Regeling plaatsingsprocedure P-Direkt

[Regeling vervallen per 17-10-2009.]
Geraadpleegd op 14-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 20-06-2007 en zichtdatum 13-11-2024.
Geldend van 25-06-2005 t/m 16-10-2009

Regeling plaatsingsprocedure P-Direkt

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 4a van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Besluit:

Artikel 1. Definities

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. P-Direkt: het onderdeel van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties dat wordt belast met personeelsregistratieve en salarisadministratieve taken voor de sector Rijk;

  • b. leverend bevoegd gezag: het met betrekking tot de toepassing van dit besluit tot beslissen bevoegd gezag van een ministerie, met uitzondering van het Ministerie van Defensie, alsmede het bevoegd gezag van de bijzondere colleges;

  • c. bijzondere colleges: de Algemene Rekenkamer, het Kabinet der Koningin, de Kanselarij der Nederlandse Orden, de Nationale ombudsman en de Raad van State;

  • d. ambtenaar: de ambtenaar die is aangesteld in tijdelijke dienst voor een proeftijd en de ambtenaar aangesteld in vaste dienst op grond van het Algemeen Rijksambtenarenreglement of het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken;

  • e. P&S-medewerker: de ambtenaar, die als zodanig wordt aangewezen door het leverend bevoegd gezag;

  • f. herplaatsingskandidaat: de ambtenaar, bedoeld in artikel 49d of artikel 49e van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

  • g. IVOP: het onderdeel Informatievoorziening Overheidspersoneel van het Ministerie van Binnenlands Zaken en Koninkrijksrelaties;

  • h. fte: fulltime equivalent;

  • i. contingent: een deel van de formatie van P-Direkt uitgedrukt in aantal fte per functie;

  • j. actieve IAR: individuele arbeidsrelatie, zoals door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vastgesteld;

  • k. O&F-rapport: het organisatie- en formatierapport van P-Direkt d.d. 8 november 2004;

  • l. sleutelfunctie: een functie die door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties als zodanig is aangemerkt;

  • m. functie: het samenstel van werkzaamheden door de ambtenaar te verrichten krachtens en overeenkomstig hetgeen hem door het daartoe bevoegde gezag is opgedragen;

  • n. uitwisselbare of vergelijkbare functie: een functie bij P-Direkt die in overwegende mate overeenkomt met een functie van een P&S-medewerker;

  • o. nieuwe functie: een functie bij P-Direkt die niet in overwegende mate overeenkomt met de functie van een P&S-medewerker;

  • p. sollicitant: de ambtenaar die aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kenbaar maakt in aanmerking te willen komen voor een functie bij P-Direkt waarvoor door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt geworven.

Artikel 2. Toepassingsbereik

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

Dit besluit is van toepassing op het plaatsen van ambtenaren op functies bij P-Direkt in het kader van de oprichting van P-Direkt.

Artikel 3. Sleutelfuncties

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

  • 2 Voor sleutelfuncties wordt direct rijksbreed geworven, waarbij onder meer volledige geschiktheid en onmiddellijke inzetbaarheid als selectiecriteria worden gehanteerd.

  • 3 De P&S-medewerker en de herplaatsingskandidaat, die aan de selectiecriteria voldoen, hebben bij gelijke geschiktheid voorrang boven andere sollicitanten, waarbij de P&S-medewerker voorrang heeft boven de herplaatsingskandidaat.

Artikel 4. Contingentering

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

  • 1 De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verdeelt de formatie van P-Direkt, uitgezonderd de sleutelfuncties, in contingenten ten behoeve van ieder leverend bevoegd gezag waarbij ten behoeve van IVOP een eigen contingent wordt vastgesteld.

  • 2 In afwijking van het eerste lid wordt ten behoeve van het bevoegd gezag van de bijzondere colleges geen eigen contingent vastgesteld.

  • 3 De omvang van een contingent wordt bepaald op basis van de omvang van de organisatie van het leverend bevoegd gezag uitgedrukt in actieve IAR’s per 1 januari 2004.

