Wet van 8 september 2005, houdende wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs
en de Wet educatie en beroepsonderwijs om meer ruimte te scheppen voor samenwerking
tussen in die wetten geregelde onderwijsinstellingen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, in de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet educatie en beroepsonderwijs meer ruimte te scheppen voor samenwerking tussen scholen voor voortgezet onderwijs
onderling en met instellingen voor educatie en beroepsonderwijs, om te bevorderen
dat meer onderwijsdeelnemers die bijzondere aandacht behoeven, de onderwijsinstelling
met een diploma verlaten, onderwijsdeelnemers meer kansen hebben om vervolgonderwijs
met gunstig resultaat te volgen, en onderwijsvoorzieningen doelmatiger worden gebruikt;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: