van een inertgassysteem en afdekschuimsysteem of afdekkorrelsysteem,

en bestaande uit: schacht, inertgassysteem, korrel- of schuimsysteem.

B 6100 Overstromingsbestendige olie/water-afscheider

bestemd voor: het afscheiden van lichte minerale olie uit afvalwater door een olie/waterafscheider die bij overstromingen geen olie kan lekken, bijvoorbeeld door toepassing van een kloksysteem, door:

  • a. een afscheider met een platenpakket gebouwd overeenkomstig een hydraulische berekening gericht op het afscheiden van laminaire en stabiele waterstromen verontreinigd met lichte minerale oliedeeltjes kleiner dan 50 micron met een soortelijke massa kleiner dan 850 kg/m3 bij 20 °C. De afscheider moet zijn vergezeld van een verklaring opgesteld door een door de Raad voor Accreditatie erkende organisatie waaruit blijkt dat het ontwerp en de uitvoering van de installatie overeenkomt met de genoemde hydraulische berekening,

    en bestaande uit: overstromingsbestendige afscheider waarin opgenomen een platenpakket, (pre-)sedimentatie-eenheid of slibvangput, casco, of

  • b. een afscheider met een coalescentiepakket. De afscheider moet zijn vergezeld van een testverklaring volgens prEN 858 waaruit blijkt dat de afscheider lichte minerale oliedeeltjes afscheidt uit water tot een concentratie van minder dan 5 mg/l. De bedoelde verklaring moet zijn opgesteld door een door de Raad voor Accreditatie erkende organisatie,

    en bestaande uit: overstromingsbestendige coalescerende afscheider, (eventueel) sedimentatie-eenheid of slibvangput.

F 6110 Lekdetectie- en tankbewakingssysteem

bestemd voor:

  • a. het detecteren van lekken van ondergrondse tanks en/of ondergrondse leidingen en/of vloeistofdichte vloeren en/of bestratingen, door bewaking door een permanente voorziening, of

  • b. het vanaf het (vloer)oppervlak via afsluitbare openingen direct in het poriënvolume van de bodem detecteren van verontreinigingen van de bodemlucht en/of monitoren van het grondwater en/of onderzoek van de vloeistofdichtheid van voorzieningen met behulp van lucht en/of begeleiden van een in situ-reinigingsproces van een verontreinigde bodem.

Het bovenstaande geldt met uitzondering van lekdetectie- en tankbewakingsystemen die verplicht zijn in het kader van een AMvB ex artikel 8.40 of 8.44 of vergunning ex artikel 8.1 van de Wet milieubeheer,

en bestaande uit: in het oppervlak aangebracht en/of in de verharding gemonteerd verbindingselement dat wordt gevormd door een buisvormig lichaam voorzien van een afsluitbare en afneembare opening en dat in de verharding voorzien is van een afdichtingsmanchet en afdekplaat met gasdichte afdichting, sensoren, (eventueel) lokale voeding, (eventueel) zender voor datatransmissie naar een centrale computer.

B 6111 Dubbelwandige ingeterpte of ondergrondse tanks en dubbelwandige leidingen

bestemd voor: het ingeterpt of ondergronds opslaan in tanks en/of het onder- of bovengronds transporteren in leidingen van bodembedreigende vloeistoffen, zolang de tanks en/of leidingen niet verplicht zijn in het kader van een AMvB ex artikel 8.40 of 8.44 of vergunning ex artikel 8.1 van de Wet milieubeheer,

en bestaande uit: dubbelwandige tanks en/of dubbelwandige leidingen, (eventueel) lekdetectiesysteem.

B 6112 Ingeterpte of ondergrondse opslag van explosieve gassen

bestemd voor: het ingeterpt of ondergronds opslaan in tanks van explosieve gassen, niet zijnde LPG,

en bestaande uit: het interpen en afdekken van ondergrondse tank met corrosiebescherming.

Exclusief de tank.

A 6113 Vloeistofdichte voorzieningen (aanpassing van bestaande voorzieningen)

bestemd voor: het op basis van de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming bedrijfsmatige activiteiten (NRB) voorkomen van bodemverontreiniging door toepassing van een bodembeschermende voorziening:

  • waarbij sprake is van het vloeistofdicht maken van een bestaande voorziening en

  • waarbij de bodembeschermende voorziening is uitgevoerd overeenkomstig de NIBV/PBV-tabel constructies en materialen uitgave 1997/01 (of later) en

  • waarvoor na het aanbrengen een PBV-Verklaring Vloeistofdichte Voorziening volgens model 99/02 is afgegeven door een daartoe bevoegde keuringsinstantie en

  • zolang de bodembeschermende voorziening niet verplicht is in het kader van een AMvB ex artikel 8.40 of 8.44 of vergunning ex artikel 8.1 van de Wet milieubeheer,

en bestaande uit: aanpassing bodembeschermende voorziening.

A 6121 Vaste laad- en losarmen voor laden en lossen van chloor, ammoniak of zwaveldioxide

bestemd voor: het door middel van laad- en losarmen laden en lossen van chloor, ammoniak of zwaveldioxide tussen een vaste opstelling en een transportmiddel, zolang de laad- en losarmen niet verplicht zijn in het kader van een AMvB ex artikel 8.40 of 8.44 of vergunning ex artikel 8.1 van de Wet milieubeheer,

en bestaande uit: laad- en losarmen.

A 6131 Drijvende olieschraper

bestemd voor: het door toepassing van roterende borstels opnemen, afscheiden en opslaan van op oppervlaktewater drijvende olieverontreiniging,

en bestaande uit: borstelschraper.

Exclusief stroomaggregaat.

B 6140 Dubbele mechanische asafdichting

bestemd voor: het verminderen van lek- en verdampingsverliezen van vluchtige organische stoffen langs roterende assen van machines,

en bestaande uit: dubbele mechanische asafdichting welke voldoet aan de norm API 610, plan 53.

B 6141 Magneetkoppeling

bestemd voor: het voorkomen van verliezen langs as en pakkingen door toepassing van een hermetisch gesloten krachtoverbrenging voor (filter)pompen, mengers en roerders voor tanks of leidingen,

en bestaande uit: magneet, aandrijving, roerder of pomp.

B 6142 Afsluiter voorzien van een metalen balg

bestemd voor: het regelen of beperken van de omvang van stromen van vluchtige organische stoffen in leidingen, waarbij de afsluiteras is voorzien van een metalen balg die verdampings- of lekverliezen voorkomt,

en bestaande uit: afsluiter met metalen balg.

A 6143 Lekvrij vul- en tanksysteem

bestemd voor: het vullen van een voertuig- of vaartuigtank met een droge vaste koppeling zodanig dat tijdens het vullen tank en slang vast zijn verbonden, en waarbij de slang is voorzien van een overvulbeveiliging, met uitzondering van het vullen van tanks met stoffen die een dampspanning hebben van 1 kPa of meer,

en bestaande uit: vulslang met vaste koppeling, in de vulslang geïntegreerde geluidgestuurde overvulbeveiliging en (eventueel) dampretour, (eventueel) aanpassing van de tankvulopening.

B 6150 Zoutelektrolyse-apparatuur

bestemd voor: het op de plaats van gebruik produceren van chloorbleekloog,

en bestaande uit: elektrolyse-apparatuur, (eventueel) zoutopslag, (eventueel) pekeldoseereenheid, pomp.

B 6160 Kathodische bescherming voor beton

bestemd voor: het kathodisch beschermen van beton tegen betonrot, waarbij een speciale betoncoating als anode en de bewapening als kathode fungeert,

en bestaande uit: anode (betoncoating), gelijkrichter, elektronische besturing.

F 7050 Zeeviskwekerij

bestemd voor: het diervriendelijk kweken van zeevis in een nagenoeg gesloten waterrecirculatiesysteem met een verversing van ten hoogste 0,5 m3 water per kilogram verstrekt voer per dag, waarbij de juveniele vis verkregen wordt van gekweekte oudervissen. Het diervriendelijk kweken dient te voldoen aan het toetsingskader zoals opgesteld voor te houden vissoorten door de Raad voor Dier Aangelegenheden,

en bestaande uit: kweekbassins, filtratie-en zuiveringsunit(s), recirculatievoorzieningen.

F 7052 Mosselhangcultuur ter vervanging van bodemberoerende mosselvisserij

bestemd voor: het kweken van mosselen met uitsluitend kunstmatige hechtingssubstraten, ter vervanging van bodemberoerende mosselvisserij, waarbij de mosselvisinstallatie op het schip permanent wordt verwijderd en wordt vervangen door een oogstvoorziening voor de mosselhangcultuur of waarbij het schip met mosselvisinstallatie wordt vervangen door een schip dat uitsluitend geschikt is voor de oogst van mosselhangculturen,

en bestaande uit: hechtingssubstraat, drijvers, verankering, oogstvoorziening.

A 7053 Mosselzaadinvanginstallatie

bestemd voor: het invangen van mosselzaad met uitsluitend kunstmatige hechtingssubstraten, waarbij de bodemberoerende mosselzaadinvang vervangen wordt,

en bestaande uit: mosselzaadinvanginstallatie bestaande uit hechtingssubstraat, drijvers, verankering en oogstvoorziening

F 7054 Mosselzaadbroedinstallatie

bestemd voor: het broeden en opkweken van mosselzaad uit oudermosselen in een gesloten waterrecirculatiesysteem,

en bestaande uit: mosselzaadbroedinstallatie, voerkweeksysteem.

A 7060 Infiltratiesysteem

  • a. bestemd voor: het bufferen en infiltreren van regenwater in een geperforeerde container, waarbij het regenwater na verblijf in deze container infiltreert in de bodem,

    en bestaande uit: geperforeerde container, (eventueel) geotextiel, of

  • b. bestemd voor: het transporteren naar een infiltratiesysteem en/of infiltreren van regenwater met geperforeerde leidingen,

    en bestaande uit: geperforeerde leidingen, (eventueel) geotextiel, of

  • c. bestemd voor: het bufferen en infiltreren van regenwater in een wadi,

    en bestaande uit: wadi.

B 7080 Milieuvriendelijk beschermingssysteem voor scheepshuiden

bestemd voor: het beschermen van de scheepshuid tegen roest door een initiële antifouling-, biocide- en kopervrije bedekking (aan te tonen met een certificaat),

en bestaande uit: borstelbare harde coating of 'non-stick' zachte coating.

B 7081 Borstelbaan voor scheepsrompreiniging

bestemd voor: het onder water door middel van roterende borstels reinigen van een scheepsromp welke niet is behandeld met aangroeiremmende verf,

en bestaande uit: borstelinstallatie, elektromotor, opvangbak.

A 7090 Gesloten grijswatersysteem voor schepen

bestemd voor: het opvangen en hergebruiken van grijswater op schepen in een gesloten systeem ter voorkoming van ongezuiverde lozingen op het oppervlaktewater,

en bestaande uit: vuilwater buffertank, zuiveringsinstallatie, slibopvangvoorziening, drukvat, secundair waterleidingnet, pomp.

A 7091 Individuele behandeling van afvalwater (IBA) voor schepen

bestemd voor: het individueel zuiveren van afvalwater van huishoudelijke aard of hiermee vergelijkbaar door middel van een vast op het schip opgestelde aërobe waterzuiveringsinstallatie, ter voorkoming van ongezuiverde lozingen op het oppervlaktewater,

en bestaande uit: waterzuivering.

A 7092 Ballastwaterbehandelingsinstallatie

bestemd voor: het verwijderen van ecologieverstorende deeltjes, sedimenten en/of organismen uit ballastwater in zeegaande schepen,

en bestaande uit: (hydro)cycloon, UV-bestralingseenheid.

B 7093 Havenontvangstinstallatie bij watersporthavens

bestemd voor: het innemen van grijswater, bilgewater of blackwater bij watersporthavens,

en bestaande uit: tanks, pompen, leidingen, (eventueel) olie/vetafscheider.

B 7094 Vuilwatertank voor pleziervaartuig

bestemd voor: het aan boord opvangen van afvalwater dat ontstaat in pleziervaartuigen in de recreatievaart,

en bestaande uit: vuilwatertank, leidingen, koppelstukken, dekaansluiting voor havenontvangstinstallatie.

A 7095 Bioreactor op voertuigen

bestemd voor: het biologisch reinigen van afvalstoffen afkomstig uit toiletsystemen in voertuigen,

en bestaande uit: bioreactor, pomp en leidingen, (eventueel) hergebruiksysteem grijswater, (eventueel) opslagtanks grijswater, mobiele afzuigunits.

B 7096 Sedimentatie-installatie

bestemd voor: het door bezinking verwijderen van verontreinigingen uit water dat vrijkomt bij het reinigen van schepen en waarbij de reststromen hetzij hergebruikt of nuttig aangewend worden,

en bestaande uit: sedimentatiebak, pomp, (eventueel) slibruimer, (eventueel) drijflaagafscheider.

B 7100 Schroefaskokerafdichtingsinstallatie

bestemd voor: het afdichten van de schroefaskoker van schepen door middel van een watergesmeerde afdichtingsinstallatie,

en bestaande uit: lagerbussen, schroefaskokerafdichting.

Exclusief de schroef.

B 7101 Hennegatkokerafdichting

bestemd voor: het afdichten van het hennegat door middel van een watergesmeerde afdichtingsinstallatie,

en bestaande uit: hennegatkokerafdichting, lagers, loopbussen, hennegatkoker, roerkoning, waterpomp, (eventueel) steunlager, (eventueel) watercirculatiesysteem.

B 7102 PTFE-glijlagers voor scheepshelling

bestemd voor: het geleiden van schepen bij het te water laten vanaf de scheepshelling,

en bestaande uit: PTFE-glijlagers, roestvaststalen baan.

Exclusief de scheepshelling.

B 7110 Spoorwisselsegment zonder smering

bestemd voor: het zonder smering laten functioneren van spoorwissels door oplichting van de tong door het spoorwisselsegment,

en bestaande uit: metalen onderplaten, spoorwisselsegmenten, (eventueel) stempelveren.

F 7140 GPS-nauwkeurig buienverwachtingssysteem

bestemd voor: het doen van plantenziektenkundig relevante waarnemingen van klimatologische aard op land- en tuinbouwbedrijven,

en bestaande uit: GPS-nauwkeurig buienverwachtingssysteem, lichtsensoren, temperatuursensoren, elektronische verwerkings- en registratie-installatie, sturingsinstallatie, (eventueel) plantsensoren.

F 7142 Plaatsspecifiek verzorgen van landbouwgewassen

bestemd voor: het zodanig toedienen van meststoffen en/of gewasbeschermingsmiddelen dat rekening wordt gehouden met de plaatselijk in de grond aanwezige voorraad meststoffen via directe meting en elektronische positiebepaling (bijvoorbeeld GPS/GIS),

en bestaande uit: elektronisch positiebepalingssysteem, (eventueel) continue geleidbaarheidsmeter en -opnemer voor de in de grond aanwezige voorraad meststoffen, (eventueel) regeleenheid voor de hiervan afhankelijke toedieningshoeveelheid, (eventueel) elektrische grondboor met GPS-koppeling.

F 7143 Systeem voor het monitoren van plantactiviteit

bestemd voor: het waarnemen van plantactiviteit bij land- en tuinbouwbedrijven, en waarop direct gestuurd wordt door de procescomputer bij het toedienen van water, meststoffen en/of gewasbeschermingsmiddelen,

en bestaande uit: plantactiviteitssensor, overige plantsensoren, elektronische verwerkings- en registratie-installatie.

Exclusief de procescomputer.

A 7151 Graszaai- en/of klaverdoorzaaimodule voor opbouw op schoffel/wiedapparatuur

bestemd voor: het verwijderen van onkruid en het inzaaien van gras en/of klaver gedurende de groei van het hoofdgewas ter voorkoming van de uitspoeling van mineralen in de periode van uitrijping en gedurende het winterseizoen,

en bestaande uit: graszaai- en/of klaverdoorzaaimodule op één frame samengebouwd met schoffel- of wiedapparatuur.

F 7160 Doseereenheid voor vloeibare meststoffen

bestemd voor: het gelijktijdig met het zaaien, poten, planten, frezen, schoffelen of aanaarden gedoseerd toedienen van meststoffen, niet zijnde dierlijke mest, in de grond, vlakbij het zaad, de knol of het plantje,

en bestaande uit: een geheel van een volume-regeleenheid, tank, zuigslang, verdeelstuk, doseerslangen, aangepaste injectiekouter of -tand, en slangenpompset of membraan-, centrifugaal- of tandwielpomp.