  • 4 Het aantal actieve IAR’s van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt verhoogd met het aantal actieve IAR’s van de bijzondere colleges.

  • 5 In afwijking van het derde lid wordt de omvang van het contingent van IVOP zo bepaald dat de rekenkundige kans van een IVOP-fte op een plaats binnen het IVOP-contingent even groot is als de rekenkundige kans van een andere P&S-fte op een plaats binnen het desbetreffende contingent.

Artikel 5. Aanwijzing P&S-medewerker

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

  • 1 Het leverend bevoegd gezag bepaalt welke ambtenaren binnen zijn gezagsbereik worden aangewezen als P&S-medewerker.

  • 2 Het leverend bevoegd gezag informeert de ambtenaar over zijn aanwijzing tot P&S-medewerker.

Artikel 6. Functievergelijking

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

  • 1 Het leverend bevoegd gezag besluit of de functie van een P&S-medewerker uitwisselbaar of vergelijkbaar is met een functie binnen het contingent.

  • 2 Alvorens over de uitwisselbaarheid of vergelijkbaarheid te besluiten, stelt het leverend bevoegd gezag het bevoegde medezeggenschapsorgaan in de gelegenheid zijn opvatting kenbaar te maken.

  • 3 Het leverend bevoegd gezag informeert de P&S-medewerker over de uitkomst van de functievergelijking.

Artikel 7. Belangstellingsinventarisatie

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

Het leverend bevoegd gezag stelt de P&S-medewerker in de gelegenheid zijn belangstelling kenbaar te maken voor maximaal drie functies binnen het contingent.

Artikel 8. Instellen plaatsingsteam

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

  • 1 Het leverend bevoegd gezag stelt een plaatsingsteam in.

  • 2 Het plaatsingsteam bestaat uit:

    • a. een voorzitter, voorgedragen door een ander leverend bevoegd gezag;

    • b. twee leden, werkzaam onder het gezagsbereik van het leverend bevoegd gezag;

    • c. een lid, voorgedragen door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

  • 3 Het bevoegde medezeggenschapsorgaan kan, afhankelijk van de praktijk bij het leverend bevoegd gezag, één van de twee leden, bedoeld in het tweede lid, onder b, voordragen, dan wel een waarnemer aanwezig laten zijn bij de bijeenkomsten van het plaatsingsteam.

  • 4 Het plaatsingsteam wordt bijgestaan door een secretaris, voorgedragen door het leverend bevoegd gezag.

  • 5 Het leverend bevoegd gezag benoemt de voorzitter, de leden en de secretaris van het plaatsingsteam.

  • 6 Voor de voorzitter, de leden en de secretaris van het plaatsingsteam kan een plaatsvervanger worden benoemd.

Artikel 9. Taak en werkwijze plaatsingsteam

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

  • 1 Het plaatsingsteam draagt de ambtenaar voor plaatsing voor aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

  • 3 Het plaatsingsteam stelt de ambtenaar die zijn belangstelling kenbaar heeft gemaakt voor een nieuwe functie in de gelegenheid zijn belangstelling voor de functie mondeling toe te lichten. Bij een gesprek is ten minste één lid van het plaatsingsteam aanwezig. Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt.

  • 4 Indien het plaatsingsteam voornemens is een ambtenaar niet of voor een andere functie voor te dragen dan waarvoor belangstelling is kenbaar gemaakt, wordt die ambtenaar in de gelegenheid gesteld zijn opvatting hierover kenbaar te maken.

Artikel 10. Plaatsingscriteria

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

De voordracht van het plaatsingsteam aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties komt als volgt tot stand:

  • a. voor een uitwisselbare of vergelijkbare functie kan worden voorgedragen de P&S-medewerker wiens functie in overwegende mate overeenkomt met een functie binnen het contingent, mits het aantal functies binnen het contingent toereikend is. Indien het aantal functies binnen het contingent niet toereikend is, wordt indien bij het desbetreffende ministerie geen andere afspraken zijn gemaakt, de P&S-medewerker die de meeste jaren in overheidsdienst heeft doorgebracht als eerste voor de functie voorgedragen. Voor de berekening van het aantal in overheidsdienst doorgebrachte jaren wordt mede in aanmerking genomen tijd gewijd aan de verzorging van tot het huishouden van de P&S-medewerker behorende 0–4 jarige eigen, stief- of pleegkinderen, tot een maximum van in totaal zes jaren;

