Regeling kwaliteitsaspecten netbeheer elektriciteit en gas

Geraadpleegd op 01-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2008 en zichtdatum 24-11-2024.
Geldend van 01-11-2005 t/m 30-06-2011

Regeling van de Minister van Economische Zaken van 20 december 2004, nr. WJZ 4082582, houdende nadere regels ten aanzien van de kwaliteitsaspecten van het netbeheer op het terrein van elektriciteit en gas (Regeling kwaliteitsaspecten netbeheer elektriciteit en gas)

Hoofdstuk 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

  • 1 In deze regeling wordt verstaan onder:

    • a. onderbreking: een onderbreking in het transport van elektriciteit of van gas;

    • b. onderbreking in het transport van elektriciteit: een niet-beschikbaarheid van een onderdeel van een net die gepaard gaat met onderbreking van de transportdienst bij een of meer afnemers die ten minste vijf seconden duurt;

    • c. onderbreking in het transport van gas: een onderbreking van de transportdienst bij een of meer afnemers, of een situatie waarin de druk in een gastransportnet zo laag is dat een of meer op dat net aangesloten installaties niet kunnen functioneren;

    • d. voorziene onderbreking: een onderbreking die ten minste drie werkdagen tevoren door de netbeheerder bij de betrokken afnemers is aangekondigd;

    • e. storing: een ongewilde verandering in het functioneren van een onderdeel van een gastransportnet, waarvoor naar het oordeel van de netbeheerder binnen vierentwintig uren maatregelen moeten worden getroffen;

    • f. aanvangstijdstip onderbreking: het moment van ontvangst van de eerste melding van een onderbreking door een afnemer of, indien dat eerder is, het moment van vaststelling van de onderbreking door de netbeheerder;

    • g. aanvangstijdstip storing: het moment van ontvangst van de eerste melding van een storing of, indien melding niet plaatsvindt, het moment van vaststelling van de storing door de netbeheerder;

    • h. tijdstip van beëindiging onderbreking: het moment waarop bij alle afnemers het transport van elektriciteit of gas op het oorspronkelijke niveau is hervat;

    • i. tijdstip van veiligstellen storing: het moment waarop de monteur vaststelt dat er geen onmiddellijk gevaar voor personen of objecten meer bestaat;

    • j. het totale aantal afnemers: het totale aantal afnemers die op 1 januari van het jaar waarop de registratie betrekking heeft, zijn aangesloten op het net van de netbeheerder of op onderliggende netvlakken die door andere netbeheerders worden beheerd;

    • k. het aantal getroffen afnemers: de sommatie, per onderbreking, van

      • 1°. het aantal afnemers die door de onderbreking zijn getroffen en die zijn aangesloten op het net van de netbeheerder in wiens net de onderbreking veroorzaakt is, en

      • 2°. het aantal afnemers die door de onderbreking zijn getroffen en die zijn aangesloten op onderliggende netvlakken van het net waarin de onderbreking is veroorzaakt die door andere netbeheerders worden beheerd;

    • l. kwaliteits- en capaciteitsdocument: het document, bedoeld in artikel 21, tweede lid, van de Elektriciteitswet 1998 of artikel 8, tweede lid, van de Gaswet;

    • m. capaciteitsknelpunten: netdelen of onderdelen van het net waarvan de capaciteit op enig moment minder bedraagt of zal bedragen dan de geraamde behoefte aan capaciteit voor het transport van elektriciteit of gas, rekening houdend met de door de netbeheerder gehanteerde marges omtrent nauwkeurigheid en onzekerheid.

Hoofdstuk 2. Registratieverplichtingen

§ 1. Kwaliteitsindicatoren

Artikel 2

  • 3 Bij de registratie van de kwaliteitsindicatoren, bedoeld in het tweede lid, onderdelen e en f, maakt de netbeheerder onderscheid tussen lekken die een onmiddellijk gevaar opleveren voor personen en objecten en overige lekken.

  • 4 De kwaliteitsindicatoren betreffen de gegevens over het desbetreffende jaar van registratie.

Artikel 3

De jaarlijkse uitvalduur, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, wordt bepaald met toepassing van de volgende formule:

jaarlijkse uitvalduur = Σ (GA × T) / TA, waarbij:

GA = het aantal getroffen afnemers;

T = de tijdsduur in minuten die verstrijkt tussen het aanvangstijdstip onderbreking en het tijdstip van beëindiging onderbreking;

TA = het totale aantal afnemers;

Σ = sommatie over alle onderbrekingen van het desbetreffende jaar van registratie betreft.

