Artikel 1
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
In deze regeling wordt, voor zover niet anders is bepaald, verstaan onder:
Artikel 2
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld ondernemingen die
de juridische eigendom verkrijgen van vorderingen uit hoofde van overeenkomsten inzake
krediet die zij niet zelf als wederpartij zijn aangegaan, voor zover het beheer en
de uitvoering daarvan krachtens overeenkomst geschiedt door een kredietbeheerder aan
wie het ingevolge de wet is toegestaan te bemiddelen in krediet of krediet aan te
bieden en die kredietbeheerder de in artikel 49 van het besluit bedoelde informatie verstrekt op de ingevolge dat artikel voorgeschreven wijze.
Artikel 3
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Artikel 4
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld financiële dienstverleners
voor zover zij financiële diensten verlenen aan consumenten die hun gewone verblijfplaats
hebben buiten Nederland, tenzij het diensten de informatiemaatschappij betreft als
bedoeld in artikel 15d, derde lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek die worden verleend aan consumenten die hun gewone verblijfplaats hebben in een andere
lidstaat dan Nederland.
Artikel 5
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald, met uitzondering van artikel 60 van de wet, zijn vrijgesteld bemiddelaars in verzekeringen, voor zover hun werkzaamheden slechts
betrekking hebben op schadebehandeling of het innen van premies.
Artikel 6
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld financiële dienstverleners
voor zover zij financiële diensten verlenen, met uitzondering van financiële diensten
ten aanzien van krediet, aan:
-
a. consumenten die bij hen werkzaam zijn of anderszins onder hun verantwoordelijkheid
vallen;
-
b. consumenten die werkzaam zijn bij of anderszins onder de verantwoordelijkheid vallen
van andere rechtspersonen die deel uitmaken van dezelfde groep waartoe zij zelf behoren;
of
-
c. consumenten die deel uitmaken van dezelfde groep waartoe zij zelf behoren.
Artikel 7
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld financiële dienstverleners,
voor zover zij bemiddelen in of adviseren over verzekeringen aan:
-
a. rechtspersonen waarin zij deelnemen;
-
b. vennootschappen waarvan zij vennoot zijn; of
-
c. rechtspersonen of vennootschappen waarin of waarvan andere rechtspersonen of vennootschappen
die deel uitmaken van dezelfde groep waartoe zij behoren, deelnemen onderscheidenlijk
vennoot zijn.
Artikel 10
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Artikel 11
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld aanbieders van elektronisch
geld op wie artikel 6 van de Vrijstellingsregeling Wtk 1992 van toepassing is, bemiddelaars via wie deze aanbieders overeenkomsten met consumenten
aangaan en adviseurs die het door deze aanbieders aangeboden elektronisch geld aanbevelen.
Artikel 12
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld financiële dienstverleners:
-
a. voor zover zij bemiddelen in hagelschadeverzekeringen, paarden- en veeverzekeringen
of glasverzekeringen, met uitzondering van broeiglasverzekeringen;
-
b. die reisbureau of reisorganisatie zijn, voor zover zij bemiddelen in verzekeringen
die met het oog op een reis of vakantie worden afgesloten, alsmede in annuleringsverzekeringen,
indien op de desbetreffende vestiging van het reisbureau of de reisorganisatie ten
minste een medewerker beschikt over:
-
1°. een geldig diploma voor de eindtermen, opgenomen in bijlage 4 van het besluit;
-
2°. het diploma vakbekwaamheid voor het reisbureaubedrijf, na 1 juli 1992 afgegeven door
de Stichting Examens en Proeven voor het Reisbureaubedrijf;
-
3°. het certificaat ‘reisverzekeringen’, afgegeven door de Stichting Examens en Proeven
voor het Reisbureaubedrijf;
-
4°. het diploma Middelbaar Middenstands Onderwijs, afdeling Middelbaar Toeristisch en
Recreatief Onderwijs, afgegeven op grond van artikel 29 van de Wet op het voortgezet onderwijs;