B 7161 Precieze dosering mest

bestemd voor: het optimaliseren van de mestgift,

en bestaande uit:

  • a. mechanische kunstmeststrooier met afdraaiinrichting, elektronische afgifteregeling, kantstrooiinrichting, (eventueel) elektronische weegschaal, of

  • b. pneumatische kunstmeststrooier met afdraaiinrichting en elektronische afgifteregeling of

  • c. hoeveelheidsregeling voor (dierlijke) mest door middel van sensor, rekeneenheid, besturing, display of

  • d. computergestuurde weeginrichting en regeling voor gebruik bij meststrooien.

B 7162 Fertigatiesysteem

bestemd voor: het gereguleerd doseren van water en meststoffen aan gewassen in de volle grondteelt ter voorkoming van uitspoeling,

en bestaande uit: vochtmeter, (eventueel) lichtmeter, (eventueel) mineralenbepalingsapparaat, regeleenheid, waterafgiftesysteem.

F 7171 Aardappelhaarwortelsnijmachine

bestemd voor: het ondergronds afsnijden van haarwortels van aardappelen,

en bestaande uit: aardappelhaarwortelsnijmachine.

B 7173 Aardappelloofbrander

bestemd voor: het thermisch verwijderen van aardappelloof,

en bestaande uit: aardappelloofbrander.

B 7174 Brander voor loofverwijdering

bestemd voor: het bestrijden van onkruid en ziektekiemen door middel van vuur of warmtestraling,

en bestaande uit: gasfles, gasbrander en edelstaalreflectoren, draagbok, gascontainer.

F 7181 Tunnelspuit

bestemd voor: het afgeschermd spuiten van bestrijdingsmiddelen in de tuinbouw, fruitteelt en boomteelt,

en bestaande uit: verrijdbare of zelfrijdende tunnelspuit met opvangvoorziening, ventilatoren, spuitinrichting, tank, pomp, (eventueel) procescomputer, (eventueel) scherm, (eventueel) sensoren.

F 7182 Injectiesysteem op spuitmachine

bestemd voor: het doseren en injecteren van geconcentreerd bestrijdingsmiddel in de vloeistofstroom in de spuitleiding of in de spuitdoppen,

en bestaande uit: rek, fusten, (eventueel) pomp, leidingen, spuitdoppen, (eventueel) procescomputer, (eventueel) kantdoppen.

A 7184 Luchtondersteuningssysteem voor spuitmachines

bestemd voor: het met een nagenoeg verticale, naar beneden gerichte luchtondersteuning gericht verspreiden van bestrijdingsmiddelen bij houtige en niet-houtige gewassen in de buitenlucht,

en bestaande uit: luchtondersteuningssysteem, (eventueel) kantdoppen, (eventueel) sensoren, (eventueel) regelsysteem.

Exclusief de spuitmachine.

B 8050 Innamemachine voor verpakkingen

bestemd voor: het innemen van verpakkingen niet zijnde flessen of kratten, waarbij de verpakkingen of het materiaal wordt hergebruikt,

en bestaande uit: innamemachine, (eventueel) systeem van statiegeld of andere tegenprestatie.

B 8051 Rekfoliewikkelmachine

bestemd voor: het verpakken van producten op een pallet door een folie aan te brengen met een wikkelaar; de folie moet daarbij ten minste 300% (1 meter wordt 4 meter) worden voorgerekt waarbij ten hoogste een versmalling van 13% van de folie mag optreden. De machine moet zijn vergezeld van een verklaring afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie erkende organisatie waaruit blijkt dat aan de hiervoor genoemde eisen is voldaan,

en bestaande uit: stalen frame, draaitafel met folie-afroller, voorrekmodule met vaste voorrekinstelling.

F 8060 Reinigingsinstallatie op basis van koolzuur- of ijskorrels

bestemd voor: het door het onder hoge druk opbrengen van koolzuur- of ijskorrels reinigen van (gevel)oppervlakken, machine-onderdelen, halffabricaten of producten,

en bestaande uit: straalunit, straalnozzles, persluchtinstallatie, (eventueel) afzuiginstallatie, (droog)ijsproductie-installatie, (eventueel) buffer en waterzuiveringsapparatuur voor het ontstane afvalwater.

Exclusief het transportsysteem.

B 8070 Pyrolyse-installatie voor hergebruik van afvalstoffen

bestemd voor: het onder zuurstofarme of zuurstofloze omstandigheden verwerken van afvalstoffen door thermische ontleding, waarbij vrijkomende vaste, vloeibare of gasvormige reactieproducten worden aangewend als grondstof of als brandstof en daarbij fossiele energiedragers verdringen,

en bestaande uit: pyrolysereactor, (eventueel) vergasser, (eventueel) smeltinstallatie, gasreinigingssysteem, (eventueel) toe- en afvoersysteem, (eventueel) afvalvoorbewerkingsinstallatie(s), (eventueel) elektriciteitsopwekkingsinstallatie.

B 8071 Installatie voor het vervaardigen van bouwstoffen uit afvalstromen

bestemd voor: het vervaardigen van producten die voldoen aan de eisen van het Bouwstoffenbesluit uit baggerspecie, boorslib, grondreinigingsresiduen, rookgasreinigingsresiduen, verontreinigde grond, (bodem- of vlieg)as en/of zuiveringsslib door het aan elkaar hechten van de deeltjes,

en bestaande uit: menger, doseerapparatuur, droogapparatuur, verhardingsinstallatie, korrelvormings- of pelleteer- of vormgevingsinstallatie, rookgasreinigingsinstallatie, transportsysteem tussen de installatieonderdelen, (eventueel) oxidatie-/sinteroven.

B 8072 Stofemissievrije verwerkingsinstallatie voor asbesthoudend afval en/of asbesthoudende grond

bestemd voor: het stofemissievrij verwerken van asbesthoudend afval en/of asbesthoudende grond door de asbestresten bij lage temperatuur (lager dan 250 °⁠C) met behulp van natronloog af te breken, waarbij de silicaathoudende filterkoek wordt gebruikt als bouwstof of als toeslagstof in de bouw en voldoet aan de eisen van het Bouwstoffenbesluit,

en bestaande uit: stofemissievrije afvalverkleiningsinstallatie, (eventueel) scheidingsinstallatie, verwarmings- en koelsysteem, natronloogdoseerinstallatie, filterinstallatie, behandelingsinstallatie voor filterkoek.

B 8073 Installatie voor het versneld verouderen van (AVI-) bodemas

bestemd voor: het chemisch fixeren van uitloogbare stoffen uit (AVI-) bodemas waardoor de kwaliteit verbeterd wordt tot een categorie 2 bouwstof volgens het Bouwstoffenbesluit, door CO2 en lucht door de (AVI-) bodemas te blazen,

en bestaande uit: CO2-opslagtank, verdamper, CO2-injectie-systeem, luchtinjectiesysteem, doseersysteem, (eventueel) gasreinigingssysteem.

B 8080 Wegdek conditioneringssysteem

bestemd voor: het benutten van de in bestrating of wegverharding aanwezige warmte of koude voor de temperatuurregeling van het wegdek,

en bestaande uit: warmtewisselaarsysteem in de wegverharding, warmte- of koude-opslag.

A 8090 Olierecyclinginstallatie

bestemd voor: het zuiveren en hergebruiken van hydraulische-, smeer- of systeemolie door:

  • a. elektrostatische reiniging,

    en bestaande uit: pomp, elektrostatische scheidingsreactor, buffervat, of

  • b. offline filtratie,

    en bestaande uit: (eventueel) pomp, filter, buffervat, of

  • c. een bypassfilter naast het hoofdfilter,

    en bestaande uit: bypassfilter, of

  • d. vacuümfiltratie en/of desorbtie,

    en bestaande uit: vacuümfilter, (eventueel) desorbtie-eenheid, (eventueel) koeleenheid, of

  • e. centrifugale werking,

    en bestaande uit: trommel of cycloon, aandrijving, olie-opvangeenheid, (eventueel) filter.

B 8100 Smeeroliesysteem voor dieselmotoren

bestemd voor: continue verversing en suppletie van smeerolie van dieselmotoren zodanig dat de periodieke algehele olieverversing achterwege kan blijven,

en bestaande uit: smeeroliesuppletietank, (eventueel) continue oliepeilmeting, meet- en regeleenheid, doseringseenheid inclusief bijbehorende leidingen en appendages.

B 8101 Automatische vetsmeersysteem

bestemd voor: het automatisch smeren van transportmiddelen en (mobiele) werktuigen met biologisch afbreekbaar, niet-toxisch smeervet,

en bestaande uit: pomp met vetreservoir, elektronische regeleenheid, doseerblokken, smeerleidingnet.

A 8110 Systeem voor levensduurverlenging van TL-verlichting

bestemd voor: het verlengen van de levensduur en het verminderen van het energieverbruik van bestaande TL-verlichting zodanig dat de stroomsterkte na de inschakelperiode met ten minste 18% wordt gereduceerd,

en bestaande uit: elektronische componenten, armatuur aanpassingen.

Exclusief nieuwe armaturen.

B 8130 Infrarood productiebakoven

bestemd voor: het op industriële schaal in één bewerking garen en kleuren van etenswaren met als enige warmtebron infrarood verhitting zonder dat daarbij gebruik wordt gemaakt van bakolie,

en bestaande uit: productiebakoven.

B 8131 Filter voor standtijdverlenging van eetbare oliën of vetten

bestemd voor: het zuiveren van eetbare oliën of -vetten door middel van membraanfiltratie ter verlenging van de standtijd,

en bestaande uit: membraanfiltratie-installatie, (eventueel) voorfilter, pomp.

B 8132 Versvetafscheider

bestemd voor: het afscheiden van vers vet door middel van een scheidingscentrifuge, waarbij vet, water en slib direct na het ontstaan van het afvalwater in een continue stroom van elkaar worden gescheiden, waarna het vet een nuttige toepassing vindt,

en bestaande uit: centrifugale versvetafscheider.

B 8140 Droogschilmachine

bestemd voor: het schillen van aardappels, waarbij in het schilproces geen water wordt gebruikt,

en bestaande uit: droogschilmachine.

B 8141 Droge preischoningslijn

bestemd voor: het schonen van prei door middel van een droog proces, waarbij alleen in de laatste fase van de reiniging (voor het verpakken) water wordt gebruikt in een hoeveelheid van maximaal 300 liter per uur,

en bestaande uit: prei-droogschoningsinstallatie.

B 8142 Mobiele schoningsinstallatie

bestemd voor: het wassen van plantaardige producten in een mobiele schoningsinstallatie, waarbij plantaardige delen, zand en slib worden afgescheiden en waarbij het spoelwater wordt hergebruikt,

en bestaande uit: mobiele schoningsinstallatie voor plantaardige producten, (eventueel) waterzuiveringsapparatuur.

B 8150 Grijswater-recyclinginstallatie

bestemd voor: het hergebruiken van eigen zwembad- of douche- of gezuiverd afvalwater voor toiletspoeling of klimaatbeheersing,

en bestaande uit: grijswatertank, secundair waterleidingnet, drukvat, automatische omschakelaar, filtratie-uniteenheid.

B 8151 Waterterugwininstallatie voor wasstraten ten behoeve van hergebruik van water

bestemd voor: het behandelen van reinigingswater van wasstraten voor voertuigen, landbouwmachines en werktuigen zodat tenminste 90% van het gebruikte water wordt hergebruikt in de wasstraat,

en bestaande uit: (eventueel) vuilwatertanks, zandvanger of cycloon, slibopvangput, benzine/olieafscheider of bioreactor met benzine/olieafscheiding, filters, pomp, retourleiding, (eventueel) aanvullende zuivering.

B 8152 Waterbesparingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het hergebruik van spoelwater gebruikt voor het reinigen van bakvormen en persinstallaties in de keramische industrie,

    en bestaande uit: (eventueel) sedimentatie-afscheider, (eventueel) olie-afscheider, (eventueel) filters, (eventueel) pomp, (eventueel) hydrocycloon, retourleiding, of

  • b. bestemd voor: het hergebruik van spoelwater dat vrijkomt bij het wassen van land- en tuinbouwproducten, inclusief boomkwekerijproducten, waarbij plantaardige delen, zand en slib worden afgescheiden,

    en bestaande uit: spoeleenheid, afscheiders, pomp, (eventueel) waterrecycling, (eventueel) filters, (eventueel) opslagvoorzieningen, of

  • c. bestemd voor: het hergebruik van spoelwater dat vrijkomt bij natwasserijen, door middel van membraanfiltratie,

    en bestaande uit: membraanfiltratie-eenheid, (eventueel) trommelfilter, opslag- en recirculatietanks, pompen, retourleiding, of

  • d. bestemd voor: het hergebruik van spoelwater van de tapijtindustrie voor de aanmaak van latexcompounds,

    en bestaande uit: buffertank, pomp, (eventueel) doseerinstallatie, (eventueel) roerwerk, retourleiding, of

  • e. bestemd voor: het hergebruik van spoelwater dat ontstaat bij het afspoelen van offsetplaten in een plaatontwikkelmachine,

    en bestaande uit: waterreservoir, pomp, filters, retourleiding, (eventueel) pH-neutralisatie-eenheid of

  • f. bestemd voor: het hergebruik van spoel- of slijpwater in de glasindustrie,

    en bestaande uit: verzamelbassin, (eventueel) centrifuge, (eventueel) sedimentatie-afscheider, (eventueel) pomp, retourleiding of

  • g. bestemd voor: het hergebruik van spoelwater dat gebruikt wordt in de natte oppervlaktebehandelende industrie,

    en bestaande uit: pompen, filters, (eventueel) ionenwisselaars, (eventueel) opslagtanks, retourleiding.

B 8153 Recyclinginstallatie voor bulkgoederensproeiwater

bestemd voor: het hergebruik van water dat vrijkomt bij het besproeien van (voor verstuiving gevoelige) bulkgoederen die worden overgeslagen en/of die worden opgeslagen, ter beperking van de stofemissie, waarbij het sproeiwater wordt hergebruikt,

en bestaande uit: vaste stofafscheider, doseerstation, filters, pompstations, transportleidingen, (eventueel) buffer.

B 8154 Melkleidingenwassysteem

bestemd voor: het reinigen van melksystemen met gebruik van een buffersysteem, waardoor de reinigingsvloeistof meerdere malen wordt aangewend,

en bestaande uit: pomp, water- en reinigingsmiddelenreservoir, bedieningsapparatuur.

B 8155 Waswateropslagsysteem

bestemd voor: het opslaan van waswater dat gebruikt is voor het reinigen van melkleidingen en dat aangewend wordt voor het reinigen van stallen,

en bestaande uit: buffertank, (eventueel) bufferput, pomp, spuit.

B 8170 Regenwaterinstallatie

bestemd voor: het gebruik van regenwater als:

  • a. water voor toiletspoeling, wasmachine en andere niet-drinkwaterdoeleinden in de gebouwde omgeving, of

  • b. proces-, reinigings- of koelwater in de industrie, of

  • c. drinkwater voor vee,

en bestaande uit: regenwateropslag, pomp, (eventueel) waterzuiveringsinstallatie, (eventueel) luchtreinigingsinstallatie, besturing en bewaking.

B 8171 Ondergrondse wateropslagvoorziening

bestemd voor: het individueel of collectief opslaan van regenwater of regenwater en recirculatiewater voor gebruik als gietwater in de glastuinbouw met een totale opslagcapaciteit van tenminste 1.000 m3 per hectare glasoppervlak,

en bestaande uit: ondergrondse wateropslagvoorziening.

Exclusief de pompen, leidingen, kasdek en goten.

B 8190 Hydrofysische ontsmettingsinstallatie

bestemd voor: het ontsmetten van:

  • a. drain- en/of recirculatie- en/of spoelwater uit de land- en tuinbouw of

  • b. inpandige waterleidingen door de in het water aanwezige micro-organismen en verontreinigingen bloot te stellen aan hoge drukverschillen, centrifugaal- en wrijvingskrachten in een drukkamer,

en bestaande uit: drukkamer, pomp, regeleenheid.

B 8200 Hydrodynamisch cavitatiesysteem

bestemd voor: het elimineren van roest, kalkaanslag en bio-fouling in koelwatersystemen en inpandige waterleidingen door middel van hydrodynamische cavitatie,

en bestaande uit: pomp, hydrodynamische cavitatie-eenheid, (eventueel) afscheidingssysteem, (eventueel) opvangvoorzieningen.

B 8211 Mijnsteenwasser

bestemd voor: het fractioneren en wassen van mijnsteen afkomstig van mijnsteenbergen voor de productie van (wegen)bouwgrondstoffen en brandstoffen,

en bestaande uit: bunker, ontijzeringsinstallatie, (eventueel) shredder, wasinstallatie, fractioneringsinstallatie, waterbehandelingsinstallatie.