Artikel 4

De gemiddelde onderbrekingsduur, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, wordt bepaald met toepassing van de volgende formule:

gemiddelde onderbrekingsduur = Σ ⁠(GA × T) / Σ GA, waarbij:

GA = het aantal getroffen afnemers;

T = de tijdsduur in minuten die verstrijkt tussen het aanvangstijdstip onderbreking en het tijdstip van beëindiging onderbreking;

Σ = sommatie over alle onderbrekingen van het desbetreffende jaar van registratie betreft.

Artikel 5

De onderbrekingsfrequentie, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel c, wordt bepaald met toepassing van de volgende formule:

onderbrekingsfrequentie = Σ GA / TA, waarbij:

GA = het totale aantal getroffen afnemers;

TA = het totale aantal afnemers;

Σ = sommatie over alle onderbrekingen van het desbetreffende jaar van registratie betreft.

Artikel 6

De gemiddelde tijdsduur voor het veiligstellen van een storing, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel d, wordt bepaald met toepassing van de volgende formule:

gemiddelde tijdsduur veiligstellen storing = Σ (TV) / S, waarbij:

TV = de tijdsduur in minuten die verstrijkt tussen het aanvangstijdstip storing en het tijdstip van veiligstellen storing;

S = het totale aantal storingen;

Σ = sommatie over alle storingen van het desbetreffende jaar van registratie betreft.

§ 2. Gegevens, procedures en wijze van registratie

Artikel 7

  • 1 In de registratie, bedoeld in artikel 19a, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998, worden de volgende gegevens opgenomen, onderscheiden naar spanningsniveau:

    • a. het identificatienummer dat de netbeheerder toekent aan de onderbreking;

    • b. de locatiegegevens van de onderbreking;

    • c. de datum en het aanvangstijdstip van de onderbreking;

    • d. de datum en het tijdstip van beëindiging van de onderbreking;

    • e. de aard en de oorzaak van de onderbreking;

    • f. het totale aantal getroffen afnemers;

    • g. het spanningsniveau van het deel van het net waarin de onderbreking zich voordoet.

  • 2 In de registratie, bedoeld in artikel 35a, eerste lid, van de Gaswet, worden de volgende gegevens opgenomen, onderscheiden naar drukniveau:

    • a. het identificatienummer dat de netbeheerder toekent aan de storing, de onderbreking of het vastgestelde lek;

    • b. de locatiegegevens van de storing, de onderbreking of het vastgestelde lek;

    • c. de datum waarop de netbeheerder het lek vaststelt;

    • d. de datum en het aanvangstijdstip van de storing of de onderbreking;

    • e. de datum en het tijdstip van beëindiging van de onderbreking;

    • f. het onderscheid tussen storingen waarbij de veiligheid van personen of objecten in onmiddellijk gevaar is en storingen waarbij dat niet het geval is;

    • g. de datum en het tijdstip van veiligstellen van storingen waarbij de veiligheid van personen of objecten in onmiddellijk gevaar is;

    • h. de aard en de oorzaak van de storing, de onderbreking of het vastgestelde lek;

    • i. het drukniveau van het onderdeel van het gastransportnet waarin de storing of onderbreking zich voordoet of waarin het lek is vastgesteld;

    • j. de wijze waarop de netbeheerder het lek heeft vastgesteld;

    • k. het totale aantal getroffen afnemers.

Artikel 8

  • 1 De netbeheerder draagt zorg voor het opstellen en toepassen van procedures voor het ontvangen en verwerken van meldingen van onderbrekingen en storingen en voor het meten en registreren van de gegevens, bedoeld in artikel 7.

  • 2 De netbeheerder waarborgt de volledigheid, betrouwbaarheid en juistheid van de registratie.

  • 3 In het kader van de waarborg, bedoeld in het tweede lid, beschikt de netbeheerder over een beschrijving van:

    • a. het registratieproces;

    • b. de toedeling van verantwoordelijkheden binnen dat proces;

    • c. de wijze waarop hij de vakbekwaamheid van de bij de registratie betrokken personen borgt;

    • d. de wijze waarop verlies of wijziging van geregistreerde gegevens wordt voorkomen.