-
5°. het diploma Middelbaar economisch en administratief onderwijs, afdeling Middelbaar
Toeristisch en Recreatief Onderwijs, na 1 januari 1994 afgegeven op grond van artikel 29 van de Wet op het voortgezet onderwijs;
-
6°. het diploma Middelbaar beroepsonderwijs, Sector Economie, Afdeling Toerisme en Recreatie,
afgegeven op grond van artikel 29 van de Wet op het voortgezet onderwijs;
-
7°. het diploma Middenkaderfunctionaris reizen, afgegeven op grond van artikel 7.4.6 van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
-
8°. het diploma Zelfstandig werkend medewerker reizen, afgegeven op grond van artikel 7.4.6 van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
-
9°. het diploma Middenkaderfunctionaris toeristische informatie, afgegeven op grond van
artikel 7.4.6 van de Wet educatie en beroepsonderwijs, indien dit diploma is afgegeven mede op basis van het behalen van het examen voor
de deelkwalificatie Vakantiereizen; of
-
10°. het diploma Zelfstandig werkend medewerker toeristische informatie, afgegeven op grond
van artikel 7.4.6 van de Wet educatie en beroepsonderwijs, indien dit diploma is afgegeven mede op basis van het behalen van het examen voor
de deelkwalificatie Vakantiereizen.
Artikel 13
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld financiële dienstverleners
die een andere hoofdberoepswerkzaamheid hebben dan het verlenen van financiële diensten
en uit hoofde van die hoofdberoepwerkzaamheid inzicht hebben in de financiële situatie
van consumenten, voor zover zij, zonder daarvoor van de aanbieder provisie te ontvangen,
jegens consumenten als bedoeld in artikel 6 van de wet, optreden als adviseur, en de door hen verstrekte adviezen in het verlengde liggen
van hun hoofdberoepswerkzaamheid.
Artikel 15
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Van hetgeen is bepaald ingevolge de hoofdstukken 2 en 5 van de wet en de artikelen 28, eerste lid, 54 en 55 van de wet, zijn, voor het aanbieden van krediet in het kader van het uitoefenen van haar publieke
taak, vrijgesteld gemeentelijke kredietbanken opgericht door middel van het treffen
van een gemeenschappelijke regeling en gemeentelijke kredietbanken met een privaatrechtelijke
rechtsvorm, mits:
-
a. voor de bedrijfsvoering een reglement is vastgesteld, waaruit voor het aanbieden van
krediet in het kader van het uitoefenen van haar publieke taak ten minste blijkt op
welke wijze zal worden voldaan aan hetgeen is bepaald bij of krachtens hoofdstuk 3 en paragraaf 1 van hoofdstuk 4 van de wet en de hoofdstukken IV en V van de Wet op het consumentenkrediet;
-
b. het reglement, bedoeld in onderdeel a, is goedgekeurd door gedeputeerde staten; en
-
c. het toezicht op de naleving van het reglement, bedoeld in onderdeel a:
-
1°. wordt uitgevoerd door het algemeen bestuur van de gemeentelijke kredietbank, indien
de gemeentelijke kredietbank is opgericht door middel van het treffen van een gemeenschappelijke
regeling en geen privaatrechtelijke rechtsvorm heeft; of
-
2°. indien de gemeentelijke kredietbank een privaatrechtelijke rechtsvorm heeft, wordt
gewaarborgd doordat de meerderheid van het bestuur wordt benoemd op voordracht van
een gemeenteraad of van burgemeester en wethouders van één of meer gemeenten waarvoor
de gemeentelijke kredietbank werkzaamheden verricht, dan wel de meerderheid van de
Raad van Toezicht wordt benoemd op voordracht van een gemeenteraad of van burgemeester
en wethouders van één of meer gemeenten waarvoor de gemeentelijke kredietbank werkzaamheden
verricht, dan wel de jaarrekening en begroting van de gemeentelijke kredietbank worden
goedgekeurd door de gemeenteraad of door burgemeester en wethouders van één of meer
gemeenten waarvoor de gemeentelijke kredietbank werkzaamheden verricht, tenzij een
negatief exploitatiesaldo van een gemeentelijke kredietbank met privaatrechtelijke
rechtsvorm wordt aangezuiverd door één of meer gemeenten waarvoor de gemeentelijke
kredietbank werkzaam is.