  • b. voor een nieuwe functie kan de P&S-medewerker worden voorgedragen, die geschikt is, dan wel binnen een redelijke termijn geschikt te maken is voor die functie;

  • c. indien voor een functie geen P&S-medewerker kan worden voorgedragen, kan voor die functie een ambtenaar afkomstig uit het gezagsbereik van het leverend bevoegd gezag worden voorgedragen die geschikt is, dan wel binnen een redelijke termijn geschikt te maken is voor die functie, waarbij een herplaatsingskandidaat voorrang heeft boven andere ambtenaren.

Artikel 11. Terugkeergarantie

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

  • 1 Indien bij het plaatsingsteam gerede twijfel bestaat of een ambtenaar geschikt kan worden gemaakt voor een functie bij P-Direkt, kan het plaatsingsteam een ambtenaar bij P-Direkt voordragen onder advisering van een terugkeergarantie.

  • 2 Een terugkeergarantie kan uitsluitend worden verleend indien de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het leverend bevoegd gezag en de ambtenaar dat overeenkomen.

  • 3 Van terugkeer naar het leverend bevoegd gezag kan uitsluitend sprake zijn, indien de ambtenaar zes maanden na daadwerkelijke aanvang van zijn werkzaamheden bij P-Direkt aantoonbaar nog niet geschikt is voor de functie en ook niet geschikt is te maken.

  • 4 De ambtenaar krijgt bij terugkeer de status van herplaatsingskandidaat.

Artikel 12. Voordracht

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

Het plaatsingsteam informeert de ambtenaar die zijn belangstelling voor een functie bij P-Direkt kenbaar heeft gemaakt, schriftelijk over het al dan niet voordragen voor een functie bij P-Direkt.

Artikel 13. Opstellen Personeelsplan P-⁠Direkt

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

  • 1 De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stelt een personeelsplan op voor P-Direkt.

  • 2 Bij het opstellen van het personeelsplan kan slechts worden afgeweken van de voordracht van een plaatsingsteam, indien een zwaarwegend dienstbelang zich tegen het volgen van de voordracht verzet.

Artikel 14. Vaststellen Personeelsplan P-⁠Direkt

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

  • 1 De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties informeert de voorgedragen ambtenaar schriftelijk over zijn voornemen tot plaatsing, dan wel niet plaatsing.

  • 2 De ambtenaar wordt in de gelegenheid gesteld zijn bedenkingen binnen 10 werkdagen kenbaar te maken bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

  • 3 Het desbetreffende plaatsingsteam adviseert de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op diens verzoek over de ingediende bedenkingen en hoort zonodig de ambtenaar.

  • 4 De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stelt het personeelsplan P-Direkt vast en zendt de voorgedragen ambtenaar een plaatsingsbesluit dan wel een besluit om hem niet te plaatsen. De voorgedragen ambtenaar in tijdelijke dienst voor een proeftijd ontvangt een aanstellingsbesluit.

Artikel 15. Vervulling overgebleven functies

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

Indien na vaststelling van het personeelsplan P-Direkt nog één of meer functies niet vervuld zijn, stelt de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de functies open voor andere sollicitanten waarbij een P&S-medewerker, die geschikt of binnen een redelijke termijn geschikt te maken is voor de functie, voorrang heeft boven herplaatsingskandidaten en overige sollicitanten.

Artikel 16. Opnieuw beschikbare functies

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

Voor een functie uit het contingent, die voordat de betrokken functie bij P-Direkt operationeel wordt opnieuw voor vervulling beschikbaar is, kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 10, een nieuwe voordracht worden gedaan.

Artikel 17. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 7 juli 2004.

Artikel 18. Citeertitel

[Regeling vervallen per 17-10-2009]

Dit besluit wordt aangehaald als: Regeling plaatsingsprocedure P-Direkt.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.W. Remkes