B 8221 Terugwinningsinstallatie voor betonpuin

bestemd voor: het binnen de inrichting breken en zeven van resten van beton en betonwaren, die vrijkomen bij de productie binnen deze inrichting, met behulp van een vast opgestelde breekinstallatie, waarbij alle componenten worden hergebruikt,

en bestaande uit: storttrechter, (eventueel) transportband, breekinstallatie, zeefinstallatie, (eventueel) magnetische scheider.

B 8223 Installatie voor hergebruik van zaagstof

bestemd voor: het scheiden van zaagstof dat vrijkomt bij het zagen van beton- of cementproducten of natuursteen, in water en zaagresten met hergebruik van afgescheiden producten en water,

en bestaande uit: scheidingsapparatuur, opvangbakken, pomp.

B 8230 Recyclinginstallatie voor bitumineus afval

bestemd voor: het verwerken van bitumineus afval door verkleining tot maalgoed of korrels die nuttig worden toegepast,

en bestaande uit: (eventueel) voorscheidingsapparatuur, (eventueel) wasapparatuur, (eventueel) shredder of maalmolen, (eventueel) drooginstallatie, (eventueel) mengschroef of smelthomogenisator, (eventueel) smeltzuiveringsinstallatie, (eventueel) extruder of agglomerator, transportbanden, (eventueel) menginstallatie, (eventueel) granulator.

B 8231 Schuimbitumenmachine

bestemd voor: in één werkgang renoveren van een rijbaan door fresen van het oude wegdek en het gelijktijdig mengen van de vrijgekomen materialen met bitumenschuim (hete bitumen gemengd met circa 2% water),

en bestaande uit: mobiele frees- en bitumenschuiminstallatie.

B 8232 Thermische scheidingsinstallatie bitumineus afval

bestemd voor: het scheiden van bitumenhoudend bouw- en sloopafval en productie-afval uit het fabricageproces van dakrollen door middel van een thermisch proces, waarbij de bitumen als vloeibare fractie beschikbaar komt voor hergebruik en/of verbranding met energiebenutting,

en bestaande uit: toe- en afvoersysteem, thermische scheidingsinstallatie, (eventueel) rookgasreinigingsinstallatie, (eventueel) afvalvoorbewerkingsinstallatie.

A 8240 Absorptiemateriaalrecyclinginstallatie

bestemd voor: het verwerken van gebruikte luiers en incontinentiemateriaal in een recyclingproces, waarbij vezels, absorptiemateriaal en kunststof van elkaar worden gescheiden en voor hergebruik geschikt zijn,

en bestaande uit: absorptiemateriaalrecyclinginstallatie.

B 8250 Accucel productie-eenheid

bestemd voor: het vervaardigen van nieuwe accu/batterijpacks met gebruik van uitsluitend bestaande batterijbehuizingen,

en bestaande uit: assemblagemachine.

B 8260 Apparatuur voor hergebruik van regeneratiechemicaliën

bestemd voor: het hergebruiken van regeneratiechemicaliën die ontstaan bij ontzouten en/of ontharden van waterstromen,

en bestaande uit: reactietank, (eventueel) buffertanks, (eventueel) nabehandelingapparatuur, (eventueel) doseerinrichtingen.

B 8270 Ontzoutmachine

bestemd voor: het ontzouten van huiden waarbij het afgeklopte zout wordt hergebruikt,

en bestaande uit: roterend kooivat, opvangtrechter, (eventueel) transporteur.

B 8280 Recyclinginstallatie voor vorm- en kernzand

bestemd voor: het terugwinnen van vorm- en kernzand voor hergebruik in metaalgietwerk,

en bestaande uit: zandopslagtank, (eventueel) zanddroger, (eventueel) zandkoeler, (eventueel) slijpsysteem, (eventueel) cyclonen, (eventueel) filter, (eventueel) transportsysteem, (eventueel) wervelbedoven.

B 8290 Hogesnelheid thermische spuitinstallatie voor metallische deklagen

bestemd voor: het aanbrengen van metallische deklagen (metallische coatings) op metalen voorwerpen,

en bestaande uit: spuitpistool, lucht/watergekoeld spuitstuk, gasvolume- en drukregelinstallatie, (eventueel) geluidsdichte cabine, (eventueel) afzuiginstallatie, (eventueel) werkstukmanipulator, (eventueel) robot, (eventueel) luchtreinigingsinstallatie.

B 8292 Installatie voor het aanbrengen van een keramische deklaag op lichtmetalen

bestemd voor: het opbrengen van een keramische deklaag op lichtmetalen oppervlakken, halffabrikaten en producten, door plasmaontlading in een elektrolyt,

en bestaande uit: elektrolytbad, plasmeontladingseenheid.

B 8300 Terugwininstallatie voor waterverdunbare verf, lak, inkt of lijm

bestemd voor: het terugwinnen voor hergebruik van waterverdunbare verf of waterverdunbare lak of waterverdunbare inkt of waterverdunbare lijm uit spoelwater,

en bestaande uit: membraaninstallatie of verdamper, buffervat, pomp, (eventueel) voorfilter, (eventueel) opvangvoorziening voor gereinigd spoelwater.

B 8301 Aftapinstallatie

bestemd voor: het met gesloten containers gebruiken van verf, lak, inkt of olie waardoor geen verpakkingsafval ontstaat en waarbij de geleverde containers worden teruggeleverd aan de leverancier,

en bestaande uit: aftapinstallatie, mengbuis, aansluitstukken, pomp.

B 8320 Recyclinginstallatie voor polystyreenhardschuim

bestemd voor: het verdichten van resten polystyreenhardschuim in een agglomerator, gevolgd door omzetting in schoon granulaat,

en bestaande uit: agglomerator, extruder, filter.

B 8323 Kunststofproductie-installatie voor kunststofrecycling

bestemd voor: het verwerken van kunststofafval, niet afkomstig van de eigen installatie, tot producten of halffabrikaten, door een bedrijf dat kunststofafval verwerkt, waarbij het bedrijf ten hoogste 5% nieuwe kunststof (virgin material) bijmengt,

en bestaande uit: (eventueel) was- en drooginstallatie, extruder of spuitgietmachine of pers- of intrusie-installatie, (eventueel) mengschroef of smelthomogenisator,(eventueel) smeltzuiveringsinstallatie, (eventueel) pomp, (eventueel) accumulator, (eventueel) spuitkop of matrijs.

B 8325 Gasinjectiesysteem voor spuitgietmachines

bestemd voor: het spuitgieten van kunststof waarbij tijdens het vulllen van de matrijs inert gas wordt geïnjecteerd zodanig dat de druk en het gesmolten kunststof gelijkmatig wordt verdeeld over de matrijsholte,

en bestaande uit: gasinjectiesysteem.

B 8326 Zelfregelende matrijs voor rubberverwerking

bestemd voor: het vormpersen van rubber in een matrijs die door een bismut-plaat op de verwarmingsplaat automatisch wordt uitgelijnd, zodat bramen en flashes worden voorkomen,

en bestaande uit: zelfregelende matrijs.

A 8330 Kristallisatiereactor

bestemd voor: het verwijderen van zware metalen, fosfaten, fluoriden of kalk uit afvalwater door middel van toevoeging van een reagens in een gefluïdiseerd-bed-reactor, waarna de te verwijderen componenten neerslaan op zandkorrels of vergelijkbaar dragermateriaal, welke vervolgens kunnen worden afgescheiden ten behoeve van terugwinning,

en bestaande uit: gefluïdiseerd-bed-reactor (met invoerverdeling en recirculatieleidingen), (doseer)pompen, reinigings- en terugwininstallatie.

B 8340 Fosfaatverwijderingsinstallatie

bestemd voor: het verwijderen van fosfaat in combinatie met stikstof uit anaërobe afvalwaterstromen door middel van de vorming van struviet (magnesiumammonium-, magnesiumkalium- en/of magnesiumwaterstoffosfaat), waarbij het gevormde struviet nuttig wordt toegepast,

en bestaande uit: beluchtingstanks, buffertank, reactietank, bezinktank, doseerinstallatie voor magnesiumverbindingen, ontwateringspers, opslagtank, pompen, vijzels.

B 8350 Drainstoomsysteem

bestemd voor: het ontsmetten van de bodem door middel van stoom onder toepassing van dampafzuiging door drains,

en bestaande uit: (eventueel) aanpassingen aan de stoomketel, dampafzuigingsleiding, drains, ventilator, stoomtoedieningssysteem.

F 8360 Spuitinstallatie met pulserende verneveling

bestemd voor: het gericht toedienen van bestrijdingsmiddelen aan tuinbouwgewassen onder glas door een pulserende spuitnevel waarbij de druk aan de spuitmond tot ten minste 200 bar kan oplopen,

en bestaande uit: aansturingselektronica, pomp(en), sproeiers, leidingen, (eventueel) automatische spuitboom (spuitrobot), (eventueel) (automatische) verplaatsingswagen met spuitvloeistoftank, (los) bedieningspaneel.

B 8361 Plantrobot met volledig gecontroleerde toediening van bodemfungicide

bestemd voor: het tijdens één handeling gecontroleerd behandelen van de onderkant van perspotten met een bodemfungicide en het beplanten van deze perspotten,

en bestaande uit: plantrobot met spuiteenheid voor bodemfungicide.

A 8380 Bemestingseenheid

  • a. bestemd voor: de rijenbemesting in de teelt van boomkwekerijgewassen in de vollegrond,

    en bestaande uit: voorraadbak, mechanische of hydraulische aandrijving, strooi-inrichting, verdeelmechanisme,

  • b. bestemd voor: nauwkeurige bemesting van teelten in de vollegrond, waarbij geen meststoffen op de paden komen,

    en bestaande uit: voorraadbak, mechanische, pneumatische of hydraulische aandrijving, strooi-inrichting met zijwaarts begrensde uitstroomopeningen.

A 8382 Spuitcomputer met meteorologische sensoren

bestemd voor: het spuiten van bestrijdingsmiddelen met aanpassing van de druppelgrootte en plaatselijke bepaling van de doseerhoeveelheid, afgestemd op de weersomstandigheden,

en bestaande uit: spuitcomputer met meteorologische sensoren.

F 8383 Optische sensortechnieken voor spuitmachines

bestemd voor: het selectief toedienen van bestrijdingsmiddelen met behulp van door optische sensoren gestuurde spuitdoppen,

en bestaande uit: sensoren, spuitdop, computer, regeleenheid, sensorbesturing van spuitboom.

A 8384 Lucht-vloeistofmengselspuitinstallatie

bestemd voor: het spuiten van bestrijdingsmiddelen met behulp van een systeem, waarbij lucht en vloeistof door middel van een compressor actief gemengd worden,

en bestaande uit: lucht-vloeistof spuitinstallatie met compressor, (eventueel) procescomputer, (eventueel) kantdoppen, (eventueel) sensoren.

B 8400 Zaadcoatingsinstallatie

bestemd voor: het coaten van zaaizaden met behulp van een coatingsinstallatie die voorzien is van een zelfregulerende doseerinstallatie voor gewasbeschermingsmiddelen,

en bestaande uit: coatingsinstallatie, zelfregulerende doseerinstallatie, pomp.

A 8410 Bol- en knolontsmettingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het toedienen van ontsmettingsmiddelen aan bollen en knollen met behulp van schuim,

    en bestaande uit: compressor, luchtketel, vloeistoftank, pomp, schuimkop, of

  • b. bestemd voor: het toedienen van stoom en/of ontsmettingsmiddelen aan bollen en knollen met verzadigde damp die op de bollen of knollen condenseert,

    en bestaande uit: verwarmingselement, vloeistoftank, vernevelaar, doseersysteem, of

  • c. bestemd voor: het toedienen van ontsmettingsmiddelen aan bollen en knollen door onderdompeling in een gesloten bak of trommel met geperforeerde schoepen, waarbij het fust niet in aanraking met het ontsmettingsmiddel komt,

    en bestaande uit: gesloten ontsmettingsbak, aandrijvings- en bedieningsapparatuur, lekbak, of

  • d. bestemd voor: het toedienen van ontsmettingsmiddelen aan bollen en knollen in palletkisten (kuubkisten) met een installatie die een gedoseerde hoeveelheid middel toevoegt in de vorm van fijn verdeelde druppels waarbij het residu wordt opgevangen,

    en bestaande uit: sproei- of douche-installatie, doseersysteem, regelapparatuur, (eventueel) voorraadtank, (eventueel) pomp, (eventueel) voorziening om de kist aan de buitenzijde droog te houden, (eventueel) droogvoorziening of

  • e. bestemd voor: het toedienen van ontsmettingsmiddelen aan bollen en knollen met een elektrostatisch geladen spuitvloeistof,

en bestaande uit: (schijf)vernevelaar, tank, regeleenheid, pomp, elektrostatisch systeem, (eventueel) droogvoorziening. Alle bovengenoemde installaties komen in aanmerking exclusief doorvoersysteem.

F 8430 Groenrooimachine

bestemd voor: het in één werkgang rooien en toedekken van aardappelen, ter voorkoming van het gebruik van bladdodingsmiddelen,

en bestaande uit: groenrooimachine, (eventueel) diabolorol.

A 8460 Afzuig/afblaasinstallatie voor galvanische processen

bestemd voor: het verminderen van de uitsleepvloeistof van galvanische procesvloeistoffen via gerichte afzuig/afblaas van de vloeistof en terugvoer naar het concentraatbad,

en bestaande uit: afzuig/afblaaseenheid, opvangtank, pompen, terugvoervoorziening, (eventueel) afschermkap.

B 8461 Badenreinigingsinstallatie

bestemd voor: het afscheiden van verontreinigingen uit galvanische, ets- en beitsbaden, waterige ontvettingsbaden en baden met snij-, wals-, boor- en koelvloeistofemulsies, waardoor de standtijd wordt verlengd, dan wel het water en/of de chemicaliën worden teruggewonnen en/of hergebruikt, door middel van:

  • a. centrifugeren en/of pasteuriseren,

    en bestaande uit: centrifuge en/of pasteurisatie-eenheid, of

  • b. gravitaire afscheiding,

    en bestaande uit: sedimentatie-afscheider, (eventueel) skimmer, (eventueel) centrifuge, (eventueel) oliewiel, (eventueel) lamellator, of

  • c. selectieve absorptie,

    en bestaande uit: filter, absorptiekolommen, pompen, (eventueel) voorfilter, of

  • d. (membraan)dialyse,

    en bestaande uit: dialysecel, pompen, vaten, (eventueel) voorfilter, of

  • e. membraanscheiding,

    en bestaande uit: membraanfiltersysteem, pomp, of

  • f. magneetscheiding,

    en bestaande uit: magneetscheidingsinstallatie, of

  • g. coalescentieplaten,

    en bestaande uit: (eventueel) voorfilter, coalescentieplaten, pomp, of

  • h. retardatie,

    en bestaande uit: retardatiekolom, (eventueel) voorfilter, pomp, buffervat, of

  • i. druk/ontspanningsflotatie,

    en bestaande uit: compressor, (eventueel) drijflaagafscheider, of

  • j. vacuümfiltratie en/of desorbtie,

    en bestaande uit: vacuümfilter, (eventueel) desorbtie-eenheid, (eventueel) koeleenheid.

A 9050 Waterkrachthydrauliek

bestemd voor: het overbrengen van kracht met behulp van een hydraulisch systeem, waarbij water als hydrauliekvloeistof wordt toegepast. Aan het water mogen geen stoffen worden toegevoegd, anders dan vriespuntverlagende middelen bij systemen die beneden het vriespunt moeten opereren,

en bestaande uit: hydrauliekpomp, besturings- en regelkleppen, waterhydraulische hydromotor, cilinder.

B 9060 Elektrostatisch of magnetisch vloeistofbehandelingsapparaat

bestemd voor: het voorkomen van aankalking van leidingen of warmtewisselaars door middel van een magnetisch veld,

en bestaande uit: (eventueel) elektrostatische spanningsomvormer, (eventueel) magneten, doorstroomapparaat.

B 9070 Persgaskoeler

bestemd voor: het verlagen van de olie-uitstoot van de compressor in een koelinstallatie door koeling van de olie direct na de compressor en voor de olie-afscheider,

en bestaande uit: warmtewisselaar, regelklep, temperatuursensoren, druksensor, (eventueel) vloeistofpomp, fijnfilter na de olie-afscheider.

B 9090 Dresgrondrecyclinginstallatie

bestemd voor: het onderhouden van grasvelden door een mobiele installatie die de dresgrond ter plaatse uit de bodem wint, waardoor separate winning, transport en opslag niet langer nodig is,

en bestaande uit: dresgrondrecyclinginstallatie met geulenfrees en strooi-inrichting.

B 9100 Micro-organisme stimuleringssysteem voor bodemsanering

bestemd voor: het activeren en monitoren van microbiologische processen in de bodem voor sanering van bodem- en grondwaterverontreiniging,

en bestaande uit: monitorings- en/of doseerinstallatie, (eventueel) compressor of blower, elektronisch verwerkingssysteem.

B 9101 Saneringsgrondwaterbenuttingssysteem

bestemd voor: het winnen en als koel- of proceswater aanwenden van verontreinigd grondwater, waarbij het water na gebruik geloosd wordt op een zuiveringswerk,

en bestaande uit: pomp, (eventueel) warmtewisselaar.

B 9103 Elektroforese- of elektro-bioreclamatie-installatie

bestemd voor: het verwijderen van metalen en andere geïoniseerde verbindingen uit verontreinigde bodems, grondwater, baggerspecie en overig slib, door een elektrisch veld,

en bestaande uit: elektroden, elektroderuimte met elektrodevloeistof, elektrodevloeistofvoorziening, recyclingseenheid voor elektrodevloeistoffen, (eventueel) energievoorziening.

B 9104 Sulfaat-injectiesysteem voor bioleaching

bestemd voor: het verlagen van de zuurgraad in de bodem door sulfaat-injectie waardoor in de bodem aanwezige metalen in oplosbare vorm beschikbaar komen en verwijderd kunnen worden,

en bestaande uit: sulfaat-injectiesysteem, sulfaatopslag, doseersysteem, (eventueel) kweekreactor voor zwavelzuurproducerende bacterieën.

B 9110 Wormwielbaggerkop met milieukap voor saneringsbaggeren

bestemd voor: saneringsbaggeren door een baggerkop, waarbij het wormwiel wordt omgeven door een kap die slechts aan één zijde open is,

en bestaande uit: wormwielbaggerkop, beplating, (eventueel) wisselklep.

B 9111 Baggerschraper

bestemd voor: het laagsgewijs verwijderen van verontreinigde waterbodem die door middel van een snijplaat wordt gescheiden van de bodem,

en bestaande uit: baggerschraper met snijplaat, schraapschoepen, centrifugaalpomp.

A 9120 Helophytensysteem

bestemd voor:

  • a. het zuiveren van afvalwater met een vervuilingswaarde van minder dan 200 inwonerequivalenten, of

  • b. het voorzuiveren van oppervlaktewater voor drinkwaterbereiding, of

  • c. het nabehandelen van effluent afkomstig van een communale afvalwaterzuiveringsinstallatie,

en bestaande uit: helophytensysteem samengesteld uit bodemmateriaal, waterzuiverende planten en een vloeistofdichte bodemafdichting, (eventueel) voorafscheider, (eventueel) pomp, (eventueel) buffervat.

B 9121 Algen- of wierensysteem

bestemd voor: het verwerken van afvalwater of dierlijke mest door biologische afbraak door algen of wieren, waarbij de algen of wieren geoogst worden,

en bestaande uit: (eventueel) voorscheidingsapparatuur, vloeistofdicht bassin, schoepenrad of pomp, continu meetsysteem, besturingssysteem, oogstapparatuur.

B 9130 Bioreactor met verminderde slibretentie voor stikstofverwijdering

bestemd voor: de biologische behandeling van stikstofrijk afvalwater waarbij nitrificatie en denitrificatie plaatsvindt zonder nitraatvorming,

en bestaande uit: bioreactor, (lamellen)afscheider, chemicaliëndosering, compressor, beluchtingsinstallatie, menger, koolstofbrondosering, (eventueel) warmtewisselaar.

A 9131 Membraanbioreactor

bestemd voor: het zuiveren of recyclen van spoel- en afvalwaterstromen in een aërobe biologische zuiveringsinstallatie onder gelijktijdige verwijdering van gezuiverd water via membraantechnologie,

en bestaande uit: aërobe waterzuiveringsinstallatie, membraanfiltratie-eenheid, pomp, (eventueel) voorzuiveringsapparatuur.

A 9140 Nitraatverwijderingsinstallatie bij kwekerijen van vis, schaaldier- of schelpdieren

bestemd voor: de biologische verwijdering van nitraat uit nitraathoudend kweekwater bij vis-, schaaldier- of schelpdierkwekerijen, waardoor het water geloosd of gerecirculeerd kan worden,

en bestaande uit: denitrificatiesysteem, reactorvat, (eventueel) slibdragermateriaal, (eventueel) recirculatieleiding, (eventueel) biologisch actief zandfilter, (eventueel) beluchting.

A 9151 Aërobe biologische waterzuiveringsinstallatie met stikstof- en fosfaatverwijdering

bestemd voor: het zuiveren van afvalwaterstromen van huishoudelijke aard of hiermee vergelijkbaar door een aërobe waterzuiveringsinstallatie waarbij tevens een verregaande verwijdering van stikstof en fosfaat plaatsvindt met een maximale capaciteit van 250 inwonerequivalenten en voorzien van een attest met productiecertificaat klasse IIIb op grond van de BRL’s K10002, K10004 en K10005,

en bestaande uit: waterzuiveringsinstallatie.

B 9162 Tegenstroom filtrerend gefluïdiseerd zandbed (aanpassing bestaande zuivering)

bestemd voor: het in de beluchtingstank scheiden van biologisch slib in afvalwater door het te zuiveren water opwaarts door een gefluïdiseerd zandbed te laten stromen, ter vergroting van nabezinkcapaciteit van een bestaande zuiveringsinstallatie, waardoor het droge stofgehalte in het effluent maximaal 2 mg/l bedraagt,

en bestaande uit: compartiment met gefluïdiseerd zandbed, recirculatieleidingen, recirculatiepompen.

B 9170 Anaërobe sulfaatreductiereactor

bestemd voor: het biologisch onder anaërobe omstandigheden verwijderen van sulfaat of zware metalen uit afvalwater, waarbij sulfide wordt gevormd,

en bestaande uit: anaërobe reactor (tank, invoerverdeelsysteem, gasafscheider), (eventueel) dragermateriaal ten behoeve van biomassa, (eventueel) bovenafdekking, (doseer)pompen, (eventueel) stripper, (eventueel) gaswasser, (eventueel) zwavelindikkingseenheid, (eventueel) regeneratietank, (eventueel) chemicaliëntanks.

B 9171 Biologische oxidatiereactor voor zwavelverwijdering

bestemd voor: het verwijderen uit afvalwater op biologische wijze van sulfide, sulfaat of organische zwavelverbindingen,

en bestaande uit: beluchtingseenheid of biorotorinstallatie (rotorpakketten, aandrijving), bezinker, (eventueel) lamellenseparator, overkapping, (doseer)pompen, (eventueel) chemicaliëntanks.

A 9180 Anaërobe waterbehandelingsinstallatie

bestemd voor: de omzetting van verontreinigingen in afvalwaterstromen door middel van anaërobe micro-organismen waarbij het biogas als brandstof kan worden aangewend,

en bestaande uit: biogasreactor, (eventueel) verzuringsreactor, (eventueel) biogasopslag, (eventueel) biogasbehandelingsinstallatie, (eventueel) biogasbranders of dual-fuel branders, (eventueel) gasmotor of generator.

A 9181 Anaërobe vergistingsinstallatie

bestemd voor: het anaëroob vergisten van organische reststoffen,

en bestaande uit: reactor, (eventueel) menger, (eventueel) dual fuel brander, biogashouder, warmtewisselaar, (eventueel) silo, (eventueel) biogasbehandeling, (eventueel) gasmotor of -turbine, (eventueel) generator, (eventueel) compressor.

A 9182 Ultrageluidinstallatie voor zuiveringsslib

bestemd voor: het behandelen van zuiveringsslib voorafgaand aan vergisting met biogaswinning door met ultrageluid celstructuren open te breken en enzymen te activeren,

en bestaande uit: ultrageluidinstallatie.

B 9190 Fuzzy-filter voor verwijdering van zwevende deeltjes

bestemd voor: het verwijderen van zwevende deeltjes uit afvalwater of effluent van afvalwaterzuiveringsinstallaties door een filter gevuld met samendrukbare balletjes van synthetische vezels waarbij door de mate van samendrukking het filter wordt afgestemd op de vuillast,

en bestaande uit: fuzzy-filter.

B 9191 Verwijderinginstallatie voor zwevende deeltjes

bestemd voor: het verwijderen van zwevende deeltjes uit afvalwater of rookgasontzwavelingsvloeistoffen door middel van een filter met geëtste schijven,

en bestaande uit: vat, platenbatterij met geëtste schijven, pomp, (eventueel) regeneratie-eenheid.

A 9220 (Katalytische) Oxidatiereactor

  • a. bestemd voor: het niet-katalytisch oxideren van organische of cyanidische verontreinigingen in afvalwater of koelwater of oppervlaktewater of drinkwater tijdens de bereiding of zwembadwater met behulp van waterstofperoxide en/of ozon en/of UV-straling,

    en bestaande uit: oxidatiereactor met waterstofperoxide-eenheid en/of ozongenerator met (eventueel) restozonvernietiger en/of UV-reactor, (eventueel) recirculatietank, (eventueel) recirculatiepomp, (eventueel) biologisch actief koolfilter, of

  • b. bestemd voor het oxideren van verontreinigingen in afvalwater of oppervlaktewater of drinkwater tijdens de bereiding door een gekatalyseerde oxidatie met zuurstof,

    en bestaande uit: reactorvat met katalysator, pompen, buffertanks, zuurstofopslag, zuurstofinjectie-installatie, stoominjecteur, tanks voor hulpstoffen, (eventueel) recirculatietank, (eventueel) recirculatiepomp, (eventueel) biologisch actief koolfilter of

  • c. bestemd voor: het oxideren van verontreinigingen in afvalwater of oppervlaktewater of drinkwater tijdens de bereiding door een gekatalyseerde reactie met ozon,

    en bestaande uit: filter, ozongenerator, (eventueel) restozonvernietiger, reactorvat met katalysator, pompen, (eventueel) recirculatietank, (eventueel) recirculatiepomp, (eventueel) biologisch actief koolfilter of

  • d. bestemd voor: het oxideren van organische of chemische verontreinigingen in oppervlaktewater of drinkwater tijdens de bereiding door een gekatalyseerde reactie met UV-straling,

    en bestaande uit: UV-reactor, (eventueel) recirculatietank, (eventueel) recirculatiepomp, (eventueel) biologisch actief koolfilter.

A 9221 Natte-oxidatiereactor

bestemd voor: het in een ondergrondse schacht onder hoge druk en temperatuur al dan niet katalytisch oxideren van verontreinigingen in afvalwaterstromen, niet zijnde slib van een biologische zuiveringsinstallatie,

en bestaande uit: reactor, (eventueel) katalysator, (eventueel) compressoren, (eventueel) zuurstofproductie-eenheid, pompen, buffertanks, bezinktanks, (eventueel) nabehandelingsinstallatie.

B 9230 Roterend filter

bestemd voor: het zuiveren van afvalwater door een roterend filter, waarbij in één doorgang de zware en de lichte vervuilingsfracties worden gescheiden en waarna de zware fractie beschikbaar komt voor hergebruik na afscheiding uit een cilindrische borstelset en de lichte fractie wordt verwijderd via filterkaarsen,

en bestaande uit: roterend filter met cilindrische borstelset en filterkaarsen.

B 9240 Destillatie-installatie met damprecompressie

bestemd voor: het destilleren van vloeibare afvalstoffen, waarbij de damp door middel van thermisch of mechanisch bewerkstelligde drukverhoging condenseert bij een hogere temperatuur dan het atmosferische kookpunt, waardoor de condensatiewarmte kan worden benut,

en bestaande uit: destillatiekolom met thermische of mechanische damprecompressie-eenheid.

B 9250 Indampinstallatie

bestemd voor: het indampen van waterige afvalstromen met een verdampingsinstallatie met terugwinning van de verdampingswarmte met een maximale verdampingscapaciteit van 250 liter per uur en een maximaal energiegebruik van 0,05 kWh per liter afvalwater na opstarten,

en bestaande uit: verdampingsinstallatie met vacuümpomp, (eventueel) opvangvat of -tank.

A 9260 Elektrodialyse-membraaninstallatie

bestemd voor:

  • a. het verwijderen en concentreren van zouten, zuren of logen, of

  • b. het scheiden van organische stoffen uit afvalwater,

en bestaande uit: elektrodialyse-cellen, membranen, gelijkrichter, pompen, vaten, (eventueel) voorfiltratie.

F 9270 Waterzuiveringsinstallatie voor chemisch verontreinigd spuit-, spoel- of ontsmettingswater

bestemd voor: het behandelen van chemisch verontreinigd spuit-, spoel- of ontsmettingswater uit de land- en tuinbouw, door achtereenvolgens chemische flocculatie/precipitatie (bezinking), mechanische filtratie en actiefkooladsorptie,

en bestaande uit: behandelings- of ontvangsttank, (eventueel) roerwerk, bezinktank, grindfilter en/of zandfilter of gelijkwaardig, ten minste twee in serie geschakelde adsorptiefilters, (doseer)pompen.

B 9300 Scheidingsinstallatie voor catering- en kantine-afval

bestemd voor: het scheiden van catering- en kantine-afval in glas, blik, karton, kunststof en dergelijke,

en bestaande uit: transportbanden, zifters, magneetscheiders, zeven, balenpersen, perscontainers, (eventueel) buffers.

B 9302 Reststoffeninzamelpunt

bestemd voor: het gescheiden inzamelen van afval in een reststoffeninzamelpunt, waarbij ten minste 4 deelstromen gescheiden worden gehouden van reststoffen en waarbij de gescheiden deelstromen ondergronds worden opgeslagen,

en bestaande uit: containers, (eventueel) opslageenheden, (eventueel) inname-apparatuur, (eventueel) pers.

B 9303 Ondergrondse afvalcontainer voor GFT

bestemd voor: het ondergronds opvangen van GFT-afval zodanig dat alle lekstoffen worden opgevangen in een opvangbak,

en bestaande uit: vloeistofdichte container voor GFT-afval die voor ten minste tweederde deel ondergronds wordt geplaatst, opvangbak.

B 9304 Pneumatisch ondergronds transportsysteem

bestemd voor: het afvoeren van gescheiden huisvuilstromen of HDO-afvalstromen uit gestapelde bouw door middel van een pneumatisch ondergronds afvoersysteem,

en bestaande uit: stortkoker, buffers, zuigleiding, vacuümpomp, verzamelcontainer.

B 9310 Asbestcontainer

bestemd voor: het vervoeren en storten van asbesthoudend afval door middel van een gesloten container,

en bestaande uit: container met laaddeur en intern en extern sproeisysteem en folie-afdekmechanisme.

B 9320 Windziftereenheid voor vaste afvalstoffen

bestemd voor: het scheiden van componenten uit een afvalstroom door blazen met een geforceerde luchtstroom, gevolgd door opvang van de componenten,

en bestaande uit: trilgoot, blaasnozzle, cycloon, expansiekamer, draaisluis, ventilator, opstellingsframe, doorblaasfilter.

B 9321 Stijgziftereenheid voor vaste afvalstoffen

bestemd voor: het scheiden van componenten uit een afvalstroom door zuigen met een luchtstroom, gevolgd door opvang van de componenten,

en bestaande uit: trilgoot, zuignozzle, cycloon, draaisluis, ventilator, opstellingsframe, doorblaasfilter.

B 9340 Drukvormwasinstallatie voor zeefdrukvormen

bestemd voor: het in twee opeenvolgende processtappen verwijderen van inkt en het strippen van zeefdruksjablonen in een gesloten systeem,

en bestaande uit: inktverwijderingseenheid, stripeenheid, rondpompsysteem.

B 9341 Gesloten wasautomaat voor verfgereedschap

bestemd voor: het reinigen van verfgereedschap in een gesloten systeem met terugvoer van reinigingsvloeistof,

en bestaande uit: gesloten wasautomaat.

A 9350 Pertractie-membraaninstallatie

bestemd voor: het verwijderen en concentreren van organische stoffen en/of zware metalen uit afvalwater, spoelwater of galvanische baden,

en bestaande uit: membraancontactor module, absorptievloeistof (niet mengbaar met water), pompen, voorfiltratie, vaten, meet- en regelapparatuur, regeneratie van absorptievloeistof.