-
2 Van hetgeen is bepaald ingevolge de artikelen 26, eerste en tweede lid, en 27, eerste lid, van de wet zijn vrijgesteld gemeentelijke kredietbanken die rechtspersoonlijkheid bezitten,
indien de personen die het beleid van de gemeentelijke kredietbanken bepalen of mede
bepalen, en de personen die het dagelijks beleid van de gemeentelijke kredietbanken
bepalen, lid of voorzitter zijn van een gemeenteraad dan wel deel uitmaken van een
college van burgemeester en wethouders.
-
3 Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald, met uitzondering van artikel 31 van de wet, zijn vrijgesteld gemeentelijke kredietbanken ten aanzien waarvan artikel 55 van de wet is toegepast of die zijn vrijgesteld op grond van het eerste lid, voor zover zij
financiële diensten verlenen ten aanzien van betaalrekeningen met inbegrip van de
daaraan verbonden betaalfaciliteiten, indien dit plaatsvindt in het kader van het
beheer van cliëntgelden als onderdeel van een integraal hulpverleningstraject.
Artikel 16
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen is bepaald in de artikelen 10, 26, eerste lid, 27, eerste lid, en 28, derde lid, aanhef en onder a, van de wet en ingevolge de artikelen 26, tweede lid, 28, derde lid, aanhef en onder b, en 100 van de wet, voor zover het ingevolge dit laatstgenoemde artikel bepaalde betrekking heeft op
personen als bedoeld in de artikelen 26, eerste lid en 27, eerste lid, van de wet, en op maatregelen als bedoeld in artikel 28, derde lid, aanhef en onder a, van de wet zijn vrijgesteld:
-
a. verzekeraars die in het bezit zijn van de in artikel 11 van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf bedoelde vergunning, voor zover het hen niet ingevolge de artikelen 37 en 41 van die wet is verboden financiële diensten te verlenen; en
-
b. verzekeraars die in het bezit zijn van de in artikel 24, eerste lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 bedoelde vergunning en onderlinge waarborgmaatschappijen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit vrijgestelde onderlinge waarborgmaatschappijen
1994 waaraan een verklaring ingevolge artikel 2 of 3 van dat besluit is verleend, voor zover het deze verzekeraars en onderlinge waarborgmaatschappijen
niet ingevolge de artikelen 64, eerste lid, en 89, eerste lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 is verboden financiële diensten te verlenen.
Artikel 17
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald, met uitzondering van het bepaalde in de artikelen 30, 31, eerste lid en derde lid, aanhef en onder a, 39, 41, 42, 44 en 49, en het bepaalde ingevolge de artikelen 31, tweede lid en derde lid, aanhef en onder b, en vierde lid, 35, 38, 40, 53 en 100, voor zover het ingevolge dit laatstgenoemde artikel bepaalde betrekking heeft op het verstrekken van informatie, bedoeld in artikel 31, eerste lid en derde lid, aanhef en onder a, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners voor zover zij bemiddelen in goederenkrediet,
anders dan krediet dat dient ter verschaffing van het genot aan een consument van
effecten.
-
2 De in het eerste lid geregelde vrijstelling is slechts van toepassing indien de looptijd
van het goederenkrediet niet langer is dan de verwachte economische levensduur van
de verschafte roerende zaak, dan wel niet langer is dan de periode van dienstverlening
en de desbetreffende bemiddelaar in goederenkrediet:
-
a. de consument niet adviseert over het financiële product waarin hij bemiddelt; en
-
b. een andere hoofdberoepswerkzaamheid heeft dan bemiddeling in goederenkrediet en het
goederenkrediet dient ter verschaffing van het genot van een roerende zaak, dan wel
het verlenen van een dienst.
