Besluit financiering uitvoeringsorganisatie bijzondere ziektekostenverzekering AWBZ

[Regeling vervallen per 01-01-2006.]
Geraadpleegd op 21-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2014 en zichtdatum 20-03-2014.
Geldend van 23-03-2005 t/m 31-12-2005

Besluit van 28 februari 2005, inzake de financiering van de uitvoeringsorganisatie bijzondere ziektekostenverzekering 2005, in verband met de financiering van de AWBZ (Besluit financiering uitvoeringsorganisatie bijzondere ziektekostenverzekering AWBZ)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 20 december 2004, kenmerk Z/F-2544502;

Gelet op artikel 40, eerste lid, van de Wet financiering volksverzekeringen, artikel 1u, derde lid, van de Ziekenfondswet en de artikelen 16, eerste lid, en 77 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten;

De Raad van State gehoord (advies van 21 januari 2005, nr. W13.04.0620/III);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 21 februari 2005, Z/F-2557454;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

In het bepaalde bij of krachtens dit besluit wordt verstaan onder:

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Het College zorgverzekeringen vergoedt uit het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten jaarlijks aan de uitvoeringsorganen de kosten van verstrekkingen en uitkeringen naar werkelijke kosten. Daarbij blijven onverantwoorde uitgaven buiten beschouwing, tenzij het College toezicht anders besluit.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Onze Minister geeft het College zorgverzekeringen jaarlijks een aanwijzing terzake van de voor alle uitvoeringsorganen, verbindingskantoren en het centraal administratiekantoor tezamen voor dat kalenderjaar ten laste van het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten beheerskostenbudget.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 Het College zorgverzekeringen stelt jaarlijks, in het kader van de verdeling van de voor het kalenderjaar krachtens artikel 3 beschikbaar gestelde middelen, voor ieder uitvoeringsorgaan afzonderlijk ten laste van het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten het beheerskostenbudget vast ter dekking van de beheerskosten die zij maken anders dan in de hoedanigheid van verbindingskantoor.

  • 2 De vaststelling van het beheerskostenbudget, bedoeld in het eerste lid, geschiedt aan de hand van de door het College zorgverzekeringen vast te stellen beleidsregels.

  • 3 De in het tweede lid bedoelde beleidsregels behoeven de goedkeuring van Onze Minister.

  • 4 In geval van onthouding van goedkeuring aan een beleidsregel stelt het College zorgverzekeringen met inachtneming van door Onze Minister te geven instructies een nieuwe beleidsregel vast.

  • 5 Indien Onze Minister aan de in het vierde lid bedoelde beleidsregel eveneens goedkeuring onthoudt, stelt hij terzake zelf de beleidsregel vast.

  • 6 Het College zorgverzekeringen keert jaarlijks uit het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten aan een uitvoeringsorgaan de voor dat uitvoeringsorgaan ingevolge het eerste lid vastgestelde beheerskostenbudget uit.

  • 7 Indien een uitvoeringsorgaan op een naar het oordeel van het College toezicht onverantwoorde wijze op zijn beheerskosten bespaart, wordt de uitkering, bedoeld in het eerste lid, voor het desbetreffende kalenderjaar door het College zorgverzekeringen verlaagd met het bedrag van die besparing.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

  • 1 Het College zorgverzekeringen stelt jaarlijks, in het kader van de verdeling van de voor het kalenderjaar krachtens artikel 3 beschikbaar gestelde middelen, afzonderlijk voor ieder verbindingskantoor en voor het centraal administratiekantoor het beheerskostenbudget vast.

  • 2 De vaststelling van het beheerskostenbudget, bedoeld in het eerste lid, geschiedt aan de hand van door het College zorgverzekeringen vast te stellen beleidsregels. Ten aanzien van die beleidsregels is artikel 4, derde lid, van overeenkomstige toepassing.

  • 3 Het College zorgverzekeringen keert jaarlijks uit het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten aan de verbindingskantoren en het centraal administratiekantoor het voor hen ingevolge het eerste lid vastgestelde beheerskostenbudget.

  • 4 Indien een verbindingskantoor of het centraal administratiekantoor op een naar het oordeel van het College toezicht onverantwoorde wijze op zijn beheerskosten bespaart, wordt de uitkering, bedoeld in het eerste lid, voor het desbetreffende kalenderjaar door het College zorgverzekeringen verlaagd met het bedrag van die besparing.

  • 5 Een verbindingskantoor en het centraal administratiekantoor houden een reserve uitvoering AWBZ aan.

  • 6 Het saldo van baten en lasten over enig boekjaar van het verbindingskantoor voor de beheerskosten die het in of in verband met die hoedanigheid maakt, wordt toegevoegd aan, onderscheidenlijk ten laste gebracht van de in het vijfde lid bedoelde reserve. Daarbij blijven onverantwoorde uitgaven buiten beschouwing, tenzij het College toezicht anders besluit. De eerste volzin is van overeenkomstige toepassing voor het centraal administratiekantoor.

  • 7 Bij het eindigen van de aanwijzing, bedoeld in artikel 16 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, zonder dat aansluitend een nieuwe aanwijzing plaatsvindt, stort de rechtspersoon een bedrag ten belope van de reserve, bedoeld in het vijfde lid, binnen vier weken in het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

De reserve uitvoering AWBZ ultimo enig jaar, bedoeld in artikel 5, vijfde lid, mag voor verbindingskantoren maximaal 20% en voor het centraal administratiekantoor maximaal 5% van het beheerskostenbudget van dat jaar bedragen. Indien het College zorgverzekeringen vaststelt dat de reserve het gestelde maximum te boven gaat, stort het verbindingskantoor of het centraal administratiekantoor het door het College zorgverzekeringen vastgestelde bedrag van de overschrijding binnen vier weken in het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Het College toezicht is bevoegd opgaven en gegevens van een uitvoeringsorgaan, verbindingskantoor en het centraal administratiekantoor, die van invloed zijn op de omvang van de ten laste van het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten beschikbare middelen en op de hoogte van de vergoedingen en uitkeringen ingevolge dit besluit, op hun juistheid te beoordelen en te verbeteren.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Het College zorgverzekeringen bepaalt met inachtneming van het Administratiebesluit Bijzondere Ziektekostenverzekering en het bepaalde bij en krachtens het Besluit regeling vergoeding bijzondere ziektekostenverzekering, de wijze van betaalbaarstelling van de uitkeringen ingevolge dit besluit.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

[Red: Wijzigt het Administratiebesluit bijzondere ziektekostenverzekering.]

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Besluiten die Onze Minister en het College zorgverzekeringen op grond van het Besluit financiering uitvoeringsorganisatie Bijzondere Ziektekostenverzekering met betrekking tot het jaar 2005 ter zake van de onderwerpen welke worden geregeld in de artikelen 2 tot en met 8 van dit besluit, worden aangemerkt als besluiten op grond van de desbetreffende artikelen in dit besluit.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2005, met dien verstande dat artikel 6, eerste lid, voor het eerst wordt toegepast over het jaar 2006. Indien het Staatsblad waarin het besluit wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 2004, treedt het besluit in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, en werkt het terug tot en met 1 januari 2005.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit financiering uitvoeringsorganisatie bijzondere ziektekostenverzekering AWBZ.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 28 februari 2005

Beatrix

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ,

C. I. J. M. Ross-van Dorp

Uitgegeven de tweeëntwintigste maart 2005

De Minister van Justitie ,

J. P. H. Donner