Artikel 9

In de rapportage, bedoeld in artikel 19a, tweede lid, van de Elektriciteitswet 1998 en artikel 35a, tweede lid, van de Gaswet, neemt de netbeheerder op:

Hoofdstuk 3. Kwaliteitsbeheersing en capaciteit

§ 1. Kwaliteits- en capaciteitsdocument

Artikel 10

  • 1 In het kwaliteits- en capaciteitsdocument geeft de netbeheerder aan welke waarden hij nastreeft voor:

    • a. de jaarlijkse uitvalduur;

    • b. de gemiddelde onderbrekingsduur;

    • c. de onderbrekingsfrequentie.

  • 2 De netbeheerder, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Gaswet geeft naast de waarden, bedoeld in het eerste lid, in het document aan welke normen, richtlijnen en overige relevante voorschriften hij toepast in het kader van de veiligheid bij de aanleg, het onderhoud en het beheer van zijn gastransportnet en bij het verrichten van transport van gas via het gastransportnet.

Artikel 11

In het kwaliteits- en capaciteitsdocument neemt de netbeheerder op:

  • a. de resultaten van de raming van de totale behoefte aan capaciteit voor het transport van elektriciteit gespecificeerd naar spanningsniveau of van gas gespecificeerd naar drukniveau, bedoeld in artikel 14, eerste lid;

  • b. de bestaande en te verwachten capaciteitsknelpunten;

  • c. de wijze waarop hij voornemens is te voorzien in de totale behoefte aan capaciteit, bedoeld in artikel 14, eerste lid, en de wijze waarop hij daarbij voornemens is de capaciteitsknelpunten op te lossen;

  • d. een afschrift van de procedure, bedoeld in artikel 14, tweede lid;

  • e. de vastgestelde risico’s en een afschrift van de uitgevoerde risicoanalyse, bedoeld in artikel 15, tweede lid;

  • f. de maatregelen ten aanzien van onderhoud en vervanging, bedoeld in artikel 15, derde lid;

  • g. een afschrift van het investeringsplan, bedoeld in artikel 16, eerste lid, onderdeel a;

  • h. een afschrift van het onderhoudsplan, bedoeld in artikel 16, eerste lid, onderdeel b;

  • i. een afschrift van het plan, bedoeld in artikel 16, eerste lid, onderdeel c;

  • j. een afschrift van de monitoringprocedures, bedoeld in artikel 17;

  • k. een beschrijving van de componenten van het net, een kwalitatieve beoordeling daarvan en de wijzigingen daarin, bedoeld in artikel 17;

  • l. een afschrift van de procedure, bedoeld in artikel 18, tweede lid.

Artikel 12

  • 1 De eerste keer dat de netbeheerder een kwaliteits- en capaciteitsdocument indient, geeft hij de informatie, bedoeld in artikel 11, integraal weer, voor zover deze informatie niet reeds in een ander kader aan de raad van bestuur van de mededingingsautoriteit is verstrekt.

  • 2 In de daaropvolgende kwaliteits- en capaciteitsdocumenten geeft de netbeheerder uitsluitend de wijzigingen in de informatie, bedoeld in artikel 11, ten opzichte van het eerste document weer.

Artikel 13

De netbeheerder dient het kwaliteits- en capaciteitsdocument uiterlijk op 1 december van de oneven kalenderjaren in bij de raad van bestuur van de mededingingsautoriteit.

§ 2. Ramen van de capaciteitsbehoefte

Artikel 14

  • 1 De netbeheerder raamt steeds in de oneven kalenderjaren voor de komende zeven jaren op basis van een door hem vastgestelde procedure de totale behoefte aan capaciteit voor het transport van elektriciteit voor netten met een spanning van 25 kV of meer of van gas voor gastransportnetten met een druk van 200 mbar of meer.

  • 2 De procedure, bedoeld in het eerste lid, bevat:

    • a. de methode van ramen;

    • b. een indicatie van de te hanteren uitgangspunten, marges omtrent nauwkeurigheid en onzekerheid, ontwikkelingsscenario’s en de daarbij behorende vooronderstellingen;

    • c. een analyse voor het bepalen van de betrouwbaarheid van de raming;

    • d. een methode voor het bepalen van de bestaande en de te verwachten capaciteitsknelpunten.

  • 3 Bij de raming, bedoeld in het eerste lid, maakt de netbeheerder zoveel mogelijk gebruik van:

    • a. de ingediende capaciteitsvraag en, voor zover dat niet mogelijk is of tot een evident onjuiste raming leidt, van onderbouwde schattingen;

    • b. de capaciteitsvraag die is gerealiseerd ten opzichte van de vorige raming.