Artikel 18
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen is bepaald in de artikelen 10, 26, eerste lid, 27, eerste lid, en 28, derde lid, aanhef en onder a, van de wet en ingevolge de artikelen 26, tweede lid, 28, derde lid, aanhef en onder b, en 100 van de wet, voor zover het ingevolge dit laatstgenoemde artikel bepaalde betrekking heeft op personen als bedoeld in de artikelen 26, eerste lid en 27, eerste lid, van de wet, en op maatregelen als bedoeld in artikel 28, derde lid, aanhef en onder a, van de wet zijn vrijgesteld financiële dienstverleners die in het bezit zijn van een vergunning
als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, voor zover zij bemiddelen in financiële producten, anders dan verzekeringen of hypothecair
krediet.
Artikel 19
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Artikel 20
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 10 van de wet zijn vrijgesteld financiële dienstverleners voor zover zij op het tijdstip van inwerkingtreding
van de wet financiële diensten verlenen ten aanzien van betaalrekeningen of beleggingsobjecten,
bemiddelen in spaarrekeningen of optreden als herverzekeringsbemiddelaar, indien zij
binnen een maand na inwerkingtreding van de wet een vergunning of ontheffing aanvragen
bij de toezichthouder en binnen drie maanden na deze aanvraag de gegevens en bescheiden,
bedoeld in artikel 17 van de wet, overleggen aan de toezichthouder.
Artikel 21
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
2 Van hetgeen is bepaald in artikel 32 van de wet en ingevolge artikel 100 van de wet, voor zover het ingevolge dat artikel bepaalde betrekking heeft op artikel 32 van de wet, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners voor zover zij financiële diensten verlenen
ten aanzien van financiële producten, met uitzondering van:
-
a. complexe producten als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van het besluit;
-
b. spaarrekeningen met inbegrip van de daaraan verbonden spaarfaciliteiten, waarvan de
rentevergoeding voor de consument is gekoppeld aan de koersontwikkeling van een of
enkele op een effectenbeurs als bedoeld in artikel 1, onder e, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 genoteerde effecten;
-
c. effecten;
-
d. kredieten waarvan de kredietsom meer dan € 1.000,– bedraagt;
-
e. hypothecaire kredieten;
-
f. verzekeringen in verband met het geheel of gedeeltelijk wegvallen van het inkomen
van een consument, niet zijnde verzekeringen ter dekking van een risico dat verband
houdt met de nakoming van betalingsverplichtingen uit hoofde van een overeenkomst
inzake krediet;
-
g. financiële product als bedoeld in artikel 1, onderdeel m, onder 9°, van de wet.
Artikel 22
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen is bepaald in artikel 29 van de wet en ingevolge artikel 100 van de wet, voor zover het ingevolge dat artikel bepaalde betrekking heeft op een beroepsaansprakelijkheidsverzekering of een daarmee
vergelijke voorziening als bedoeld in artikel 29 van de wet, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners:
-
a. die verbonden bemiddelaar zijn, voor zover de aanbieder voor wie zij bemiddelen een
verzekeraar is die in het bezit is van de in artikel 24, eerste lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 bedoelde vergunning of een onderlinge waarborgmaatschappij, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit vrijgestelde onderlinge waarborgmaatschappijen
1994, waaraan een verklaring ingevolge de artikelen 2 of 3 van dat besluit is verleend; en
-
b. die verzekeraar zijn als bedoeld in artikel 14, eerste lid, onder d, van de wet of onderlinge waarborgmaatschappijen als bedoeld onder a, voor zover zij bemiddelen
in verzekeringen.
Artikel 24
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 37 van de wet en de artikelen 30, eerste lid, onder c, en 41, eerste lid, onder c, van het besluit, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners als bedoeld in de artikelen 13 en 14, eerste lid, onder c, van de wet en aanbieders van zorgverzekeringen als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Zorgverzekeringswet.