A 9352 Elektrochemische reactor

  • a. bestemd voor: het verwijderen van zware metalen uit afvalwater door elektrolyse met als voorconcentratiestap vloeistof-vloeistofextractie of membraanfiltratie of ionenwisseling of indampen,

    en bestaande uit: (semipermeabele) elektrolysecel, (eventueel) extractie-eenheid of membraanfilter of ionenwisselaar of indamper, spanningsvoeding, of

  • b. bestemd voor: de regeneratie van metaaloppervlaktebehandelingsbaden door elektrolyse,

    en bestaande uit: (semipermeabele) elektrolysecel, pomp, filter, chemicaliëntanks, (eventueel) roerwerken, spanningsvoeding, of

  • c. bestemd voor: de oxidatie van afbreekbare (organische) stoffen door elektrolyse met als voorconcentratiestap vloeistof-vloeistofextractie of membraanfiltratie of ionenwisseling of indampen,

    en bestaande uit: (semipermeabele) elektrolysecel, (eventueel) extractie-eenheid of membraanfilter of ionenwisselaar of indamper, spanningsvoeding, pomp.

A 9353 Membraanelektrolyse-installatie

bestemd voor:

  • a. het zuiveren van spoel- en afvalwaterstromen en scheiden van zware metalen uit afvalwater en oppervlaktebehandelingsbaden door elektrolyse, of

  • b. het verwijderen van zouten uit afvalwater, eventueel met voorconcentratiestap door membraanelektrolyse, waarbij zuur of loog wordt gevormd, of

  • c. het oplossen in zuur van zware metalen uit reststoffen, gevolgd door het verwijderen van de zware metalen door (membraan)elektrolyse,

en bestaande uit: membraanelektrolysecel of gescheiden elektrolysecel met membraanfilter, pompen, (eventueel) voorfilter, (chemicaliën)tanks, (eventueel) roerwerken, (eventueel) bezinker, spanningsvoeding.

A 9354 Elektrodialyse-installatie

  • a. bestemd voor: het verwijderen van metalen uit afvalwater of ketelvoedingswater door elektrodialyse,

    en bestaande uit: elektrodialysecellen, spanningsvoeding, pompen, of

  • b. bestemd voor: het verwijderen van ionen uit leidingwater door elektrodialyse,

    en bestaande uit: ionenwisselaar, elektrodialysecellen, spanningsvoeding, pompen.

A 9355 Elektroflotatie-installatie

bestemd voor: het verwijderen van zware metalen of organische verbindingen uit afvalwater door elektrolyse van water, waarbij geen metalen oplossen, gevolgd door oxidatie en flotatie van metalen of afscheiding van organische verbindingen,

en bestaande uit: buffercirculatietank, schakelkast, stroomomvormer, reactor, bezinkingsflotatiebekken, vlokverzamelingsbekken, pomp, filterpers, doseerventiel, (eventueel) luchtafzuigkap, vacuümschuimzuiger, drukvat.

B 9356 Metaalverwijderingssysteem

bestemd voor: het verwijderen van zware metalen uit reststoffen door toepassing van hoge smelttemperatuur, waarbij vluchtige zware metalen door sublimatie worden verwijderd en niet-vluchtige metalen in een verglaasde slak of in kunstbasalt worden gebonden dan wel worden teruggewonnen, en waarbij de ontstane verglaasde slak of het kunstbasalt voldoet aan de eisen gesteld in het Bouwstoffenbesluit,

en bestaande uit: smeltoven, productvoorbehandelingseenheid, slakverwerkingseenheid, afgasbehandelingsinstallatie.

B 9360 Ontvleesmachine met automatische contourinstelling

bestemd voor: het voorkomen van in het looiproces komen van restvlees door gebruikmaking van een automatische contourinstelling van het ontvleesmes,

en bestaande uit: ontvleesmachine, (eventueel) ontmestcylinder.

B 9410 Röntgen-afvalscheidingsinstallatie

bestemd voor: het met röntgenstraling herkennen en afscheiden van afvalstoffen voor hergebruik,

en bestaande uit: stralingsbron, röntgensensor, (eventueel) scheidingstechnieken.

B 9420 Afvalfolie-rolpers

bestemd voor: het reduceren van het volume van afvalfolie door opslag op een rol ten behoeve van hergebruik,

en bestaande uit: oprolautomaat.

B 9430 Afvalopwerkingsinstallatie

bestemd voor: het opwerken van afvalstoffen tot brandstof van een constante kwaliteit met een energie-inhoud van minimaal 15 MJ/kg,

en bestaande uit: (eventueel) sorteerinstallaties, (eventueel) scheidingsinstallaties, (eventueel) drooginstallaties, (eventueel) vormgevingsinstallaties, (eventueel) trommeloven, (eventueel) verkleiningsapparatuur.

B 9433 Wervelbedverbrandingsinstallatie ten behoeve van teerhoudend wegenbouwmateriaal

bestemd voor: het verbranden van teerhoudend wegenbouwmateriaal in een wervelbedverbrandingsinstallatie, waarbij de zand- en grindfractie opnieuw ingezet wordt in de wegenbouw en waarbij de vrijkomende energie wordt benut,

en bestaande uit: wervelbedverbrandingsinstallatie, (eventueel) rookgasreinigingsapparatuur.

C 9434 Plasma-omzetter voor gevaarlijke afvalstoffen

bestemd voor: het in een plasmaveld thermisch ontleden van gevaarlijke afvalstoffen, waardoor de afvalstoffen uiteenvallen in hun elementaire componenten,

en bestaande uit: plasma-omzetter met voedingssysteem, gasbehandelingssysteem, (eventueel) afvoersysteem, (eventueel) elektriciteitsopwekkingsinstallatie.

B 9440 Vergassingsinstallatie

bestemd voor: het vergassen van afvalstoffen of biomassa, waarbij de vrijkomende vaste, vloeibare of gasvormige producten worden aangewend als brandstof, grondstof of tussenproduct,

en bestaande uit: voorbewerkingsapparatuur, vergassingsreactor, dual fuel brander, gasreinigingssysteem, rookgasreinigingsinstallatie, warmtewisselaar.

Exclusief gasturbine, gasmotor en generator.

B 9441 Biomassabrander ten behoeve van bijstook in een elektriciteitsopwekkingseenheid

bestemd voor: het verbranden van biomassapoeder of rioolwaterzuiveringsslib of gassen afkomstig van een vergassings- of vergistingsinstallatie als bijstook in een elektriciteitsopwekkingseenheid, waarbij geen sprake mag zijn van bijstook of bijmenging van kunststoffen en waarbij wel sprake moet zijn van een netto opbrengst van energie, gerekend over de totale keten van voorbehandeling tot en met eindproduct,

en bestaande uit: (poeder)brander.

F 9471 Duurzame mestverwerking

bestemd voor: het verwerken van mest door een installatie welke:

  • a. ten minste energie neutraal is, en waarbij ten minste 40% van de totale N in de mest in minerale vorm wordt afgezonderd. De installatie moet tijdens het in bedrijf zijn volledig in zijn eigen energie voorzien dan wel energie opleveren, gerekend over de totale keten van voorbehandeling tot en met eindproduct, of

  • b. ten minste energie neutraal is, en waarvan het eindproduct wordt afgezet buiten de Nederlandse landbouw. De installatie moet tijdens het in bedrijf zijn in eigen energie voorzien dan wel energie opleveren, gerekend over de totale keten van voorbehandeling tot en met eindproduct. Bij het berekenen van het energieverbruik hoeft de warmte uit de ventilatielucht van de stallen niet te worden verrekend. Dat onder a en b voldaan wordt aan de eisen met betrekking tot energiegebruik en stikstofverwijdering dient aannemelijk te worden gemaakt aan de hand van een berekening door een onafhankelijk deskundige,

en bestaande uit: mestverwerkingsinstallatie, (eventueel) luchtreiniging, (eventueel) korrelpers, (eventueel) voorzieningen voor productopslag, (eventueel) installatie voor de opwekking van duurzame energie.

B 9480 Verlaadinstallatie voor bieten of aardappelen

bestemd voor: het verladen van bieten of aardappelen door middel van een verlaadinstallatie met een nokkenbed, sterrenbed of vijzelbed, waarbij de aanhangende aarde en zand op de rooiakker achterblijven,

en bestaande uit: verlaadinstallatie met nokkenbed, sterrenbed of vijzelbed, (eventueel) borstels, storttrechter, (eventueel) ingebouwde aandrijfeenheid.

Appendix A, behorende bij de Milieulijst willekeurige afschrijving milieu-investeringen 2005

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Hoofdcategorie rundvee

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

A 1. melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar

A 1.3. loopstal met hellende vloer en gier-goot en maximaal 3 m2 mestbesmeurd oppervlak per koe (Groen Label BB 93.03.003V1; BB 93.03.003/A 93.04.00-4V1; BB 93.03.003/-B 93.04.005V1; BB 93.03.003/C 93.04.0-06V1; BB 93.03.003/D 9-4.06.020V1)

A 1.4. loopstal met hellende vloer en spoelsysteem met maximaal 3,75 m2 mestbesmeurd oppervlak per koe (Groen Label BB 94.02.015V1)

A 1.5. loopstal met sleufvloer en mestschuif (Groen Label BB 97.05.055)

A 4. vleeskalveren tot 8 maanden

A 4.1. mechanisch geventileerde stal met een chemisch luchtwassysteem met 90% emissiereductie

Hoofdcategorie varkens

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

D 1. fokzeugen (incl. biggen tot 25 kg)

D 1.1. biggenopfok (gespeende biggen)

D 1.1.3.2. mestgoot met schuine wand en ontmestingssysteem, met hokoppervlak groter dan 0,35 m2(Groen Label BB 95.12.031V1)

D 1.1.6.2. mestopvang in en spoelen met aangezuurde vloeistof; hokoppervlak groter dan 0,35 m2(Groen Label (volledig roostervloer) BB 96.04.038V2))

D 1.1.11.2. koeldeksysteem (150% koeloppervlak), met hokoppervlak groter dan 0,35 m2(Groen Label BB 97.01.052V2; BB 00.06.093)

D 1.1.12.1. opfokhok met schuine putwand met een emitterend mestoppervlak van maximaal 0,07 m2, ongeacht groepsgrootte

D 1.1.12.2. emitterend mestoppervlak groter dan 0,07 m2, echter kleiner dan 0,10 m2, en in kleine groepen, tot 30 biggen, gehuisvest

D 1.1.12.3. opfokhok met schuine putwand en met een emitterend mestoppervlak groter dan 0,07 m2 maar kleiner dan 0,10 m2, waarin biggen in grote groepen (d.w.z. vanaf 30 biggen) worden gehuisvest met hokoppervlak groter dan 0,35 m2(Groen Label BB 99.06.072; BB 99.06.072/A 99.11.080; BB 99.06.072/A 99.11.082)

D 1.1.13. volledig rooster met water- en mestkanalen, eventueel voorzien van schuine putwand(en), emitterend mestoppervlak kleiner dan 0,10 m2(Groen Label BB 99.06.073)

D 1.1.14.2. chemisch luchtwassysteem met 95% emissiereductie met hokoppervlak groter dan 0,35 m2(Groen Label BB 99.06.076; BB 00.02.084)

D 1.2. kraamzeugen (incl. biggen tot spenen)

D 1.2.9. schuiven in mestgoot

D 1.2.10. biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (Groen Label BB 96.10.042V1; BB 96.10.042/A 96.10.044V1; BB 96.10.042/B 96.10.045V1; BB 96.10.042/C 96.10.046V1; BB 96.10.042V1/D 99.06.075; BB 96.10.042V1/E 00.06.087) (BWL 2004.01)

D 1.2.11. chemisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (Groen Label BB 96.10.043V1; BB 96.10.043V1/A 99.06.074) (BWL 2004.02; BWL 2005.01)

D 1.2.12. koeldeksysteem (150% koeloppervlak) (Groen Label BB 97.01.051V1; BB 00.06.093)

D 1.2.15. chemisch luchtwassysteem 95% emissiereductie (Groen Label BB 99.06.076; BB 00.02.084)

D 1.3. guste en dragende zeugen

D 1.3.1. smalle ondiepe mestkanalen met metalen driekantroostervloer en rioleringssysteem (alleen toepasbaar bij individuele huisvesting) (Groen Label BB 95.02.027V1)

D 1.3.2. mestgoot met combinatierooster en frequente mestafvoer (alleen toepasbaar bij individuele huisvesting) (Groen Label BB 95.06.028)

D 1.3.3. spoelgotensysteem met dunne mest (Groen Label bij individuele huisvesting: BB 95.10.030) (Groen Label bij groepshuisvesting: BB 95.10.030/A 98.10.060; BB 95.10.030/B 99.11.078)

D 1.3.4. mestopvang in en spoelen met aangezuurde vloeistof (Groen Label bij individuele huisvesting BB 96.04.036V1) (Groen Label bij groepshuisvesting: BB 96.04.036V1/A 98.10.061)

D 1.3.5. schuiven in mestgoot (alleen toepasbaar bij individuele huisvesting)

D 1.3.6. biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (Groen Label bij individuele huisvesting: BB 96.10.042V1;BB 96.10.042/A 96.10.044V1; BB 96.10.042/ B 96.10.045V1; BB 96.10.042/C 96.10.046V1; BB 96.10.042V1/D 99.06.075; BB 96.10.042V1/E 00.06.087) (Groen Label bij groepshuisvesting BB 96.10.042V1; BB 96.10.042/A 96.10.044V1, BB 96.10.042/ B 96.10.045V1; BB 96.10.042/C 96.10.046V1; BB 96.10.042V1/D 99.06.075; BB 96.10.042V1/E 00.06.087) (BWL 2004.01)

D 1.3.7. chemisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (Groen Label bij individuele huisvesting BB 96.10.043V1; BB 96.10.043V1/A 99.06.074) (Groen Label bij groepshuisvesting BB 96.10.043V1; BB 96.10.043V1/A 99.06.074) (BWL 2004.02; BWL 2005.01)

D 1.3.8.1. koeldeksysteem 115% koeloppervlak (Groen Label bij individuele huisvesting en groepshuisvesting BB 97.03.054; BB 00.06.093)

D 1.3.8.2. koeldeksysteem 135% koeloppervlak (Groen Label bij groepshuisvesting BB 97.03.054/A 98.10.062; BB 00.06.093)

D 1.3.9. groepshuisvestingssysteem met voerligboxen of zeugenvoerstations, zonder strobed, met metalen drie-kantroosters en schuine putwanden in het mestkanaal: (Groen Label BB 00.06.085V1)

D 1.3.11. chemisch luchtwassysteem 95% emissiereductie (Groen Label bij individuele huisvesting BB 99.06.076; BB 00.02.084) (Groen Label bij groepshuisvesting BB 99.06.076; BB 00.02.084)

D 3. vleesvarkens, opfokberen van ca. 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van ca. 25 kg tot eerste dekking

D 3.2.4.2. gedeeltelijk roostervloer met mestopvang in met formaldehyde behandelde mestvloeistof in combinatie met metalen driekantroostervloer met hokoppervlak groter dan 0,8 m2(Groen Label BB 95.02.025V2)

D 3.2.6.1.1. gedeeltelijk roostervloer, koeldeksysteem (200% koeloppervlak) met metalen roostervloer, emitterend mestoppervlak maximaal 0,8 m2(Groen Label BB 96.04.035V1; BB 00.06.093)

D 3.2.6.1.2. gedeeltelijke roostervloer, koeldeksysteem (200% koeloppervlak) met metalen roostervloer; emitterend mestoppervlak maximaal 0,5 m2

D 3.2.7.1.1. gedeeltelijk roostervloer, mestkelders met (water- en) mestkanaal; schuine putwand; met metalen driekantroosters op het mestkanaal en emitterend mestoppervlak maximaal 0,18 m2(Groen tabel BB 97.07.056V2; BB 97.07.056/A 97.11.059V2) (BWL 2004.03)

D 3.2.7.2.1. gedeeltelijk roostervloer, mestkelders met (water- en) mestkanaal; schuine putwand; met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal en emitterend mestoppervlak maximaal 0,18 m2(Groen Label BB 99.02.070) (BWL 2004.05)

D 3.2.8.2. biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie en hokoppervlak groter dan 0,8 m2(Groen Label BB 96.10.042V1; BB 96.10.042/A 96.10.044V1; BB 96.10.042/B 96.10.045V1; BB 96.10.042/C 96.10.046V1;BB 96.10.042V1/D 99.06.075; BB 96.10.042V1/E 00.06.087) (BWL 2004.01)

D 3.2.9.2. chemisch luchtwassysteem 70% emissiereductie en hokoppervlak groter dan 0,8 m2(Groen Label BB 96.10.043V1; BB 96.10.043V1/A 99.06.074) (BWL 2004.02; BWL 2005.01)

D 3.2.12.2. spoelgotensysteem met metalen driekantroosters, hokoppervlak groter dan 0,8 m2(Groen Label BB 98.10.064)

D 3.2.14.2. chemisch luchtwassysteem 95% emissiereductie met hokoppervlak groter dan 0,8 m2(Groen Label BB 99.06.076; BB 00.02.084)

D 3.3. scharrelvleesvarkens

D 3.3.1. beddenstal met maximaal 0,14 m2 roosteroppervlak tot 50 kg levend gewicht en met maximaal 0,29 m2 roosteroppervlak vanaf 50 kg levend gewicht

Hoofdcategorie kippen

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

E 1. opfokhennen en hanen van legrassen; jonger dan 18 weken

E 1.8.1. volière-opfokhuisvesting, minimaal 50% van de leefruimte is rooster, met daaronder een mestband. Mestbanden minimaal eenmaal per week afdraaien. Roosters minimaal in twee etages.

E 1.8.2. volière-opfokhuisvesting, 65–70% van de leefruimte is rooster, met daaronder een mestband met 0,3 m3/dier/uur mestbeluchting. Mestbanden minimaal eenmaal per week afdraaien. Roosters minimaal in twee etages.

E 1.9. chemisch luchtwassysteem 90% emissiereductie bij volière- en grondhuisvesting: (Groen Label BB 00.06.089/A 00.06.090)

E 2. legkippen en (groot-)ouderdieren van legrassen

E 2.8. grondhuisvesting met beluchting onder gedeeltelijk verhoogde roostervloer (perfosysteem) (Groen Label BB 00.06.088)

E 2.10. chemisch luchtwassysteem 90% emissiereductie; volière- en grondhuisvesting (Groen Label BB 00.06.089)

E 2.11.1. volièrehuisvesting, minimaal 50% van de leefruimte is rooster met daaronder een mestband. Mestbanden minimaal eenmaal per week afdraaien. Roosters minimaal in twee etages.

E 2.11.2. volièrehuisvesting, 50% van de leefruimte is rooster met daaronder een mestband met mestbeluchting. Mestbanden minimaal tweemaal per week afdraaien, roosters minimaal in twee etages.

E 2.11.3. volièrehuisvesting, 55–60% van de leefruimte is rooster met daaronder een mestband met 0,7 m3/dier/uur mestbeluchting. Mestbanden minimaal eenmaal per week afdraaien. Roosters minimaal in twee etages.

E 2.11.4. volièrehuisvesting, 30–35% van de leefruimte is rooster met daaronder een mestband met 0,7 m3/dier/uur mestbeluchting. Mestbanden minimaal eenmaal per week afdraaien. Roosters minimaal in twee etages.

E 2.12.1. scharrelstal in twee verdiepingen met mestbanden onder de roosters (twee maal per week afdraaien). Bezetting: 9 dieren/m2

E 2.12.2. scharrelhuisvesting met frequente mest- en strooiselverwijdering

E 4. (groot-)ouderdieren van vleeskuikens

E 4.2. volièrehuisvesting met geforceerde mestdroging (Groen Label BB 97.01.050; BB 97.01.050/ A 99.02.067)

E 4.3. volièrehuisvesting met geforceerde mest- en strooiseldroging (Groen Label BB 97.01.053; BB 97.01.053/A 99.02.068)

E 4.4.1. grondhuisvesting met mestbeluchting van bovenaf met warmtewisselaar of luchtmengkast

E 4.5. perfosysteem op gedeeltelijk verhoogde roostervloer (Groen Label BB 98.10.066)

E 4.6. chemisch luchtwassysteem 90% emissiereductie; volière- en grondhuisvesting (Groen Label BB 00.06.089/B 00.06.091)

E 5. vleeskuikens

E 5.1. zwevende vloer met strooiseldroging (Groen Label BB 93.03.002; BB 93.03.002/A 94.04.017V1; BB 93.03.002/B 96.04.034; BB 93.03.002/C 96.10.048)

E 5.2. geperforeerde vloer met strooiseldroging (Groen Label BB 94.04.016; BB 94.04.016/A 96.10.047)

E 5.3. etagesysteem met volledige roostervloer en mestbandbeluchting (Groen Label BB 97.07.057)

E 5.4. chemisch luchtwassysteem 90% emissiereductie, grondhuisvesting (Groen Label BB 00.02.083; BB 00.06.089/C 00.06.092)

E 5.5. grondhuisvesting met vloerverwarming en vloerkoeling

Hoofdcategorie kalkoenen

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

F 4. vleeskalkoenen

F 4.1. gedeeltelijk verhoogde strooiselvloer

F 4.2. mechanisch geventileerde stal met een chemisch luchtwassysteem 90% emissiereductie

F 4.3. mechanisch geventileerde stal met frequente strooiselverwijdering

Hoofdcategorie konijnen

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

I 1. voedster inclusief 0,15 ram en bijbehorende jongen tot speenleeftijd

I 1.1. mechanisch geventileerde stal met gescheiden afvoer van mest en urine

I 2. vlees- en opfokkonijnen tot dekleeftijd

I 2.1. mechanisch geventileerde stal met gescheiden afvoer van mest en urine

Appendix B, behorende bij de Milieulijst willekeurige afschrijving milieu-investeringen 2005

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Hoofdcategorie varkens

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

D 1. fokzeugen (incl. biggen tot 25 kg)

D 1.1. biggenopfok (gespeende biggen)

D 1.1.9.2. biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie en hokoppervlak groter dan 0,35 m2(Groen Label BB 96.10.042V1; BB 96.10.042/A 96.10.044V1; BB 96.10.042/B 96.10.045V1; BB 96.10.042/C 96.10.046V1) (BB 96.10.042V1/D 99.06.075; BB 96.10.042V1/E 00.06.087) (BWL 2004.01)

D 1.1.10.2. chemisch luchtwassysteem 70% emissiereductie en hokoppervlak groter dan 0,35 m2(Groen Label BB 96.10.043V1; BB 96.10.043V1/A 99.06.074) (BWL 2004.02; BWL 2005.01)

D 1.2. kraamzeugen (incl. biggen tot spenen)

D 1.2.13. mestpan/-bak onder kraamhok (Groen Label BB 98.10.063)

D 1.2.14. mestpan met water- en mestkanaal onder kraamhok (Groen Label BB 99.11.081)

D 1.2.16. waterkanaal in combinatie met een afgescheiden mestkanaal of mestbak

D1.3. guste en dragende zeugen

D 1.3.10. rondloopstal met zeugenvoerstation en strobed (Groen Label BB 00.06.086)

D 3. vleesvarkens, opfokberen van ca. 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van ca. 25 kg tot eerste dekking

D 3.2.6.2.1. gedeeltelijke roostervloer, koeldeksysteem (200% koeloppervlak) met roostervloer anders dan metaal (emitterend mestoppervlak maximaal 0,6 m2) (Groen Label BB 99.02.069; BB 00.06.093)

D 3.2.7.1.2. gedeeltelijk roostervloer, mestkelders met (water- en) mestkanaal; schuine putwand; met metalen driekant roosters op het mestkanaal en emitterend mestoppervlak groter dan 0,18 m2 maar kleiner dan 0,27 m2(Groen Label BB 97.07.056V2; BB 97.07.056/A 97.11.059V2)(BWL 2004.04)

Hoofdcategorie kippen

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

E 2. legkippen en (groot-)ouderdieren van legrassen

E 2.9. grondhuisvesting met mestbeluchting via buizen onder de beun

E 4. (groot-)ouderdieren van vleeskuikens

E 4.4.2. grondhuisvesting met mestbeluchting met verticale slangen

Appendix C, behorende bij de Milieulijst willekeurige afschrijving milieu-investeringen 2005

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Begripsbepaling

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1. Deze appendix wordt aangehaald als: Maatlat Groen Label Kas 2005.

  • 2. Technische uitwerking van de maatregelen is gedaan in het Certificatieschema Groen Label Kas 2005 van Stichting Milieukeur (hierna: het certificatieschema) of een gelijkwaardig schema.

  • 3. In deze appendix wordt verstaan onder:

    • a. certificatieschema: verzameling eisen te stellen aan het product of systeem, die na goed overleg met alle belanghebbende groeperingen is vastgesteld door het College van Deskundigen en door de houder van het certificatieschema Groen Label Kas zijn aanvaard als beoordelingsgrondslag voor de afgifte van certificaten. In de bijlagen bij het certificatieschema worden controles en rekenmethodes uitgewerkt en beschreven met voorbeelden;

    • b. bedrijfsmatig telen: het professioneel produceren van tuinbouwgewassen waaronder tevens begrepen handelskwekerijen mede ten behoeve van demonstratiemateriaal, veredeling en laboratoria;

    • c. College van Deskundigen: de onafhankelijke commissie van deskundigen die ingeschakeld wordt bij het nemen van beslissingen met betrekking tot het certificatieschema en de beoordelingsrichtlijnen;

    • d. condensorrendement: het rendement van een condensor bepaald volgens EEM in de module ‘Rendement rookgascondensor’ of gelijkwaardige procedure, waarbij de rookgastemperatuur na de condensor maximaal 50 °C mag bedragen;

    • e. dubbelwandige niet flexibele kunststofplaat: constructie bestaande uit tenminste twee lagen niet-flexibele kunststofplaat voorzien van een luchtspouw;

    • f. dubbel glas: constructie bestaande uit twee lagen glas voorzien van een luchtspouw;

    • g. duurzame energie: het deel van de energie dat tot stand is gekomen zonder verbranding van fossiele brandstoffen;

    • h. erkend registratiesysteem: een registratiesysteem dat erkend is door de houder van het certificatieschema. Een verklaring van deelname moet overlegd kunnen worden. De basis voor een te erkennen systeem is dat de te registreren aspecten en de controlemethodiek gelijkwaardig is aan de reeds erkende systemen;

    • i. gecoat glas: glas met een isolatiewaarde tenminste gelijk aan die van een glasplaat met een laagdikte van 300 nm en een emissiecoëfficiënt van 0,25;

    • j. Groen Label Kas (GLK): moderne kas waarbij reeds in aanzienlijke mate rekening is gehouden met toekomstige milieueisen, omvattende de glasopstand met toebehoren. De kas is bestemd voor het bedrijfsmatig telen van tuinbouwgewassen en er wordt door een Groencertificaat, afgegeven door een bij de Raad voor Accreditatie geaccrediteerde organisatie aangetoond dat de betreffende kas voldoet aan de basiseisen zoals die voor de betreffende teelt gesteld zijn in de Maatlat, tevens weergegeven in de Beoordelingsrichtlijn, en de benodigde punten heeft behaald volgens de vastgelegde systematiek;

    • k. GLK beoordeling: een systematisch en onafhankelijk onderzoek om na te gaan of (nog) voldaan wordt aan de in de Maatlat en het certificatieschema gestelde eisen ten aanzien van het GLK Groencertificaat en of het wordt uitgevoerd zoals het staat beschreven;

    • l. GLK Groencertificaat: certificaat dat aangeeft dat er een gerechtvaardigd vertrouwen bestaat dat het product waarop het certificaat betrekking heeft in overeenstemming is met het certificatieschema Groen Label Kas;

    • m. Groen Label Kas: moderne kas waarbij reeds in aanzienlijke mate rekening is gehouden met toekomstige milieueisen, omvattende de glasopstand met alle toebehoren, indien niet nadrukkelijk uitgezonderd. De kas is bestemd voor het bedrijfsmatig telen van tuinbouwgewassen en er wordt door een Groencertificaat, afgegeven door een bij de Raad voor Accreditatie geaccrediteerde organisatie (Certificatie Instelling) aangetoond dat de betreffende kas voldoet aan de basiseisen zoals die voor de betreffende teelt gesteld zijn in de Maatlat, tevens weergegeven in de Beoordelingsrichtlijn, en de benodigde punten heeft behaald volgens de vastgelegde systematiek;

    • n. heteluchtteelt/lichtestookteelt: teelt in een kas waarbij de gemiddelde minimum etmaaltemperatuur (op basis van de stooklijn) in de maand januari lager is dan 17 °C;

    • o. houder certificatieschema: Stichting Milieukeur die het GLK Groencertificaat verleent via een Certificatie Instelling;

    • p. ketelrendement: het rendement op bovenwaarde van een verwarmingsketel bepaald volgens EEM in de module ‘Ketelrendement en rookgasanalyse’ of gelijkwaardige procedure;

    • q. opwekkingsvermogen: elektrisch vermogen uitgedrukt in Watt per m2 teeltoppervlakte dat met de installatie wordt verwarmd;

    • r. restwarmte: warmte die van buiten het bedrijf wordt betrokken. Het gaat hier om afvalwarmte van industriële processen en/of, elektriciteitscentrales en/of WKK’s van derden. Warmte uit ketelinstallaties van derden wordt hierin expliciet uitgesloten;

    • s. zware stookteelt: teelt in een kas waarbij de gemiddelde minimum etmaal-temperatuur (op basis van de stooklijn) in de maand januari tenminste 17 °C is.

  • 4. Het minimaal aantal punten bedraagt voor:

    • a. zware stookteelt: 100 punten op basis van de hierna opgenomen keuzemaatregelen;

    • b. hetelucht/lichtestookteelt: 85 punten op basis van de hierna opgenomen keuzemaatregelen.

1. Basiseisen voor kassen voor zware stookteelt

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

1.1. Geïsoleerde kasvoet is vervallen als basiseis, zie 3.12.a/4.1.

1.2. Lichtdoorlatendheid complete dek gemeten volgens IDT 2004 methode ontwikkeld door TNO.

  • Voor Venlo kassen minimaal 75,0%

  • Voor Breedkap kassen (inclusief gording) minimaal 71,0%

Kasdekken die zonder scherming 5% verbetering van de U-waarde kunnen scoren (volgens IDT methode), zijn vrijgesteld van deze basiseis.

1.4. Alle roeden zijn vervaardigd van aluminium of van tweezijdig gecoat verzinkt staal.

Het betreft dekroeden, gevelroeden, nokken, dekprofielen, stapelprofielen in gevels en dek, kalfprofielen (steunregels onder het luchtraam).

1.5. Dekmateriaal één van de volgende (combinaties van) materialen:

  • enkel glas met beweegbaar binnenscherm

  • dubbel glas

  • isolerend gecoat glas

  • dubbelwandige, niet flexibele kunststof plaat

  • duurzame folie

Eisen aan het dek:

  • luchtramen sluiten goed

  • er is geen ruitbreuk

Een gesloten binnenscherm vertoont geen kieren, scheuren of gaten

1.6. Buitengevels één van de volgende (combinaties van) materialen:

  • enkelglas met binnenscherm

  • dubbel glas

  • isolerend gecoat glas

  • dubbelwandige, niet flexibele kunststof plaat

Een binnenscherm is niet vereist bij bedrijven met lichte stook of die hete-lucht-verwarming gebruiken.

1.7.3. Elke ketel:

  • bij lichte stook een rendement op bovenwaarde van minimaal 84%

  • bij zware stook geldt een afgastemperatuur van maximaal 50 °C

  • NOx-uitstoot < 50 mg/Nm3 (3% O2)

  • wordt jaarlijks onderhouden

Alle ketelwarmte dient gebruikt te worden voor het verwarmen van de kas.

Ketels geplaatst na 1998:

  • front watergekoeld

  • alle overige keteldelen geïsoleerd (voor/achterzijde)

  • cilindrisch gedeelte geïsoleerd met minimaal 10 cm steenwol of gelijkwaardig

Ketels geplaatst voor 1998:

  • cilindrisch gedeelte geïsoleerd met minimaal 5 cm steenwol of gelijkwaardig.

1.7.6. Elke transportleiding voorzien van een frequentieregeling van het debiet op basis van druk- en/of temperatuurverschil.

1.7.7. Horizontale verschillen in de temperatuur van de kaslucht zijn kleiner dan 1,5 °C gemeten

  • op een hoogte van 1,50 m

  • in een stookafdeling bij een vaste buistemperatuur van 60 °C (of bij een lager maximum)

  • in situatie met binnenscherm open én met binnenscherm dicht

Metingen dienen te worden uitgevoerd als beschreven in bijlage 2 ‘Meting van temperatuurverschillen’ van het certificatieschema.

1.8a. Bij bedrijven met een totaal elektrisch vermogen van meer dan 500 kW moet bij de opwekking van warmte en elektriciteit een besparing van totaal minimaal 15% worden gerealiseerd ten opzichte van een referentiesituatie.

In de referentiesituatie wordt

  • alle warmte opgewekt met aardgas met een conversiefactor van 0,03165 GJ/m3

  • alle elektriciteit ingekocht

Hierbij zijn de omrekenfactoren voor brandstoffen en elektriciteit van het Besluit Glastuinbouw van toepassing, waarbij energie wordt teruggerekend naar GJ/ha.

Duurzame energie heeft een conversiefactor 0.

Bij energielevering door derden, zoals restwarmte of warmte uit clusters, moet de energiebesparing op bedrijfsniveau worden gerealiseerd.