  • 4 De netbeheerder stemt de indicatie, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, af met de netbeheerders van andere netten waarmee zijn net verbonden is, en voor zover van toepassing, in het bijzonder met de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet of de netbeheerder van het landelijk gastransportnet.

§ 3. Eisen aan het kwaliteitsbeheersingssysteem

Artikel 15

  • 1 Het kwaliteitsbeheersingssysteem is gericht op de beheersing van de risico’s voor het realiseren of in stand houden van de kwaliteit van de transportdienst op korte en lange termijn die de netbeheerder nastreeft.

  • 2 De netbeheerder stelt de naar zijn oordeel belangrijkste risico’s vast op basis van een risicoanalyse.

  • 3 De netbeheerder stelt vast welke maatregelen ten aanzien van onderhoud en vervanging naar zijn oordeel in de komende vijftien jaren, met uitzondering van de eerste vijf jaren, moeten worden getroffen voor het realiseren of in stand houden van de door hem nagestreefde kwaliteit van de transportdienst.

Artikel 16

  • 1 De netbeheerder werkt overeenkomstig:

    • a. een investeringsplan voor de komende vijf jaren, waarin hij de te plegen investeringen en de daarvoor benodigde werkzaamheden beschrijft;

    • b. een onderhoudsplan voor de komende vijf jaren, waarin hij het te plegen onderhoud en de daarvoor benodigde werkzaamheden beschrijft;

    • c. een plan waarin hij beschrijft hoe storingen en onderbrekingen worden opgelost en waarin de organisatie van de onderhouds- en storingsdienst wordt beschreven.

  • 2 In de plannen, bedoeld in het eerste lid, specificeert de netbeheerder de benodigde tijd en middelen en licht hij de aanpassingen ten opzichte van het voorgaande plan toe.

Artikel 17

De netbeheerder geeft steeds in de oneven kalenderjaren op basis van een door hem op te stellen monitoringprocedure:

  • a. een beschrijving van de componenten van het net en een kwalitatieve beoordeling van de technische toestand van deze componenten;

  • b. de wijzigingen van de toestand van de componenten ten opzichte van het voorafgaande jaar.

Artikel 18

  • 1 De netbeheerder hanteert een bedrijfsmiddelenregister, dat een beschrijving bevat van alle leidingen van het net, aangeduid naar locatie, aard, type en overige relevante gegevens.

  • 2 De netbeheerder maakt gebruik van een procedure die ertoe leidt dat:

    • a. het bedrijfsmiddelenregister actueel en compleet is;

    • b. uitvoerders van werkzaamheden aan, in of nabij delen van het net tijdig kunnen beschikken over alle geregistreerde gegevens die zij nodig hebben om te voorkomen dat die werkzaamheden schade aan het net of onveilige situaties ten gevolge hebben;

    • c. uitvoerders van werkzaamheden aan, in of nabij delen van het net gestimuleerd worden om beschadigingen aan delen van het net die ontstaan door of worden geconstateerd tijdens graafwerkzaamheden, te melden aan de netbeheerder.

Artikel 19

De onderdelen van het kwaliteitsbeheersingssysteem van een netbeheerder, de resultaten van en de procedure voor het ramen van de capaciteitsbehoefte, bedoeld in artikel 14, het registratieproces, bedoeld in artikel 8, derde lid, en de jaarlijkse begroting van de netbeheerder zijn onderling consistent.

Artikel 20

  • 2 De evaluatie betreft ten minste de wijze waarop het registratieproces en de procedures en plannen hebben bijgedragen aan de realisatie van het door hem nagestreefde kwaliteitsniveau.

  • 3 Indien dit naar zijn oordeel naar aanleiding van de evaluatie noodzakelijk is, wijzigt en vernieuwt de netbeheerder het registratieproces en de procedures en plannen.

Hoofdstuk 4. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 21

  • 1 De eerste indiening van het kwaliteits- en capaciteitsdocument vindt uiterlijk op 1 december 2005 plaats.

Artikel 22

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005, met uitzondering van de artikelen 15 tot en met 20, die op 1 november 2005 in werking treden.

Artikel 23

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling kwaliteitsaspecten netbeheer elektriciteit en gas.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 20 december 2004

De

Minister

van Economische Zaken,

L.J. Brinkhorst