Artikel 25
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
2 Van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 44, derde lid, van de wet zijn vrijgesteld aanbieders voor zover zij financiële producten aanbieden door middel
van een bemiddelaar of een gevolmachtigde agent, die is vrijgesteld van het verbod,
bedoeld in artikel 10, van de wet of waarop dit verbod niet van toepassing is.
Artikel 26
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 53, eerste lid, van de wet, zijn vrijgesteld onderbemiddelaars voor zover zij bemiddelen in krediet voor een
andere bemiddelaar.
Artikel 26a
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald is vrijgesteld de Staat der Nederlanden,
voor zover hij in het kader van publieksvoorlichting adviseert over zorgverzekeringen
of ziektekostenverzekeringen ter aanvulling van een zorgverzekering.
Artikel 26b
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld gemeenten, voor zover
zij bemiddelen in zorgverzekeringen of ziektekostenverzekeringen ter aanvulling van
een zorgverzekering tussen financiële dienstverleners en consumenten van wie het inkomen
niet meer 130% van de relevante bijstandnorm als bedoeld in hoofdstuk 3 van de Wet werk en bijstand bedraagt.
Artikel 26c
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen is bepaald in artikel 32 van de wet en ingevolge artikel 100 van de wet, voor zover het ingevolge dat artikel bepaalde betrekking heeft op artikel 32 van de wet, en van de artikelen 27 en 38 van het besluit, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners voor zover zij financiële diensten verlenen
ten aanzien van natura-uitvaartverzekeringen of andere verzekeringen die uitsluitend
strekken tot het doen van geldelijke uitkeringen in verband met de verzorging van
de uitvaart van de mens.
Artikel 26d
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Van artikel 27, tweede lid, van de wet, en artikel 16, eerste lid, aanhef en onder a, van het besluit, telkens voor zover het de eindtermen, bedoeld in bijlage 6 van het besluit betreft, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners die financiële diensten verlenen
ten aanzien van hypothecair krediet, al dan niet in combinatie met een overlijdensrisicoverzekering
waarbij de verplichting van de aanbieder tot het doen van een uitkering of een reeks
van uitkeringen alleen dan ontstaat, indien het overlijden van degene op wiens leven
de verzekering betrekking heeft plaatsvindt voor de in de polis genoemde datum.
-
3 Onverminderd het eerste lid zijn financiële dienstverleners die financiële diensten
verlenen ten aanzien van hypothecair krediet in combinatie met een overlijdensrisicoverzekering,
waarbij de verplichting van de aanbieder van de verzekering tot het doen van een uitkering
of een reeks van uitkeringen alleen dan ontstaat, indien het overlijden van degene
op wiens leven de verzekering betrekking heeft plaatsvindt voor de in de polis genoemde
datum, vrijgesteld van artikel 16, eerste lid, aanhef en onder d, van het besluit, voor zover het de eindtermen, bedoeld in bijlage 5 van het besluit betreft.
Artikel 26f
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Van hetgeen is bepaald in artikel 52 van de wet en de artikelen 36, eerste tot en met achtste lid, 59, eerste lid, 60, eerste lid, en 61, eerste lid, van het besluit, zijn vrijgesteld aanbieders van krediet, voor zover zij krediet aanbieden tegen
onderpand van effecten die tot zekerheid dienen voor de terugbetaling van het krediet
aan een consument die reeds op het moment van aangaan van de overeenkomst inzake krediet
bezitter is van de te verpanden effecten, van welk krediet de kredietsom of de kredietlimiet
gedurende de looptijd van de overeenkomst inzake het krediet niet hoger is dan 70%
van de waarde van de te verpanden effecten.
-
2 Van hetgeen is bepaald in artikel 53, eerste lid, van de wet en ingevolge artikel 53, tweede lid, van de wet zijn vrijgesteld bemiddelaars in krediet, voor zover het krediet waarin zij bemiddelen
wordt aangeboden tegen onderpand van effecten die tot zekerheid dienen voor de terugbetaling
van het krediet aan een consument die reeds op het moment van aangaan van de overeenkomst
inzake krediet bezitter is van de te verpanden effecten, van welk krediet de kredietsom
of de kredietlimiet gedurende de looptijd van de overeenkomst inzake het krediet niet
hoger is dan 70% van de waarde van de te verpanden effecten.