Aan derden geleverde energie mag in mindering worden gebracht op het bedrijfstotaal. Berekening van de energiebesparing dient te worden uitgevoerd conform de uitwerking in bijlage 4 ‘Energiecertificaat Groen Label Kas’ van het certificatieschema.

1.8b. Bij warmte-kracht:

  • worden de rookgassen teruggekoeld tot onder 50 °C

  • is er een koppeling aan een warmteopslag van minimaal 60 m3/ha

  • wordt op minimaal de grootste warmte-krachtkoppeling permanent rookgasreiniging toegepast indien de warmtekracht wordt gebruikt. Een uitzondering hierop is mogelijk indien de gedoseerde CO2 door derden wordt geleverd of op het bedrijf geen CO2 wordt gedoseerd.

  • indien toepassing van rookgasreiniger verplicht is wordt het ureumgebruik bijgehouden

  • is het methaanslip gemeten volgens NEN-EN 13526, maximaal 1,2% voor de open kamer verbranding en 1,6% bij voorkamerverbranding.

  • is de NOx-uitstoot maximaal 140g NOx/GJ

1.10. NKO-geijkte sensoren (regelvoelers) of sensoren geijkt volgens gelijkwaardige methode. Sensoren die onder de regeling vallen zijn de sensoren voor meting van de kaslucht- en de buistemperatuur , luchtvochtigheid en CO2 gehalte van de kaslucht.

Afwijking temperatuur:

+/– 0,2 °C in het regelgebied van 5–25 °C

Afwijking.luchtvochtigheid:

+/– 3% RV in het regelgebied van 70–90%

+/– 5% RV in het regelgebied van 50–70%

Afwijking. CO2-concentratie:

+/– 30 ppm, in het regelgebied van 300–1000ppm.

1.12. Aansluiting op externe warmtebron (restwarmte) is verplicht indien:

  • de distributieleidingen maximaal 10 meter liggen vanaf de perceelsgrens waaraan een ketelhuis is gesitueerd

  • de leverancier technisch bereid en in staat is om tegen concurrerende prijzen (conform tariefberekening in bijlage 9 van het controledocument) warmte te leveren

  • de geleverde warmte niet duurder is dan wanneer deze met een eigen ketel met een conversiefactor van 0,03165 GJ/m3 was opgewekt

  • bij de warmteopwekking minimaal 15% energie bespaard wordt

  • de levering van de warmte niet tot gevolg heeft dat de energiebesparing van 1.8 en 2.8 verminderd wordt

1.13. Kasklimaatcomputer voor het regelen en besturen van het kasklimaat door een regelsysteem, dat bestaat uit:

  • digitale proces-computer

  • bedieningsstation

  • meet- en stuursysteem

De kasklimaatregeling dient voor zover van toepassing te omvatten de:

  • verwarmingsinstallatie

  • de regelorganen, -warmtebuffer

  • kunstmatige belichting, CO2-dosering

  • wkk-installatie of andere energie-opwekking – de energielevering van derden.

1.16. Gegevens van registratie zijn minimaal op het niveau van bijlage 1 bij het Besluit Glastuinbouw.

De geregistreerde gegevens dienen ter beschikking te worden gesteld (via controlerende instelling) aan de beheerder van het certificatieschema.

1.17. Alle benodigde vergunningen zijn aanwezig en geldig

  • Bouw en sloop

  • Wet Milieubeheer

  • Gebruik bodemwater.

2. Basiseisen voor kassen voor lichtestookteelt/heteluchtteelt

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

2.1. Geïsoleerde kasvoet is vervallen als basiseis, zie 3.12.a/4.1.

2.2. Lichtdoorlatendheid complete dek gemeten volgens IDT2004 methode ontwikkeld door TNO.

  • Voor Venlo kassen minimaal 75,0%.

  • Voor Breedkap kassen (inclusief gording) minimaal 71,0%.

Kasdekken die zonder scherming 5% verbetering van de U-waarde kunnen scoren (volgens IDT methode), zijn vrijgesteld van deze basiseis.

2.4. Alle roeden zijn vervaardigd van aluminium of van tweezijdig gecoat verzinkt staal.

Het betreft dekroeden, gevelroeden, nokken, dekprofielen, stapelprofielen in gevels en dek, kalfprofielen (steunregels onder het luchtraam).

2.5. Dekmateriaal één van de volgende (combinaties van) materialen:

  • enkel glas met beweegbaar binnenscherm

  • dubbel glas

  • isolerend gecoat glas

  • dubbelwandige, niet flexibele kunststof plaat

  • duurzame folie

Eisen aan het dek:

  • luchtramen sluiten goed

  • er is geen ruitbreuk

Een gesloten binnenscherm vertoont geen kieren, scheuren of gaten

Een beweegbaar binnenscherm is niet vereist bij bedrijven met lichte stook of die hete-lucht-verwarming gebruiken.

2.6. Buitengevels één van de volgende (combinaties van) materialen:

  • enkelglas met binnenscherm

  • dubbel glas

  • isolerend gecoat glas

  • dubbelwandige, niet flexibele kunststof plaat

Een binnenscherm is niet vereist bij bedrijven met lichte stook of die hete-lucht-verwarming gebruiken.

2.7.2. Elke ketel:

  • bij lichte stook een rendement op bovenwaarde van minimaal 84%

  • bij zware stook geldt een afgastemperatuur van maximaal 50 °C

  • NOx-uitstoot < 50 mg/Nm3 (3% O2)

  • wordt jaarlijks onderhouden

Alle ketelwarmte dient gebruikt te worden voor het verwarmen van de kas.

Ketels geplaatst na 1998:

  • front watergekoeld

  • alle overige keteldelen geïsoleerd (voor/achterzijde)

  • cilindrisch gedeelte geïsoleerd met minimaal 10 cm steenwol of gelijkwaardig

Ketels geplaatst voor 1998:

  • cilindrisch gedeelte geïsoleerd met minimaal 5 cm steenwol of gelijkwaardig

2.7.4. Hete-lucht verwarming:

  • is uitgevoerd met low NOx branders

  • is voorzien van Gaskeur SV of Gastec Qa LOW NOx certificaat

  • heeft een maximale NOx emissie van 50 mg/m3 (3% O2)

  • wordt jaarlijks onderhouden

2.7.1. Elke transportleiding voorzien van een frequentieregeling van het debiet op basis van druk- en/of temperatuurverschil.

2.7.5. Horizontale verschillen in de temperatuur van de kaslucht zijn kleiner dan 1,5 °C gemeten

  • op een hoogte van 1,50 m

  • in een stookafdeling bij een vaste buistemperatuur van 60 °C (of bij een lager maximum)

  • in situatie met binnenscherm open én met binnenscherm dicht.

Metingen dienen te worden uitgevoerd als beschreven in bijlage 2 ‘Meting van temperatuurverschillen’ van het controledocument.

2.8a. Bij bedrijven met een totaal elektrisch vermogen van meer dan 500 kW moet bij de opwekking van warmte en elektriciteit een besparing van totaal minimaal 15% worden gerealiseerd ten opzichte van een referentiesituatie.

In de referentiesituatie wordt:

  • alle warmte opgewekt met aardgas met een conversiefactor van 0,03165 GJ/m3

  • alle elektriciteit ingekocht

Hierbij zijn de omrekenfactoren voor brandstoffen en elektriciteit van het Besluit Glastuinbouw van toepassing, waarbij energie wordt teruggerekend naar GJ/ha.

Duurzame energie heeft een conversiefactor 0.

Bij energielevering door derden, zoals restwarmte of warmte uit clusters, moet de energiebesparing op bedrijfsniveau worden gerealiseerd.

Aan derden geleverde energie mag in mindering worden gebracht op het bedrijfstotaal. Berekening van de energiebesparing dient te worden uitgevoerd conform de uitwerking in bijlage 4 ‘Energiecertificaat Groen Label Kas’ van het certificatieschema.

2.8b. Bij warmte-kracht:

  • worden de rookgassen teruggekoeld tot onder 50 °C

  • is er een koppeling aan een warmteopslag van minimaal 60 m3/ha

  • wordt op minimaal de grootste warmte-krachtkoppeling permanent rookgasreiniging toegepast indien de warmtekracht wordt gebruikt. Een uitzondering hierop is mogelijk indien de gedoseerde CO2 door derden wordt geleverd of op het bedrijf geen CO2 wordt gedoseerd.

  • indien toepassing van rookgasreiniger verplicht is wordt het ureumgebruik bijgehouden

  • is het methaanslip, gemeten volgens NEN-EN 13526, maximaal 1,2% voor de open kamer verbranding en 1,6% bij voorkamerverbranding

  • is de NOx-uitstoot maximaal 140 g NOx/GJ.

2.9. NKO-geijkte sensoren (regelvoelers) of sensoren geijkt volgens gelijkwaardige methode. Sensoren die onder de regeling vallen zijn de sensoren voor meting van de kaslucht- en de buistemperatuur, luchtvochtigheid en CO2 gehalte van de kaslucht.

Afwijking temperatuur:

+/– 0,2 °C in het regelgebied van 5–25 °C

Afwijking.luchtvochtigheid:

+/– 3% RV in het regelgebied van 70–90%

+/– 5% RV in het regelgebied van 50–70%

Afwijking. CO2-concentratie:

+/– 30 ppm, in het regelgebied van 300–1000 ppm.

2.10. Aansluiting op externe warmtebron (restwarmte) is verplicht indien:

  • de distributieleidingen maximaal 10 meter liggen vanaf de perceelsgrens waaraan een ketelhuis is gesitueerd

  • de leverancier technisch bereid en in staat is om tegen concurrerende prijzen (conform tariefberekening in bijlage 9 van het controledocument) warmte te leveren

  • de geleverde warmte niet duurder is dan wanneer deze met een eigen ketel met een conversiefactor van 0,03165 GJ/m3 was opgewekt.

  • bij de warmteopwekking minimaal 15% energie bespaard wordt.

  • de levering van de warmte niet tot gevolg heeft dat de energiebesparing van 1.8 en 2.8 verminderd wordt.

2.11. Kasklimaatcomputer voor het regelen en besturen van het kasklimaat door een regelsysteem, dat bestaat uit:

  • digitale proces-computer,

  • bedieningsstation,

  • meet- en stuursysteem.

De kasklimaatregeling dient voor zover van toepassing te omvatten de:

  • verwarmingsinstallatie,

  • de regelorganen, -warmtebuffer,

  • kunstmatige belichting, CO2-dosering,

  • wkk-installatie of andere energie-opwekking – de energielevering van derden.

2.14. Gegevens van registratie zijn minimaal op het niveau van bijlage 1 bij het Besluit Glastuinbouw.

De geregistreerde gegevens dienen ter beschikking te worden gesteld (via controlerende instelling) aan de beheerder van het certificatieschema.

2.15. Alle benodigde vergunningen zijn aanwezig en geldig

  • Bouw en sloop

  • Wet Milieubeheer

  • Gebruik bodemwater.

3. Keuzemaatregelen voor kassen voor zware stookteelt, onderdeel energie

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

3.1. Hoofdtransportleidingen verwarming onder de grond of indien verdeelpomp in ketelhuis groepsverwarmingspijpen naar de kasdelen ondergronds.

Uitvoeren als stadsverwarmingspijp in de grond of als geïsoleerde leidingen in een leidingengoot.

Punten worden uitsluitend toegekend indien op de transportleidingen minimaal 2 groepen zijn aangesloten en deze leiding langer is dan 50 m: 1 punt

3.2a. Ketel met een afgastemperatuur van maximaal 45 °C.

Alle overige eisen gelijk aan de basiseis voor ketelinstallaties: 6 punten

3.2b. NOx-gehalte van de ketel onder de 50 mg/Nm3 (3% O2) gemeten volgens de Regeling meetmethoden emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer (BEES A en B) dan wel blijkens wettelijk erkende branderkeuringen: 1 punt per 5 mg

3.3a. Warmteopslag met een volume (uitgaande van de buitenmaat, dus inclusief isolatie) bij zware stook groter dan 100 m3/ha: 6 punten

Warmteopslag voldoet aan volgende eisen:

  • aangesloten op het verwarmingssysteem

  • isolatiedikte bij nieuw te plaatsen tank (geldt ook bij aankoopt 2e hands tank) minimaal 15 cm

  • isolatiedikte 10 cm bij bestaande tank

  • geïsoleerde steunen.

3.3b. Minimaal 5 cm meer isolatie op de warmteopslag dan bij 3.3a en 4.5a

isolatiedikte van minimaal 20 cm bij een nieuw te plaatsen warmteopslag

isolatiedikte van minimaal 15 cm bij bestaande warmteopslag: 1 punt

3.4. Indien warmte-kracht geen basiseis is in 1.8a/2.8a voldoet de warmte-kracht met aansluiting voor levering van de elektriciteit aan derden aan dezelfde eisen als in 1.8b/2.8b.

Een warmte-kracht met aansluiting voor levering van de elektriciteit aan derden: puntentelling volgens onderstaande tabel

Tabel bij 3.4. GLK-punten voor WKK bij zware stookteelt

0

0

10

7

20

12

30

16

40

16

50

15

60

12

70

9

80

7

90

5

1

1

11

7

21

13

31

16

41

16

51

15

61

12

71

9

81

7

91

5

2

1

22

8

22

13

32

16

42

16

52

15

62

12

72

9

82

6

92

5

3

2

13

9

23

14

33

16

43

16

53

14

63

11

73

9

83

6

93

4

4

3

14

9

24

14

34

16

44

16

54

14

64

11

74

8

84

6

94

4

5

3

15

10

25

14

35

16

45

16

55

14

65

11

75

8

85

6

95

4

6

4

16

10

26

15

36

16

46

16

56

13

66

11

76

8

86

6

96

4

7

5

17

11

27

15

37

16

47

16

57

13

67

10

77

8

87

5

97

4

8

5

18

11

28

15

38

16

48

16

58

13

68

10

78

7

88

5

98

3

9

6

19

12

29

16

39

16

49

16

59

13

69

10

79

7

89

5

99

3

3.5. Bij warmte-kracht verdere reductie van methaanslip (zie 1.10 en 2.10).

Meting volgens NEN-EN 13526:

  • voor de open kamer verbranding: per 0,2% methaanslipreductie:1 punt

  • voor de voorkamerverbranding: per 0,3% methaanslipreductie: 1 punt

3.5a. Bij warmte-kracht verdere reductie van NOx-emissie van de gasmotor beneden de basiseis van 140 g/GJ in het geval van uitzondering op de rookgasreiniger (zie 1.8b en 2.8b). Per extra reductie van 20 gram NOx/GJ: 1 punt

3.6. Dekking van CO2-vraag uit een bron buiten het bedrijf.

De CO2 mag niet afkomstig zijn van een bron / bedrijf waarvan ook warmte wordt afgenomen, tenzij het bedrijf het gaat om afname van restwarmte: 1 punt per kg/m2 op jaarbasis met een maximum van 15 punten

3.7. Gebruik van restwarmte voor verwarmen van de kas

  • dekking > 80%: 20 punten

  • dekking 60%–80%: 15 punten

  • dekking 40%–60%: 10 punten

  • dekking 20%–40%: 5 punten

* zie begrippenlijst

3.8a. Module voor temperatuurintegratie op de klimaatcomputer wordt toegepast: 1 punt

3.8b. Module voor gebruik weersverwachting op de klimaatcomputer wordt toegepast: 1 punt

3.10. Frequentieregeling van het debiet van alle groepspompen op basis van druk- en/of temperatuurverschil: 1 punt

3.11. Extra lichtdoorlatendheid dek boven de waarde van 1.2 en 2.2 gemeten volgens IDT2004 methode ontwikkeld door TNO. Waarde in hele procenten afgerond naar beneden.

  • Bij Venlo kassen minimaal 75,0%.

  • Voor Breedkap kassen (inclusief gording) minimaal 71,0%: per % extra lichtdoorlatendheid 2 punten

3.12. Stomen onderdruk stoomsysteem, waarbij de stoom van boven naar beneden door de grond wordt gezogen via speciale stoomdrains of door gebruik te maken van reeds aanwezige drainagebuizen.

De stoomdrains of de aanwezige drainagebuizen moeten minimaal 10 cm boven de hoogste grondwaterstand liggen: 3 punten

3.13. Verbetering van de U-waarde van de complete kas gemeten volgens IDT2004 methode ontwikkeld door TNO of erkend gelijkwaardige methode.

Referentie U-waarde (= Ur-waarde)

  • Venlokas 7,42 W/m2K

  • Breedkas 7,33 W/m2K

De berekening is inclusief een eerste binnenscherm. Een tweede en een derde scherm levert (niet cumulatief) respectievelijk standaard 10% en 15% verhoging van de berekende punten op: puntentelling volgens de U-waarde bepaling in bijlage 7 van het certrificatieschema: 1 punt per 3% verbetering U-waarde

3.14. Toepassing van duurzame energie geproduceerd door derden of in eigen beheer. De hoeveelheid gebruikte duurzame energie moet goed inzichtelijk zijn (facturen en/of aparte bemetering).