Artikel 27
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Tot 1 mei 2006 zijn van hetgeen is bepaald ingevolge de artikelen 28 en 36 van het besluit vrijgesteld financiële dienstverleners voor zover zij krediet aanbieden of daarin
bemiddelen en daarbij voldoen aan het Besluit kredietaanbiedingen, zoals dat gold voor het tijdstip van inwerkingtreding van de wet.
Artikel 30a
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen is bepaald in artikel 27 van het besluit en ingevolge artikel 29 van het besluit voor zover het ingevolge dat artikel bepaalde betrekking heeft op artikel 27 van het besluit, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners, voor zover zij ten aanzien van complexe
producten financiële diensten verlenen aan natuurlijke personen of rechtspersonen
die handelen in de uitoefening van hun bedrijf of beroep.
Artikel 30b
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
1 Tot 1 juni 2006 zijn van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 35, eerste lid, van het besluit vrijgesteld financiële dienstverleners, voor zover zij financiële diensten verlenen
ten aanzien van een beleggingsobjecten.
-
2 Van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 35, eerste lid, van het besluit zijn vrijgesteld financiële dienstverleners, voor zover zij overeenkomsten inzake
beleggingsobjecten die voor inwerkingtreding van de wet zijn aangegaan, beheren of uitvoeren of daarbij assisteren.
Artikel 30c
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Artikel 30d
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 38 van het besluit zijn vrijgesteld financiële dienstverleners, voor zover zij overeenkomsten inzake
complexe producten beheren of uitvoeren of daarbij assisteren.
Artikel 31
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Tot 1 juli 2006 zijn van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 60, eerste lid, van het besluit vrijgesteld aanbieders van krediet voor zover zij financiële diensten verlenen ten
aanzien van krediet waarvan de kredietsom, dan wel kredietlimiet, meer dan € 250,–
en minder dan € 1.000,– bedraagt.
Artikel 32
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
2 De in het eerste lid geregelde vrijstelling is slechts van toepassing indien de desbetreffende
financiële dienstverlener vanaf uiterlijk drie maanden na inwerkingtreding van artikel 27, tweede lid, van de wet aannemelijk kan maken dat hij voor 1 oktober 2007 wel zal voldoen aan artikel 17 van het besluit.
Artikel 33
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
-
2 Vanaf 1 oktober 2006 tot 1 april 2007 zijn vrijgesteld van hetgeen is bepaald ingevolge
artikel 27, vijfde lid, van het besluit, financiële dienstverleners voor zover zij:
-
a. onverminderd de eerste volzin van artikel 38, eerste lid, van het besluit, een financiële bijsluiter aan de consument verstrekken voorafgaande aan de totstandkoming
van de overeenkomst;
-
b. in de informatie die zij aan de consument verstrekken over het complexe product geen
financiële bijsluiter opnemen die is opgesteld op grond van het Besluit financiële bijsluiter, zoals dat gold voor het tijdstip van inwerkingtreding van het besluit; en
-
c. de consument adequaat schriftelijk informeren over verschillen tussen de berekeningen
van rendementen, kosten en risico’s ten behoeve van de financiële bijsluiter, bedoeld
in artikel 39, eerste lid, onder c en g, van het besluit en de berekeningen die ten grondslag liggen aan de overige informatie die zij aan
de consument verstrekken.
Artikel 34
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
[Red: Wijzigt de Vrijstellingsregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen.]
Artikel 35
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
[Red: Wijzigt de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995.]
Artikel 36
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
[Red: Wijzigt de Vrijstellingsregeling Wtk 1992.]
Artikel 37
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop de wet in werking treedt.
Artikel 38
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Deze regeling wordt aangehaald als: Vrijstellingsregeling Wfd.