Het aantal punten is gelijk aan de energiebehoeftedekking, die wordt berekend met:

Dekking DE = DE/ET

Waarbij:

Dekking DE: energiebehoeftedekking (%)

DE zelf gebruikte duurzame energie per jaar in GJ.

ET totale input en output aan energie op het bedrijf volgens de berekening van de energienorm in het Besluit Glastuinbouw (GLAMI) + zelf gebruikte duurzame energie in GJ.

Aan derden geleverde energie wordt in mindering gebracht op het totale energieverbruik.

Berekening van de punten kan ook plaatsvinden volgens het rekenmodel in bijlage 4 van het certrificatieschema.

Het aantal punten is gelijk aan het percentage energiebehoeftedekking 0–100

3.15. Het gebruik van plantsensoren gekoppeld aan de universele klimaatcomputer.

Dit betreft sensoren voor de meting van:

  • de steeldikte van de plant

  • de sapstroom in de plant

  • de vruchtgroei

  • de planttemperatuur: 1 punt

3.16. Het vervangen van de stralingsmeter op de meteomast door een geijkte gereviseerde lichtmeter. De frequentie voor het vervangen van de lichtmeter bedraagt 1 × per 2 jaren: 1 punt

4. Keuzemaatregelen voor kassen voor lichtestookteelt/heteluchtteelt, onderdeel energie

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

4.3. Hoofdtransportleidingen verwarming onder de grond of indien verdeelpomp in ketelhuis groepsverwarmingspijpen naar de kasdelen ondergronds.

Uitvoeren als stadsverwarmingspijp in de grond of als geïsoleerde leidingen in een leidingengoot.

Punten worden uitsluitend toegekend indien op de transportleidingen minimaal 2 groepen zijn aangesloten en deze leiding langer is dan 50 m: 1 punt

4.4a. Ketel met een afgastemperatuur van maximaal 45 °C.

Alle overige eisen gelijk aan de basiseis voor ketelinstallaties: 8 punten

4.4b. Ketel met een afgastemperatuur van maximaal 50 °C.

Alle overige eisen gelijk aan de basiseis voor ketelinstallaties: 5 punten

4.4c. NOx-gehalte van de ketel onder de 50 mg/Nm3 (3% O2) gemeten volgens de Regeling meetmethoden emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer (BEES A en B) dan wel blijkens wettelijk erkende branderkeuringen: 1 punt per 5 mg

4.5a. Warmteopslag met een volume (uitgaande van de buitenmaat, dus inclusief isolatie)

  • bij zware stook groter dan 100 m3/ha: 6 punten

  • Warmteopslag voldoet aan volgende eisen:

  • aangesloten op het verwarmingssysteem

  • isolatiedikte bij nieuw te plaatsen tank (geldt ook bij aankoopt 2e hands tank) minimaal 15 cm

  • isolatiedikte 10 cm bij bestaande tank

  • geïsoleerde steunen.

4.5b. Minimaal 5 cm meer isolatie op de warmteopslag dan bij 3.3a en 4.5a

  • isolatiedikte van minimaal 20 cm bij een nieuw te plaatsen warmteopslag.

  • isolatiedikte van minimaal 15 cm bij bestaande warmteopslag: 1 punt

4.6. Indien warmte-kracht geen basiseis is in 1.8a/2.8a voldoet de warmte-kracht met aansluiting voor levering van de elektriciteit aan derden aan dezelfde eisen als in 1.8b/2.8b.

Een warmte-kracht met aansluiting voor levering van de elektriciteit aan derden: puntentelling volgens onderstaande tabel

Tabel bij 4.6. GLK-punten voor WKK bij lichte stookteelt

Pe

pnt

Pe

pnt

Pe

pnt

Pe

pnt

Pe

pnt

Pe

pnt

Pe

pnt

Pe

pnt

Pe

pnt

Pe

pnt

W m-2

 

W m-2

 

W m-2

 

W m-2

 

W m-2

 

W m-2

 

W m-2

 

W m-2

 

W m-2

 

W m-2

 

0

0

10

13

20

17

30

15

40

10

50

4

60

0

70

0

80

0

90

0

1

2

11

13

21

17

31

14

41

9

51

4

61

0

71

0

81

0

91

0

2

3

22

14

22

16

32

14

42

9

52

3

62

0

72

0

82

0

92

0

3

5

13

15

23

16

33

13

43

8

53

3

63

0

73

0

83

0

93

0

4

6

14

15

24

16

34

13

44

8

54

2

64

0

74

0

84

0

94

0

5

8

15

16

25

16

35

12

45

7

55

2

65

0

75

0

85

0

95

0

6

9

16

16

26

16

36

12

46

7

56

1

66

0

76

0

86

0

96

0

7

10

17

16

27

16

37

11

47

6

57

1

67

0

77

0

87

0

97

0

8

11

18

16

28

15

38

11

48

5

58

0

68

0

78

0

88

0

98

0

9

12

19

16

29

15

39

10

49

5

59

0

69

0

79

0

89

0

99

0

4.7. Bij warmte-kracht verdere reductie van methaanslip (zie 1.10 en 2.10).

Meting volgens NEN-EN 13526:

  • voor de open kamer verbranding: per 0,2% methaanslipreductie:1 punt

  • voor de voorkamerverbranding: per 0,3% methaanslipreductie: 1 punt

4.7a. Bij warmte-kracht verdere reductie van NOx-emissie beneden de basiseis van 140 g/GJ in het geval van uitzondering op de rookgasreiniger (zie 1.8b en 2.8b). Per extra reductie van 20 gram NOx/GJ: 1 punt

4.8. Dekking van CO2-vraag uit een bron buiten het bedrijf.

De CO2 mag niet afkomstig zijn van een bron/bedrijf waarvan ook warmte wordt afgenomen, tenzij het gaat om afname van restwarmte: 1 punt per kg/m2 op jaarbasis met een maximum van 15 punten

4.9. Gebruik van restwarmte voor verwarmen van de kas

  • dekking > 80%: 20 punten

  • dekking 60%–80%: 15 punten

  • dekking 40%–60%: 10 punten

  • dekking 20%–40%: 5 punten

* zie begrippenlijst

4.10a. Module voor temperatuurintegratie op de klimaatcomputer wordt toegepast: 1 punt

4.10b. Module voor gebruik weersverwachting op de klimaatcomputer wordt toegepast: 1 punt

4.12. Frequentieregeling van het debiet van alle groepspompen op basis van druk- en/of temperatuurverschil: 1 punt

4.13. Extra lichtdoorlatendheid dek boven de waarde van 1.2 en 2.2 gemeten volgens IDT2004 methode ontwikkeld door TNO. Waarde in hele procenten afgerond naar beneden.

  • Bij Venlo kassen minimaal 75,0%.

  • Voor Breedkap kassen (inclusief gording) minimaal 71,0%: per % extra lichtdoorlatendheid 2 punten

4.14. Stomen onderdruk stoomsysteem, waarbij de stoom van boven naar beneden door de grond wordt gezogen via speciale stoomdrains of door gebruik te maken van reeds aanwezige drainagebuizen.

De stoomdrains of de aanwezige drainagebuizen moeten minimaal 10 cm boven de hoogste grondwaterstand liggen: 3 punten

4.15. Verbetering van de U-waarde van de complete kas gemeten volgens IDT2004 methode ontwikkeld door TNO of erkend gelijkwaardige methode.

Referentie U-waarde (= Ur-waarde)

  • Venlokas 7,42 W/m2K

  • Breedkas 7,33 W/m2K

De berekening is inclusief een eerste binnenscherm. Een tweede en een derde scherm levert (niet cumulatief) respectievelijk standaard 10% en 15% verhoging van de berekende punten op: puntentelling volgens de U-waarde bepaling in bijlage 7 van het certrificatieschema: 1 punt per 2% verbetering U-waarde

4.16. Toepassing van duurzame energie geproduceerd door derden of in eigen beheer. De hoeveelheid gebruikte duurzame energie moet goed inzichtelijk zijn (facturen en/of aparte bemetering).

Het aantal punten is gelijk aan de energiebehoeftedekking, die wordt berekend met:

Dekking DE = DE/ET

Waarbij:

Dekking DE: energiebehoeftedekking (%)

DE zelf gebruikte duurzame energie per jaar in GJ.

ET totale input en output aan energie op het bedrijf volgens de berekening van de energienorm in het Besluit Glastuinbouw (GLAMI) + zelf gebruikte duurzame energie in GJ.

Aan derden geleverde energie wordt in mindering gebracht op het totale energieverbruik.

Berekening van de punten kan ook plaatsvinden volgens het rekenmodel in bijlage 4 van het controlemodel.

Het aantal punten is gelijk aan het percentage energiebehoeftedekking 0–100

4.17. Het gebruik van plantsensoren gekoppeld aan de universele klimaatcomputer.

Dit betreft sensoren voor de meting van:

  • de steeldikte van de plant

  • de sapstroom in de plant

  • de vruchtgroei

  • de planttemperatuur: 1 punt

4.18. Het vervangen van de stralingsmeter op de meteomast door een geijkte gereviseerde lichtmeter. De frequentie voor het vervangen van de lichtmeter bedraagt 1 × per 2 jaren: 1 punt

5. Keuzemaatregelen voor kassen, onderdeel lichthinder

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

5.1. Bij toepassing van assimilatiebelichting wordt de wettelijke donkerperiode van 20.00–24.00 uur aangehouden. Daarnaast wordt door één van de volgende opties de horizontale en verticale uitstraling verder gereduceerd:

  • 95% reductie van 20.00 uur tot 4.00 uur, van 1 september tot 1 mei, of

  • 85% reductie van zon-onder tot zon-op, van 1 september tot 1 mei

De reductie wordt door middel van meting vastgesteld: 11 punten

6. Keuzemaatregelen voor kassen, onderdeel nutriënten

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

6.1a. Bij het voorziene teeltplan kan 80% van de waterbehoefte worden gedekt met hemelwater.

De inhoud of capaciteit van de hemelwateropslag of erkend vergelijkbare voorziening moet daarvoor voldoende groot zijn.

Er wordt uitgegaan van een jaarrond situatie. Bij een teeltplan met verschillende gewassen moet de waterbehoefte van de afzonderlijke gewassen naar rato van het aandeel in het teeltplan (qua teeltduur en oppervlak) worden gesommeerd: 10 punten

6.1b. In vergelijking met 6.1a 10% meer dekking van de waterbehoefte uit regenwater: 10 punten

6.2. Bij het voorziene teeltplan kan 100% van de waterbehoefte worden gedekt met een van onderstaande opties:

  • gebruik van bronwater met een laag natriumgehalte (< 0,5 mmol/liter) en een 100% waterbehoefte-dekking en/of

  • gebruik van een omgekeerde osmose-installatie met semi-permeabele membranen met een diameter tussen 0,1 en 1 nanometer en/of

  • gebruik van een installatie om selectief natrium uit het drain(age)water te verwijderen. Het Na-gehalte in het productwater is kleiner dan 1mmol/l, tenzij het Na-gehalte van nature < 1 mmol/l is

De installaties dienen de dekking te kunnen realiseren zonder gebruik van hemelwater.

Lozingen moeten bij het waterschap gemeld worden: 10 punten

100% waterbehoeftedekking door een combinatie van omgekeerde osmose of een installatie voor selectieve Na-verwijdering en minimaal 90% waterbehoeftedekking via een wateropslagbassin levert 20 punten op. 100% waterbehoeftedekking door een combinatie van omgekeerde osmose of een installatie voor selectieve Na-verwijdering en minder dan 90% waterbehoeftedekking via een wateropslagbassin levert 10 punten op.

6.3. Gerichte irrigatie, waarbij de watergift bij grondgebonden teelten wordt afgestemd op het waterverbruik van het gewas.

Het watergeven wordt gestuurd door een systeem met:

  • een model dat de verdamping van het gewas berekent

  • sensoren voor het meten van het bodemvochtgehalte

Deze maatregel mag niet worden gecombineerd met 6.4: 15 punten

6.4. Maximaal hergebruik van drainagewater bij grondgebonden teelten door

  • een stelsel van geperforeerde buizen, die in de grond zijn aangebracht voor de afvoer van drainagewater

  • een voorziening voor het verzamelen en opslaan van drainagewater

Deze maatregel mag niet worden gecombineerd met 6.3: 20 punten

6.5. Ondergrondse hoofdleidingen van het watergeefsysteem uitvoeren in PE: 2 punten

6.6. Installatie met ionspecifieke sensoren voor het meten van de 3 elementen N, P en K. De sensoren moeten volgens het onderhoudsschema van de fabrikant worden onderhouden (inclusief ijking): 2 punten

7. Keuzemaatregelen gewasbescherming

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

7.1. Insectengaas voor de luchtramen van de gehele kas waarbij de rand van het gaas zonder kieren aansluit op de rand van het luchtraam. De eisen die worden gesteld aan het insectengaas in relatie tot het betreffende insect zijn omschreven in het rapport Effecten insectengaas op tuinbouwbedrijven 1995 van de PD en het PTG. Het insectengaas dient de bij de betreffende teelt relevante plaaginsecten te kunnen weren: 15 punten

7.2a. Selectieve ontsmetting van drain(age)water op plantpathogene bacteriën en schimmels met één van onderstaande opties:

  • Behandeling met UV-licht (hoge of lage druk): stralingsdosis 100 mJ/cm2

  • Voorbehandeling met een filter met een fijnheid van 40 micron

  • Behandeling met UV-licht (lage druk) en Pervitar gedurende 1 uur. Er moet een contract zijn afgesloten voor jaarlijks onderhoud

  • Lavafiltratie: fractie 1–4 mm, doorstroomsnelheid 350 liter/uur/m2 filteroppervlak

  • Langzame zandfiltratie: zandfractie maximaal 1 mm, doorstroomsnelheid kleiner of gelijk 100 liter/uur/m2 filteroppervlak

De capaciteit van de ontsmetter moet zodanig zijn dat al het drain(age)water dat terugkomt kan worden ontsmet in een tijdsperiode die eindigt op het moment dat het drain(age)water weer wordt gebruikt voor de watergift: 9 punten

7.2b. Selectieve ontsmetting van regenwater in combinatie met drain(age)water: 3 punten

7.3a. Volledige ontsmetting van drain(age)water op plantpathogene bacteriën, schimmels, virussen en aaltjes met één van onderstaande opties:

  • Verhitting: minimaal 30 seconden bij 95 °C of 5 minuten bij 85 °C

  • Behandeling met UV-licht (hoge of lage druk): stralingsdosis 250 mJ/cm2

  • Voorbehandeling met een filter met een fijnheid van 40 micron

  • Behandeling met UV-licht (lage druk) en Pervitar: behandelingstijd van 1 uur

  • Behandeling met ozon: 10 gr Ozon/m3

Tegen aaltjes is een dubbele behandelingstijd of concentratie nodig.

Er moet een contract zijn afgesloten voor jaarlijks onderhoud

De capaciteit van de ontsmetter moet zodanig zijn dat al het drain(age)water dat terugkomt, kan worden ontsmet in een tijdsperiode die eindigt op het moment dat het drain(age)water weer wordt gebruikt voor de watergift: 13 punten

7.3b. Volledige ontsmetting van regenwater in combinatie met drain(age)water: 3 punten

7.4. Gecertificeerde volledige biologische gewasbescherming (volgens EKO-certificaat of aantoonbaar volgens gelijkwaardige gecertificeerd systeem): 40 punten

7.5a. Spuiten van bestrijdingsmiddelen met een mechanisch aangedreven of automatisch spuitboom of spuitmast:

  • met een instelbare constante snelheid en

  • waarbij de spuitboom of spuitmast beweegt en het gewas stil staat: 5 punten

7.5b. Spuiten van bestrijdingsmiddelen met een mechanisch aangedreven of automatisch spuitboom of spuitmast

  • met een instelbare constante snelheid en

  • waarbij het teeltsysteem in beweging is en de spuitboom/-mast stil staat: 10 punten

7.5a. en 7.5b. zijn niet cumuleerbaar

7.6a. Spuitvloeistof met behulp van luchtondersteuning in het gewas inbrengen: 5 punten

7.6b. Spuiten van bestrijdingsmiddelen in een afgeschermde ruimte, waarbij de spuitvloeistof die geen doel treft wordt opgevangen en hergebruikt: 5 punten

7.7. Minimaal 1 × per jaar het kasdek reinigen met mechanische kasdekreiniger: 5 punten